VRAGEN-van-de-SP-van-mevrouw-A-B-M-Schlebusch-betreffende-het-ontbreken-van-vervolg-op-tijdelijke-gesubsidieerde-banen-met-antwoorden-college.pdf PDF, 11 kb

VRAGEN

door de leden van de raad gesteld overeenkomstig artikel 38 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de raad van de gemeente Groningen.

2010 – Nr. 20.

VRAGEN van de SP van mevrouw A.B.M. Schlebusch betreffende het ontbreken van vervolg op tijdelijke gesubsidieerde banen.

(Binnengekomen: 8 februari 2010.)

De laatste tijd komen bij de SP in toenemende mate ervaringen binnen van mensen die tijdelijk een gesubsidieerde baan via Weerwerk gehad hebben en nu weer

werkloos worden. Het gaat om mensen die via de regeling ‘Perspectief op Werk’ aan de slag gegaan zijn bij DSW Stadspark of bij maatschappelijke instellingen in de stad.

Wat wij merken, is dat het opnieuw werkloos worden voor deze mensen een grote teleurstelling is. Zij hadden op basis van mededelingen van de consulenten van Weerwerk verwacht dat er na de tijdelijke baan een vervolg zou komen en ervaren de nieuwe periode van werkloosheid als een groot probleem.

Ik weet dat de Perspectief op Werk-banen als tijdelijk bedoeld zijn, en ik begrijp dat het niet zal lukken iedereen binnen de periode van de gesubsidieerde baan aan regulier werk te helpen. Maar als blijkt dat een groot deel van de mensen na hun tijdelijke baan weer werkloos wordt, dan is er wat mij betreft wel iets aan de hand wat niet acceptabel is. Ik heb daarom de volgende vragen aan u:

- Hoeveel mensen hebben de afgelopen jaren een Perspectief op Werk-baan via Weerwerk gehad?

- Hoeveel van hen hebben na die baan aansluitend ander werk gevonden, en hoeveel van hen zijn na afloop van de baan weer werkloos geworden?

- Bent u het met de SP eens dat het erg onwenselijk is dat mensen na een POW- baan slechts perspectief op een uikering geboden kan worden?

- Wat gaat u doen om ervoor te zorgen dat er aansluitend op een POW-traject ander werk is?

- Welke begeleiding krijgen de mensen die na hun POW-baan weer terugvallen op een uitkering? Bent u bereid die begeleiding te intensiveren? Indien nee, waarom niet?

Het college beantwoordt de vragen als volgt:

Groningen, 2 maart 2010.

1. In 2008 en 2009 hebben in totaal 473 klanten een dienstverband "Perspectief

op Werk" (POW) gehad via Weerwerk.

2

2. Van deze 473 klanten hebben er 248 (52%) aansluitend ander werk gevonden.

Van deze 473 klanten zijn er 183 (38%) opnieuw werkloos geworden.

3. Het college vindt het onwenselijk als blijkt dat klanten niet in staat zijn om na een POW baan uit te stromen naar werk. Het is juist de bedoeling dat klanten door het opdoen van werkervaring al dan niet in combinatie met scholing in staat zijn om zelf een reguliere baan te vinden. Helaas lukt dit niet voor iedereen. De meerderheid, ruim de helft van onze klanten (52%) is in staat om werk te vinden. Ook moeten we vaststellen dat gedurende een POW baan zowel de werkgever als de werknemer tot de conclusie komen dat voor een deel van de klanten regulier werk nog geen reëel vooruitzicht is.

4. In de toekomst gaan we de volgende dingen doen om te bereiken dat er minder klanten dan nu na een POW baan werkloos raken.

We gaan eerst kritischer kijken of een POW baan voor de betreffende klant wel het meest geschikte re-integratie instrument is. Als blijkt dat klanten voorafgaand aan een POW baan niet beschikken over voldoende competenties die minimaal nodig zijn om door te groeien naar regulier werk, bieden we ze niet langer een POW baan aan. In de uitgangsnotitie P-budget 2011-2014 staat dat we voor klanten die een Meedoen-traject hebben afgerond op dit moment niet altijd het juiste vervolgtraject hebben. Om deze klanten toch vast te houden, zetten we voor hen momenteel vaak POW in. Voor een deel van deze klanten is een POW baan echter een te grote stap gebleken waardoor ze niet doorstromen naar regulier werk. Voor deze groep ontwikkelen we een passender instrument dat aansluit op Meedoen en als voortraject dient voor POW.

Het zorgen voor een passend aanbod op elke trede van de participatieladder alleen is niet de garantie dat elke klant ook daadwerkelijk uitstroomt naar werk. Aan het einde van een POW baan, al dan niet met het juiste voortraject, heeft een groot deel van de klanten door het opdoen van werkervaring in combinatie met scholing voldoende capaciteiten om zichzelf een plek op de arbeidsmarkt te verwerven. Van een deelnemer aan een POW baan verwachten we dat hij/zij zich actief inspant om een reguliere baan te vinden. We geven dus niet de garantie dat een klant ook daadwerkelijk een baan krijgt.

Verschillende andere factoren spelen daarbij een rol bijvoorbeeld het zoek- gedrag van de klant maar ook de situatie op de arbeidsmarkt.

5. Klanten die opnieuw werkloos worden, komen na het verstrijken van de WW-

uitkering terug in de WWB. Daar biedt de consulent Werk ze de dienst-

verlening zoals we die aan elke reguliere nieuwe klant bieden. Als een eerder

instrument niet heeft bijgedragen tot het realiseren van de ontwikkeling, is het

zaak om vervolgens die instrumenten in te zetten die wel aansluiten bij de

situatie van de klant. Wij zijn van mening dat enkel intensivering van de

geboden begeleiding niet de oplossing is. Het zorgvuldig inzetten van de meest

geschikte re-integratie instrumenten gericht op de individuele ontwikkeling

van een klant is dat wel.