VU Research Portal
De toepassing van het Haags Kinderontvoeringsverdrag in Nederland en het belang
van het kind
Ruitenberg, G.C.A.M.
2015
document version
Publisher's PDF, also known as Version of record
Link to publication in VU Research Portal
citation for published version (APA)
Ruitenberg, G. C. A. M. (2015). De toepassing van het Haags Kinderontvoeringsverdrag in Nederland en het
belang van het kind. Boom Juridische uitgevers.
General rights
Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of accessing publications that users recognise and abide by the legal requirements associated with these rights. • Users may download and print one copy of any publication from the public portal for the purpose of private study or research. • You may not further distribute the material or use it for any profit-making activity or commercial gain
• You may freely distribute the URL identifying the publication in the public portal ?
Take down policy
If you believe that this document breaches copyright please contact us providing details, and we will remove access to the work immediately and investigate your claim.
E-mail address:
V
Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1 Inleiding 1 1.1 Introductie 1 1.2 Enkele cijfers 2 1.3 Het Haags Kinderontvoeringsverdrag in vogelvlucht 31.3.1 Inleiding 3
1.3.2 Definitie van internationale kinderontvoering 4 1.3.3 Doel van het Verdrag 6 1.3.4 Toepassing van het Verdrag 7 1.4 Vraagstelling en onderzoeksmethode 8 1.4.1 Vraagstelling 8 1.4.2 Onderzoeksopzet, methode en afbakening 9 1.5 Opbouw van het onderzoek 10
Deel I
De achtergrond van het HKOV en het belang van het kind als
uitgangspunt bij de toepassing ervan 13
Hoofdstuk 2
Naar een Haags Kinderontvoeringsverdrag… 15
2.1 Inleiding 15
2.2 De Nederlandse situatie ten aanzien van internationale kinderontvoering voor het ontstaan van het Haags
Kinderontvoeringsverdrag 15
2.2.1 Inleiding 15
2.2.2 Bestaande regelingen 16 2.2.3 Beschikbare informatie en jurisprudentie over
internationale kinderontvoering 19 2.3 De situatie ten aanzien van internationale kinderontvoering
voor het ontstaan van het Haags Kinderontvoeringsverdrag
op internationaal niveau 23
2.3.1 Inleiding 23
VI
2.4 Vragen over kinderontvoering en antwoorden van de lidstaten 33 2.5 Kinderontvoering en ervaringen van International Social Service 34 2.6 Eerste bijeenkomst Special Commission over kinderontvoering
– maart 1979 36
2.7 Het ontwerpverdrag 37 2.8 Veertiende zitting van de Haagse Conferentie, ondertekening en
inwerkingtreding 38
2.9 Conclusie 41
2.9.1 De situatie ten aanzien van internationale kinderontvoering voor de inwerkingtreding van het HKOV 41 2.9.2 De totstandkoming van het Haags Kinderontvoeringsverdrag 42
2.9.3 Slot 43
Hoofdstuk 3
De inhoud van het Haags Kinderontvoeringsverdrag aan de hand van het
toelichtend rapport van Pérez-Vera 45
3.1 Inleiding 45
3.2 De doelen van het Verdrag 46 3.3 De aard van het Verdrag 51 3.4 De instrumenten voor de toepassing van het Verdrag 52 3.5 Terminologie 52 3.6 Commentaar bij de verdragsbepalingen 53
3.7 Conclusie 61
3.7.1 Het belang van het kind in de tekst van het Haags
Kinderontvoeringsverdrag 61
3.7.2 Slot 63
Hoofdstuk 4
Het belang van het kind 65
4.1 Inleiding 65
4.2 Het belang van het kind als uitgangspunt in het IVRK 66 4.2.1 Artikel 3 IVRK, het belang van het kind als ‘sleutelbepaling’ 66 4.2.2 Artikel 2, 5-12, 18 en 20 IVRK 67 4.2.3 General Comment No. 6 71 4.3 Het belang van het kind bij toepassing van het HKOV: enkele
dilemma’s 72
4.3.1 Inleiding 72
4.3.2 Dilemma’s 73
4.3.2.1 Het belang van het (individuele) kind versus andere
VII
4.3.2.2 Teruggeleiding in of niet strijdig met het belang van
het kind 77
4.3.2.3 Snelheid versus kwaliteit 79 4.3.2.4 Het belang van het kind na terugkeer? 81 4.3.2.5 Verenigbaarheid van het HKOV met (artikel 3) IVRK 83 4.4 Het belang van het kind nader ingevuld 86
4.5 Conclusie 92
4.5.1 Het belang van het kind in het IVRK en als criterium in
Nederlandse juridische procedures 92 4.5.2 Dilemma’s ten aanzien van het belang van het kind bij
toepassing van het HKOV 94
Hoofdstuk 5
Conclusie van deel I: De achtergrond van het HKOV
en het belang van het kind als uitgangspunt bij de toepassing ervan 97
Deel II
Toepassing van het Verdrag in Nederland 107
Hoofdstuk 6
Ratificatie van het HKOV door en (ontwikkeling van) de
Uitvoeringswetgeving in Nederland 109
6.1 Inleiding 109
6.2 De wetsvoorstellen 110 6.2.1 Inleiding 110 6.2.2 Motivering voor ratificatie 110 6.2.3 Voorbehoud 113 6.2.4 Rechtstreekse werking 113 6.2.5 De Uitvoeringswet 114 6.3 Adviezen en behandeling van het wetsvoorstel 119 6.3.1 Adviezen van diverse organisaties en de Raad van State 119 6.3.2 Behandeling in de Staten-Generaal 120 6.4 De wijzigingen in de Uitvoeringswet internationale kinderontvoering
per 1 januari 2012 121 6.4.1 Inleiding 121 6.4.2 De wijzigingen in de Uitvoeringswet 122
6.4.2.1 Concentratie van rechtspraak in teruggeleidingszaken 123 6.4.2.2 Beperking van het cassatieberoep in
teruggeleidingszaken 130 6.4.2.3 Schorsende werking van het hoger beroep in
VIII
6.4.2.4 Afschaffing van de procesvertegenwoordigende
bevoegdheid van de CA 139
6.5 Conclusie 142
6.5.1 Het belang van het kind in de Nederlandse wetsgeschiedenis van het HKOV en bij de invoering van de Uitvoeringswet 142 6.5.2 Het belang van het kind bij de wijziging van de Uitvoeringswet
in 2012 144
Hoofdstuk 7
Toepassing van het HKOV in Nederland – inclusief de toepassing van
andere internationaal rechtelijke instrumenten 147
7.1 Inleiding 147
7.2 Cijfers 148
7.2.1 Inleiding 148 7.2.2 Ontvoeringen naar Nederland (inkomende zaken) 151 7.2.3 Ontvoeringen vanuit Nederland naar het buitenland
(uitgaande zaken) 160 7.2.4 Internationale omgangszaken 167 7.3 Toepassingsgebied van het Verdrag 170 7.4 Ontvoeringen naar Nederland (inkomende zaken) 173 7.5 Inkomende verzoeken tot omgang 187 7.6 Ontvoeringen vanuit Nederland en uitgaande verzoeken tot
omgang (uitgaande zaken) 189 7.7 Juridische maatregelen die kunnen bijdragen aan het voorkomen
van kinderontvoering 204 7.8 Andere internationaal rechtelijke instrumenten en de samenloop
daarvan met het HKOV 212 7.8.1 Inleiding 212 7.8.2 Europees Verdrag 1980 213 7.8.2.1 Inleiding 213 7.8.2.2 De inhoud van het EV 214 7.8.2.3 Samenloop EV/HKOV 218 7.8.2.4 Het belang van het kind in het EV 221 7.8.3 Verordening Brussel II bis 225 7.8.3.1 Inleiding 225 7.8.3.2 De inhoud van de Verordening Brussel II bis 227 7.8.3.3 De Verordening Brussel II bis: in het belang van het
kind? 237 7.8.4 Europees Verdrag inzake de omgang van en met kinderen
2003 244
IX
7.8.5.2 Haags Kinderbeschermingsverdrag 1961 246 7.8.5.3 Haags Kinderbeschermingsverdrag 1996 248 7.8.5.4 Uitvoeringswet Internationale Kinderbescherming 255 7.8.6 Kinderrechtenverdragen 256
7.8.6.1 Europees Verdrag inzake de uitoefening van Rechten
van Kinderen 1996 256 7.8.6.2 Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het
Kind 1989 257
7.8.7 Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de
mens en de fundamentele vrijheden 1950 258 7.9 Conclusie 259 7.9.1 Inkomende zaken 259 7.9.2 Uitgaande zaken 260 7.9.3 Samenloop met andere internationale regelingen 261
7.9.4 Slot 264
Hoofdstuk 8
Analyse van de jurisprudentie van internationale hoven en Nederlandse
gerechten inzake de toepassing van het HKOV 267
8.1 Inleiding 267
Jurisprudentie van het EHRM en HvJEU
8.2 Jurisprudentie van het EHRM 268 8.2.1 Inleiding 268 8.2.2 Het belang van het kind als eerste overweging 268 8.2.3 De belangenafweging in het kader van artikel 13 lid 1 sub b
HKOV 275
8.2.4 Een snelle terugkeer in een zorgvuldige procedure is in het
belang van het kind 277 8.2.5 Wijziging van omstandigheden 280
8.2.6 Slot 281
8.3 Jurisprudentie van het HvJEU 284
Nederlandse rechtspraak
8.4 Inkomende teruggeleidingszaken 286 8.4.1 Inleiding 286 8.4.2 Enkele eerdere analyses en kwantitatieve gegevens uit mijn
jurisprudentieanalyse 287 8.5 Ongeoorloofde overbrenging of achterhouding in de zin van het
X
8.5.1 Inleiding 290 8.5.2 Ontvankelijkheid van het teruggeleidingsverzoek; artikel 8
HKOV, artikel 6 EVRM 291 8.5.3 Gewone verblijfplaats; artikel 3 lid 1 sub a HKOV 292 8.5.3.1 Inleiding 292 8.5.3.2 Toetsingskader 293 8.5.3.3 Wijziging van de gewone verblijfplaats gedurende de
ontvoering? 294 8.5.3.4 Duur van het verblijf; hoe snel gaat de gewone
verblijfplaats na (legale) verhuizing over? 296 8.5.3.5 Intentie van de ouders 299 8.5.3.6 Conclusie 301 8.5.4 Interpretatie van 'gezagsrecht'; artikel 3, 5, 14 en 15 HKOV 302 8.5.4.1 Inleiding 302 8.5.4.2 Gezag in de zin van het HKOV en gezagsbeslissingen
die na de ontvoering genomen zijn 303 8.5.4.3 Conclusie 309 8.6 Weigeringsgronden 309 8.6.1 Inleiding 309 8.6.2 Geen daadwerkelijke gezagsuitoefening; toestemming of
berusting; artikel 13 lid 1 sub a HKOV 310 8.6.2.1 Inleiding 310 8.6.2.2 Daadwerkelijke gezagsuitoefening 311 8.6.2.3 Toestemming 314 8.6.2.4 Berusting 318 8.6.3 Ernstig risico op lichamelijk of geestelijk gevaar/ondragelijke
toestand voor het kind; artikel 13 lid 1 sub b HKOV 322 8.6.3.1 Inleiding 322 8.6.3.2 Toetsingskader 323 8.6.3.3 (Potentieel) gevaarlijke achtergebleven ouder 326 8.6.3.4 (Potentieel) gevaarlijke gewone verblijfplaats 332 8.6.3.5 Omstandigheden met betrekking tot de ontvoerende
ouder 333
8.6.3.6 Ernstige schade aan de ontwikkeling van het kind 337 8.6.3.7 Overige 339 8.6.3.8 Conclusie 341 8.6.4 Het kind verzet zich/ het horen van het kind; artikel 13 lid 2
HKOV, artikel 13 lid 2 Uitvoeringswet, artikel 11 lid 2
Verordening Brussel II bis 341 8.6.4.1 Inleiding 341 8.6.4.2 Toetsingskader 342 8.6.4.3 Wanneer is sprake van ‘verzet’ in de zin van artikel
XI
8.6.4.4 Conclusie 353 8.6.5 Worteling van het kind; artikel 12 lid 2 HKOV 354 8.6.5.1 Inleiding 354 8.6.5.2 Toetsingskader 354 8.6.5.3 Wanneer is sprake van ‘worteling’ in de zin van artikel
12 lid 2 HKOV? 356
8.6.5.4 Conclusie 357 8.6.6 Strijd met fundamentele beginselen; artikel 20 HKOV 358 8.6.7 Overige omstandigheden en bepalingen die een rol spelen bij
het al dan niet teruggeleiden; zoals artikel 8 EVRM en artikel 3
IVRK 360
8.6.7.1 Inleiding 360 8.6.7.2 Minnelijke regeling tussen de ouders en andere
omstandigheden op grond waarvan een ontvoerd kind niet wordt teruggeleid 360 8.6.7.3 Artikel 8 EVRM en artikel 3 IVRK; het belang van het
kind 362
8.6.7.4 Conclusie 367 8.7 De gerechtelijke procedure in teruggeleidingszaken 367 8.7.1 Inleiding 367
8.7.2 Algemeen 368
8.7.3 Het teruggeleidingsbevel 368 8.7.3.1 Inleiding 368 8.7.3.2 Teruggeleidingstermijn 368 8.7.3.3 Teruggeleiding onder voorwaarden 370 8.7.3.4 Afdwingbaarheid van een teruggeleidingsbevel;
dwangmiddelen; artikel 585-600, 611a-611i, 812, 813 Rv, artikel 13 lid 6 Uitvoeringswet 374 8.7.3.5 Uitvoerbaarheid bij voorraad en schorsing van de
tenuitvoerlegging 376 8.7.3.5.1 Uitvoerbaarheid bij voorraad (artikel 13 lid 5
Uitvoeringswet) 376 8.7.3.5.2 Schorsing van de tenuitvoerlegging 378 8.7.3.5.3 De ‘houdbaarheidsdatum’ van een
teruggeleidingsbevel 381 8.7.4 Kinderbeschermingsmaatregelen 382
Slot
8.8 Conclusie 386
XII
8.8.3 Slot 398
Hoofdstuk 9
Knelpunten bij en suggesties voor een (verdere) verbetering van de
toepassing van het HKOV 399
9.1 Inleiding 399
9.2 Kritiek op de inhoud van het Haags Kinderontvoeringsverdrag 400 9.2.1 Inleiding 400 9.2.2 Algemene kritiek 400 9.2.3 De toepassing van de weigeringsgronden 402 9.2.4 Wijziging van gezag gedurende de ontvoering (artikel 16 HKOV) 410 9.2.5 Supranationale instantie; uniforme verdragstoepassing 411 9.2.6 Protocol bij het Verdrag 413 9.3 Suggesties voor een verdere verbetering van de Uitvoeringswet
internationale kinderontvoering 414 9.4 Knelpunten bij de (praktische) toepassing van het Verdrag 421 9.4.1 Inleiding 421 9.4.2 Functioneren van de Nederlandse CA 421 9.4.3 Deskundigheid, informatie en mediation 423 9.4.4 Voorbereiding op, begeleiding bij en situatie na terugkeer 425 9.4.5 Financiële problemen; fonds voor rechtsbijstand/rechtshulp
en schadevergoeding 428 9.4.6 Verblijfstatus van de niet-Nederlandse ouder 433 9.4.7 Uitoefening van een omgangsregeling 434 9.4.8 Klachten bij de Nationale ombudsman 435 9.5 Overige knelpunten en suggesties 442 9.5.1 Inleiding 442 9.5.2 De aandacht in het parlement voor internationale
kinderontvoering in het licht van het belang van het kind 442 9.5.3 Strafrechtelijke aanpak van kinderontvoering 445
9.6 Conclusie 445
9.6.1 Inleiding 445 9.6.2 Knelpunten en suggesties ten aanzien van het Haags
Kinderontvoeringsverdrag 446 9.6.3 Knelpunten en suggesties ten aanzien van de toepassing in
Nederland 449
XIII Hoofdstuk 10
Conclusie van deel II: Toepassing van het Verdrag in Nederland 453
Deel III
Suggesties voor een toepassing van het HKOV die meer recht doet aan het
belang van het kind vanuit internationaal perspectief 465
Hoofdstuk 11
Suggesties voor een toepassing van het HKOV die meer recht doet aan het
belang van het kind vanuit internationaal perspectief 467
11.1 Inleiding 467
11.2 Cijfers 468
11.3 Guides to Good Practice 472 11.3.1 Inleiding 472 11.3.2 Guide to Good Practice Part I – Central Authority Practice 472 11.3.3 Guide to Good Practice Part II – Implementing Measures 473 11.3.4 Guide to Good Practice Part III – Preventive Measures 474 11.3.5 Guide to Good Practice Part IV – Enforcement 475 11.4 Enkele conclusies en aanbevelingen van de Special Commission 476 11.5 Interpretatie en toepassing van artikel 3 en 21 HKOV 479 11.5.1 Inleiding 479 11.5.2 Artikel 3 HKOV 479
11.5.2.1 Interpretatie van gezagsrecht in de zin van artikel 3
HKOV (inclusief non-removal c.q. ne exeat clause) 480 11.5.2.2 Gewone verblijfplaats als aanknopingspunt 485 11.5.3 Artikel 21 HKOV 488 11.6 Interpretatie en toepassing van de weigeringsgronden 492 11.6.1 Inleiding 492 11.6.2 Artikel 13 lid 1 sub b; ernstig risico 492 11.6.2.1 Special Commission 492 11.6.2.2 Kritiek op de interpretatie 493 11.6.2.3 Zwitserse voorstellen tijdens de Special Commission 2006 497 11.6.2.4 Zwitserse wetgeving ten aanzien van de interpretatie
van artikel 13 lid 1 sub b HKOV 500 11.6.3 Artikel 13 lid 1 sub a HKOV; toestemming en berusting 504 11.6.4 Artikel 13 lid 2 HKOV; verzet van het kind en een eigen
XIV
11.8 Overige knelpunten en suggesties – van juridische aard 513 11.8.1 (Gezags)procedures in de Staat van gewoon verblijf 514 11.8.2 Primair verzorgende ouders en huiselijk geweld 516 11.8.3 Beschermende maatregelen: undertakings/mirror orders/
safe return orders/guarantees & safeguards 520
11.8.4 Consistentie van het HKOV met het IVRK 527 11.8.5 Verhuizing naar een andere Staat; relocation 532
11.9 Conclusie 535
11.9.1 Inleiding 535 11.9.2 Guides to good practice en conclusies en aanbevelingen van de
Special Commission 536
11.9.3 Interpretatie van het Verdrag 537 11.9.4 Enkele overige knelpunten en suggesties 544
11.9.5 Slot 547
Deel IV
Ervaringen van betrokkenen 549
Hoofdstuk 12
Ervaringen van betrokkenen 551
12.1 Inleiding 551
12.2 Voorafgaand aan de ontvoering 553 12.2.1 Kenmerken 554 12.2.2 Motieven 555 12.3 Tijdens de ontvoering 558 12.3.1 Het kind 558 12.3.2 De achtergebleven ouder 561 12.3.3 De ontvoerende ouder 564 12.4 Na afloop van de ontvoering 565 12.4.1 De feitelijke situatie na terugkeer 565 12.4.2 Het kind 569 12.4.3 De ouders 576 12.4.4 De achtergebleven ouder 578 12.4.5 De ontvoerende ouder 578 12.4.6 Invloed op anderen 580 12.5 Conclusie 581
12.5.1 Eerste fase: voorafgaand aan de ontvoering 581 12.5.2 Tweede fase: tijdens de ontvoering 582 12.5.3 Derde fase: na afloop van de ontvoering 583
XV Deel V Conclusie en aanbevelingen 587 Hoofdstuk 13 Conclusie en aanbevelingen 589 13.1 Conclusie 589 13.2 Aanbevelingen 596 Samenvatting 617 Summary 625
Lijst van geraadpleegde literatuur 633
Lijst van geraadpleegde jurisprudentie 667
Dankwoord 689