Inspectierapport
BSO Schalkhaar (locatie Pastoorsdijk) (BSO) Pastoorsdijk 9
7433DK SCHALKHAAR
Registratienummer 825567312
Toezichthouder: GGD IJsselland
In opdracht van gemeente: Deventer
Datum inspectie: 02-08-2016
Type onderzoek: Jaarlijks onderzoek
Status: Definitief
Datum vaststelling inspectierapport: 29-08-2016
Inhoudsopgave
Het onderzoek ... 3
Observaties en bevindingen... 4
Pedagogisch klimaat ... 4
Personeel en groepen... 6
Inspectie-items ... 8
Gegevens voorziening ...10
Gegevens toezicht ...10
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum ...11
Het onderzoek
Onderzoeksopzet
Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek.
In dit onderzoek is op grond van de bevindingen bij voorgaande inspecties, een beperkt aantal kwaliteitseisen onderzocht. Dat zijn de volgende:
de eisen aan het personeel;
de opvang in groepen;
de beroepskracht-kind-ratio;
de pedagogische kwaliteit.
Beschouwing
Deze beschouwing beschrijft de resultaten bij de uitgevoerde inspectie op 2 augustus 2016. Na de feiten over buitenschoolse opvang (BSO) Schalkhaar aan de Pastoorsdijk 9 in Schalkhaar en de inspectiegeschiedenis, volgen de bevindingen op hoofdlijnen. Deze worden elders in het rapport uitgewerkt.
Feiten over buitenschoolse opvang Schalkhaar
Buitenschoolse opvang Schalkhaar is onderdeel van Stichting Kindcentrum Schalkhaar. Deze opvangorganisatie heeft meerdere locaties in de regio.
BSO Schalkhaar is gevestigd op twee locaties:
in de Nicolaasschool (Pastoorsdijk)
in het clubhuis/kantine van de tennisvereniging (Park Braband)
In de schoolvakanties en tijdens bijzondere dagen worden de beide locaties samengevoegd op de locatie Nicolaasschool.
De buitenschoolse opvang is gehuisvest in de Nicolaasschool en vangt naast de meerderheid van kinderen van deze basisschool ook kinderen van de nabijgelegen openbare basisschool op.
Er wordt opvang geboden in zes leeftijdsgebonden basisgroepen welke verspreid zijn door het gebouw. De oudste kinderen worden opgevangen in het clubhuis/kantine van de tennisvereniging (Park Braband).
In het LRKP staat buitenschoolse opvang Schalkhaar, locatie Nicolaasschool, geregistreerd met 120 kindplaatsen.
De buitenschools opvang Schalkhaar biedt opvang aan op maandag, dinsdag en donderdag van 14.30 tot 18.00 uur en op vrijdag van 12.00 tot 18.00 uur evenals in de vakanties.
Inspectiegeschiedenis
26-08-2013 regulier onderzoek; de getoetste voorwaarden voldoen aan de Wet kinderopvang.
21-11-2014 regulier onderzoek; er is een overtreding geconstateerd met betrekking tothet domein Personeel en Groepen.
28-01-2015 nader onderzoek: de eerder geconstateerde overtreding (21-11-2014) is hersteld.
13-04-2015 jaarlijks onderzoek; de getoetste voorwaarden voldoen aan de Wet kinderopvang.
Bevindingen op hoofdlijnen
Tijdens dit inspectiebezoek voldoen de getoetste voorwaarden aan de Wet kinderopvang.
Advies aan College van B&W Geen handhaving.
Observaties en bevindingen
Pedagogisch klimaat
Tijdens het inspectiebezoek is de pedagogische praktijk getoetst in theorie en in de praktijk.
Bij de observatie van de pedagogische praktijk maakt de toezichthouder gebruik van het
Veldinstrument observatie kindercentrum (januari 2015). Daarin staan specifieke aspecten waarop wordt geobserveerd.
Het observatie-instrument bevat voor elke voorwaarde indicatoren. Deze worden gebruikt bij het beschrijven van de pedagogische praktijk.
Pedagogische praktijk
Uitvoering pedagogisch beleidsplan
De houder heeft een pedagogisch beleidsplan dat beschrijft hoe er met de kinderen gewerkt wordt.
Uit een gesprek met de beroepskrachten blijkt dat zij goed op de hoogte zijn van het beleid en daarnaar handelen.
Dit kwam ook tot uiting tijdens de observatie op de groep.
Emotionele veiligheid
Veldinstrument: ‘Er heerst een ontspannen, open sfeer in de groep.’
Observatie
Er is een aangename sfeer in de groep. De meeste kinderen tonen in hun gedrag dat ze zich op hun gemak voelen.
Zo spelen 2 kinderen een memory-spel aan tafel. De beroepskracht loopt er langs en een van de kinderen vraagt: "Wil je met ons meedoen? "Tuurlijk", antwoordt hij, "maar ik ben er héél goed in!" De kinderen lachen en gedrieën spelen ze verder.
Ontwikkeling van de persoonlijke competentie
Veldinstrument: ‘Er is wederzijdse interactie tussen beroepskrachten en individuele kinderen.’
Observatie
De beroepskrachten geven duidelijke informatie over start, verloop en einde van een activiteit; de situatie is voor kinderen inzichtelijk.
Wanneer een van de beroepskrachten voor korte tijd alleen op de groep staat, geeft een kind aan dat hij moet plassen. Hij vraagt de beroepskracht mee te gaan. De beroepskracht richt zich tot alle andere kinderen in de groep en vertelt dat ze even met x meegaat, dat ze zó terugkomt en dat ze verwacht dat iedereen prima verder kan spelen. Zo gezegd zo gedaan.
Ontwikkeling van de sociale competentie
Veldinstrument: ‘De kinderen zijn deel van de groep.’
Observatie
De beroepskrachten moedigen gesprekken tussen henzelf en de kinderen, en tussen kinderen onderling aan, door zowel luisteren als praten. De sfeer is positief. Zij maken grapjes, zijn behulpzaam en hebben aandacht en zorg voor alle kinderen.
Wanneer de kinderen aan tafel zitten om samen fruit te eten, vertellen de kinderen om de beurt wat hen bezig houdt. De beroepskrachten zorgen er voor dat elk kind aan bod komt.
De kinderen zijn zichtbaar op hun plek in deze groep.
Overdracht van normen en waarden Veldinstrument:
‘Afspraken, regels en omgangsvormen zijn herkenbaar aanwezig en worden toegepast.’
Observatie
Tijdens het inspectiebezoek werden verschillende regels gezien. Een paar voorbeelden: handen wassen voor het fruit eten, niet met volle mond praten, niet rennen in de groep.
De beroepskrachten dragen dezelfde regels uit. Aan kinderen wordt regelmatig uitgelegd waarom een bepaalde regel er is.
Zo is er een kind dat aan tafel zijn mond volpropt met eten. De beroepskracht ziet dit en reageert hier meteen op. Ze legt het kind dat het niet hoort om het eten te proppen. Ze vertelt dat het niet netjes is en dat we dat hier aan tafel niet goed vinden om te doen. Het kind neemt daarna normale happen van zijn fruit.
Conclusie
De pedagogische praktijk voldoet aan de voorwaarden uit de Wet kinderopvang.
Gebruikte bronnen:
Interview anderen (aanwezige beroepskrachten)
Observaties
Pedagogisch beleidsplan
Personeel en groepen
Verklaring omtrent het gedrag
De beroepskrachten, werkzaam op deze locatie, zijn in het bezit van een geldige verklaring omtrent het gedrag.
Op het moment van de inspectie zijn er geen stagiaires werkzaam bij de BSO.
Conclusie
De verklaringen omtrent het gedrag voldoen aan de voorwaarden uit de Wet kinderopvang.
Passende beroepskwalificatie
De beroepskrachten, werkzaam op deze locatie, beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen.
Conclusie
De beroepskwalificaties voldoen aan de voorwaarden uit de Wet kinderopvang.
Opvang in groepen
De buitenschoolse opvang bestaat uit zes basisgroepen.
Groep Leeftijd Max. aantal kinderen
Groen 4 jaar 20
Oranje 4-5 jaar 20
Blauw 4-5 jaar 20
Rose 5-6 jaar 20
Paars 6-7 jaar 20
Geel 7-8 jaar 20
Ieder kind behoort bij een basisgroep.
Conclusie
De opvang in groepen is conform de voorwaarden in de Wet kinderopvang.
Beroepskracht-kindratio
De beroepskracht-kindratio is de verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep.
Het moment van de inspectie viel in de zomervakantie. De groepen waren samengevoegd tot één groep vanwege het kinderaantal.
Er waren 14 kinderen aanwezig en 2 beroepskrachten.
De personeelsroosters en de aanwezigheidslijsten zijn steekproefsgewijs gecontroleerd door de toezichthouder. Uit deze steekproef blijkt dat er wordt voldaan aan de beroepskracht-kindratio.
Conclusie
De beroepskracht-kindratio is conform de Wet kinderopvang.
Gebruikte bronnen:
Interview anderen (aanwezige beroepskrachten)
Observaties
Verklaringen omtrent het gedrag (steekproef)
Diploma's beroepskrachten (steekproef)
Presentielijsten
Personeelsrooster
Inspectie-items
Pedagogisch klimaat
Pedagogische praktijk
De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Personeel en groepen
Verklaring omtrent het gedrag
De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013.
(art 1.50 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden.
(art 1.50 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht, vrijwilliger is niet ouder dan twee jaar.
(art 1.50 lid 4, 8 en 9 en 1.57 lid 1, 2, 3 en 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Passende beroepskwalificatie
Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Opvang in groepen
Ieder kind behoort bij een basisgroep.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) OF
De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Beroepskracht-kindratio
De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste:
- 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar.
- 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar.
Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen) OF
De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste:
- 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Gegevens voorziening
Opvanggegevens
Naam voorziening : BSO Schalkhaar (locatie Pastoorsdijk)
Website : http://www.nicolaasschool.net
Aantal kindplaatsen : 120
Gegevens houder
Naam houder : Stichting Kindcentrum Schalkhaar
Adres houder : Pastoorsdijk 9
Postcode en plaats : 7433DK SCHALKHAAR
KvK nummer : 54549000
Aansluiting geschillencommissie : Ja
Gegevens toezicht
Gegevens toezichthouder (GGD)
Naam GGD : GGD IJsselland
Adres : Postbus 1453
Postcode en plaats : 8001BL ZWOLLE
Telefoonnummer : 038-4 281 686
Onderzoek uitgevoerd door : Marja Baas Gegevens opdrachtgever (gemeente)
Naam gemeente : Deventer
Adres : Postbus 5000
Postcode en plaats : 7400GC DEVENTER
Planning
Datum inspectie : 02-08-2016
Opstellen concept inspectierapport : 22-08-2016
Zienswijze houder : Niet van toepassing
Vaststelling inspectierapport : 29-08-2016 Verzenden inspectierapport naar houder : 30-08-2016 Verzenden inspectierapport naar
gemeente : 30-08-2016
Openbaar maken inspectierapport : 13-09-2016
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum
De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport.
De houder gaat akkoord met de inhoud van het rapport en heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen.