• No results found

SAMENWERKEN MET OUDERS

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "SAMENWERKEN MET OUDERS"

Copied!
17
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Danielle van de Koot Annemarie Muskee

Auteurs

Moduleserie voor studenten van de bachelor sociaal werk

SAMENWERKEN MET OUDERS

(2)

Deze moduleserie is bedoeld als scholing voor bachelorstudenten sociaal werk en één van de producten die zijn opgeleverd in het onderzoeksproject

‘Jouw Gezin, Mijn Zorg?’. ‘Jouw Gezin, Mijn Zorg?’ (2017 – 2020) is een meerjarig onderzoek naar de samenwerking tussen gezinshuisouders en ouders van jongeren die in een gezinshuis wonen. Het onderzoek wordt uitgevoerd door een consortium bestaande uit de Christelijke Hogeschool Ede, Entrea Lindenhout, Gezinshuis.com, Leger des Heils en Pluryn. Daarnaast zijn Gezinspiratieplein, Universiteit Utrecht, Rijksuniversiteit Groningen en het Nederlands Jeugd Instituut betrokken. Dit project is mogelijk gemaakt door een subsidie van Stichting Innovatie Alliantie.

Daarnaast is voor de moduleseries geput uit het scholingspakket zoals opgeleverd in het project ‘Samenwerken tussen ouders en pleegouders’. Dit project is een samenwerking tussen de Christelijke Hogeschool Ede, Entrea Lindenhout, Jeugdbescherming Gelderland en Stichting Samen voor het kind en valt binnen het programma ‘Versterken van de kracht van pleegouders’

Deze module mag niet zonder afstemming met de auteurs gebruikt worden voor eigen doeleinden. Voor vragen over gebruik kunt u contact opnemen met het lectoraat Jeugd en Gezin van de Christelijke Hogeschool Ede, via jeugdengezin@che.nl.

Auteursrecht

Studio Vandaar www.studiovandaar.nl

Opmaak en Illustraties

Credits

GEZIN JOUW

ZORG? MIJN

(3)

Inhoudsopgave

Voorwoord ...4

Inleiding op moduleserie ...5

Doelgroep ...5

Leerdoelen ...5

Opzet van moduleserie ...6

Toepassing voor hogescholen ...6

Didactische principes ... 7

Module 1: Samenwerken doen! - inspringtheater ...8

Leerdoelen ...8

Voorbereiding ...8

Casussen samenwerken met ouders ...8

Casus 1: Observatiegroep (seks) ...8

Casus 2: Ambulant hulpverlener (eten) ...8

Casus 3: Pleegzorg/Gezinshuis (kleding) ...8

Start ...9

Module 2: State of the art – recente inzichten uit onderzoek ...10

Leerdoelen ...10

Voorbereiding ...10

Activeren voorkennis ...10

Presentatie ‘State of the Art’ samenwerken met ouders ...10

Module 3: Samenwerking met ouders in beeld - ontdekken ... 11

Leerdoelen ... 11

Films ‘Werkzaamheid in verhalen’ ... 11

Gespreksvragen bij films ‘Werkzaamheid in verhalen’? ... 11

Module 4: Reflecteren op eigen rol in samenwerking met ouders - intervisie ... 13

Leerdoelen ... 13

Voorbereiding ... 13

Opzet ... 13

Literatuur ...14

Bijlagen Bijlage 1: Observatieschema Relationele Gespreksvaardigheden ... 15

Bijlage 2: Reflectieschema Relationele Gespreksvaardigheden ...16

(4)

4

Voorwoord

Deze serie van vier modules is gebaseerd op het onderzoeksproject ‘Jouw Gezin, Mijn Zorg?’. De eerste drie modules zijn te gebruiken in een studiedag of terugkomdag. Module vier beoogt de kennis en vaardigheden te laten beklijven in de beroepssituatie van de student. Het ontwikkelen en inoefenen van een relationele houding en relationele gespreksvaardigheden, ontleend aan de resultaten van het voornoemde onderzoek, is de rode draad door de modules heen.

Deze moduleserie betreft daarmee een doorvertaling naar het onderwijs aan bachelorstudenten (NLQF-6), die nog ontwikkeld kan worden tot een moduleserie voor masterstudenten (NLQF-7). De modules zijn gericht op bachelorstudenten met uitstroomprofiel Jeugdzorg, maar zijn aan te passen voor GGZ of onderwijs.

We hopen dat deze moduleserie bij zal dragen aan de vaardigheden van toekomstige professionals in het samenwerken met ouders, zodat kwetsbare kinderen en jongeren kunnen gaan floreren.

Annemarie Muskee Danielle van de Koot

(5)

De moduleserie ‘Samenwerken met ouders’ beoogt bachelorstudenten sociaal werk toe te rusten in het samenwerken met ouders in de Jeugdzorg of aanpalende vakgebieden. Daarnaast zijn deze modules geschikt om aan te bieden in de permanente educatie en verdergaande professionalisering van vakmensen (post-hbo).

Inleiding op moduleserie

Leerdoelen

Module 1: Samenwerken doen! - inspringtheater

• Deelnemers vergroten hun inlevingsvermogen in de situaties van ouders en jongeren.

• Deelnemers ervaren de effecten van hun houding en handelen (relationele gespreksvaardigheden) in het samenwerken met ouders en hoe ze deze kunnen verbeteren.

• Deelnemers oefenen met de volgende relationele gespreksvaardigheden: ouder bijvallen in interactie, affectieve uitingen over het kind doen, belangstellend reageren op de ouder, empathisch zijn richting ouder, humor gebruiken, sensitief begrenzen, emotionele steun aan ouder bieden, expliciet het belang van het kind benoemen.

• Deelnemers dragen bij door te ervaren en te observeren en dragen gezamenlijk oplossingen aan voor dilemma’s in samenwerking tussen ouders en gezinshuisouders.

Module 2: State of the art – recente inzichten uit onderzoek

• Deelnemers kunnen de situaties waarin zij met ouders zouden kunnen samenwerken herkennen en benoemen.

• Deelnemers kennen het belang van samenwerking met ouders ten gunste van de ontwikkeling van kinderen en jongeren uit recent onderzoek.

• Deelnemers kunnen situaties opnoemen waarin professionals met ouders kunnen samenwerken of deze situaties kunnen creëren en aangeven welke relationele houdingen en relationele gespreksvaardigheden (handelingen) daarbij nodig zijn.

• Deelnemers kunnen huidige inzichten uit onderzoek (‘relatiegericht samenwerken’/ ouders onvervangbaar achten) relateren aan bekende inzichten uit de systeemtheorie, contextuele theorie en theorie omtrent ouderondersteuning (Van der Pas).

Module 3: Samenwerking met ouders in beeld – ontdekken (beeldfragmenten en interactie)

• Deelnemers ontdekken hoe pleegouders gestalte geven aan de samenwerking met ouders van de kinderen die in huis geplaatst zijn.

• Deelnemers herkennen de houding van niet-oordelen, geduld, empathie en niet-oordelen in de beelden van de pleegouders en ouders en kunnen deze in concrete uitspraken benoemen.

• Deelnemers herkennen op welke momenten en op welke manieren pleegouders laagdrempelig zorg delen met ouders en laagdrempelig communiceren.

• Deelnemers kunnen beschrijven hoe pleegouders goede-ouder-ervaringen bij ouders kunnen faciliteren en benoemen.

• Deelnemers analyseren welke ‘relationele gespreksvaardigheden’ zij zien bij de pleegouders en wat dat teweeg brengt bij ouders.

Module 4: Reflecteren op eigen rol in samenwerking met ouders – intervisie

• Deelnemers erkennen hun eigen kwetsbaarheid.

• Deelnemers zijn in staat om te reflecteren op handelen en voelen in hun rol als professional.

• Deelnemers kunnen ‘achter het gedrag’ kijken.

• Deelnemers kunnen op creatieve manieren ouders bekrachtigen in hun rol.

• Deelnemers reflecteren op in hoeverre zij zelf relationele gespreksvaardigheden toepassen in het samenwerken met ouders en hoe ze daarin kunnen groeien.

• Deelnemers reflecteren op de invloed die hun relationele gespreksvaardigheden hebben op de reacties van ouders.

Doelgroep

(6)

6

Opzet van moduleserie

De moduleserie is opgebouwd uit 4 modules die los van elkaar te gebruiken zijn. Het is mogelijk om de modules 1 tot en met 3 te gebruiken in een eendaagse cursusdag. Elke module duurt 1,5 uur. In alle modules komen de ‘relationele gespreksvaardigheden’ terug.

Een eendaagse cursus ziet er als volgt uit in programmering:

Module 1: Samenwerken doen - inspringtheater 8.45u Opening van de dag

9.00u Inspringtheater: ervaring en handelen centraal (Didactische principes 1 en 3) 10.30u Pauze

Module 2: State of the art – recente inzichten uit onderzoek

10.45u Start met videofragment, probleemstelling in filmfragment?, eventueel werkvorm.

11.00u Quick tour door actuele inzichten uit onderzoek (didactische principes 2, 5, 6, 7) 12.00u Lunch

Module 3: Samenwerking met ouders in beeld – ontdekken (beeldfragmenten en interactie)

13.00u Gezamenlijke start beeldfragmenten (Werkzaamheid in verhalen), (Principe 1: verhalen direct betrokkenen cruciaal in overdragen kennis) 13.30u  Aan de slag in werkgroepen met de beeldfragmenten en vragen

14.30u Instructie intervisie 14.45u Pauze

Module 4: Reflecteren op eigen rol in samenwerking met ouders - intervisie

Deze module kan het beste op een andere dag geprogrammeerd worden, zodat de reflectie op de eigen kennis en vaardigheden kan beklijven.

15.00u Intervisie-opdracht 16.30u Slot

Toepassing voor hogescholen

Elke module duurt 1,5 duur, wat neerkomt op 2 lesuren. In totaal bedraagt de module 8 lesuren. Module 1 tot en met 3 zijn geschikt om samen het programma van 1 terugkomdag voor derdejaars bachelorstudenten te vormen. Module 4 (intervisie) is een verdiepende werkvorm waarin de student reflecteert op zijn eigen vaardigheden in de beroepspraktijk van het omgaan met ouders, zodat de kennis en vaardigheden herhaald worden en beklijven.

(7)

Didactische principes

In deze moduleseries gaan we uit van een aantal didactische principes:

Didactische principes Modules: Bronnen:

1. De verhalen van de direct

betrokkenen zijn cruciaal in het overdragen van kennis

1, 2, 3, 4: In elke module staan de ervaringen van betrokkenen centraal. In module 1 vormen zij de basis van het onderzoek dat besproken wordt. In module 2 worden deze ervaringen zichtbaar voor studenten en leren ze deze te zien. In module 3 worden ze zelf onderdeel van het verhaal. In module 4 reflecteren studenten op hun vaardigheden in het samenwerken met ouders.

• Van de Koot &

Noordegraaf, 2018

• Hospes, Schep &

Noordegraaf, 2019

2. Er is geen één juiste manier, omdat elke situatie uniek is (we geven richting)

1, 2, 3: Uit onderzoek wordt zichtbaar dat elke situatie uniek is en maatwerk nodig heeft. In module 2 worden deze situaties in beeld gebracht en doordacht. In module 3 gaan studenten hiermee oefenen.

• Van de Koot &

Noordegraaf, 2018

• Hospes, Schep &

Noordegraaf, 2019.

• Schep, Noordegraaf &

Aartsen, 2019 3. Samenwerken kan alleen vanuit

een oprechte houding (voelen/

ervaren)

In module 1 en 2 leren studenten welke effecten dit heeft op een samenwerking. In module 3 en 4 gaan ze zelf ervaren hoe zij zelf de samenwerking beleven en hoe ze daarin hun eigen houding en handelingen kunnen verbeteren.

• Van de Koot &

Noordegraaf, 2018

• Hospes, Schep &

Noordegraaf, 2019.

• Schep, Noordegraaf &

Aartsen, 2019 4. Reflectieruimte is belangrijk

omdat de betrokkenen als persoon zich inzetten (kan persoonlijk raken)

Module 3 en 4 zijn gericht op het reflecteren m.b.t.

de eigen professionaliteit in het samenwerken met ouders.

5. Ouders hebben veel ideeën en bereidheid, maar niet altijd de mogelijkheden om dit te kunnen delen

Dit principe komt met name naar voren uit de inzichten in module 1 en 2.

6. Iedereen wil het beste voor de jongere (moet startpunt zijn)

Deze kennis komt terug in module 1 (uit eerder onderzoek) en module 2 (het ontdekken hiervan in de beeldfragmenten.

7. Iedereen is anders, daarom

aandacht voor verwachtingen/

wensen/ideeën van iedereen

Deze vaardigheid komt met name terug in module 3 en 4, het ervaren en doen.

(8)

8

Module 1: Samenwerken doen! - inspringtheater

Leerdoelen

• Deelnemers vergroten hun inlevingsvermogen in de situaties van ouders en jongeren.

• Deelnemers ervaren de effecten van hun houding en handelen (relationele gespreksvaardigheden) in het samenwerken met ouders en hoe ze deze kunnen verbeteren.

• Deelnemers oefenen met de volgende relationele gespreksvaardigheden: ouder bijvallen in interactie, affectieve uitingen over het kind doen, belangstellend reageren op de ouder, empathisch zijn richting ouder, humor gebruiken, sensitief begrenzen, emotionele steun aan ouder bieden, expliciet het belang van het kind benoemen (zie bijlage 1 en 2).

• Deelnemers dragen bij door te ervaren en te observeren en dragen gezamenlijk oplossingen aan voor dilemma’s in samenwerking tussen ouders en gezinshuisouders.

Deelnemers analyseren welke ‘relationele gespreksvaardigheden’ zij terugzien in het inspringtheater.

Ervaringsgerichte leervorm/ interactief/ perspectiefwisseling

Voorbereiding

Voor deze module zijn drie acteurs nodig. En daarnaast:

• Loop-microfoons

• Scherm

• Op de stoelen liggen 4 kleuren post-its (o.i.d.)

Casussen samenwerken met ouders

Casus 1: Observatiegroep (seks)

Je werkt op een observatiegroep. Janneke woont sinds 2 maanden op deze groep. Ze is 13 jaar. Janneke heeft verkering met John. Hij is 17 jaar. Toen Janneke nog thuis woonde mocht John van de ouders van Janneke regelmatig een weekend blijven slapen. Hij bleef dan slapen op de kamer van Janneke. Janneke heeft verteld aan haar ouders dat ze dan vaak seks heeft met John. Haar ouders hebben hier geen problemen mee.

John komt ook regelmatig langs op de groep. Als team vinden jullie dat dit eigenlijk te vaak gebeurt. Een regel op de groep is dat jongens en meisjes niet samen mogen zijn op de slaapkamer. Janneke is hier boos over en heeft haar ouders ingeschakeld om met de groepsleiding te overleggen. Je hebt vanmiddag een gesprek met ouders. Hoe pak je dit aan in het kader van samenwerken met ouders?

Casus 2: Ambulant hulpverlener (eten)

Je bent sinds 3 maanden ambulant hulpverlener in het gezin de Vries. Dit gezin bestaat uit stiefvader, moeder en 3 kinderen van 7, 5 en 3 jaar. Je bent hier vanwege de problemen met het oudste kind, Hans. Hans zit op het speciaal onderwijs en heeft een zware vorm van ADHD. Omdat ouders vaak problemen ervaren tijdens de eetmomenten heb je al een aantal keren meegegeten. Tijdens deze eetmomenten heb je gemerkt dat Hans veel ongezond eet. De frituurpan gaat regelmatig aan en het blijft dan niet bij 1 frikandel. Nu heeft Hans nogal overgewicht waardoor hij fysieke klachten heeft. Je wil hierover in gesprek met ouders. Hoe doe je dit?

Casus 3: Pleegzorg/Gezinshuis (kleding)

Je bent pleegzorgwerker in het gezin Janssen. Dit gezin zorgt voor Anne. Anne woont sinds 4 jaar in dit gezin. Ze is 14 jaar. Anne heeft een kledingstijl die niet past bij de normen en waarden van het gezin Janssen. Dit houdt in dat Anne vaak korte truitjes draagt waarbij haar navel te zien is en zeer korte rokjes. Pleegouders verbieden Anne in dit soort kleding te lopen. Het ingewikkelde is dat Anne 1x per maand een weekend naar haar biologische ouders gaat en dan vaak gaat winkelen met haar moeder. Haar moeder heeft dezelfde kledingstijl als Anne en koopt dan ook vaak dit soort kleding voor haar dochter. Als Anne dan weer in het pleeggezin komt is er veel strijd over de kleding. Pleegouders gaan hierover in gesprek met ouders. Jij begeleidt dit gesprek. Hoe pak je dit aan?

(9)

Start

• Welkom door spelleider (docent).

• Opwarmer: korte casus waarbij de studenten d.m.v. kleuren post-its mogen kiezen wat er anders moet/kan.

• Introductie van een eerste casus en mogelijke interventies.

• Spel.

• Stop door acteurs.

• Spelleider: studenten laten kiezen door middel van post-its welke interventie er wenselijk is, meeste stemmen gelden.

• Gekozen interventie uitspelen.

• Nabespreking door spelleider (koppeling aan klein stukje theorie).

Mogelijke spelvariaties:

Spelvariatie 1:

Introductie van de casus

• Spel.

• Stopzetten door spelleider.

• Studenten vragen om interventie te benoemen/ zelf in te springen in de rol van professionele hulpverlener.

• Feedback van de spelers in hun rol.

• Nabespreking door spelleider.

Spelvariatie 2:

• Introductie van de casus.

• Spel.

• Stopzetten door spelleider.

• Spelleider: Kijken in het hoofd van de deelnemers in de casus (de spelers nemen geen blad voor de mond, spreken onuitgesproken motieven uit, uiten ongezouten hun mening over de ander).

• Spelleider: Studenten vragen om interventie te benoemen/ zelf in te springen in de rol van professionele hulpverlener.

• Spelleider: Kijken in het hoofd van de deelnemers in de casus (de spelers nemen geen blad voor de mond, spreken onuitgesproken motieven uit, uiten ongezouten hun mening over de ander).

• Nabespreking door spelleider.

Spelvariatie 3:

• Introductie van de casus.

• Spel.

• Stopzetten door spelleider.

• Spelleider; Studenten vragen om interventie te benoemen/ zelf in te springen in de rol van biologische ouders.

• Feedback van de professionele opvoeder vanuit de rol.

• Nabespreking door spelleider.

(10)

10

Module 2: State of the art – recente inzichten uit onderzoek

Leerdoelen

• Deelnemers kunnen de situaties waarin zij met ouders zouden kunnen samenwerken herkennen en benoemen.

• Deelnemers kennen het belang van samenwerking met ouders ten gunste van de ontwikkeling van kinderen en jongeren uit recent onderzoek.

• Deelnemers kunnen situaties opnoemen waarin professionals met ouders kunnen samenwerken of kunnen deze situaties creëren en aangeven welke relationele houdingen en relationele gespreksvaardigheden (handelingen) daarbij nodig zijn.

• Deelnemers kunnen huidige inzichten uit onderzoek (‘relatiegericht samenwerken’/ ouders onvervangbaar achten) relateren aan bekende inzichten uit de systeemtheorie, contextuele theorie en theorie omtrent ouderondersteuning.

Voorbereiding

Van tevoren wordt de deelnemers gevraagd om deze literatuur te lezen:

Van Koot, D. & Noordegraaf, M. (2020). De samenwerking tussen ouders en professionele opvoeders wanneer een jongere niet meer thuis woont. In A. Harder, E. Knorth en C. Kuiper, Uithuisgeplaatste jeugdigen. Sleutels tot succes in behandeling en onderwijs, pp. 126- 135. Amsterdam: SWP.

Schep, E. & Van Aartsen, Y. (2019). Met één been in jouw huis. Pedagogiek in Praktijk, 25(111): 34-39.

Schep, E. & Bent, D. (ter perse). De dagelijkse afstemming tussen ouders en gezinshuisouders. Kind en Adolescent Praktijk.

Activeren voorkennis

De studenten kijken het volgende fragment uit de documentaire BV Het Gezin en analyseren kort hoe de gezinshuismoeder omgaat met de jongere en haar ouders: https://www.youtube.com/watch?v=AZaZQB59aAI&t=2320s

In tweetallen bespreken de deelnemers deze drie kijkvragen:

1. Hoe gaat de gezinshuismoeder om met de moeder?

2. Hoe spreekt de gezinshuismoeder over de moeder richting het kind?

3. Hoe is het lichaamstaal van de gezinshuismoeder?

• 3:35-8:30

• 17:32-22:03

Vervolgens gaan de studenten in tweetallen deze vragen bespreken:

• In welke situaties in stage of werk werden kinderen aan jou toevertrouwd?

• Op welke manier(en) had je met ouders te maken?

Presentatie ‘State of the Art’ samenwerken met ouders

In sneltreinvaart worden de studenten bijgepraat over de actuele inzichten in het samenwerken met ouders. Daarnaast wordt de huidige kennis gerelateerd aan oudere theorie over samenwerking met ouders. Hiertoe wordt de bijgevoegde power point gebruikt. Deze is als pptx op te vragen via jeugdengezin@che.nl. Onderaan de slides, bij ‘opmerkingen’ staat veelal onderbouwing en toelichting op de slides. Het is daarnaast mogelijk hiermee verdieping aan te brengen.

(11)

Module 3: Samenwerking met ouders in beeld - ontdekken

Leerdoelen

• Deelnemers ontdekken hoe pleegouders gestalte geven aan de samenwerking met de ouders van de kinderen die in huis geplaats zijn.

• Deelnemers herkennen de houding van niet-oordelen, geduld, empathie en niet-oordelen in de beelden van de pleegouders en ouders en kunnen deze in concrete uitspraken benoemen.

• Deelnemers op welke momenten en op welke manieren pleegouders laagdrempelig zorg delen met ouders en laagdrempelig communiceren.

• Deelnemers kunnen beschrijven hoe pleegouders goede-ouder-ervaringen bij ouders kunnen faciliteren en benoemen.

• Deelnemers analyseren welke ‘relationele gespreksvaardigheden’ zij zien bij de pleegouders en wat dat teweeg brengt bij ouders.

Films ‘Werkzaamheid in verhalen’

In deze module worden gespreksvragen gesteld bij de volgende drie Gouden regels en bijbehorende films:

Gouden regel 1: https://youtu.be/Uy6OTbMria8 Gouden regel 2: https://youtu.be/Lk3FbXuCsaM Gouden regel 3: https://youtu.be/TWlkSK5e710

Gebruik bijlage 2 om de ‘relationele gespreksvaardigheden’ te analyseren.

Gespreksvragen bij films ‘Werkzaamheid in verhalen’?

1. Maak groepjes van 3-4 personen.

2. Bekijk het Observatieschema ‘Relationele gespreksvaardigheden’ en neem deze samen door. Wijs 1 persoon aan om af te vinken welke je terugziet.

3. Verdeel per onderdeel de onderstaande vragen en bespreek ze daarna samen.

Film 1: Geduld hebben (12.17 minuten): https://youtu.be/Uy6OTbMria8 Na 2.00 minuten:

• Wat roept deze Gouden Regel bij je op aan ervaringen en kennis?

Kijk de rest van de film aan de hand van deze vragen:

• Welke emoties hebben de ouders ervaren bij de start van de plaatsing?

• Wat deden de pleegouders op dat moment? Wat zeiden ze tegen ouders? (wat is hun houding? Wat zeiden ze/ welke acties?)

• Waarin zie je ‘geduld’ terug?

Film 2: Verantwoordelijkheid en zorg delen en open communiceren (12.41 minuten): https://youtu.be/Lk3FbXuCsaM Na 2.00 minuten:

• Wat roept deze Gouden Regel bij je op aan ervaringen en kennis?

Kijk de rest van de film aan de hand van deze vragen:

• Via welke kanalen communiceren ze?

• Op welke momenten communiceren ze?

• Wat doet het met ouders als ze om advies wordt gevraagd?

• Welke woorden gebruiken ouders om hun zelfbeeld te beschrijven?

(12)

12 Film 3: Empathisch en respectvol zijn (13 minuten): https://youtu.be/TWlkSK5e710

Na 2.00 minuten:

• Wat roept deze Gouden Regel bij je op aan ervaringen en kennis?

Kijk de rest van de film aan de hand van deze vragen:

• Welke empathische reacties zie je pleegouders geven? Schrijf ze zo letterlijk mogelijk op.

• Wat zeggen ouders dat ze waarderen in pleegouders?

Film 4: Ervaring van jongere m.b.t. samenwerking tussen ouders en gezinshuisouders.

• Wat merkt een jongere van die samenwerking?

• Welke houding waardeert een jongere van een gezinshuisouder?

• Welke handelingen waardeert een jongere van een gezinshuisouder?

Slotvraag

Tot slot wordt plenair de volgende vraag besproken:

• Op welke momenten zag je pleegouders zorgen voor een zogenaamde ‘goede-ouder-ervaringen’ bij ouders?

• Welke ‘relationele gespreksvaardigheden’ zagen jullie terug en op welke momenten?

(13)

Module 4: Reflecteren op eigen rol in samenwerking met ouders - intervisie

Leerdoelen

• Deelnemers erkennen hun eigen kwetsbaarheid.

• Deelnemers zijn in staat om te reflecteren op handelen en voelen in hun rol als professional.

• Deelnemers kunnen ‘achter het gedrag’ kijken.

• Deelnemers kunnen op creatieve manieren ouders bekrachtigen in hun rol.

• Deelnemers reflecteren op in hoeverre zij zelf relationele gespreksvaardigheden toepassen in het samenwerken met ouders en hoe ze daarin kunnen groeien.

• Deelnemers reflecteren op de invloed die hun relationele gespreksvaardigheden hebben op de reacties van ouders.

Voorbereiding

De deelnemers wordt gevraagd om vooraf een casus te beschrijven uit hun eigen beroeps- of stagepraktijk waarin zij een ervaring hebben opgedaan in het samenwerken met ouders en deze uit te schrijven en mee te nemen.

Voor de intervisie wordt gebruik gemaakt van de 1) Incidentmethode (zie hieronder) en het reflectieschema relationele gespreksvaardigheden (zie bijlage 3).

Opzet

Werkwijze

Stap 1: Introductie van het incident

De inbrenger vertelt een incident. Dit incident zal vervolgens minimaal een uur centraal staan.

Stap 2: In kaart brengen van het incident

De inbrenger vertelt over de gebeurtenis die hij heeft meegemaakt.

Ook gevoelens met betrekking tot het incident worden verteld.

Echter, ideeën, oplossingen en beschrijvingen van wat er na het incident gebeurde laat hij weg. De groepsleden stellen vragen aan de ‘inbrenger’ om het vraagstuk en de context duidelijk te krijgen.

Stap 3: Noteren van vragen om informatie

Ieder groepslid noteert voor zichzelf vragen die men heeft om meer inzicht in het incident te krijgen. Mondelinge vragen zijn nog niet toegestaan.

Stap 4: Informatieronde

De leden van de groep stellen informatieve, inhoudelijke vragen aan de inbrenger. Dit zijn vragen naar wie, wat, waar en hoe.

Stap 5: Percepties van het vraagstuk

Ieder schrijft voor zichzelf zijn/haar beeld van het probleem op.

Wanneer iedereen klaar is worden de verschillende percepties op een flap genoteerd.

Stap 6: Verschillen in percepties onderzoeken

De ‘inbrenger’ geeft een reactie op de verschillende percepties die op de flap zijn genoteerd. De groep praat over de verschillende percepties en de ‘inbrenger’ kiest uit met welke wordt verder gegaan.

Stap 7: Delen van ervaringen en suggesties

De groepsleden delen hun ervaringen met soortgelijke vraagstukken en situaties. De suggesties worden op flap genoteerd.

Stap 8: Wat neem je mee (inhoud)?

De ‘inbrenger’ begint en geeft aan welke suggesties hij/zij gaat gebruiken. Daarna vertellen de andere groepsleden wat zij hebben opgepikt uit de inhoud van de sessie.

Stap 9: Wat neem je mee (proces)?

Iedereen reflecteert op de sessie en maakt daarbij gebruik van het reflectieschema relationele gespreksvaardigheden (zie bijlage 3).

Wanneer te gebruiken?

Bij de incidentmethode wordt een gebeurtenis uit de werksituatie van een van de deelnemers op gestructureerde wijze besproken.

(14)

14

Literatuur

Hospes, H., Schep. E. Noordegraaf, M. (2019). ‘Jouw Gezin, Mijn Zorg?’ Hoe gezinshuisouders en ouders constructief kunnen samenwerken. Rapportage 2: Verdieping: casestudies. Ede: Christelijke Hogeschool Ede

Schep, E. & Van Aartsen, Y. (2019). Met één been in jouw huis. Pedagogiek in Praktijk, 25(111): 34-39.

Schep, E., Noordegraaf, M. & Aartsen, Y. (2019). Centraal voor kind. Werkzame elementen van samenwerking tussen ouders en pleegouders. Onderzoeksrapportage. Ede: Christelijke Hogeschool Ede

Schep, E. & Bent, D. (ter perse). De dagelijkse afstemming tussen ouders en gezinshuisouders. Kind en Adolescent Praktijk.

Koot-Dees, D. van de & Noordegraaf, M. (2018). ‘Jouw Gezin, Mijn Zorg?’ Hoe gezinshuisouders en ouders constructief kunnen samenwerken. Rapportage 1 Verkenning: literatuuronderzoek en interviews. Ede: Christelijke Hogeschool Ede

Van de Koot, D. & Noordegraaf, M. (2020). De samenwerking tussen ouders en professionele opvoeders wanneer een jongere niet meer thuis woont. In A. Harder, E. Knorth en C. Kuiper, Uithuisgeplaatste jeugdigen. Sleutels tot succes in behandeling en onderwijs, pp. 126- 135.

Amsterdam: SWP.

(15)

Professional Hoe vaak gezien Ouder Hoe vaak gezien

Afstemmen over jeugdige Afstemmen over jeugdige

1. Laagdrempelig informa9e delen

Laagdrempelig informa9e delen

1.

2. (Prak9sche) zorg delen met ouder

(Prak9sche) zorg delen met professional

2.

3. Ouder bijvallen in interac9e

Professional bijvallen in interac9e

3.

4. Affec9eve ui9ngen over het kind doen

Affec9eve ui9ngen over het kind doen

4.

Afstemmen op elkaar Afstemmen op elkaar

5. Belangstellend reageren op ouder

Belangstellend reageren op professional

5.

6. Gastvrij zijn rich9ng ouder

Gastvrij zijn rich9ng professional

6.

7. Empathisch zijn rich9ng ouder

Empathisch zijn rich9ng professional

7.

8. Kwetsbaar opstellen rich9ng ouder

Kwetsbaar opstellen rich9ng professional

8.

9 Humor gebruiken Humor gebruiken 9

Omgaan met spanning Omgaan met spanning

10. Inbrengen van (mogelijk delicaat) bespreekpunt

Inbrengen van (mogelijk delicaat) bespreekpunt

10.

11. Sensi9ef begrenzen (Rus9g ruimte nemen in

een gesprek)

11.

Elkaar aanvullen Elkaar aanvullen

12. Emo9onele steun aan ouder bieden (meeleven)

Emo9onele steun aan professional bieden (meeleven)

12.

13. Prak9sche ondersteuning aan ouder bieden

Prak9sche ondersteuning aan professional bieden

13.

Reflecteren op de situa:e Reflecteren op de situa:e

14. (Professional werkt aan eigen vaardigheden)

Ouder benut

uithuisplaatsing om aan zichzelf te werken 15. Professional benoemt

expliciet het belang van het kind

Ouder benoemt expliciet het belang van het kind

Andere rela9onele gespreksvaardigheden?

Bijlage 1: Observatieschema Relationele Gespreksvaardigheden

(16)

Professional Vaak toegepast Soms toegepast Niet toegepast Afstemmen over jeugdige

Laagdrempelige informa/e delen (Prak/sche) zorg delen met ouder Ouder bijvallen in interac/e Affec/eve ui/ngen over het kind doen

Afstemmen op elkaar

Belangstellend reageren op ouder Gastvrij zijn rich/ng ouder

Empathisch zijn rich/ng ouder Kwetsbaar opstellen rich/ng ouder

Humor gebruiken Omgaan met spanning

Inbrengen van (mogelijk delicaat) bespreekpunt

Sensi/ef begrenzen Elkaar aanvullen

Emo/onele steun aan ouder bieden (meeleven)

Prak/sche ondersteuning aan ouder bieden

Reflecteren op de situa9e (Professional werkt aan eigen vaardigheden)

Professional benoemt expliciet het belang van het kind

Andere rela9onele gespreksvaardigheden

16

Bijlage 2: Reflectieschema Relationele Gespreksvaardigheden

(17)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het onderzoek bestaat uit vier fasen waarin achtereenvolgens: 1) een verkenning is gedaan naar wat samenwerking constructief maakt; 2) een verdieping is gedaan door naar concrete

Samenleving een interessante toolkit voor u ontwikkeld met instrumenten die kunnen helpen bij een optimale samenwerking tussen formele en informele partners in opvoedonder-

Hoe ouders denken over de relationele en seksuele opvoeding van hun kinderen, hoe de communicatie over seksualiteit tussen ouders en kinderen verloopt en welke opvoedingsdoelen

Cliënten die zich aanmelden voor schuld- hulpverlening krijgen op dezelfde ochtend een gesprek met een maatschappelijk werker, een schuldhulpverlener en met mij als sociaal

In gesprekken met ouders kan gevraagd worden wat hun (positieve dan wel nega- tieve) ervaringen zijn met informatie die ze van leerkrachten ontvangen om hun kind te bege- leiden,

4. ouders veel informatie en feedback krijgen over het onderwijs, de ondersteuning en de voortgang of ontwikkeling van hun kind. In deze vier condities vallen de twee eerdergenoemde

Acht van de negen ouders hebben in de vakantie daadwerkelijk leeshulp aan hun kind gebo- den; zes hebben dat zelfs vier weken of lan- Hardop lezen.. Op 14 juni, met nog

Acht van de negen ouders hebben in de vakantie daadwerkelijk leeshulp aan hun kind gebo- den; zes hebben dat zelfs vier weken of lan- Hardop lezen.. Op 14 juni, met nog