• No results found

Milieuverklaring Resultaten voor 2018

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Milieuverklaring Resultaten voor 2018"

Copied!
34
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Blz. D1 van D34 Bijlage D: JRC Geel

EUROPESE COMMISSIE

Milieubeheersysteem

Milieuverklaring Resultaten voor 2018

Bijlage D: JRC Geel

(2)

Blz. D2 van D34 Bijlage D: JRC Geel

Inhoudsopgave

BIJLAGE D: JRC GEEL – Wetenschappelijke werkzaamheden ... 3

D1 Overzicht van de kernindicatoren in JRC Geel sinds 2011 ... 3

D2 Beschrijving van activiteiten in JRC Geel en centrale belanghebbenden ... 4

D2.1 Activiteiten ... 4

D2.1.1 Analyselaboratoria ... 7

D2.1.2 Referentiematerialen, verwerking en opslag ... 7

D2.1.3 Nucleaire laboratoria ... 7

D2.1.4 Opsporing van explosieve stoffen en vervoersveiligheid ... 8

D2.2 Context – risico’s en mogelijkheden ... 8

D2.2.1 Externe kwesties die de milieuprestaties van JRC Geel beïnvloeden . 8 D2.2.2 Interne kwesties die de milieuprestaties van JRC Geel beïnvloeden .. 8

D2.3 Nalevingsverplichtingen van belanghebbenden ... 9

D3 Milieueffect van JRC Geel ... 10

D3.1 Milieuaspecten ... 10

D4 Efficiënter gebruik van natuurlijke hulpbronnen ... 11

D4.1 Energieverbruik ... 11

D4.2 Waterverbruik ... 17

D4.3 Kantoor- en offsetpapier ... 18

D5 Luchtemissies en de koolstofvoetafdruk verminderen ... 19

D5.1 Koolstofvoetafdruk ... 19

D5.2 CO

2

-emissies van gebouwen ... 20

D5.3 CO

2

-emissies van voertuigen ... 23

D5.4 Totale emissies van andere luchtvervuilende stoffen (SO

2

, NO

2

, PM)24 D6 Verbetering afvalbeheer en -scheiding ... 24

D6.1 Niet-gevaarlijk afval... 24

D6.2 Gevaarlijk afval ... 25

D6.3 Afvalscheiding ... 25

D7 Bescherming biodiversiteit ... 26

D8 Groene overheidsopdrachten ... 28

D8.1 Opnemen van groene overheidsopdrachten in aanbestedingen ... 28

D9 Naleving van wetgeving aantonen en crisisparaatheid ... 29

D10 Communicatie ... 30

D10.1 Interne communicatie ... 30

D12.2 Externe communicatie en relatiebeheer ... 31

D11 Opleiding ... 32

D11.1 Interne opleiding ... 32

D11.2 Externe opleiding ... 32

D12 Kosten en besparingen van EMAS ... 33

D13 Omrekeningsfactoren voor JRC Geel ... 33

D14 Prestaties voor geselecteerde parameters, uitgesplitst naar locatie ... 34

(3)

Blz. D3 van D34 Bijlage D: JRC Geel

BIJLAGE D: JRC GEEL – Wetenschappelijke werkzaamheden

JRC Geel is opgericht in 1957 bij het Verdrag van Rome (Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, artikel 8) en is in 1960 van start gegaan onder de naam “Centraal Bureau voor Nucleaire Metingen (CBNM)”. In 1993 kreeg het instituut de naam “Instituut voor Referentiematerialen en Metingen (IRMM)” om de nieuwe opdracht tot uitdrukking te brengen. Deze omvatte een bredere reeks wetenschappelijke domeinen, waaronder voedselveiligheid en milieubescherming. In het kader van een grote reorganisatie van het JRC is de naam van het instituut op 1 juli 2016 gewijzigd in “JRC Geel”.

In het ruim 55-jarige bestaan van JRC Geel is de locatie uitgebreid met nieuwe nucleaire en niet-nucleaire faciliteiten. De oudere faciliteiten en de infrastructuur zijn geleidelijk vernieuwd. De locatie is in haar geheel in de EMAS-registratie van de Commissie opgenomen.

D1 Overzicht van de kernindicatoren in JRC Geel sinds 2011

JRC Geel heeft sinds 2011 gegevens over kernindicatoren voor zijn locatie verzameld. De waarden in 2011 en van 2014 tot en met 2018 staan in tabel D1, samen met de prestatietrends en, in voorkomend geval, de streefdoelen voor 2020.

Tabel D1: Historische gegevens, prestaties en streefdoelen voor voorgestelde kernindicatoren voor verslaglegging op Commissieniveau

Hieronder wordt de ontwikkeling van het EMAS-systeem in JRC Geel weergegeven.

Tabel D2: EMAS-basisparameters

In tabel D2 is een stijging te zien van het aantal gebouwen en de bruikbare oppervlakte als gevolg van grote moderniseringen.

2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018

Populatie: totaal personeel 331 322 341 346 328 296 265 259

Totaal aantal operationele gebouwen 14 14 14 15 16 16 16 16

Bruikbare oppervlakte voor alle gebouwen (m2) 46 996 46 996 46 390 48 815 50 538 50 538 50 382 50 499

Fysieke indicatoren: Historische gegevenswaarden Prestatietrend (%) sinds: Streefdoel

(Nummer, beschrijving en eenheid) 2011 (1) 2014 2016 2017 2018 2011 2014 2016 2017 2020*

? % (2, 3) waarde (2)

1a) Energie gebouwen (MWh/p) 60,52 51,19 53,16 55,76 53,08 -12,4 3,7 -0,1 -4,8 -5,0 48,634

1a) Energie gebouwen (KWh/m2) 426 363 311 293 272 -36,2 -25,0 -12,6 -7,2 -5,0 344,7

1c) Verbruik niet-hern. energie (geb.) % 0 99,5 99,5 99,5 31,7 -68,1 -68,1 -68,1 -5,0 94,6

1d) Water (m3/p) 79,57 34,75 26,86 26,95 28,97 -63,6 -16,6 7,9 7,5 -5,0 33,011

1d) Water (L/m2) 560 246 157 142 149 -73,5 -39,7 -5,5 4,8 -5,0 234

1e) Kantoorpapier (ton/p) 0,02 0,02 0,01 0,01 -35,0 -30,3 17,5 -5,0 0,020

1e) Kantoorpapier (vellen/p/dag) 20 19 11 13 -35,0 -30,3 17,5 -5,0 19,4

2a) CO2 gebouwen (ton/p) 19,77 16,88 17,60 18,51 4,40 -77,8 -74,0 -75,0 -76,2 -5,0 16,039

2b) CO2 gebouwen (kg/m2) 139 120 103 97 23 -83,8 -81,2 -78,1 -76,8 -5,0 113,7

2c) CO2 voertuigen (g/km, fabr.) Not avail 0 0 0 0,0 0

2c) CO2 voertuigen (g/km, daadw.) Not avail Not avail Not avail Not avail 0,0 N/A

3a) Niet-gevaarlijk afval (ton/p) 0,267 0,479 0,364 0,370 0,292 9,6 -39,0 -19,6 -21,0 -5,0 0,455

3b) Gevaarlijk afval (ton/p) 0,075 0,079 0,081 0,026 0,067 -10,6 -15,8 -17,1 156,5 -5,0 0,075

3c) Gescheiden afval (%) 83,6 71,0 67,7 69,8 71,4 -14,6 0,6 5,4 2,3 5,2 74,7

Economische indicatoren (EUR/p)

Energieverbruik (geb.) 5 120 3 857 4 027 4 091 4 023 -21,4 4,3 -0,1 -1,7 -5,0 3 664

Waterverbruik 84,0 39,0 33,5 46,8 59,6 -29,0 53,0 78,3 27,5 -5,0 37,0

Verwerking niet-gevaarlijk afval 0,0 0,0 105,5 125,9 156,0 47,9 23,9 0,0 0,0

Opmerking: (1) Eerste aangeleverde gegevens; (2) Ten opzichte van 2014; (3) Jaarlijks EMAS-actieplan 2019 ( waarden in %)

* Streefdoel voor % verbetering voor de periode 2014-2020

(5) totaal elektriciteit (-1 %), totaal gas (0 %), totaal warm water (0 %), totaal brandstof (0 %) -> totaal energie (-0,5 %)

(4)

Blz. D4 van D34 Bijlage D: JRC Geel

D2 Beschrijving van activiteiten in JRC Geel1 en centrale belanghebbenden D2.1 Activiteiten

Het JRC, een directoraat-generaal van de Europese Commissie, valt onder de verantwoordelijkheid van Tibor Navracsics, de commissaris voor Onderwijs, Cultuur, Jongerenzaken en Sport. Het JRC heeft meer dan 3 000 medewerkers uit de gehele EU in dienst. Het betreft wetenschappers en onderzoekers, maar ook administratief en ondersteunend personeel. De kantoren en locaties bevinden zich in Brussel (BE), Geel (BE), Ispra (IT), Karlsruhe (DE), Petten (NL) en Sevilla (ES). Het JRC speelt een hoofdrol in de ondersteuning van succesvolle investeringen in kennis en informatie krachtens het werkprogramma van Horizon 2020, het EU-programma voor onderzoek en innovatie.

JRC Geel huisvest EC-personeel van zeven verschillende directoraten (directoraten A, D, E, F, G, I en R van het JRC en een klein aantal medewerkers van DG HR) in 16 verschillende gebouwen.

Hoewel het personeel van JRC Geel aan verschillende directeuren verslag uitbrengt, valt de locatie onder de verantwoordelijkheid van één locatiedirecteur: Elke Anklam. Zij is directeur van het directoraat voor Gezondheid, Consumenten en Referentiematerialen.

De wetenschappelijke werkzaamheden vallen onder de verantwoordelijkheid van

 Directoraat E, eenheid E.5 Grens- en Transportbeveiliging, die in een groeiend en in toenemende mate intermodaal vervoerssysteem tot taak heeft: bij te dragen aan het vergroten van de veiligheid van het vervoer in de EU; te voorzien in normen, instrumenten en diensten die in de gehele vervoerssector kunnen worden ingezet en gebruikt voor geharmoniseerde verslaglegging voor vervoer over water, door de lucht en per spoor, alsook voor aspecten omtrent grensbeveiliging; de invloed van nieuwe technologieën op de beveiliging van de toeleveringsketen van scheepscontainers te beoordelen en technologische ondersteuning te bieden in het kader van de gemeenschappelijke gegevensuitwisselingsstructuur voor het maritieme gebied van de EU.

 Directoraat F, eenheid F.4 Preventie en Opsporing van Fraude, die tot taak heeft bewijsmateriaal te produceren, verzamelen en valideren dat nodig is voor het opsporen en voorkomen van fraude in de voedselketen en bij te dragen aan de strijd tegen verboden consumentenproducten.

 Directoraat F, eenheid F.5 Compliance inzake Levensmiddelen en Diervoeders, die tot taak heeft: de geharmoniseerde uitvoering van de wetgeving inzake levensmiddelen en diervoeders te ondersteunen door het opstellen van betrouwbare meetmethoden en -normen voor op feiten gebaseerde besluitvorming met betrekking tot de veiligheid van de voedselketen; EU-beleidsmakers te ondersteunen bij toekomstige beleidsinitiatieven omtrent vergunningen voor het in de handel brengen en de controle op de veiligheid van levensmiddelen en diervoeders met betrekking tot bijvoorbeeld voedselallergenen, verontreinigingen, voederadditieven, materialen die met levensmiddelen in aanraking komen, en genetisch gemodificeerde organismen (GGO’s); alle referentielaboratoria van de Europese Unie in verband met voedselveiligheid en GGO’s op JRC-locaties te exploiteren.

 Directoraat F, eenheid F.6 Referentiematerialen, die tot taak heeft om normvoorbereidend onderzoek uit te voeren, wetenschappelijk onderbouwde beleidsadviezen te verschaffen en meetnormen te ontwikkelen, te verspreiden en te bevorderen ten bate van EU-beleid voor biotechnologie, gezondheid, milieu, energie en techniek, met inbegrip van geavanceerde materialen en nanotechnologie.

 Directoraat G, eenheid G.2 Normen voor Nucleaire Veiligheid, Beveiliging en Waarborgen, voorziet in kwalitatief hoogwaardige nucleaire referentiegegevens, meetnormen, wetenschappelijk onderbouwd beleidsadvies en opleidingen ter ondersteuning van het EU-beleid inzake nucleaire veiligheid, beveiliging en waarborgen. Eenheid G.2 exploiteert twee op versnellers gebaseerde nucleaire

1De NACE-codes voor de activiteiten in Geel zijn: 99 – Activiteiten van extraterritoriale organisaties en lichamen; 71.2 Testen en technische analyse;

72.1 Onderzoek en experimentele ontwikkeling op het gebied van natuurwetenschappen en techniek.

(5)

Blz. D5 van D34 Bijlage D: JRC Geel

gegevensfaciliteiten, een ondergronds laboratorium en laboratoria voor radionuclidenmetrologie en nucleaire referentiematerialen. De eenheid werkt nauw samen met internationale organisaties en verleent op basis van relevantie open toegang tot haar nucleaire faciliteiten voor externe onderzoekers uit de EU-lidstaten en landen die zijn verbonden aan het Euratom-programma voor onderzoek.

Andere eenheden voeren wetenschappelijke, technische en ondersteunende werkzaamheden uit op de locatie zonder daar eigen laboratoria te onderhouden.

De locatie JRC Geel bevindt zich in België, 80 km ten noordoosten van Brussel, zoals hieronder in figuur D1 te zien is.

De faciliteiten staan verspreid over het terrein, zoals in figuur D2 is afgebeeld.

Figuur D1: Locatie van JRC Geel (ten noorden van de stad Geel)

JRC Geel

(6)

Blz. D6 van D34 Bijlage D: JRC Geel

Figuur D2: Plattegrond van de locatie JRC Geel

(7)

D2.1.1 Analyselaboratoria

JRC Geel heeft veel analyselaboratoria waar hoogwaardig analytisch werk wordt verricht op het gebied van onder meer chemie, biochemie, microbiologie, fysica en biotechnologie ten behoeve van de voedselveiligheid en -kwaliteit, het milieu, klinische metingen, luchtvaart en nucleaire veiligheid en beveiliging. Voor biotechnologisch onderzoek beschikt JRC Geel over laboratoria die functioneren op bioveiligheidsniveaus 1 en 2, zodat er met gevaarlijk materiaal kan worden gewerkt.

De beschikbare instrumenten omspannen het volledige scala aan spectrometrische technieken, waaronder massaspectrometrische isotopenanalyse, chromatografie en gekoppelde technieken, alsook hoogwaardige bemonsteringstechnieken.

JRC Geel beschikt ook over massametrologische instrumenten die uiterst nauwkeurige wegingen mogelijk maken.

D2.1.2 Referentiematerialen, verwerking en opslag

Wereldwijd is er een toenemende vraag naar nieuwe referentiematerialen voor steeds meer toepassingen.

JRC Geel is onder meer een belangrijke, wereldwijd erkende producent van gecertificeerd referentiemateriaal (CRM) en marktleider in referentiematerialen voor GGO’s. Het in JRC Geel vervaardigde materiaal varieert van zuivere chemische stoffen (waaronder nucleair materiaal) tot landbouw-, voedsel- en milieumonsters, zogeheten matrix-referentiematerialen. In 2010 heeft JRC Geel zijn verwerkingsfaciliteiten voor referentiematerialen vernieuwd en een wetenschappelijke en technische voorziening gecreëerd die de kloof tussen laboratoriumschaal en industriële schaal moest overbruggen met gespecialiseerde laboratoria en een veelzijdige proefinstallatie voor materiaalverwerking. Er kunnen vier verschillende referentiematerialen tegelijkertijd worden verwerkt, zonder risico op kruisbesmetting. JRC Geel beschikt als enige van de grote producenten van gecertificeerde referentiematerialen over een dergelijke faciliteit.

JRC Geel heeft hoogwaardige opslagfaciliteiten voor referentiematerialen, zoals ruimten waar temperaturen worden geregeld uiteenlopend van 18 °C tot -40 °C voor koelcellen tot -80 °C in ultravriezers. De opslagomstandigheden in JRC Geel worden continu bewaakt. JRC Geel heeft momenteel meer dan een half miljoen referentiemonsters op voorraad van ruim achthonderd verschillende materiaaltypen.

D2.1.3 Nucleaire laboratoria

Sinds het instituut in 1960 met zijn activiteiten begon, zijn metingen van reacties door neutronen, sectieoverschrijdende normen en absolute stralingsmetingen – ofwel radionuclidenmetrologie – essentiële activiteiten in JRC Geel. De nadruk ligt op gegevens van neutronen voor normen, veiligheid van reactoren die in bedrijf zijn, behandeling van kernafval en afvaltransmutatie en onderzoek naar alternatieve reactorsystemen en brandstofcycli. Het werkprogramma omvat de productie van gecertificeerde nucleaire referentiematerialen in de specifieke laboratoria.

Gelina, de lineaire elektronenversneller, heeft de beste tijdresolutie van zijn soort en combineert i) een hoogenergetische gepulseerde lineaire elektronenversneller, ii) een post-accelererend magneetsysteem door bundelcompressie, iii) een kwikgekoelde uraniumtrefplaat en iv) een vliegroute van 400 m. Het is een faciliteit waar gelijktijdig twaalf verschillende proeven kunnen plaatsvinden. Daarnaast beschikt JRC Geel over een verticale 3,5 MV Pelletron Tandem-versneller. Bovendien exploiteert het instituut een laboratorium voor uiterst gevoelige radioactiviteitsmetingen in het 225 meter diepe ondergrondse laboratorium HADES dicht bij de locatie van het Belgische Studiecentrum voor Kernenergie. Deze gedeelde faciliteit valt buiten de EMAS-perimeter.

Twee nucleaire gebieden zijn bestemd voor de productie van nucleaire trefplaatjes en gecertificeerde nucleaire referentiematerialen. Deze gecontroleerde gebieden bevatten meerdere handschoenkasten en specialistische apparatuur voor een veilige behandeling en opslag van monsters en trefplaatjes.

(8)

D2.1.4. Opsporing van explosieve stoffen en vervoersveiligheid

JRC Geel herbergt de interne experimentele faciliteiten van de Commissie voor onderzoek naar apparatuur voor beveiligingscontroles, de hoogwaardige detectieapparatuur die vaak bij de veiligheidscontroles op luchthavens wordt gebruikt, zoals röntgenapparatuur, beveiligingsscanners en apparaten voor de detectie van explosievensporen. Tot de werkzaamheden behoren het ontwikkelen van testmaterialen en -methoden voor prestatiecontroles van de apparatuur en het uitvoeren van technische beoordelingen van detectieapparatuur en testmethoden voor prioritaire toepassingen, bijvoorbeeld beveiliging van de luchtvaart, eerstehulpverleners, grensbewaking en rechtshandhaving.

D2.2 Context – risico’s en mogelijkheden

JRC Geel bevindt zich op een gebied van 38 ha dat van het Belgische Studiecentrum voor Kernenergie (SCK) wordt gehuurd, op het grondgebied van de gemeente Mol (België – Vlaams Gewest). De locatie moet voldoen aan regionale milieubeschermingswetgeving en aan Belgische federale wetgeving in verband met de milieuaspecten van de nucleaire activiteiten die er plaatsvinden.

D2.2.1 Externe kwesties die de milieuprestaties van JRC Geel beïnvloeden2

Dit zijn de belangrijkste externe kwesties, met inbegrip van zowel risico’s als mogelijkheden, die de milieuprestaties van JRC Geel beïnvloeden:

1) Politiek – Verdere eisen en verplichtingen om het energieverbruik te verminderen (COP 2030) bieden een mogelijkheid die investeringen in verdere beperkingsmaatregelen, energie-efficiëntie en het gebruik van hernieuwbare energie rechtvaardigt. Er is een ontwikkelingsplan voor de locatie opgesteld waarin deze nieuwe doelstellingen zijn meegenomen. De milieuwetgeving wordt steeds complexer met steeds meer eisen; sommige ontwikkelingen en veranderingen in de wetgeving hebben direct gevolgen voor onze activiteiten (bv. afvalscheiding of saneren van verontreinigde grond of strengere eisen voor emissies).

2) Economisch – De onzekere economische situatie (ook in verband met de brexit) is van invloed op investeringen, personeel en contractanten. Er bestaat een risico op budgettaire beperkingen, met mogelijk als gevolg dat de investeringen in energiebeperking/-verschuiving niet volledig kunnen worden gerealiseerd.

3) Technologisch – De Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO) ontwikkelt geothermische warmtewinning in de buurt van JRC Geel. TussenJRC Geel en VITO is een contract afgesloten voor de distributie van warm water van geothermische oorsprong ten behoeve van de verwarming van de faciliteiten vanaf 2021.

4) Milieu – De klimaatverandering zorgt voor meer regen, storm en temperatuurpieken met mogelijk hogere HVAC-kosten tot gevolg.

D2.2.2 Interne kwesties die de milieuprestaties van JRC Geel beïnvloeden3

Er is een aantal risico’s en mogelijkheden vastgesteld die de milieuprestaties van JRC Geel zouden kunnen beïnvloeden:

1) Activiteiten – Voor de nucleaire activiteiten van JRC Geel zijn uitgebreide operationele controle- en veiligheidsmaatregelen nodig. De frequente bezoeken en expertise van de inspectieorganen kunnen een mogelijkheid zijn om onze milieuprestaties voortdurend te verbeteren.

2) Activiteiten – De verschillende installaties en activiteiten van JRC Geel in het algemeen en van de Gelina-faciliteit in het bijzonder zijn zeer veeleisend wat betreft energieverbruik, voor zowel

2 Vastgesteld met behulp van de PESTLE-criteria: Politiek, Economisch, Sociaal, Technologisch, Juridisch (“Legal”), Ecologisch.

3 Vastgesteld met behulp van de ASCPF-criteria: Activiteiten, Strategische richting, Cultuur en werknemers, Processen en systemen, Financieel.

(9)

verwarming als koeling. De noodzaak tot verwarming kan worden verminderd door te investeren in isolatie en warmteterugwinning.

3) Strategische richting – De reisbehoeften worden beïnvloed door de toenemende betrokkenheid op internationaal niveau, met emissies (CO2) tot gevolg. Dit risico kan worden beperkt door het gebruik van videoconferenties en duurzame organisatie van evenementen te bevorderen.

4) Strategische richting – Het besluit van de EC om EMAS uit te voeren, heeft een positieve invloed op het milieubeheer en de milieuprestaties van JRC Geel.

D2.3 Nalevingsverplichtingen van belanghebbenden

Door op gestructureerde wijze parameters op het gebied van invloed en belang in overweging te nemen, heeft JRC Geel de belangrijkste belanghebbenden kunnen bepalen bij zijn milieuprestaties, zoals te zien is in figuur D3.

Figuur D3: Analyse van belanghebbenden

* Anders dan bovengenoemd

Figuur D3 illustreert dat er acht belanghebbenden zijn met een bijzonder grote invloed en interesse in onze milieuprestaties:

 FANC (het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle), Bel V (het technische filiaal daarvan) en NIRAS (de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen) hebben veel belang bij en invloed op de nucleaire aspecten van de milieuprestaties van JRC Geel. Verreweg de meeste inspanningen zijn op deze aspecten gericht.

 VITO (Vlaams Instituut voor Technologisch Onderzoek) heeft grote invloed op de milieuprestaties.

In de nabije toekomst zou dit instituut namelijk warmte kunnen leveren van geothermische oorsprong, waarmee sterk zou worden bijgedragen tot de vermindering van onze koolstofvoetafdruk.

 Als begrotingsautoriteit en promotor van EMAS hebben de Europese instellingen grote invloed.

(10)

 Beleidsmakers, op EU-niveau, maar ook op nationaal en regionaal niveau, bepalen de regulerings- en beleidsnormen voor de vereiste milieuprestaties van JRC Geel. Door aan deze normen te voldoen wil de Commissie het goede voorbeeld geven.

 De regelgevende autoriteiten van het Vlaams Gewest verwachten volledige naleving van de toepasselijke wetgeving. De communicatie met deze autoriteiten heeft voornamelijk betrekking op de jaarlijkse verslaglegging en het beheer van de milieuvergunning.

 De lokale gemeenschap besteedt specifiek aandacht aan de bescherming tegen noodsituaties en de beperking van lokale overlast, zoals geluidsoverlast, in de directe omgeving.

 Contractanten spelen een belangrijke rol bij de milieuprestaties, aangezien het grootste deel van de infrastructuur- en/of onderhoudswerkzaamheden wordt uitbesteed, en

 Personeel – een integraal onderdeel van een EMAS-conform beheersysteem is de nauwe betrokkenheid van het personeel, dat een cruciale rol speelt bij het verbeteren van de milieuprestaties.

Op grond van het EMS moet de analyse van belanghebbenden jaarlijks worden herzien. In 2018 werden nog eens twee belanghebbenden geïdentificeerd:

 SCK werd toegevoegd als eigenaar van de locatie JRC Geel.

 ECS werd toegevoegd als aanbieder van geïntegreerde veiligheidsoplossingen.

Uit een analyse van de behoeften en verwachtingen van de belanghebbenden blijkt dat, ongeacht de naleving van de Europese, federale (Belgische) en regionale (Vlaamse) wetgeving, de belangrijkste behoeften en verwachtingen in de EMAS-verordeningen zijn meegenomen. Dat geldt met name voor de voorschriften op het gebied van communicatie en de waarborging dat JRC Geel alle relevante wetgeving respecteert.

Voor JRC Geel gelden de volgende nalevingsverplichtingen op milieugebied:

 een milieubeheersysteem (EMS) hebben conform de EMAS-verordening (Besluit C(2013) 7708 van de Commissie van 18 november 2013);

 bijdragen aan de door het EMAS-stuurcomité vastgestelde doelstellingen, met name de doelstellingen voor de periode 2014-2020 (nota: DG-HR/D.2/RV/CSM/MR van 24 januari 2018);

 indien van toepassing, ten minste de kerncriteria van groene overheidsopdrachten gebruiken; en

 het gebruik van plastic voor eenmalig gebruik uitbannen.

D3 Milieueffect van JRC Geel D3.1 Milieuaspecten

In de loop van 2018 heeft JRC Geel zijn register van milieuaspecten bijgewerkt. De activiteiten die op meerdere locaties plaatsvinden, zijn vastgesteld en de aspecten en het effect ervan zijn beoordeeld. De activiteiten die op een beperkt aantal plaatsen plaatsvinden, zijn afzonderlijk geregistreerd per gebouw. In het register zijn ook de installaties opgenomen die zijn ingedeeld in de milieuverordening VLAREM II.

(11)

Tabel D3: Overzicht van belangrijke milieuaspecten voor JRC Geel

Aspectcategorie Milieuaspect Milieueffect Activiteit, product of dienst

Hulpbronnen

Verbruik van elektriciteit en fossiele brandstof

Afname van natuurlijke hulpbronnen

Verwarming, koeling, ventilatie, elektrische apparatuur en vervoer

Papierverbruik Voor kantoorwerkzaamheden, afdrukken,

opleidings- en communicatiebehoeften

Waterverbruik Voor catering, sanitaire voorzieningen en

technische installaties

Heliumverbruik NMR4

Lucht

CO2-, SOx-, NOx-, CO-, VOS- emissies

Luchtvervuiling, klimaatverandering

Energieverbruik Intern vervoer

Vervoer: werkgerelateerde reizen en woon- werkverkeer (organisatie en personeel) Uitstoot van HFK-gassen Opwarming van de aarde Gebruikt in koelkasten en koelsystemen

Lokale aspecten Geluid Overlast in de wijk Ventilatie

Afval Productie van (gevaarlijk) afval

Lucht-, water-, en/of bodemvervuiling, risico’s voor de biodiversiteit

Laboratoria, sanitaire voorzieningen, schoonmaak, onderhoud, kantooractiviteiten, IT en catering

Water Lozing van afvalwater Eutrofiëringsrisico,

watervervuiling

Sanitaire voorzieningen en technische installaties (koeltorens)

Biodiversiteit

Keuze van producten en hun oorsprong

Uit balans raken van

ecosystemen Voor catering en tuinierswerkzaamheden

Keuze van locaties en type gebouwen

Aantasting van de

natuurlijke leefomgeving en van het reliëf, visuele vervuiling

In het kader van het gebouwenbeleid van de Commissie (levenscyclusbenadering) Milieurisico

(naleving van de wetgeving en crisisparaatheid)

Verlies van lading, storingen, lekkages, verspreiding van chemische producten, gassen, afval enz.

Lucht-, water-, en/of bodemvervuiling

In het kader van de levering, de opslag en het gebruik van chemische producten/brandstof voor onderhoud van technische installaties, afvalbeheer, opslag en brandpreventie Financiering

(indirect)

Indirecte milieuaspecten in verband met te financieren programma’s5

Door derden veroorzaakte milieueffecten

Meeweging van het milieu bij de selectie en beoordeling van projecten

Openbare aanbestedingen (indirect)

Milieuprestaties van contractanten.

Duurzaamheid en effecten van de gekozen producten en diensten6

Door derden veroorzaakte milieueffecten

Opname van milieuclausules in contracten:

beïnvloeding van de markt door middel van

“duurzame” inkoop Levenscyclusbenadering

De belangrijkste aspecten voor JRC Geel zijn:

 energieverbruik;

 emissies in lucht en water;

 watergebruik.

D4 Efficiënter gebruik van natuurlijke hulpbronnen D4.1 Energieverbruik

De gegevens over het energieverbruik van gebouwen moeten tegen de achtergrond van de weersomstandigheden worden bekeken. Uit de analyse van de temperatuurgegevens7 hieronder blijkt een voortdurende stijging van het aantal koude graaddagen, waardoor meer koeling nodig is. Inkrimping van het personeelsbestand (inclusief intern personeel) was ook van invloed op het verbruik per persoon. Niettemin was, zoals te zien in figuur D5, het gebruik van hulpbronnen in 2018 doelmatiger dan in het basisjaar 2014.

4 NMR: Kernmagnetische resonantie (Nuclear Magnet Resonance) is een chemische analysemethode waarbij gebruik wordt gemaakt van hoge magnetische velden en radiogolven. Het hoge magnetische veld wordt opgewekt met elektromagneten, die met vloeibaar helium worden gekoeld.

5 Om de lokale biodiversiteit te beschermen, en schade aan natuurlijke hulpbronnen en emissies bij bouw-/ontwikkelingsprojecten te beperken enz.

6 Bijvoorbeeld: vervoer, gebruik van natuurlijke hulpbronnen, levenscyclus van het product, recycling, afvalbeheer enz.

7 Maandelijkse gegevens van het Kleine Brogel-station (referentietemperatuur van 15,5 °C), www.degreedays.net; op basis van gegevens over het energieverbruik van gebouwen in JRC Geel.

(12)

Figuur D4: Totaal aantal graaddagen per jaar in JRC Geel, 2012-2018

a) Gebouwen

In figuur D5 wordt het verloop van het totale jaarlijkse energieverbruik weergegeven. Het verbruik per persoon en per vierkante meter is te zien in de figuren D7 en D8.

Figuur D5: Jaarlijks energieverbruik gebouwen (MWh) voor JRC Geel (indicator 1a)

Zes gebouwen waren goed voor ruim 80 % van het totale energieverbruik in 2018. In figuur D6 is te zien dat het Linac-gebouw – B050 (waar de lineaire versneller staat) – goed is voor bijna 22 %. In tabel D4 staan de zes grootste verbruikers.

Tabel D4: De zes gebouwen in JRC Geel met het hoogste energieverbruik

Gebouw B 050 Linac B 040 MS B 200 RMPB B 110 Chemie B 130 BCR B 10 Hoofdgebouw

% van totale

energieverbruik 22,00 17,20 12,30 10,1 9,60 8,50

2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018

Totaal graaddagen 2 713 2 873 2 209 2 473 2 659 2 534 2 761

Koude graaddagen (CDD), koeling

nodig 395 412 407 414 452 465 704

Warme graaddagen (HDD),

verwarming nodig 2 318 2 461 1 802 2 059 2 207 2 069 2 057

kWh/persoon/graaddag 22,78 19,11 23,17 20,02 19,99 22,00 19,22

500 1 000 1 500 2 000 2 500 3 000

2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018

Totaal 20 066 19 937 18 756 17 719 16 243 15 737 14 777 13 750

elektriciteit warmtepompen 84 75 79 74 74

warm water 5 700 5 799 5 747 4 153 3 837 2 937 2 579 2 113

diesel 449 490 490 78 26 27 32 36

leidinggas 1 759 1 902 2 108 1 673 1 963 1 860 1 791 1 718

elektriciteit 12 158 11 745 10 411 11 730 10 343 10 833 10 301 9 809

5 000 10 000 15 000 20 000 25 000

(13)

Figuur D6: Uitsplitsing energieverbruik naar gebouwen in 2018 (MWh)

Figuren D7 en D8: Ontwikkeling van het totale jaarlijkse energieverbruik voor gebouwen in JRC Geel

1 157

896

2 347

3 012

182 225 81 120 1 386 83

1 310 676

1 686 216 284

Hoofdgebouw Monnet-gebouw

Gebouw voor massaspectrometrie Linac-gebouw

Technische diensten

Opslaggebouw voor gevaarlijke producten, chemische producten en chemisch afval & pompstation Cafetaria

Generatorengebowu Conferentiegebouw Chemiegebouw Garages BCR-gebouw

Opslaggebouw referentiematerialen Verwerkingsgebouw referentiematerialen Administratief gebouw

Toegangsgebouw

60,6 61,9

55,0

51,2 49,5

53,2

55,8

53,1

48,65

36,7 36,5

30,5

33,9

31,5

36,6 38,9 37,9

5,3

5,9

6,2 4,8 6,0

6,3

6,8 6,6

1,4 1,5 1,4 0,2 0,1 0,1

0,1 0,1

17,2 18,0 16,9

12,0 11,7 9,9

9,7 8,2

0,2 0,2 0,3 0,3 0,3

0 10 20 30 40 50 60 70 80

2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018

Fig. D7: MWh/persoon

Totaal Totaal streefdoel 2020 Elektriciteit

Gas Brandstof Warm water

Elektriciteit warmtepompen

427,0 424,2

404,3

363,0

321,4 311,4

293,3

272,3 345

259 250

224 240

205 214

204 194

37,4 40,5 45,4

34,3 38,8 36,8 35,5 34,0

9,6 10,4 10,6 1,6 0,5 0,5 0,6 0,7

121,3 123,4 123,9

85,1 75,9

58,1 51,2 41,8

0 100 200 300 400 500 600

2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018

Fig. D8: kWh/m2

Totaal Totaal streefdoel 2020 Elektriciteit

Gas Brandstof Warm water

Elektriciteit warmtepompen

(14)

De algehele daling in energieverbruik is grotendeels toe te schrijven aan het verminderde verbruik van warm water (stadsverwarming) en het elektriciteitsverbruik. In 2016 is gebouw 060 geïsoleerd en is de regeling van de technische installaties (pompen, kleppen, ketels enz.) door het centraal gebouwenbeheersysteem (BMS) verbeterd. Hoewel die maatregelen vruchten hebben afgeworpen, kunnen ze de trend niet geheel verklaren.

Het grootste verbruik kwam voor rekening van:

 de versnellers; het koelen van de versnellers; en andere koelinstallaties.

Een groot deel van het totale energieverbruik van de gebouwen op de locatie Geel komt voor rekening van het verbruik van elektriciteit. JRC Geel werkt momenteel aan het verbeteren van zijn monitoringcapaciteit om deze kwestie beter het hoofd te kunnen bieden.

In de tabellen D5 en D8 staan de belangrijkste acties uit het jaarlijkse actieplan die specifiek zijn gericht op terugdringing van het energie- en waterverbruik (indicatoren 1a en 1d).

Tot slot is het de moeite van het vermelden waard dat het energieverbruik is gedaald, zowel per vierkante meter als per persoon. De doelstelling per persoon voor 2020 is niet bereikt vanwege een substantiële inkrimping van het personeelsbestand (inclusief intern personeel).

(15)

Tabel D5: De tien belangrijkste acties gericht op indicator 1a (energieverbruik gebouwen)

JIRA #(1) Dienst Actie- bereik

Datum in jaarlijks actieplan

Beschrijving van de actie Soort

actie Beschrijving van de meest recente stappen

EMAS GAAP-287 R.6

Twee gebouwen JRC Geel

2017

Optimalisering van de bedrijfsomstandigheden van technische apparatuur m.b.v. het bestaande gebouwenbeheersysteem (BMS)/de energiemanager (EM) in gebouwen 010 en 100

Meertraps

2018 – Programmering voltooid in voorjaar 2018. Actie voltooid.

2017 – Uitvoering analyse (eerste helft 2017); hardware geïnstalleerd en 80 % van de BMS-programmering voltooid EMAS GAAP-392 R.6

Gehele locatie JRC

Geel

2018 Vervanging van bestaande straatverlichting JRC Geel door

ledverlichting Eenmalig 2018 – Uitvoering van het contract. Uiterlijk halverwege 2019

te voltooien

EMAS GAAP-393 R.6 Eén gebouw

JRC Geel 2018 Vervanging van tl-lampen centrale werkplaats B060 door

ledverlichting Eenmalig 2018 – Uitvoering van het project. Voltooid november 2018

EMAS GAAP-394 R.6

Alle gebouwen JRC Geel

2016

Identificatie/inventarisatie van elektrische panelen die relevant zijn voor HVAC voor de analyse van de elektriciteit die wordt verbruikt door de koelinstallatie en aansluiting van stroommeters op het BMS

Continu

2019 – Afronding B040 en B200 eind 2019

2018 – B020, B050, B081, B100, B110 en B200 voltooid;

onderzoek naar B040 uitgevoerd

2017 – Koeling B020 voltooid; HVAC B130 voltooid;

aansluiting van B050-meters + inventarisatie van gebouwen 010, 020, 081, 100, 110, 190, 200 uitgevoerd 2016 – B060, B210 en B222 HVAC-stroommeters + B010, B040 en B110 stroommeters koeling aangesloten;

inventarisatie B050 voltooid

EMAS GAAP-396 R.6

Twee gebouwen JRC Geel

2018

BMS-optimalisatie van de bedrijfsomstandigheden van technische apparatuur in B130, ter vermindering van het gebruik van natuurlijke hulpbronnen; analyse van mogelijkheden in B020 en B081

Meertraps 2018 – Optimaliseringsprocessen voor alle drie gebouwen voltooid. Actie gesloten

EMAS GAAP-451 R.6

Vier gebouwen JRC Geel

2019 Vernieuwing van hoogspanningsinstallaties. Meertraps

2019 – Vervanging van transformatoren in B060 en B020 (bestelling verricht). Vervanging van HVAC-panelen in B050 (begonnen). Elektrische panelen te vervangen in B040 (nog te beginnen)

EMAS GAAP-452 R.6 Eén gebouw

JRC Geel 2019 Vervanging van bestaande verlichting door led Eenmalig 2019 – Technische specificaties in ontwikkeling EMAS GAAP-453 R.6

Alle gebouwen JRC Geel

2019 Automatisering van gebouwen met behulp van

aanwezigheidsdetectoren Meertraps 2019 – Opstarten van technisch onderzoek

EMAS GAAP-455 R.6

Twee gebouwen JRC Geel

2019 BMS-optimalisatie Meertraps 2019 – Voltooiing van technisch onderzoek. Hardware in

bestelling

EMAS GAAP-456 R.6/G.2 Eén gebouw

JRC Geel 2019 Beoordeling effect op elektriciteit van de vermindering van de

pulsfrequentie van de Gelina-versneller Eenmalig 2019 – Lopend theoretisch onderzoek

(1): JIRA is een door de EMAS-bedrijfscoördinatie ingevoerde werkstroom waarmee de reacties op de bevindingen in interne en verificatieaudits op EMAS-locaties kunnen worden geregistreerd en gevolgd.

(16)

b) Voertuigen

Het wagenpark bestaat uit zeven voertuigen, waarvan drie conventionele met respectievelijk een Euro 2-, Euro 3- en Euro 6-motor. De resterende voertuigen zijn: twee heftrucks, een brandweerwagen en een tractor. Het verbruik van brandstof en energie wordt weergeven in tabel D6.

Tabel D6: Overzicht energieverbruik voertuigen (indicator 1b)

2014 2015 2016 2017 2018

Totaal

(MWh/jaar) 30,42 29,67 27,71 28,53 25,30

Dieselverbruik

(m3) 0,851 0,714 0,860 1,037 0,799

Benzineverbruik

(m3) 2,032 2,111 1,734 1,659 1,605

Propaanverbruik

(kg) 157,5 157,5 157,5 126,0 116,0

De auto van de beveiligingsdienst waarmee de beveiligers hun inspectieronden maken en bezorgingen begeleiden, rijdt op benzine. De brandweerwagen van eenheid G.2 en de heftruck en tractor van R.5 rijden op diesel. De heftruck van eenheid G.2 rijdt op propaan8.

In 2019 zal één van de auto’s van het centrale magazijn die voor bezorgingen wordt gebruikt, door een elektrisch exemplaar worden vervangen (JIRA-actie GAAP-459).

Het totale jaarlijkse energieverbruik van voertuigen, zoals hierboven weergegeven, bedraagt ongeveer 0,18 % van het energieverbruik van de gebouwen.

c) Gebruik van hernieuwbare energie in gebouwen

Tabel D7: Gebruik van hernieuwbare (en niet-hernieuwbare) energie in de gebouwen (indicator 1c)

Sinds 1 januari 2018, toen een nieuw elektriciteitscontract inging, is 95 % van de geleverde stroom van hernieuwbare oorsprong; samen met de verwarming en koeling van gebouw 210 via een aardwarmtepomp is meer dan 68 % van de totale verbruikte energie in de gebouwen van JRC afkomstig uit hernieuwbare bronnen.

8De cijfers voor propaan zijn gebaseerd op het aantal gasflessen dat jaarlijks wordt besteld.

Energiebron 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018

Electriciteit (MWh niet-hernieuwbaar) 12 158 11 745 10 411 11 730 10 343 10 833 10 301 500

(% elektriciteit uit niet-hernieuwbare bronnen) 100 100 100 100 100 100 100 5,1

Leidinggas (MWh niet-hernieuwbaar) 1 759 1 902 2 108 1 673 1 963 1 860 1 791 1 718

(% leidinggas uit niet-hernieuwbare bronnen) 100 100 100 100 100 100 100 100

Geleverde diesel (MWh niet-hernieuwbaar) 416 455 455 73 24 25 29 33

(% diesel uit niet-hernieuwbare bronnen) 100 100 100 100 100 100 100 100

Stadsverwarming/-koeling (MWh niet-hernieuwbaar) 5 700 5 799 5 747 4 153 3 837 2 937 2 579 2 113

(% uit niet-hernieuwbare bronnen) 100 100 100 100 100 100 100 100

Aardwarmte op locatie (MWh hernieuwbaar) 83,84 74,95 79,4 74 74

(% uit hernieuwbare bronnen) 100 100 100 100 100

Totaal hernieuwbaar (MWh) 83,84 74,95 79,4 74,00 9382,74

(% uit hernieuwbare bronnen) 0,47 0,46 0,50 0,50 68,25

Totaal verbruik niet-hern. energie (MWhr/jr) 19 901 18 720 17 629 16 166 15 655 14 700 4 364

(% uit niet-hernieuwbare bronnen) 100 100 99,5 99,5 99,5 99,5 31,7

(17)

D4.2 Waterverbruik

In de figuren D9 en D10 is de ontwikkeling van het totale jaarlijkse waterverbruik voor JRC Geel te zien (indicator 1d).

Figuur D9: Ontwikkeling per persoon Figuur D10: Ontwikkeling per m2

Drie acties uit het jaarlijkse EMAS-actieplan zijn gericht op het terugdringen van het waterverbruik (zie tabel D8). De lichte toename van het waterverbruik in 2018 hing samen met de weersomstandigheden waardoor meer koeling nodig was, en aan een technisch probleem van een waterzuiveringssysteem dat snel werd opgespoord met de meetinstrumenten die in voorgaande jaren in het kader van diverse milieuverbeteringsacties waren geïnstalleerd.

Tabel D8: Belangrijkste acties om het waterverbruik in JRC Geel terug te dringen

JIRA # Eenheid Actiebereik

Datum in jaarlijks actieplan

Beschrijving van de actie Beschrijving van de meest recente stappen

EMAS GAAP-288 R.6 Gebouw 040 2017 Vervanging van koeltorens van B040

2019 – Opgeschort – Wachten op uitvoering van GAAP-454 voor verfijning

van technische

specificaties

2018 – Planning opzetten.

Ontwerp technische specificaties

2017 – Eerste vergadering voor

begrotingsbeoordeling gehouden.

EMAS GAAP-454 R.6 Gebouw 040 2019 Vervanging van koelcollector van B040

2019 Technisch onderzoek voltooien en collector bestellen

EMAS GAAP-457 R.6

Gebouwen 10, 110, 130

en 200

2019

Installatie van

watermonitoringsystemen om het abnormale waterverbruik

van de diverse

waterzuiveringssystemen te controleren

2019 Technisch onderzoek voltooien en hardware bestellen

De hoofdreden voor de afname in waterverbruik is de vervanging van (koud water aggregaten gekoeld door) oude natte koeltorens door droge koelers. Dit is de afgelopen jaren stapsgewijs gedaan en ging vergezeld van de vervanging van de koud water aggregaten die het koelmiddel R22 bevatten.

Door periodieke monitoring van het waterverbruik wordt het mogelijk om abnormale stijgingen op te sporen (die bijvoorbeeld worden veroorzaakt door kapotte kleppen) en zo nodig direct in te grijpen.

80 75

51

35

30 27

33 33

26 339 24 139

17 537

12 023 9 861

7 950

5 000 10 000 15 000 20 000 25 000 30 000

0 10 20 30 40 50 60 70 80 90

2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017

m3 total

m3/person

m³/persoon

streefdoel 2020 m³/p (AAP 2019)

m³ totaal 79,57

74,97

51,43

34,75 30,06

26,86 26,95

33 33 33

26 339 24 139

17 537

12 023 9 861

7 950

7 142 5 000 10 000 15 000 20 000 25 000 30 000

0 10 20 30 40 50 60 70 80 90

2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018

m3total m3/person

m³/persoon

streefdoel 2020 m³/p (AAP 2019)

m³ totaal

560 514

378

246

195 157 142

234 234

26 339 24 139

17 537

12 023 9 861

7 950 7 142 5 000 10 000 15 000 20 000 25 000 30 000

0 100 200 300 400 500 600

2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018

m3total

L/m2

L/m²

streefdoel 2020 L/m² (AAP 2019)

m³ totaal 80

75

51

35

30 27

33 33

26 339 24 139

17 537

12 023 9 861

7 950

5 000 10 000 15 000 20 000 25 000 30 000

0 10 20 30 40 50 60 70 80 90

2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017

m3 total

m3/person

m³/persoon

streefdoel 2020 m³/p (AAP 2019)

m³ totaal 79,57

74,97

51,43

34,75 30,06

26,86 26,95 28,97

33 33 33 33

26 339 24 139

17 537

12 023 9 861

7 950

7 142 7 503 5 000 10 000 15 000 20 000 25 000 30 000

0 10 20 30 40 50 60 70 80 90

2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018

m3total m3/person

m³/persoon

streefdoel 2020 m³/p (AAP 2019)

m³ totaal

560 514

378

246

195 157

142 149

234

234 26 339

24 139

17 537

12 023 9 861

7 950 7 142 7 503 5 000 10 000 15 000 20 000 25 000 30 000

0 100 200 300 400 500 600

2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018

m3total

L/m2

L/m²

streefdoel 2020 L/m² (AAP 2019)

m³ totaal 80

75

51

35

30 27

33 33

26 339 24 139

17 537

12 023 9 861

7 950

5 000 10 000 15 000 20 000 25 000 30 000

0 10 20 30 40 50 60 70 80 90

2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017

m3 total

m3/person

m³/persoon

streefdoel 2020 m³/p (AAP 2019)

m³ totaal 79,57

74,97

51,43

34,75 30,06

26,86 26,95

33 33 33

26 339 24 139

17 537

12 023 9 861

7 950

7 142 5 000 10 000 15 000 20 000 25 000 30 000

0 10 20 30 40 50 60 70 80 90

2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018

m3total m3/person

m³/persoon

streefdoel 2020 m³/p (AAP 2019)

m³ totaal

560 514

378

246

195 157 142

234 234

26 339 24 139

17 537

12 023 9 861

7 950 7 142 5 000 10 000 15 000 20 000 25 000 30 000

0 100 200 300 400 500 600

2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018

m3total

L/m2

L/m²

streefdoel 2020 L/m² (AAP 2019)

m³ totaal 80

75

51

35

30 27

33 33

26 339 24 139

17 537

12 023 9 861

7 950

5 000 10 000 15 000 20 000 25 000 30 000

0 10 20 30 40 50 60 70 80 90

2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017

m3 total

m3/person

m³/persoon

streefdoel 2020 m³/p (AAP 2019)

m³ totaal 79,57

74,97

51,43

34,75 30,06

26,86 26,95 28,97

33 33 33 33

26 339 24 139

17 537

12 023 9 861

7 950

7 142 7 503 5 000 10 000 15 000 20 000 25 000 30 000

0 10 20 30 40 50 60 70 80 90

2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018

m3totaal m3/persoon

m³/persoon

streefdoel 2020 m³/p (AAP 2019)

m³ totaal

560 514

378

246

195 157

142 149

234

234 26 339

24 139

17 537

12 023 9 861

7 950 7 142 7 503 5 000 10 000 15 000 20 000 25 000 30 000

0 100 200 300 400 500 600

2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018

m3totaal

L/m2

L/m²

streefdoel 2020 L/m² (AAP 2019)

m³ totaal

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Een moment dat wij graag aangrijpen om jullie het Klompenpaden Jaarbericht 2018 toe te sturen met daarin de belangrijkste feiten en cijfers overzichtelijk gepresenteerd. Uw

Doorstromer: De natuurlijke persoon (niet zijnde BBL-leerling) die is gekwalificeerd door Sectorinstituut Transport en Logistiek als kandidaat (ofwel van welke kwalificatie

May Luyckx: mayluyckx@geel.be (Sociaal Huis) In bijlage kan u de folder met meer info over de EHBD-koffer terugvinden.. Bij overname wordt gevraagd om de bib en het Sociaal Huis

Gebouwde omgeving In deze categorie zijn alle emissies opgenomen die gerelateerd zijn aan het verbruik van elektriciteit, aardgas en warmte door de gebouwde omgeving in de gemeente

De Autoriteit denkt dan bijvoorbeeld aan gegevens met betrekking tot etnische afkomst of religieuze overtuiging die mogelijks aan bod kunnen komen bij de verwerkingen bedoeld in

Door de gezamenlijke huisvesting van de operationele diensten en de ondersteunde diensten in één gebouw wordt bijgedragen aan de gewenste organisatieontwikkeling.. De

Het programma Economie bestaat uit de programmaonderdelen Omgevingswet, Economie, Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ontwikkeling, Duurzaamheid, Verkeer en Aardbevingen. De Omgevingswet

Wij willen binnenkort de beheerder van de lijn (TenneT) verzoeken om de kabels onder de grond te leggen voor het gedeelte tussen bos Valckesteyn en de Albrandswaardsedijk.. Dit