• No results found

De eerste stap in CtC is een jongerenonderzoek. Het onderzoek is ook een manier om de resultaten van het preventieve jeugdbeleid vast te stellen.

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "De eerste stap in CtC is een jongerenonderzoek. Het onderzoek is ook een manier om de resultaten van het preventieve jeugdbeleid vast te stellen. "

Copied!
110
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

®

Communities that Care (CtC) is een wijkgerichte en preventieve aanpak van probleemgedrag door jongeren. De strategie bestaat uit het in een vroeg stadium signaleren en aanpakken van dat gedrag (waaronder geweld, delinquentie, problematisch alcohol- en drugsgebruik, en schooluitval). CtC relateert probleemgedrag aan risico- en beschermende factoren in de domeinen waarin jongeren opgroeien: het gezin, de school, vrienden en de wijk. Door risicofactoren te verminderen en beschermende factoren te versterken wordt gewerkt aan een veilige, constructieve leefomgeving.

De eerste stap in CtC is een jongerenonderzoek. Het onderzoek is ook een manier om de resultaten van het preventieve jeugdbeleid vast te stellen.

Deze rapportage van het Verwey-Jonker Instituut is het vervolgrapport over CtC in Gouda, dat in 2008 begon met dit preventieprogramma. Het doet verslag van het tweede jongerenonderzoek en vergelijkt de uitkomsten met de eerdere meting. Dat geeft een actueel beeld van de probleemgedragingen, de risico- en beschermende factoren in de stad en de wijken, en de verhouding tussen wijken en het stadsgemiddelde van Gouda. Deze analyse vormt de basis voor verdere interventies in de gemeente.

Jongerenrapportage Communities that Care

Harrie Jonkman Renée van der Zanden Wilco Kroes

Claire Aussems Gemeente Gouda, 2011

Jongerenrapportage Communities that Care | Harrie Jonkman Renée van der Zanden Wilco Kroes Claire AussemsVerwey-JonkerInstituut

VER 12119 OMS 2569_Gouda Jongerenrapportage Communities that Care.indd 1 27-06-12 13:37

(2)

Utrecht, maart 2012 Harrie Jonkman Reneé van der Zanden Wilco Kroes

Claire Aussems

Financier: ZonMw Programma preventie

Jongerenrapportage Communities that Care

Gemeente Gouda, 2011

(3)

2

(4)

Inhoudsopgave

Vooraf 5

Samenvatting 7

1 Inleiding 13

1.1 Risico- en beschermende factorenmodel 14

1.2 Leeswijzer 14

2 Onderzoeksverantwoording 17

2.1 Onderzoeksopzet 17

2.2 Steekproef / Respons 17

3 Achtergrondkenmerken 21

4 Probleemgedragingen 29

4.1 Geweld 29

4.2 Jeugddelinquentie 30

4.3 Drinken, roken en drugs 31

4.4 Schoolverzuim 33

4.5 Aan seksualiteit gerelateerd probleemgedrag 34

4.6 Depressie 35

4.7 Samenvatting 36

5 Risico- en beschermende factoren: wijken vergeleken met het stadsgemiddelde 37

5.1 Inleiding 38

5.2 Risicofactoren 38

5.3 Beschermende factoren 45

5.4 Samenvatting 48

6 Vergelijking met 2008 en 2011 49

6.1 Inleiding 49

6.2 Probleemgedrag in 2008 en 2011 49

6.3 Risicofactoren in 2008 en 2011 53

6.4 Beschermende factoren in 2008 en 2011 56

6.5 Samenvatting 58

(5)

4

7 Conclusies 59

7.1 Gouda 59

7.2 Binnenstad 59

7.3 Kort Akkeren 60

7.4 Bloemendaal 60

7.5 Plaswijck 61

7.6 Noord 61

7.7 Kort Haarlem 62

7.8 Goverwelle 62

7.9 Stolwijkersluis en Westergouwe 63

7.10 Nieuwe Park 64

7.11 Achterwillens 64

7.12 Gouda Oost 65

Literatuur 67 Bijlagen:

Toelichting risico- en beschermende factoren 69

Tabellen ruwe scores Gouda 73

Scores 5 CtC-steden Probleemgedragingen 79

Scores 5 CtC-steden Risicofactoren 91

Scores 5 CtC-steden Beschermende factoren 99

(6)

VVerwey- Jonker Instituut

Vooraf

Dit jongerenonderzoek maakt deel uit van de preventiestrategie Communities That Care© (CtC).1

1 De preventiestrategie Communities That Care© is ontwikkeld door de Social Development Research Group o.l.v. J.D. Hawkins en R.F.

Catalano (Seattle, Washington State). De materiaalrechten zijn ondergebracht bij de Substance Abuse and Mental Health Services Administration (SAMHSA). Het programma is in een eerdere fase naar Nederland gehaald en vertaald door het Nederlands Jeugdinstituut. Bij de ontwikkeling en verspreiding zijn verschillende organisaties betrokken (waaronder DSP-groep, Seinpost BV, Nederlands Jeugdinstituut).

(7)

6

(8)

VVerwey- Jonker Instituut

Samenvatting

Introductie

De gemeente Gouda werkt sinds 2008 met het preventieprogramma Communities that Care. Vanaf dat jaar wordt er in de wijken Goverwelle en Gouda Oost met deze strategie gewerkt. Communities that Care (CtC) is een wijkgerichte aanpak van probleemgedrag door jongeren. De strategie bestaat uit het in een vroeg stadium signaleren en aanpakken van het gedrag en het scheppen van een veilige, con- structieve leefomgeving. Het jongerenonderzoek ‘Communities that Care Gemeente Gouda, 2011’ maakt deel uit van deze werkwijze. Deze rapportage van het Verwey-Jonker Instituut is het tweede rapport en kan ook als een tussentijds evaluatierapport gezien worden voor de twee Goudse wijken waar op dit moment met CtC wordt gewerkt. Deze rapportage schetst een beeld van de jongeren die in Gouda opgroeien, de problemen waarmee ze te maken hebben (gezondheidsproblemen, gedragingen) en de manier waarop ze in gezinnen, scholen, met hun vrienden en in buurten opgroeien (risicofactoren, beschermende factoren). ‘Jongerenonderzoek Communities that Care Gemeente Gouda’ biedt een al- gemeen beeld van de leefsituatie van jongeren in Gouda. Ook vergelijkt het de situatie binnen de elf verschillende wijken met elkaar. Het rapport wil niet alleen probleemgedrag beschrijven, maar ook handelingsmogelijkheden bieden aan de gemeente, de bewoners en professionals in deze wijken. Het onderzoek wil ook de basis bieden voor meerjarig preventief jeugdbeleid in de gemeente Gouda.

Data en methodologie

In het najaar van 2011 ontvingen 4.903 jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar een uitnodiging om mee te doen aan het jongerenonderzoek. Jongeren konden via een op internet geplaatste vragenlijst meedoen. Van de vragenlijsten die de jongeren hebben ingevuld waren er 1.526 bruikbaar. Aan dit aan- tal zijn 195 ‘panelrespondenten’ toegevoegd. Daarmee omvatte de uiteindelijke dataset 1.721 respondenten. Na weging beschikken we over een representatieve steekproef van 12- tot en met 17-jarige jongeren die wonen in Gouda. Het Verwey-Jonker Instituut en de gemeente Gouda hebben bij het uitzetten van het onderzoek nauw samengewerkt. Na het afronden van de gegevensverzameling hebben de onderzoekers de data ingelezen en met SPSS geanalyseerd. Een eerste concept van het rap- port is voorgelegd aan medewerkers van de gemeente. Met hun opmerkingen is vervolgens de definitieve rapportage opgesteld.

Door enkele afwijkingen in de achtergrondkenmerken (leeftijd, geslacht) van de jongeren in de steekproef, is de steekproef geen goede afspiegeling van de populatie jongeren in Gouda. Deze afwijkingen zijn in het onderzoek gecorrigeerd met wegingsfactoren. Door weging toe te passen worden uitkomsten gecorrigeerd. Hiernaast willen we erop wijzen dat er pas betekenisvolle vergelijkingen tus- sen wijken en het stadsgemiddelde mogelijk zijn bij wijken die 84 jongeren of meer omvatten (dit is het geval bij een eenzijdige toets omdat we de richting van het effect kennen, bij een effectsize van 0.25, bij een alpha van 0.10 en bij een power van 0.80 en bij een stadsgemiddelde dat meer dan zes

(9)

8

keer zoveel jongeren omvat). In het geval van Gouda moeten de gegevens van Gouda Oost, Nieuwe Park, Stolwijkersluis/Westergouwe en de Binnenstad met voorzichtigheid worden geïnterpreteerd.

Bevindingen

Achtergronden: de steekproef van de jongeren uit Gouda wordt gekenmerkt door een (kleine) over- vertegenwoordiging van meisjes ten opzichte van jongens en van jongere jongeren ten opzichte van oudere jongeren. Relatief veel van de jongeren die deel hebben genomen aan het onderzoek zitten op het vwo. De verdeling van de jongeren over de verschillende schooltypen is redelijk gelijk tussen de verschillende wijken. Er zitten in verhouding wel wat meer jongeren uit de Binnenstad en Stolwijkersluis en Westergouwe op het vwo. Hierbij komt dat jongeren uit Kort Akkeren voor een groot deel het vmbo volgen (en het mbo) en duidelijk minder het vwo. Meer dan driekwart van de jongeren uit Gouda heeft een Nederlandse achtergrond, in de wijken Stolwijkersluis/Westergouwe en Nieuwe Park is de groep jongeren met een Nederlandse achtergrond het grootst. In Gouda Oost is deze groep in verhouding tot de andere wijken het kleinst (45,9%). De situatie van de ouders van de jongeren toont zich zeer gunstig. Veruit de meeste jongeren groeien op in een tweeoudergezin, waarbij van ongeveer 72% van de jongeren de beide ouders werken. Hiernaast is ruim 66% van de ouders hoog opgeleid.

Probleemgedrag: de probleemgedragingen zijn opgesplitst naar verschillende domeinen. Deze zullen hier afzonderlijk belicht worden. Het meest voorkomende item van het domein Geweld is Vechten; in alle wijken komt het voor, met een gemiddelde van 4,5% van de jongeren die wel eens heeft gevochten. In Gouda Oost is het aandeel jongeren dat wel eens gevochten heeft het hoogst (6,8%). Op de overige geweldsindicatoren valt Gouda op bij het item Slaan. Andere wijken die bij het domein Geweld negatief naar voren komen zijn Kort Haarlem en Plaswijck. Het hoogste percentage voor de mate waarin probleemindicatoren van Jeugddelinquentie voorkomen is 4,1%. De jongeren uit de Binnenstad scoren meerdere keren hoger dan jongeren uit de andere wijken. De jongeren uit Gouda Oost scoren op de meeste items het hoogst van de Goudse wijken.

Bijna een derde van de jongeren in Gouda heeft in de afgelopen maand alcohol gedronken, on- geveer 11% heeft gerookt. Bijna 5% van de jongeren zegt aan binge drinking te hebben gedaan. Hasj, marihuana, xtc, harddrugs en andere drugs worden weinig gebruikt in Gouda. 2,4% heeft hasj/mari- huana gebruikt, 0,2% xtc/harddrugs en 0,5% andere drugs. Het gebruik van hasj/marihuana ligt twee keer zo hoog in de Binnenstad en Plaswijck. Bijna een half procent van de jongeren gebruikt een of meer keer softdrugs in de week. In Plaswijck zegt 1% van de jongeren de afgelopen maand harddrugs te hebben gebruikt, in Achterwillens gebruikte 1,1% van de jongeren xtc en 1,4% van de jongeren in Gouda Oost gebruikt andere drugs. Het percentage jongeren dat in Gouda spijbelt ligt laag, nog geen 2% van de jongeren heeft aangegeven in de afgelopen maand gespijbeld te hebben. Meer dan een derde (37,4%) van de jongeren is het afgelopen jaar de klas uitgestuurd. Bij het domein van Probleemgedragingen gerelateerd aan seksualiteit heeft iets minder dan een kwart van de jongeren aangegeven onveilig te hebben gevreeën. De verschillen op dit terrein zijn tussen de wijken beperkt.

Op het domein van Gevoelens van depressiviteit scoren de jongeren uit Oost, Binnenstad, Plaswijck en Nieuwe Park hoog.

Risicofactoren: Gezin. Binnen dit domein zijn er vijf wijken, die elk op één item een opmerkelijk hogere ofwel lagere score hebben op het item in verhouding tot het stadsgemiddelde. Meer gunstige situaties zijn er bij de wijken Kort Akkeren, Gouda Oost en Stolwijkersluis/Westergouwe op achter-

(10)

eenvolgens de items Problemen met Gezinsmanagement, Positieve houding van ouders ten aanzien van alcohol/drugsgebruik en Positieve houding van ouders ten aanzien van Antisociaal gedrag. De wijken Binnenstad en Nieuwe Park hebben een sterkere negatieve situatie bij het item Problemen met gezinsmanagement. De wijk Nieuwe Park is de enige wijk die bij het domein School een negatie- vere situatie laat zien bij het item Gebrek aan binding met de school. De overige wijken scoren op de twee items binnen de bandbreedte van -0,25 en +0,25. Het domein Kinderen en jongeren bestaat uit acht items. Op zes ervan zijn één of enkele opmerkelijke scores terug te vinden. Deze items zijn:

Vervreemding en opstandigheid, Jeugdbende, Vroeg begin van alcohol- en drugsgebruik, Positieve houding ten aanzien alcohol en drugsgebruik, Omgang met vrienden die Alcohol en drugs gebruiken en met vrienden die Antisociaal gedrag vertonen. De wijken die enkele keren sterker negatief sco- orden zijn Nieuwe Park en Binnenstad. Wijken die minder negatief scoorden zijn Stolwijkersluis/

Westergouwe en Gouda Oost. Op het domein Wijk zijn veruit de meeste opmerkelijkheden terug te vinden. Zo blijkt dat jongeren uit Gouda Oost en Achterwillens zich opvallend weinig verbonden voelen aan de wijk waarin ze wonen, terwijl jongeren uit Stolwijkersluis en Westergouwe dit juist wel voelen. Gebrek aan organisatie is voornamelijk een probleem in Gouda Oost en Kort Akkeren. In Plaswijck, Nieuwe Park, Bloemendaal en Stolwijkersluis en Westergouwe is dit gebrek veel minder aanwezig. Het probleem van Hoge mate van doorstroming in de wijk wordt sterk ervaren door de jongeren uit Nieuwe Park en de Binnenstad. Verkrijgbaarheid van Drugs en Wapens is het hoogst in Gouda Oost en Kort Akkeren. Opnieuw valt Gouda Oost op bij het laatste item Maatschappelijke nor- men die antisociaal gedrag bevorderen.

Beschermende factoren: binnen het domein van beschermende factoren in het Gezin valt de Bin- nenstad op door in mindere mate de mogelijkheid te bieden tot positieve betrokkenheid. Stolwijk- ersluis en Westergouwe scoort sterker op Beloningen voor positieve betrokkenheid. Op het domein van de School is het opnieuw de wijk (en enkel) Stolwijkersluis en Westergouwe die positief opvalt door de hogere mate van Mogelijkheden tot positieve betrokkenheid. Op het domein van Kinderen en jongeren zijn er bij de Beschermende factoren opmerkelijk minder opvallendheden waar te nemen dan bij de Risicofactoren. Alleen bij het item Religie/Spiritualiteit vallen er twee scores op. De score van Gouda Oost is opmerkelijk positiever, terwijl de score van Stolwijkersluis/Westergouwe opmer- kelijk lager is. In het laatste domein Wijk, is weinig opmerkelijks naar voren gekomen. Op het item Mogelijkheden voor positieve betrokkenheid scoort Nieuwe Park lager en op het item Beloningen voor positieve betrokkenheid scoort enkel Gouda Oost lager.

Veranderingen over de jaren: om na te gaan óf en in welke mate probleemgedragingen, risico- en beschermende factoren zijn veranderd, is het stadsgemiddelde van Gouda en de CtC-wijken Gouda Oost en Goverwelle als uitgangspunt genomen. De tendens is dat er in de drie categorieën een af- name heeft plaatsgevonden in de mate dat de probleemgedragingen voorkomen. Echter, een groot deel van de veranderingen zijn niet significant. De significante bevindingen nemen we hier kort door. Het aandeel jongeren dat deel heeft genomen aan een Vechtpartij, en het aandeel dat Soms of regelmatig een wapen bij zich draagt, is gedaald in Gouda en in de CtC-wijk Goverwelle. Ook is in Gouda het aandeel jongeren gedaald dat Iets op straat heeft Vernield en Iets op school heeft ges- tolen. In Gouda Oost zien we significante afnamen van het aandeel jongeren dat een van de vormen van Diefstal heeft vertoond. Van de probleemgedragingen gerelateerd aan het gebruik van Alcohol en Drugs zijn er weinig afgenomen. Op het stadsgemiddelde zien we alleen een afname van het aandeel

(11)

10

jongeren dat alcohol heeft gedronken. In de afzonderlijke wijken zijn er geen significante afnamen.

In Goverwelle zien we slechts een significante toename van het aandeel jongeren dat sigaretten heeft gerookt. Het stadsgemiddelde laat, evenals de cijfers van de wijk Goverwelle, zien dat het Schoolverzuim is afgenomen. Het sterkste is de verandering van Goverwelle aangaande het aandeel jongeren dat de Klas uit is gestuurd (daling van 40,4% naar 31,3%). Op de domeinen van probleemge- dragingen Gerelateerd aan seksualiteit en gevoelens van depressiviteit hebben vrijwel géén signifi- cante afnamen plaatsgevonden. De enige afname betreft het aandeel jongeren op stadsniveau, dat aangeeft gevoelens van depressiviteit en verdriet te ervaren.

Wat de Risicofactoren betreft zien we dat er zich op de verschillende domeinen in de periode 2008-2011 weinig significante veranderingen hebben voorgedaan. Op het domein van het Gezin is alleen het item Positieve houding van ouders ten aanzien van Probleemgedrag ongunstig toegenomen in Gouda als geheel en in de wijk Goverwelle. Zowel in Gouda als in Gouda Oost als Goverwelle is op het domein School de mate van aanwezigheid van Leerachterstanden afgenomen. Gebrek aan bind- ing is vrijwel gelijk gebleven. Binnen het domein Kinderen en jongeren zijn de veranderingen vrijwel exclusief voor Gouda als geheel afgenomen. Dat geldt voor de volgende items: Betrokkenheid bij jeugdbende, Vroeg begin van probleemgedrag, Vroeg begin gebruik alcohol/drugs, Positieve houd- ing ten aanzien van alcohol en drugs, Positieve houding ten aanzien van Probleemgedrag en Omgang met vrienden die Probleemgedrag vertonen. In Gouda Oost zijn enkel de scores op de items Posi- tieve houding ten aanzien van drugsgebruik en Omgang met vrienden die drugs/alcohol gebruiken afgenomen. In Goverwelle zijn de scores Vroeg begin van probleemgedrag en Omgang met vrienden die probleemgedrag vertonen afgenomen. In het domein van de Wijk is het item Hoge mate van doorstroming afgenomen, zowel in Gouda als geheel, als in Gouda Oost en Goverwelle. In Gouda als geheel zien we een afname van Gebrek aan organisatie, deze verandering heeft ook in Goverwelle plaatsgevonden. In Goverwelle is eveneens een derde item in significante mate afgenomen, te weten Weinig binding met de wijk.

Bij de Beschermende factoren hebben zich op de domeinen Gezin, Kinderen en jongeren en Wijk enkele significante veranderingen voorgedaan. Op het domein Gezin is het item Hechtingssterkte Familie toegenomen in Gouda, in Gouda Oost en Goverwelle. De scores op de items Sociale vaar- digheden en Religie van het domein Kinderen en jongeren zijn in de periode 2008-2011 gedaald in Gouda. Het item Mogelijkheden tot positieve betrokkenheid bij de Wijk is gestegen in Gouda en in Goverwelle.

Conclusie

De groep jongeren (12-18 jaar) uit Gouda die deelnam aan het onderzoek kenmerkt zich door een (kleine) oververtegenwoordiging van meisjes tegenover jongens. Het belangrijkste opleidingsniveau onder deze groep jongeren is het vwo. Meer dan driekwart van de jongeren uit Gouda heeft een Nederlandse achtergrond. Veruit de meeste jongeren groeien op in een tweeoudergezin (ruim zeventig procent). Van twee derde van de jongeren zijn de ouders hoogopgeleid.

In de verschillende Goudse wijken komen de diverse probleemgedragingen in wisselende mate voor. De opmerkelijkste scores zijn terug te vinden onder Geweld (Vechten in Oost, Kort Haarlem en Plaswijck bijvoorbeeld), Jeugddelinquentie (Vernielen en Politiecontacten in Gouda Oost en Binnenstad) en Roken, Alcohol- en drugsgebruik (waaronder alcohol in Binnenstad en Nieuwe Park en Soft drugsgebruik in Binnenstad en Nieuwe Park).

(12)

De risico- en beschermende factoren onder jongeren in de wijken zijn ook onderling vergeleken en afgezet tegen het stadsgemiddelde. Op alle terreinen van Risicofactoren zijn opmerkelijkheden te zien.

Binnen het domein Gezin laten jongeren uit de Binnenstad en Nieuwe Park hoge scores zien op de risico- factor Problemen met Gezinsmanagement. Jongeren uit Nieuwe Park vertonen bovendien hoge scores op Gebrek aan binding met de school. Binnen het domein Kinderen en Jongeren laten jongeren uit Nieuwe Park hoge scores zien op Jeugdbende, Vroeg begin van alcohol en drugsgebruik en Omgang met jongeren die antisociaal gedrag vertonen. Jongeren uit de Binnenstad scoren op dit domein hoog in Omgang met vrienden die antisociaal gedrag vertonen. De meeste en de grootste afwijkingen komen voor binnen het domein Wijk: in Oost en Achterwillens op Gebrek aan binding met de wijk, in Oost en Kort Akkeren op Gebrek aan organisatie in de wijk, in Nieuwe Park en de Binnenstad op Hoge doorstroming, in Oost en Kort Akkeren op Verkrijgbaarheid van wapens en drugs, evenals op Maatschappelijke normen die antiso- ciaal gedrag bevorderen. Op deze risicofactoren scoren deze wijken hoog (in dit geval negatief). Onder beschermende factoren vallen ook bepaalde uitkomsten op, zowel positief als negatief. In positieve zin valt de Binnenstad op binnen het domein Gezin (Mogelijkheden voor positieve betrokkenheid). Binnen het domein School valt Stolwijkersluis en Westergouwe positief op (Mogelijkheden voor positieve betrok- kenheid) en in het domein Kinderen en Jongeren scoren jongeren in Oost hoog. Ook in negatieve zin valt het een en ander op. In Nieuwe Park scoren jongeren binnen het domein School negatief op Beloningen voor positieve betrokkenheid. Binnen het domein Kinderen en Jongeren laten de jongeren uit Stolwijk- ersluis en Westergouwe lage scores zien op Religie. Binnen het domein Wijk, ten slotte, zien we dat jongeren uit Nieuwe Park laag zitten op Mogelijkheden voor positieve betrokkenheid en jongeren uit Oost op Beloningen voor positieve betrokkenheid. De probleemgedragingen zijn in Gouda de afgelopen jaren (2008-2011) wat gedaald, ook in de wijken Goverwelle en Oost (CtC-wijken). Binnen de CtC-wijken zijn er bij de risicofactoren meer positieve dan negatieve ontwikkelingen te melden. Ook al wijzen niet alle veranderingen dezelfde kant uit, we kunnen toch spreken van een positieve verandering. Ditzelfde gaat op voor de beschermende factoren.

(13)

12

(14)

VVerwey- Jonker Instituut

1 Inleiding

In de Verenigde Staten is in reactie op toenemend probleemgedrag en maatschappelijke uitval onder jongeren de methode Communities that Care (CtC) ontwikkeld.2 CtC is een wijkgerichte aanpak die probleemgedrag onder jongeren in een vroeg stadium signaleert en aanpakt. Het doel van deze preven- tiestrategie is het probleemgedrag van jongeren te verminderen, sociale ontwikkeling te versterken en een veilige, constructieve leefomgeving te scheppen.

CtC is gebaseerd op een theoretisch en empirisch onderbouwd model, waarin probleemgedrag en maatschappelijke uitval onder jongeren in verband worden gebracht met risico- en beschermende fac- toren. CtC richt zich niet alleen op de jongeren zelf, maar ook op de verschillende omgevingen waarin zij dagelijks opgroeien. CtC is een uitgeschreven werkwijze waarmee steden en wijken hun preven- tiewerk gericht op gezondheid en gedrag van jongeren kunnen vormgeven binnen gemeenschapsgerichte coalities. Door de gemeenschap brede benadering kunnen personen/instellingen uit de directe omgeving van de jongeren (opvoeding, onderwijs, welzijn) bij de aanpak van problemen worden betrokken.

Het preventiesysteem gaat als volgt te werk:

1. Allereerst wordt er een inventarisatie gemaakt van de problematiek in de stad en de wijken. Dat gebeurt aan de hand van de resultaten van een (internet)enquête die onder een groot aantal jon- geren binnen een gemeente is uitgezet. Deze enquête bevat vragen over achtergrondvariabelen als schooltype, gezinssituatie, opleidingsniveau van de ouders en taalachterstand. Vervolgens komen mogelijke probleemgedragingen van jongeren aan bod, waaronder jeugdcriminaliteit, geweld, prob- lematisch alcohol- en drugsgebruik, schooluitval, aan seksualiteit gerelateerd probleemgedrag en depressie. Ten slotte vragen we naar risicofactoren, die bepaald probleemgedrag in de hand kunnen werken, en naar beschermende factoren die jongeren beschermen tegen gevaren in hun omgeving - en die het probleemgedrag juist kunnen verminderen. Door de resultaten van de wijken af te zetten tegen het gemeentelijk gemiddelde, wordt duidelijk welke problemen er in welke wijk(en) spelen.

2. Op basis van het onderzoek worden gedifferentieerde en gerichte oplossingen mogelijk. Tot het instrumentarium van CtC behoort een breed scala aan effectieve en veelbelovende interventiepro- gramma’s, die maatschappelijk ongewenst gedrag tegengaan door het reduceren van risicofactoren en het stimuleren van beschermende factoren (Ince, Beumer, Jonkman & Vergeer, 2006). De preven- tieve programma’s zijn zowel op stedelijk als op wijkniveau in te zetten.

3. Het preventiesysteem wordt onder begeleiding van gecertificeerde coaches en over een langere tijd uitgezet. Daarnaast wordt tegelijkertijd in de stad of de wijk een lokale projectleider aangesteld die extra verantwoordelijkheid draagt voor de invoering van het programma. In het proces wordt steeds een preventieteam en een stuurgroep gevormd in de omgeving waar de strategie wordt uitgezet. De

2 Hawkins et al., 1992; Hawkins et al., 1995; Hawkins, 1999, Glaser et al., 2005, Arthur et al., 2007; Hawkins et al., 2008; Jonkman et al., 2006.

(15)

14

teams zijn verantwoordelijk voor de analyse, keuze van het preventieve aanbod, de organisatie en de evaluatie van het programma.

4. Het is de bedoeling de enquête periodiek (eens in de 3 à 4 jaar) te herhalen, zowel om het effect van de interventieprogramma’s te beoordelen en de resultaten van het preventiebeleid te monitor- en, als om eventuele nieuwe ontwikkelingen te signaleren.

1.1 Risico- en beschermende factorenmodel

Het CtC-model bevat negentien risicofactoren en tien beschermende factoren. De risicofactoren ver- groten de kans op diverse probleemgedragingen. De beschermende factoren verminderen de kans op deze uitkomstmaten. Met een jongerenonderzoek in een stad en de wijken in die stad worden deze beide factoren in kaart gebracht. Voor een uitgebreide beschrijving van het oorspronkelijke model ver- wijzen we naar Wijken gewogen (Jonkman, Boers, Van Dijk & Rietveld, 2006). Met de vragenlijst hebben we in Capelle aan den IJssel de volgende achtergrondvariabelen, probleemgedragingen en risico- en beschermende factoren gemeten:

1.2 Leeswijzer

In dit rapport presenteren we de resultaten van ons onderzoek dat in 2011 onder alle jongeren van 12 tot 18 jaar van de gemeente Gouda is afgenomen. Het rapport is als volgt ingedeeld. Hoofdstuk 2 gaat in op de onderzoeksverantwoording. In hoofdstuk 3, 4, 5 en 6 staan de resultaten van het onderzoek centraal. In hoofdstuk 3 gaat het daarbij om de achtergrondvariabelen en in hoofdstuk 4 komen de probleemgedragingen aan bod. Per wijk worden die afgezet tegen het gemiddelde van Gouda. In hoofd- stuk 5 komen de resultaten aangaande de risico- en beschermende factoren aan de orde. Wederom maken we per wijk een vergelijking met het stadsgemiddelde. In hoofdstuk 6 vergelijken we de resul- taten van dit onderzoek, Jongerenonderzoek Communities that Care Gemeente Gouda, met eerder uitgevoerd onderzoek. Hoofdstuk 7 tot slot bevat de samenvatting van de onderzoeksresultaten en de conclusies.

(16)

Gemeten

beschermende factoren Risicofactoren

Probleemgedragingen

geweld*

jeugddelinquentie*

roken**

alcoholgebruik**

drugsgebruik**

veelvuldig alcohol- en drugsgebruik

schoolverzuim

aan seksualiteit gerelateerd probleemgedrag

depressie*

* afgelopen jaar

** afgelopen maand Domein gezin:

geschiedenis van probleemgedrag in het gezin

problemen met gezinsmanagement conflicten in het gezin

positieve houding van ouders ten aanzien van alcohol- en drugsgebruik

positieve houding van ouders ten aanzien van antisociaal gedrag

Domein gezin:

hechtingssterkte gezin mogelijkheden voor positieve betrokkenheid

beloningen voor positieve betrokkenheid

Domein school:

leerachterstanden gebrek aan binding

Domein school:

mogelijkheden voor positieve betrokkenheid

beloningen voor positieve betrokkenheid

Domein buurt/wijk:

gebrek aan binding in de wijk gebrek aan organisatie in de wijk hoge mate van doorstroming in de wijk

verkrijgbaarheid van drugs en wapens

normen die antisociaal gedrag bevorderen

Domein kinderen en jongeren:

vervreemding en opstandigheid betrokkenheid bij jeugdbende vroeg begin van antisociaal gedrag vroeg begin van alcohol- en drugsgebruik

positieve houding ten aanzien van alcohol- en drugsgebruik

positieve houding ten aanzien van antisociaal gedrag

omgang met vrienden die drugs gebruiken

omgang met vrienden die antisociaal gedrag vertonen

Domein kinderen en jongeren:

gezonde opvattingen en duidelijke normen

sociale vaardigheden religie

Domein buurt/wijk:

mogelijkheden voor positieve betrokkenheid

beloningen voor positieve betrokkenheid

Achtergrondvariabelen

sekse schooltype gezinssituatie taalachtergrond opleidingsniveau ouders arbeidssituatie ouders leeftijd

etniciteit

In Bijlage 1 is een uitgebreide omschrijving van de risico- en beschermende factoren opgenomen.

(17)

16

(18)

VVerwey- Jonker Instituut

2 Onderzoeksverantwoording

2.1 Onderzoeksopzet

De enquête is van 9 tot en met 23 september en van 14 oktober tot en met 16 november 2011 via inter- net afgenomen. De enquête heeft in totaal ruim zes weken online gestaan. Besloten is alle jongeren uit Gouda van 12 tot en met 17 jaar per brief te benaderen. In de brief informeerden we de jongeren over het doel van het onderzoek en legden we uit hoe zij konden deelnemen. Om de respons te verhogen maakten de jongeren – wanneer zij de vragenlijst compleet invulden - kans op verschillende prijzen. Om in te loggen moesten de jongeren gebruikmaken van een persoonlijke inlogcode, die vermeld stond in de brief. Na twee weken is de vragenlijst tijdelijk offline gegaan in verband met het verhogen van de veiligheid van de digitale vragenlijst. Daarna is de tweede periode voor het invullen van de vragenlijst van start gegaan. Deze tweede periode is ook weer via een brief aangekondigd. In deze brief stonden onder andere de nieuwe inloggegevens vermeld. Ter verhoging van de respons is er na de derde week een rappelbrief verstuurd. De organisatie van dit onderzoek was in handen van de gemeente Gouda, in samenwerking met het Verwey-Jonker Instituut.

In het kader van een experimenteel onderzoek zijn aan dit bestand nog 195 jongeren toegevoegd.

Dit zijn jongeren uit twee wijken (experimenteel en controle) die aan een panelonderzoek van het Verwey-Jonker Instituut meedoen, waaraan ook de gemeente Gouda participeert. De organisatie van dit panelonderzoek is in handen van het Verwey-Jonker Instituut.

2.2 Steekproef / Respons

In Gouda ontvingen 4.903 jongeren van 12 tot en met 17 jaar een uitnodiging om mee te doen aan het onderzoek. Van hen hebben er 1.760 deelgenomen aan het onderzoek. Van de vragenlijsten zijn er 148 niet volledig ingevuld; deze lijsten zijn niet meegenomen in de analyses. Van de 1.612 volledig inge- vulde vragenlijsten, bleken er 42 te zijn ingevuld door jongeren jonger dan 12 jaar, of ouder dan 17 jaar; ook deze enquêtes zijn niet meegenomen in de analyses. Als laatste zijn er 45 vragenlijsten buiten beschouwing gelaten vanwege mogelijke fraude. Aan dit aantal zijn 195 ‘paneljongeren’ toegevoegd.

Uiteindelijk beschikten we over een databestand van 1.721 respondenten, wat neerkomt op een respons van 35,1 %. In onderstaande tabel staat hoe de steekproef over de wijken is verdeeld.

(19)

18

Tabel 2.1 Verdeling van de respondenten over de wijken

Wijk aantal percentage

Binnenstad 79 4,4

Korte Akkeren 165 9,6

Bloemendaal 232 13,5

Plaswijck 289 16,8

Gouda-Noord 87 5,1

Kort Haarlem (zonder Gouda Oost) 179 10,4

Goverwelle 450 26,1

Stolwijkersluis en Westergouwe 21 1,2

Nieuwe Park 34 1,9

Achterwillens 111 6,4

Gouda Oost 74 4,3

Totaal 1.721 100,0

Ter toelichting: hoewel Gouda Oost deel uitmaakt van Kort Haarlem, is deze wijk in de volledige rap- portage als afzonderlijke (CtC-)wijk meegenomen.

Het aantal deelnemers is vergeleken met de aantallen jongeren op populatieniveau. Jongens die meededen in het onderzoek zijn in enkele wijken enigszins ondervertegenwoordigd. Daarnaast verschilt de leeftijdsverdeling in twee wijken van de verwachtte aantallen. Door deze afwijkingen is de steek- proef geen goede afspiegeling van de populatie jongeren in Gouda. Deze afwijkingen zijn in het verdere onderzoek gecorrigeerd met wegingsfactoren. Door weging toe te passen (in dit onderzoek leeftijd en geslacht) worden uitkomsten gecorrigeerd: personen in groepen die ondervertegenwoordigd zijn in de steekproef krijgen een gewicht groter dan 1 toegekend en personen in oververtegenwoordigde groepen krijgen een gewicht kleiner dan 1 toegekend.

Betekenisvolle vergelijkingen tussen wijken en het stadsgemiddelde zijn mogelijk bij wijken die 84 jongeren of meer omvatten (bij een eenzijdige toets, omdat we de richting van het effect kennen, bij een effectsize van 0.25, bij een alpha van 0.10, een power van 0.80 en een stadsgemiddelde dat meer dan zes keer zoveel jongeren omvat). In het geval van Gouda moeten de gegevens van Gouda Oost, Nieuwe Park, Stolwijkersluis/Westergouwe en de Binnenstad met voorzichtigheid worden geïnterpre- teerd.

Hieronder staat de verdeling van jongeren uit de wijken voor de variabelen leeftijd en sekse vóór de weging.

(20)

Tabel 2.2a Verdeling naar leeftijd voor weging (percentages)

Wijk (steekproef) 12 13 14 15 16 17 Totaal

Stadsgemiddelde (steekproef) 15,1 17,0 20,0 18,1 16,4 13,5 100,0

Binnenstad 22,2 13,1 23,2 14,1 12,1 15,6 100,0

Kort Akkeren 17,1 16,5 21,3 20,1 14,0 11,1 100,0

Bloemendaal 13,0 19,4 20,0 18,4 15,4 13,8 100,0

Plaswijck 11,6 19,4 17,8 12,4 19,4 19,4 100,0

Noord 12,9 17,7 25,8 24,2 6,7 12,9 100,0

Kort Haarlem (zonder Gouda Oost) 20,5 16,6 15,9 16,6 16,6 13,9 100,0

Goverwelle 12,6 14,9 19,1 19,3 21,1 13,1 100,0

Stolwijkersluis en Westergouwe 9,1 45,5 18,2 9,1 9,1 9,1 100,0

Nieuw Park 6,7 23,2 30,0 10,0 16,7 13,3 100,0

Achterwillens 15,7 12,8 20,6 26,5 12,8 11,8 100,0

Oost 21,4 16,1 23,2 14,3 12,5 12,5 100,0

Stad (populatie) 16,0 16,2 16,8 16,4 16,4 18,3 100,0

Tabel 2.2b Verdeling naar sekse voor weging (percentages)

geslacht

Wijk (steekproef) jongen meisje Totaal

Stadsgemiddelde (steekproef) 45,4 54,6 100,0

Binnenstad 37,4 62,6 100,0

Kort Akkeren 47,6 52,4 100,0

Bloemendaal 44,5 55,5 100,0

Plaswijck 42,6 57,4 100,0

Noord 38,7 61,3 100,0

Kort Haarlem (zonder Gouda Oost) 48,3 51,7 100,0

Goverwelle 47,7 52,3 100,0

Stolwijkersluis en Westergouwe 18,2 81,8 100,0

Nieuw Park 46,7 53,3 100,0

Achterwillens 42,2 57,8 100,0

Oost 35,7 64,3 100,0

Stad (populatie) 51,1 48,9 100,0

De verdeling van jongeren naar leeftijd en geslacht over de wijken is wisselend. Na weging is er een representatieve steekproef van 12- tot en met 17-jarige jongeren die in Gouda wonen. Hierbij merken we wel op dat het vrijwillige karakter van deelname aan het onderzoek zorgt voor een vertekening van de representativiteit: er zou sprake kunnen zijn van een zelfselectie-effect (jongeren met bepaalde achtergronden zouden meer mee hebben kunnen doen dan jongeren met andere achtergronden).

Wanneer we in deze rapportage spreken over jongeren uit Gouda, doelen we op deze gecorrigeerde steekproef.

leeftijd

(21)

20

(22)

VVerwey- Jonker Instituut

3 Achtergrondkenmerken

In dit hoofdstuk geven we de achtergrondkenmerken weer van de jongeren die hebben deel genomen aan het onderzoek. De gepresenteerde percentages per wijk en het stadsgemiddelde van Gouda staan in één tabel of grafiek weergegeven, zodat de resultaten direct onderling vergelijkbaar zijn.

In onderstaande tabellen en grafieken presenteren we achtereenvolgens de resultaten voor leeftijd, geslacht, schooltype, etniciteit, gezinssituatie, taalachtergrond, opleidingsniveau en werksituatie ouders. In tegenstelling tot de tabellen die we in het vorige hoofdstuk lieten zien, betreft het in Tabel 3.1 gewogen gegevens.

Tabel 3.1 Leeftijd (percentages)

Wijk 12 13 14 15 16 17 Totaal

Stadsgemiddelde (steekproef) 15,1 17,0 20,0 18,1 16,4 13,5 100,0

Binnenstad 17,7 12,7 25,3 13,9 12,7 17,7 100,0

Kort Akkeren 17,6 15,8 21,8 19,4 13,9 11,5 100,0

Bloemendaal 13,4 20,7 19,0 20,3 15,9 10,8 100,0

Plaswijck 12,1 19,7 20,1 14,2 15,9 18,0 100,0

Noord 18,4 18,4 23,0 18,4 9,2 12,6 100,0

Kort Haarlem (zonder Gouda Oost) 21,8 17,9 15,1 17,3 16,8 11,2 100,0

Goverwelle 12,7 14,9 19,3 19,1 20,9 13,1 100,0

Stolwijkersluis en Westergouwe 9,5 28,6 19,0 19,0 9,5 14,3 100,0

Nieuw Park 8,8 23,5 26,5 11,8 17,6 11,8 100,0

Achterwillens 14,4 11,7 21,6 26,1 13,5 12,6 100,0

Oost 23,0 13,5 20,3 13,5 14,9 14,9 100,0

In de steekproef van de gemeente Gouda zijn 13- en 14-jarigen wat oververtegenwoordigd en 16- en 17-jarigen wat ondervertegenwoordigd. Wanneer we kijken naar de verdeling van de jongeren over de verschillende wijken, zien we ook enkele verschillen. In Nieuwe Park en Stolwijkersluis en Westergouwe zijn 12-jarigen ondervertegenwoordigd. Onder 16- en 17-jarigen zien we een ondervertegenwoordiging terug in de wijken Bloemendaal, Gouda-Noord, Goverwelle en Stolwijkersluis en Westergouwe.

leeftijd

(23)

22

Grafiek 3.1 Geslacht

Grafiek 3.1 laat ons zien dat er verschillen zijn in de verdeling van jongens en meisjes over de Goudse wijken. In het algemeen hebben meer meisjes dan jongens de vragenlijsten ingevuld (51,6% tegen- over 48,4). Er is één wijk met een duidelijk ongelijke verdeling: Stolwijkersluis/Westergouwe (bijna 83% meisjes). Maar, zoals gezegd, hebben relatief weinig jongeren uit deze wijk aan dit onderzoek meegedaan.

Grafiek 3.2 Schooltypen

0 1 2 3 4

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Basisonderwijs

0 5 10 15 20 25

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Brugklas

0 2 4 6

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Speciaal Onderwijs

0 10 20 30 40

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

VMBO

0 20 40 60 80

percentage Oost

Achterwillens Nieuwe Park Stolwijkersluis en westergouw Goverwelle Kort Haarlem Gouda Noord Plaswijck Bloemendaal Kort Akkeren Binnenstad Stadsgemiddelde

Geslacht

mean of jongen mean of meisje

(24)

De grafieken 3.2 laten zien dat de verdeling naar schooltype min of meer gelijk is in alle wijken van Gouda. Opvallend is hier dat relatief veel jongeren uit het onderzoek het vwo volgen, zeker jongeren uit de Binnenstad en Stolwijkersluis/Westergouwe. Ook wonen hier (in weliswaar een veel lager per- centage) vooral de jongeren die hbo of universiteit volgen. Daarentegen zitten jongeren uit

Kort Akkeren voor een groot deel op het vmbo (en het mbo) en duidelijk minder op het vwo.

Tabel 3.2 Etniciteit (percentages)

Wijk

Neder- lands

Suri- naams

Antil- liaans

Turks Marok- kaans

Indone- sisch

Overig Totaal

Stadsgemiddelde 76,9 1,8 1,3 1,1 9,9 0,7 8,3 100,0

Binnenstad 88,3 0,0 0,0 0,0 3,9 0,0 7,8 100,0

Korte Akkeren 68,1 2,4 0,6 1,8 18,1 0,0 9,0 100,0

Bloemendaal 80,8 1,6 2,2 1,1 4,9 1,1 8,2 100,0

Plaswijck 76,6 2,4 2,1 1,0 8,0 0,7 9,1 100,0

Gouda-Noord 88,2 0,0 0,0 0,0 2,4 0,0 9,4 100,0

Kort Haarlem (zonder Gouda Oost) 80,6 0,6 1,7 0,6 7,4 1,1 8,0 100,0

Goverwelle 79,7 1,7 0,7 0,7 7,8 0,7 8,8 100,0

Stolwijkersluis en Westergouwe 95,2 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 4,8 100,0

Nieuwe Park 94,1 0,0 0,0 0,0 5,9 0,0 0,0 100,0

0 5 10 15 20 25

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

HAVO

0 5 10 15

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

MBO

0 10 20 30 40

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

VWO

0 2 4 6

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

HBO Universiteit

etniciteit

(25)

24

Wijk

Neder- lands

Suri- naams

Antil- liaans

Turks Marok- kaans

Indone- sisch

Overig Totaal

Achterwillens 66,4 5,5 2,7 2,7 15,5 0,9 6,4 100,0

Gouda Oost 45,9 1,4 1,4 2,7 36,5 2,7 9,5 100,0

Tabel 3.2 toont per wijk de verdeling van de jongeren over de verschillende etnische groepen. De meet- methode van het CBS voor het vaststellen van iemands achtergrond is ook hier toegepast. Er is gekeken naar het geboorteland van de jongere, de vader en de moeder. Meer dan driekwart van de jongeren uit Gouda heeft een Nederlandse achtergrond. In de wijken Stolwijkersluis/Westergouwe en Nieuwe Park is de groep jongeren met een Nederlandse achtergrond het grootst. In Gouda Oost is deze groep het kleinst vergeleken met de andere wijken (45,9%). Van de niet-Nederlandse jongeren is in Gouda de groep Marokkaanse jongeren het grootst (bijna 10 % stadsbreed). Deze groep woont vooral in

Kort Akkeren, Achterwillens en Gouda Oost. Van de onderzochte Goudse jongeren behoort 8,3% tot de groep Overig. De groep is redelijk verdeeld over de wijken, maar woont niet in Nieuwe Park.

Grafiek 3.2 Gezinssituatie

0 20 40 60 80

Percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Twee ouder gezin

0 1 2 3

Percentage

Stadsgemiddelde

BinnenstadKort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Stiefouders

0 10 20 30

Percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Een ouder gezin etniciteit

(26)

Uit grafiek 3.3 blijkt dat 81,6% van de jongeren uit Gouda opgroeit in een gezin waar beide ouders aan- wezig zijn. In Nieuwe Park is de groep jongeren die opgroeit met de beide ouders met meer dan 88%

het grootst. In Kort Akkeren is dat het laagste. De groep jongeren die opgroeit in een eenoudergezin is het grootst in deze laatste wijk Kort Akkeren (30,9%). Stiefoudergezinnen komen weinig voor in Gouda (0,5%).

Grafiek 3.4 Taalachtergrond

Grafiek 3.4 betreft de taalachtergrond van de jongeren. Deze achtergrond kan Nederlands of anders zijn. In het onderzoek is geïnformeerd naar de taal die de jongeren thuis en met hun beste vrienden spreken. Wanneer jongeren thuis en met vrienden Nederlands spreken en wanneer de jongeren thuis Nederlands spreken maar met vrienden een andere taal, is de taalachtergrond Nederlands. De rede- nering is dat de jongere vanaf jonge leeftijd regelmatig Nederlands heeft gesproken. Wanneer jongeren thuis en met vrienden een andere taal spreken, of thuis een andere taal maar met vrienden Nederlands, hebben zij een andere taalachtergrond dan de Nederlandse.

94,3% van de jongeren in Gouda heeft een Nederlandse taalachtergrond. In Oost is dit percentage veruit het laagst: 25,7% van de jongeren heeft hier een niet-Nederlandse taalachtergrond. In

Kort Akkeren is dit percentage 11,5. In de overige wijken ligt het percentage jongeren met een Neder- landse taalachtergrond tussen de 88,5% en 100%.

Grafiek 3.5 Opleidingsniveau ouders

0 20 40 60 80 100

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Nederlandse taal

0 5 10 15 20 25

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Buitenlandse taal

0 5 10 15

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle Nieuwe ParkAchterwillens Oost

Opleidingsniveau ouders laag

0 20 40 60 80 100

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle Nieuwe ParkAchterwillens Oost

Opleidingsniveau ouders hoog

(27)

26

De grafieken 3.5 bevatten gegevens over het opleidingsniveau van de ouders van de jongeren. Hierbij is een onderscheid gemaakt tussen hoog en laag opleidingsniveau. Een ouder is ingedeeld in de categorie

‘hoogopgeleiden’ als deze voor het laatst middelbaar beroepsonderwijs, hoger beroepsonderwijs en/of universiteit heeft gevolgd. Als het laatst gevolgde onderwijs lagere school, lager beroepsonderwijs en/of middelbare school is, valt hij/zij onder laag opgeleiden. Van gemiddeld 66,3% van de jongeren heeft één of beide ouders een hoog opleidingsniveau. In Stolwijkersluis/Westergouwe (een van de wijken met lage deelnamecijfers) is dit percentage zelfs 98,8%. Maar ook in Nieuwe Park (de andere wijk met lage deel- namecijfers) is dit percentage hoog (82,4%). Het kleinst is de groep hoogopgeleide ouders in Oost (40,5%) en Kort Akkeren (48,7%). Het percentage ouders met een lage opleiding is hier hoger dan in andere wijken. Een opmerking hierbij is dat er bij jongeren veel onduidelijk is over het opleidingsniveau van de ouders; 44,6% van de jongeren uit Oost weet bijvoorbeeld niets over het opleidingsniveau van de ouders.

Grafiek 3.6 Arbeidssituatie ouders

0 10 20 30 40 50

mean of oudonb

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Opleidingsniveau ouders onbekend

0 20 40 60 80

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Beide ouders werken

0 5 10 15

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Geen van de ouders werkt

0 10 20 30 40

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Een van de ouders werkt

0 2 4 6 8

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Opleidingsniveau ouders onbekend

(28)

Bovenstaande grafiek 3.6 toont de arbeidssituatie van de ouders van jongeren in Gouda. Een ouder geldt als werkend wanneer deze een baan heeft, ongeacht het aantal uren per week.

Van de Goudse jongeren heeft 72,1% twee ouders die werken. In Gouda Noord is dat percentage zelfs 86,2%. Van een vijfde van de jongeren werkt een van de ouders. Slechts een kleine 4% van de jongeren heeft ouders die geen van beide werken. In Oost en Kort Akkeren is de grootste diversiteit in arbeids- situatie. In Gouda Oost bijvoorbeeld heeft 16,2% van de ouders geen werk. Voor een klein deel van de jongeren is de arbeidssituatie van de ouders onbekend (bijna 4%).

Samenvatting

• Meer dan een derde van de jongeren tussen de 12 en 17 jaar uit Gouda (35,1%) heeft aan het onder- zoek deelgenomen. Dit percentage ligt gelijk aan het percentage bij de vorige meting (35%).

• In het databestand dat we hebben geanalyseerd zijn 13- en 14-jarigen wat oververtegenwoordigd (17,1% en 20%) en de groep 17-jarigen (13,5%) wat ondervertegenwoordigd. Iets meer meisjes (51,6%) dan jongens (48,4%) hebben aan het onderzoek deelgenomen.

• Relatief veel kinderen uit Gouda zitten op het vwo (bijna een derde).

• Meer dan driekwart van de jongeren uit Gouda die aan het onderzoek meededen heeft de Neder- landse etniciteit. Van de etnische groepen is de groep Marokkaanse jongeren (9,3%) en de groep Overig (8,3%) het grootst. In Gouda Oost is de groep jongeren met een niet-Nederlandse achtergrond het grootst (45,9%) met vooral een hoog percentage Marokkaanse jongeren (36,5%).

• 81,6% van de jongeren in Gouda groeit op in een tweeoudergezin. In Kort Akkeren wonen relatief veel jongeren die opgroeien in een eenoudergezin (30,9%).

• Het grootste deel van de jongeren in Gouda heeft een Nederlandse taalachtergrond (94,3%). In Oost heeft 25,7% een niet-Nederlandse taalachtergrond.

• Gemiddeld heeft ruim 66,3% van de ouders een hoog opleidingsniveau. In Oost (40,5%) en Kort Ak- keren (48,7%) is dat percentage duidelijk lager.

• 72,1% van de jongeren heeft ouders die allebei een baan hebben. In Oost en Kort Akkeren is de diver- siteit in arbeidssituaties van ouders het grootst. In Oost zegt 16,2% van de jongeren dat hun ouders geen werk hebben.

(29)

28

(30)

VVerwey- Jonker Instituut

4 Probleemgedragingen

Jongerenonderzoek Communities that Care in de Gemeente Gouda biedt inzicht in verschillende prob- leemgedragingen die in het leven van jongeren een rol (kunnen) spelen en die de leefsituatie in de wijken negatief kunnen beïnvloeden. Het gaat hier om geweld, jeugddelinquentie, problematisch roken, alcohol- en drugsgebruik, schoolverzuim, seksualiteit gerelateerd probleemgedrag en depressie. Dit hoofdstuk gaat hier verder op in.

In de eerste twee grafieken staan per wijk de scores van de jongeren die verklaren dat ze zich schul- dig hebben gemaakt aan geweld (Grafiek 4.1) en jeugddelinquentie (Grafiek 4.2).

4.1 Geweld

Grafiek 4.1 Geweld (percentages)

0 1 2 3 4

percentage

Stadsgemiddelde

BinnenstadKort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Wapens

0 1 2 3 4 5

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Slaan

0 2 4 6 8

percentage

Stadsgemiddelde

BinnenstadKort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Vechten

-1 1

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Dreigen

(31)

30

Uit grafiek 4.1 valt op te maken dat minder dan 2% van de jongeren soms of regelmatig een wapen bij zich draagt. In de wijk Achterwillens is dit percentage het hoogste (3,8%) en in Gouda Noord is dit 3,4%.

Aan fysiek geweld (slaan, vechtpartijen) maken jongeren uit bepaalde wijken van Gouda zich meer schuldig. Hogere scores hierop vinden we in Oost (5,8%), Kort Haarlem (6,1%) en Plaswijck (6,0%) waar een groter deel van de jongeren zich schuldig heeft gemaakt aan deelname aan vechtpartijen, en in Kort Haarlem bij Slaan (4,6%). Iemand bedreigen komt in geen van de wijken van Gouda voor.

4.2 Jeugddelinquentie

Grafiek 4.2 Jeugddelinquentie

0 1 2 3 4

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Vernielen

0 1 2 3 4

percentage

Stadsgemiddelde

BinnenstadKort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Diefstal op school

0 1 2 3 4

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaal Plaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Politiecontacten

0 1 2 3

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Winkeldiefstal

0 .2 .4 .6

percentage

Stadsgemiddelde

BinnenstadKort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Heling

(32)

De wijken vertonen op de indicatoren van Jeugddelinquentie enige verschillen. Op de vijf delinquentie- items (Met de politie in aanraking komen, Gestolen spullen verkocht, Iets op school gestolen, Iets uit een winkel gestolen, Iets op straat vernield) wordt maximaal 4,1% gescoord (in Gouda Oost, op ver- nielen en politiecontacten). De jongeren uit de Binnenstad scoren ook enkele keren hoger dan jongeren uit de andere wijken. De jongeren uit Gouda Oost scoren op de meeste items het hoogst van de Goudse wijken. Jongeren uit Stolwijkersluis/Westergouwe scoren nauwelijks op deze items. Heling komt in de Goudse wijken heel weinig voor volgens de jongeren die deel hebben genomen aan het onderzoek.

4.3 Drinken, roken en drugs

Grafiek 4.3a Alcoholgebruik

Bijna een derde van de jongeren heeft in Gouda de laatste maand gedronken (31,6%). In de Binnenstad is dat 10% meer. Daar heeft 41,6% van de jongeren de laatste maand alcohol gebruikt. In Oost wordt het minst gedronken, zo kunnen we afleiden uit de indicator De laatste maand alcohol gedronken(18,6%).

Uit de grafieken 4.3a blijkt dat bijna 5% van de jongeren zegt aan binge drinking te hebben gedaan (vijf of meer glazen op een avond in de afgelopen twee weken). In Stolwijkersluis/Westergouwe (9,5%) maar ook in Gouda Noord (8,6%) en Kort Akkeren (7,8%) ligt dat percentage hoger. Noch in Nieuwe Park, noch in Gouda Oost komt binge drinking voor. Het aantal glazen dat jongeren de afgelopen maand gemiddeld hebben gedronken ligt in de verschillende wijken van Gouda redelijk gelijk (iets meer dan 7 glazen in de afgelopen maand): in Gouda Noord (8,5) het hoogste en in Achterwillens het laagste (5,8).

0 20 40 60

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Alcohol laatste maand

0 2 4 6 8

aantal

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaal Plaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Aantal glazen per maand

0 1 2 3

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Veel Drinken

0 2 4 6 8 10

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaal Plaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Bingedrinking

(33)

32

Grafiek 4.3b Roken

Uit grafiek 4.3b blijkt dat 11,3% van de jongeren de laatste maand heeft gerookt. In Nieuwe Park en de Binnenstad zijn dat er meer en in Gouda Noord en Oost duidelijk minder. Bijna 2% van de jongeren rookt meer dan tien sigaretten per dag. In Kort Akkeren is dat bijna twee keer zo hoog (3,6%). In Nieuwe Park en Stolwijkersluis en Westergouwe zeggen jongeren niet veel te roken (hier gemeten aan de hand van de vraag Hoeveel sigaretten rook je gemiddeld per dag, waarbij gemiddeld meer dan tien sigaretten geldt als veel roken.

Grafiek 4.3c Hasj

Het gebruik van hasj en marihuana over de laatste maand is twee keer zo hoog in de Binnenstad (5,1%) en Plaswijck (4,8%) dan in Gouda gemiddeld (2,4%). In Stolwijkersluis en Westergouwe en Nieuwe Park zijn er volgens de jongeren de afgelopen maand geen softdrugs gebruikt.

Bijna een half procent van de jongeren in Gouda gebruikt een of meer keer per week softdrugs. In de Binnenstad en Plaswijck zijn dat meer jongeren (1,3% en 1,7%). In de meeste wijken ontkennen jon- geren veelvuldig softdrugs te gebruiken.

0 5 10 15 20

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Roken laatste maand

0 1 2 3 4 5

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaal Plaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Hasj Marihuana laatste maand

0 1 2 3 4

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaalPlaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Meer dan 10 sigaretten

0 .5 1 1.5 2

percentage

Stadsgemiddelde Binnenstad

Kort AkkerenBloemendaal Plaswijck

Gouda NoordKort HaarlemGoverwelle

Stolwijkersluis en westergouw Nieuwe ParkAchterwillens

Oost

Softdrugs 1 of meer keer per week

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In het AMC zijn geen metingen uitgevoerd, omdat daar nauwelijks ethanol wordt gebruikt voor desinfectie.. In som- mige andere ziekenhuizen wordt veel meer

De scores voor het “Doen” waren lager door de redelijk ingewikkelde vervangingsprojecten, met een groot aantal interne actoren en vele betrokken externe partij- en,

Binnen het domein School valt Stolwijkersluis en Westergouwe positief op (Mogelijkheden voor positieve betrok- kenheid) en in het domein Kinderen en Jongeren scoren jongeren in

Door alle verwijzingen naar het landschap en de geschiedenis is het nieuwe park een continue uitdaging voor de beheerder. Dat heeft De Ruyter, in goed overleg met de gemeente,

Bij een score ≥5 (mannen <65 jaar) of ≥4 (vrouwen alle leeftijden en mannen ≥65 jaar):?. ga verder met de

Bel dan gerust van maandag t/m vrijdag tussen 08.00-16.30 uur naar de polikliniek KNO of naar de afdeling waar uw kind opgenomen wordt. Meer informatie over behandelingen en

Een positieve zienswijze af te geven ten aanzien van het voornemen van de veiligheidsregio’s om drie jaar na oprichting over te gaan tot evaluatie van het functioneren van

Een positieve zienswijze af te geven ten aanzien van het voornemen van de veiligheidsregio’s om drie jaar na oprichting over te gaan tot evaluatie van het functioneren van