Provincieraad
van de provincie West-Vlaanderen dd.
28/10/2021
Besluit
Agendapunt 3
Goedkeuren van de wijziging van het huishoudelijk reglement van de provincieraad De provincieraad van de provincie West-Vlaanderen
verwijst naar volgende rechtsbronnen en houdt rekening met volgende wettelijke bepalingen en feitelijke overwegingen:
- het provinciedecreet van 9 december 2005, in het bijzonder artikel 40;
- het huishoudelijk reglement van de provincieraad van 28 maart 2019;
- de beslissingen van het bureau van de provincieraad dd. 7 mei 2021 en 28 mei 2021;
- het voorstel van de deputatie.
BESLUIT:
Artikel 1: In artikel 5, derde lid, van het huishoudelijk reglement van de provincieraad van West-Vlaanderen van 28 maart 2019 wordt het woord ‘omvat’ vervangen door de woorden
‘bureau van de provincieraad is samengesteld uit’.
In artikel 5, vierde lid, van het huishoudelijk reglement van de provincieraad van West- Vlaanderen van 28 maart 2019 wordt het woord ‘er’ vervangen door de woorden ‘in het bureau van de provincieraad’.
In artikel 14, § 1, van het huishoudelijk reglement van de provincieraad van West-Vlaanderen van 28 maart 2019 worden de woorden ‘van onderhavig huishoudelijk reglement’ opgeheven.
In artikel 16, § 2, van het huishoudelijk reglement van de provincieraad van West-Vlaanderen van 28 maart 2019 wordt het woord ‘dient’ vervangen door het woord ‘wordt’.
In artikel 17, § 1, van het huishoudelijk reglement van de provincieraad van West-Vlaanderen van 28 maart 2019 wordt het woord ‘dient’ vervangen door het woord ‘wordt’.
In artikel 17, § 2, laatste zin, van het huishoudelijk reglement van de provincieraad van West-Vlaanderen van 28 maart 2019 worden de woorden ‘zoals bedoeld in artikel 16, § 3,’
ingevoegd tussen de woorden ‘aan een provincieraadslid,’ en de woorden ‘wordt de verantwoording ingediend’.
In artikel 17, § 2, laatste zin, van het huishoudelijk reglement van de provincieraad van West-Vlaanderen van 28 maart 2019 worden de woorden ‘en ondertekend’ ingevoegd tussen de woorden ‘wordt de verantwoording ingediend’ en de woorden ‘door dit provincieraadslid’.
In artikel 19, eerste lid, van het huishoudelijk reglement van de provincieraad van West- Vlaanderen van 28 maart 2019 wordt het woord ‘dit’ vervangen door het woord ‘die’.
In artikel 21, eerste lid, van het huishoudelijk reglement van de provincieraad van West- Vlaanderen van 28 maart 2019 worden de woorden ‘gebiedsgerichte werking’ vervangen door het woord ‘streekwerking’.
Artikel 22, elfde lid, van het huishoudelijk reglement van de provincieraad van West- Vlaanderen van 28 maart 2019 wordt vervangen door wat volgt: ‘De voorzitter van de commissie duidt een raadslid-verslaggever van de commissie aan.’.
Artikel 22, twaalfde lid, van het huishoudelijk reglement van de provincieraad van West- Vlaanderen van 28 maart 2019 wordt aangevuld door wat volgt: ‘van de commissie’.
Het opschrift van hoofdstuk 6 wordt vervangen door wat volgt: ‘HOOFDSTUK 6 – DE VERGADERINGEN VAN DE PROVINCIERAAD’.
Artikel 39, eerste zin, van het huishoudelijk reglement van de provincieraad van West- Vlaanderen van 28 maart 2019 wordt vervangen door wat volgt: ‘De voorzitter legt
voorafgaandelijk ter stemming: de klachten over de agenda, de vragen en voorstellen bedoeld in artikel 38, tweede lid, punt 2 tot en met 6.’.
Artikel 42 van het huishoudelijk reglement van de provincieraad van West-Vlaanderen van 28 maart 2019 wordt vervangen door wat volgt: ‘De notulen en het zittingsverslag van de vergadering van de provincieraad worden onder verantwoordelijkheid van de provinciegriffier opgesteld overeenkomstig artikel 176 van het provinciedecreet.
De notulen bevatten de verplichte vermeldingen voorzien in de artikelen 29 en 177 van het provinciedecreet. Ze worden, na goedkeuring, ondertekend door de voorzitter van de provincieraad en de provinciegriffier.
Het zittingsverslag bevat de verplichte vermeldingen voorzien in artikel 177 van het provinciedecreet. Het zittingsverslag kan een schriftelijk of een audiovisueel verslag zijn.
Indien een schriftelijk zittingsverslag wordt opgemaakt, worden de notulen en het
zittingsverslag in één document geïntegreerd dat na goedkeuring, wordt ondertekend door de voorzitter van de provincieraad en de provinciegriffier.
Als de provincieraad een aangelegenheid in besloten vergadering behandelt, vermelden de notulen alleen de beslissingen en wordt er geen zittingsverslag opgemaakt.
De notulen en het zittingsverslag worden aan de raadsleden ter beschikking gesteld. De raadsleden worden hiervan in kennis gesteld per mail verstuurd naar het door de provincie toegekende e-mail adres van elk raadslid. De termijnen voor het versturen en de procedure die leidt tot de goedkeuring van de notulen en het zittingsverslag zijn deze zoals voorzien in artikel 33 van het provinciedecreet.’.
Artikel 47, vijfde lid, eerste zin, van het huishoudelijk reglement van de provincieraad van West-Vlaanderen van 28 maart 2019 wordt opgeheven.
Artikel 54 van het huishoudelijk reglement van de provincieraad van West-Vlaanderen van 28 maart 2019 wordt vervangen door wat volgt: ‘Bij het begin van iedere vergadering van de raad wordt aan de provincieraadsleden de gelegenheid geboden om gedurende één uur, of indien de agenda van de vergadering dit toelaat gedurende een langere tijdspanne,
mondelinge vragen te stellen aan de deputatie of de provinciegouverneur, over de aangelegenheden vermeld in artikel 50.
In afwijking hiervan kan de voorzitter op voorstel van het bureau uitzonderlijk beslissen om géén mondelinge vragen te voorzien, in het geval een reguliere bijeenkomst van de
provincieraad gekoppeld wordt aan een andere bijeenkomst van de provincieraadsleden, hetzij informatief, hetzij protocollair. In voorkomend geval wordt hiervan door de
provincieraadsvoorzitter melding gemaakt in de uitnodiging voor de betreffende provincieraad.
Het is vereist dat de raadsleden die de deputatie een mondelinge vraag willen stellen, ten laatste vóór 9 uur van de dag van de vergadering de voorzitter van de raad kennis geven van het onderwerp van hun vraag. De tekst van de mondelinge vraag en de eventueel
ondersteunende beelden dienen eveneens vóór 9 uur van de dag van de vergadering digitaal bezorgd te worden aan de voorzitter en aan de griffie. Er worden maximaal twee afbeeldingen ter ondersteuning van de mondelinge vraag geprojecteerd.
Het is vereist dat de raadsleden die de provinciegouverneur een mondelinge vraag willen stellen, ten laatste vóór 12u van de tweede dag, voorafgaand aan de dag van de vergadering de voorzitter van de raad kennis geven van het onderwerp van hun vraag. De tekst van de mondelinge vraag dient eveneens vóór 12u van de tweede dag, voorafgaand aan de dag van de vergadering digitaal bezorgd te worden aan de voorzitter en aan de griffie.
De vraagstelling en het antwoord, kunnen geen aanleiding geven tot een debat, onverminderd art. 55.
In geen geval mag een vraag in onveranderde omstandigheden opnieuw worden gesteld in de loop van dezelfde zitting.
De samenvatting van de mondelinge vragen en de antwoorden, wordt opgenomen in het zittingsverslag.’.
Artikel 55 van het huishoudelijk reglement van de provincieraad van West-Vlaanderen van 28 maart 2019 wordt vervangen door wat volgt: ‘Een actualiteitsdebat is de uitoefening van het vraagrecht via een beknopte bespreking rond een actueel onderwerp waarbij meerdere sprekers kunnen tussenkomen.
Binnen de beschikbare tijd voor het stellen van mondeling vragen, kan ten hoogste één actualiteitsdebat worden gehouden. Indien er een actualiteitsdebat wordt gehouden en er mondelinge vragen worden gesteld, nemen het actualiteitsdebat en het stellen van
mondelinge vragen samen maximaal de tijd in beslag die voorbehouden is voor het stellen van mondelinge vragen.
Een actualiteitsdebat kan enkel gehouden worden mits het voorstel daartoe uitgaat van de fractievoorzitters wiens fracties samen een tweederdemeerderheid bereiken in de
provincieraad. Zij formuleren daartoe gezamenlijk hun voorstel aan de voorzitter van de provincieraad vóór 9 u op de dag van de vergadering.
Indien er vijf mondelinge vragen over eenzelfde thema van vijf verschillende fracties worden ingediend, informeert de voorzitter van de provincieraad de fractievoorzitters hierover en kunnen de fractievoorzitters een gezamenlijk voorstel formuleren aan de voorzitter van de provincieraad tot de organisatie van een actualiteitsdebat over dit thema vóór 12 u op de dag van de vergadering.
Indien er een actualiteitsdebat wordt gehouden en er worden mondelinge vragen gesteld, kan elke fractie maximaal één mondelinge vraag indienen. In voorkomend geval kunnen de raadsleden die niet tot een fractie behoren samen maximaal één mondelinge vraag indienen.’.
Artikel 57, zesde lid, van het huishoudelijk reglement van de provincieraad van West- Vlaanderen van 28 maart 2019 wordt vervangen door wat volgt: ‘Inzage wordt digitaal verleend of tijdens de kantooruren, na afspraak.’.
A
rtikel 59 van het huishoudelijk reglement van de provincieraad van West-Vlaanderen van 28 maart 2019 wordt aangevuld met een tweede en een derde lid, die luiden als volgt: ‘De met toepassing van dit reglement verkregen bestuursdocumenten worden niet gereproduceerd, noch verspreid indien de regelgeving m.b.t. auteursrechten op deze bestuursdocumenten van toepassing is.Indien het provinciebestuur als rechtspersoon onderworpen is aan de geheimhouding van een bestuursdocument, zijn de raadsleden die de met toepassing van dit reglement
bestuursdocumenten verkrijgen eveneens aan geheimhouding onderworpen en ondertekenen zij hiertoe een geheimhoudingsverklaring.’.
In artikel 62 van het huishoudelijk reglement van de provincieraad van West-Vlaanderen wordt het woord ‘worden’ vervangen door het woord ‘wordt’.
In artikel 71 van het huishoudelijk reglement van de provincieraad van West-Vlaanderen van 28 maart 2019 worden de woorden ‘uittreksels van beslissingen of van’ ingevoegd tussen de woorden ‘het beheer van het archief en de aflevering van’ en de woorden ‘voor eensluidend verklaarde afschriften’.
Artikel 73 van het huishoudelijk reglement van de provincieraad van West-Vlaanderen van 28 maart 2019 wordt vervangen door wat volgt: ‘De provinciegriffier treft de nodige schikkingen voor het maken en de bewaring van geluidsopnamen en, voor zover van toepassing, van het audiovisuele zittingsverslag van de openbare vergaderingen.
Te dien einde wordt hem/haar personeel en technische apparatuur door de deputatie ter beschikking gesteld.
Elk raadslid krijgt op eenvoudig verzoek toegang tot de geluidsopnamen. Voor zover van toepassing, wordt het audiovisuele zittingsverslag gepubliceerd op de website van de provincie West-Vlaanderen.’.
Artikel 74 van het huishoudelijk reglement van de provincieraad van West-Vlaanderen van 28 maart 2019 wordt opgeheven.
Art. 2: Dit besluit treedt in werking op 29 oktober 2021.
Brugge, 28/10/2021
De provinciegriffier De voorzitter
Geert ANTHIERENS Christof DEJAEGHER
Handtekening(en)
