T e n aanzien van de afschrijving op bedrijfsm iddelen, die in het bedrijf w orden gebruikt, verm eldt art. 11, (1):
„Bij gebouw en en andere zaken, welke voor de uitoefening van het be
drijf of beroep w orden gebruikt en w elker gebruik langer dan een jaar pleegt te duren, kan telken jare een zoodanig gedeelte op de werkelijke aanschaffings- of voortbrengingskosten als afschrijving in aftrek w orden gebracht als overeenkom st met het aandeel van het ja a r in de w a a rd e vermindering tusschen het begin van het ja a r en het einde van den ge
b ruiksduur” .
V olgens den inhoud van dit artikel kan afschrijving plaats hebben alleen op de aanschaffings- of voortbrengingskosten, A fschrijven over de vervangingsw aarde, noodzakelijk gew orden bij aanzienlijke w a a rd e stijging van het bedrijfsm iddel, kent het Besluit Inkom stenbelasting niet.
T e n slotte dient nog vermeld te w orden, dat het w oord „gebruiksduur”
aanleiding kan geven tot de opvatting, dat alleen een technische afschrij
ving volgens de geschatte gebruiksduur kan w orden toegestaan.
D e bepalingen van het Besluit op de Inkom stenbelasting 1941 leiden -—- gezien de grondslagen voor de w instbelasting — tot de conclusie, dat de vaststelling van de bedrijfsw inst aan zoodanige grenzen is gebonden, dat de fiscale w inst belangrijk kan afwijken van de w inst, die met in acht neming van bedrijfseconom ische beginselen w ordt bepaald.
DE OMZETSNELHEID IN DEN DETAILHANDEL
door D r F. L. van M u isw in kel Inleiding.
In ons artikel over de C alculatie in den D etailhandel (zie A pril nr.
M .A .B .) vestigden wij o.m. de aa n d ach t op de om zetsnelheid als één der m aatstaven voor den kostenopslag. In het onderhavige artikel willen wij de beteekenis van de om zetsnelheid in den detailhandel n ader bezien.
A chtereenvolgens moge daarbij w orden aangetoond:
a. dat men zich bij het calculeeren van den kostenopslag moet baseeren op de om zetsnelheid van elk artikel afzonderlijk;
b. d at men door het deelen van de (herleide) geldsw aarde van den totalen voorraad van alle artikelen op den (herleiden) geldom zet niet vindt de om zetsnelheid van den voorraad, doch de om loopsnelheid van het in den voorraad gestoken kapitaal.
T en slo tte zullen wij nog eenige opm erkingen m aken over c. om zetsnelheid en debiteurensaldo, en
d. het verband tusschen om zetsnelheid, om loopsnelheid, bruto w inst en bedrijfskosten.
a. D e om zetsnelheid per artikel.
O n d e r de om zetsnelheid v ersta at men het aan tal malen, dat de voor
raad in een bepaalde periode (b.v. een jaar) is om gezet. H oe hooger de om zetsnelheid, hoe geringer de interestfactor in verhouding tot den om
zet, hoe lager het aandeel van de opslagkosten en hoe geringer het risico van prijsverandering, bederf, modewisseling, enz.
E en doeltreffende wijze van berekening van de om zetsnelheid is het deelen van het aan tal eenheden van den gem iddelden voorraad op het totaal aan tal verkochte eenheden. D eelt men vervolgens de aldus ge
vonden uitkom st op de desbetreffende tijdsperiode, dan vindt men den gem iddelden tijdsduur, binnen welken de voorraad is om gezet en dus v er
nieuwd.
D eze tijdsduur is beslissend voor de kosten in verband met interest opslag en risico, welke aan het houden van voorraden inhaerent zijn.
S telt men de kw estie van de om zetsnelheid aldus, dan kom t men tevens op het spoor van een tw eede m ethode om de om zetsnelheid te berekenen, en wel door te letten op den gem iddelden tijdsduur, w elke ligt tusschen de door den verkoop noodig gew orden periodieke aanvullingen van den voorraad.
B edraagt de gem iddelde voorraad van eenig artikel x eenheden en vult men de voorraad wekelijks met ]/2 x eenheden aan, dan is de om zet
snelheid per jaar 52 (w eken): = 26.
D eze wijze van berekening van de om zetsnelheid is in vele gevallen vrij w a t eenvoudiger dan eerstgenoem de m ethode en verdient bovenal aanbeveling, w anneer de grootte van de inkoopen van eenig artikel in een min of meer vaste verhouding staat tot den gem iddelden voorraad.
E en derde bruikbare m ethode voor de berekening van de om zetsnel
heid per artikel is de volgende:
om zetsnelheid = omzet tegen inkoopsw aarde voorraad tegen inkoopsw aarde
omzet tegen verkoopw aarde voorraad tegen verkoopw aarde
, of x
X
b. D e ,,om zetsnelheid" van een com plex van artikelen.
In de praktijk van den detailhandel b estaat de neiging om voor den uit verschillende artikelen b estaanden voorraad eveneens een om zetsnel- heidcijfer te brekenen. U it den aard der zaak kan men bij deze bereke
ning geen gebruik m aken van de aantallen eenheden, noch van den tijds
duur, w elke tusschen de periodieke aanvullingen van den y o o rraad ligt.
M en pleegt dan ook de hierboven aangegeven derde m ethode toe te passen, w aarbij de geldsw aarde van den voorraad en van den omzet is ingeschakeld. Bij het volgen van deze m ethode van berekening sluipt in- tusschen een factor in, die aan de aldus berekende „om zetsnelheid” van den totalen goederenvoorraad een karak ter geeft, d at sterk afw ijkt van de op dezelfde wijze berekende om zetsnelheid per artikel. D eze afw ij
king is een gevolg van de om standigheid, d at de sam enstelling van den gem iddelden voorraad een geheel andere is dan de sam enstelling van den omzet; een verschil in sam enstelling, hetw elk o.m. een gevolg is van de b estaande verschillen in de om zetsnelheid der afzonderlijke artikelen.
D e beteekenis van een en ander moge w orden geïllustreerd aan de hand van o nderstaande gegevens van een k ru id en ie rszaa k * ):
*) Ontleend aan ,,De V oorraden onzer K ruideniers”, blz. 34, publicatie van het Economisch Instituut voor den M iddenstand.
Groepen artikelen
V erkoop in °/o van den totalen omzet
V oorraad in % van den totalen voorraad
Omzet
snelheid
Room boter ... 2.52 0.05 292.85
Suiker ... 18.21 0.77 148.13
M argarine ... 2.31 0.26 56.30
Fijne V leeschw aren ... 0.79 0.11 43.98
Koekjes ... 1.78 0.44 25.43
K aas en eieren ... 1.53 0.42 23.12
Z o u t, zeep, soda ... 3.28 1.11 18.59
W a s c h - en toiletartikelen 4.53 1.73 16.47
B ak- en braad v et ... 0.95 0.38 15.75
V erlichtingsartikelen ... 2.49 1.11 14.09
Koffie en thee ... 16.77 10.17 10.37
G ru ttersw aren ... 4.21 4.04 6.55
C onserven ... 5.68 27.56 1.29
Tezam en 65.05 48.15 —
O verige artikelen ... 34.95 51.85 —
T o taa l 100.— 100.— 6.29
Bijzondere aa n d ach t verdienen in bovenstaande opstelling de gegevens inzake de groepen room boter, suiker, koffie en thee, en conserven. D e invloed van deze artikelengroepen op de sam enstelling van den omzet en van den voorraad is zeer verschillend; de om zetsnelheid varieert voorts tusschen 292.85 en 1.29.
Alleen reeds op grond van de sterk uiteenloopende om zetsnelheid der afzonderlijke artikelen mag geconcludeerd w orden, dat het „om zet- snelheidcijfer” van den totalen v oorraad (6.29) geen reëele beteekenis kan hebben. In ieder geval kan dit om zetsnelheidcijfer geen leidraad vormen bij het vaststellen van den kostenopslag.
E en en ander moge met een voorbeeld n ader w orden toegelicht.
V oorbeeld. In een detailzaak verkoopt men boter en peulvruchten.
V o o rraad boter ... ƒ 10.—
Ie jaar
O m z e t ( t e g e n i n k o o p s p r i j s )
ƒ 1040.—
O m z e t s n e l h e i d
104 V o o rraad peulvruchten ... . „ 225.— „ 1125.— 5
T o taa l ƒ 235.— ƒ 2165.—
D e „om zetsnelheid” van den totalen v oorraad is in het Ie jaar derhalve
/ 2165 _ 9 3
ƒ 235 _ —
2e jaar
O m z e t ( t e g e n O m z e t -
i n k o o p s p r i j s ) s n e l h e i d
V o o rraad boter ...
V o o rraad peulvruchten ...
ƒ 2 5 . -
„ 250.—
ƒ 2600.— 104
„ 1250.— 5
T o taa l ƒ 2 7 5 . - ƒ 3850.—
D e „om zetsnelheid” van den totalen voorraad is in het 2e jaar derhalve:
ƒ 3850
ƒ 275 = 14,0
D e „om zetsnelheid” van den totalen voorraad is gestegen van 9,3 in het eerste jaar tot H ,0 in het tw eede jaar. D eze stijging moet louter w orden toegeschreven aan het feit, dat het aandeel van den boterverkoop in den totalen omzet is toegenomen. V a n een opvoeren van de omzet- snelheid van de afzonderlijke artikelen is geen sprake; de om zetsnelheid is met respectievelijk 104 en 5 onveranderd gebleven.
H et zal na het voorafgaande duidelijk zijn gew orden, d at men voor een complex van artikelen eigenlijk geen om zetsnelheidscijfer berekenen kan. O nd an k s het volkomen gelijk blijven van de om zetsnelheid der a f
zonderlijke artikelen kunnen er in het „omzetsnelheidcij'fer” van den to talen voorraad belangrijke veranderingen optreden, en wel door de ver
schuivingen in de sam enstelling van den voorraad en van den totalen omzet.
L aatstbedoeld cijfer blijft echter van beteekenis voor de beoordeeling van het in den voorraad vastgelegde kapitaal; het geeft namelijk een in
zicht in de om loopsnelheid van dat kapitaal. V erschuivingen in de sam en
stelling van voorraad en omzet tasten het karakter van de berekende omloopsnelheid niet aan en alszoodanig heeft dit cijfer dus wèl een reëelen ondergrond.
A ls m aatstaf voor den kostenopslag is het cijfer van de om loopsnel
heid van weinig beteekenis. A lhoew el niet ontkend kan w orden, d at de om zetsnelheid der afzonderlijke artikelen, tevens de om loopsnelheid van het in den totalen goederenvoorraad gestoken kapitaal beinvloedt, biedt het cijfer van de om loopsnelheid slechts houvast ter beoordeeling van den interest-factor, doch ten aanzien van de opslagkosten en de kosten voortvloeiend uit bederf, modewisseling, enz. der afzonderlijke artikelen is de beteekenis van dit cijfer gering.
*
c. O m zetsnelheid en debiteurensaldo.
W a n n e e r men de berekening van de om zetsnelheid per artikel uit
voert, vallen om zetsnelheid van den voorraad en om loopsnelheid van het in den voorraad vastgelegde kapitaal samen. V o lg t men bij deze bereke
ning de methode, w aarbij de geldsw aarde van omzet en voorraad het u itgangspunt is, dan dient men bij het bepalen van den omzet behalve op de geldontvangsten tevens te letten op het verloop van de debiteuren
saldi en w el aldus;
E indsaldo debiteuren + ontvangsten — beginsaldo debiteuren t = om
zet.
Bij het bepalen van de om/oopsnelheid van het in een complex van artikelen vastgelegde kapitaal moeten de debiteurensaldi op overeenkom stige wijze w orden verw erkt.
N a a r het ons voorkom t is de rol, w elke de debiteurensaldi spelen bij het bepalen van de in deze beschouw ing bedoelde om zetsnelheid hier
mede ten einde. W ij constateeren zulks met nadruk, om dat er zoowel in de praktijk van het zakenleven als bij sommige schrijvers over dit on derw erp neiging b estaat om bij de berekening van de ,,om zetsnelheid”
de geldsw aarde van den voorraad te verhoogen m et het bedrag der uit
staan d e debiteuren.
M en past dan de formule toe:
M en p ast de formule toe:
„om zetsnelheid” = O m zet
V o o rraad + D ebiteurensaldo
w aarbij de factoren van het tw eede gedeelte der vergelijking wederom óf tot inkoopsw aarde óf to t verkoopw aarde zijn herleid.
O p zichzelf beschouw d is deze berekening w elisw aar niet zonder w a a r
de, doch men bedenke, d at zij met het oorspronkelijke begrip „om zet- snelheid van den v o o rra a d ” weinig meer te m aken heeft.
T o t de in dit verband gew raakte berekening kom t men, w anneer men zich verdiept in het vraag stu k van het vlottende kapitaal in de o n d er
neming, en wel van den kringloop: geld — goederen —■ geld: d.i. een vraagstuk met betrekking tot de financiering van de ondernem ing, doch geen probleem, hetw elk bij den kostenopslag op den voorgrond treedt.
E en eenvoudig voorbeeld moge bovenstaande uitspraak n ader illu- streeren :
E en detailhandelaar houdt van eenig artikel een gem iddelden voor
ra ad aan van 100 eenheden (inkoopsprijs ƒ 5.— per eenheid). Bruto w inst 20 % van den verkoopprijs. Jaarom zet 1200 eenheden (ƒ 7500).
U itstaan d e debiteuren gem iddeld ƒ 1875.-—■.
A an de hand van bovenstaande gegevens kan de om zetsnelheid aldus w orden berekend:
a. 1200 eenheden ^ ^ 100 eenheden
b. ƒ 7500 — 20 % _ 6000 __
ƒ 500 ~ 500 '
V o lg t men evenw el de gew raakte m ethode ter berekening van de ,.om
zetsnelheid”, dan zou men vinden:
ƒ 7500 — 20 % _ 6000 _
ƒ 500 + (ƒ 1875 — 20 % ) — 500 + 1500 '
D it cijfer 3 geeft echter niet aan de om zetsnelheid van den voorraad, doch bevat een aanw ijzing met betrekking tot den gem iddelden duur van den kringloop geld ■—• goederen■— geld, en wel:
12 m aanden : 3 = 4 m aanden.
d. O m zetsnelheid, O m loopsnelheid, B ruto w inst en B edrijfskosten.
In ons artikel over de C alculatie in den D etailhandel (zie A pril N r.
M .A .B .) illustreerden wij het verband tusschen „om zetsnelheid” en b ru to w instpercentage met eenige gegevens over den detailhandel in textiel- w aren. Bedoelde gegevens h adden betrekking op de gem iddelden van een aa n ta l verkoopplaatsen; de verm elde cijfers inzake de „om zetsnelheid”
sloegen op den totalen w inkelvoorraad en m oeten op grond van onze beschouw ingen in het onderhavige artikel dus w orden beschouw d als cijfers inzake de om loopsnelheid van het in den totalen goederenvoor
ra ad gestoken kapitaal.
V ullen wij than s bovenbedoelde gegevens aan m et de gem iddelde kos- tenpercentages, dan o n tstaat het volgende beeld:
(D etailhandel in textielw aren, gem iddelden boekjaar 1934)
Aantal verkoop
plaatsen
.
Omloopsnelheid van het in den voorraad gestoken kapitaal
Bruto winst in % van den omzet
Bedrijfskosten in °/o van den omzet
2 0.65 35.6 45.0
7 0.86 27.4 30.9
16 1.14 28.4 32.6
12 1.38 27.6 29.9
16 1.60 24.8 28.3
9 1.87 28.0 25.3
9 2.08 22.6 27.0
5 2.34 26.1 26.6
7 2.62 22.3 23.8
5 2.89 25.7 25.5
5 3.24 21.8 22.9
93 1765 2670 27.7
A an de han d van bovenstaande gegevens, w elke op het zeer ongun
stige boekjaar 1934 slaan, moge het verband tusschen de om zetsnelheid der afzonderlijke artikelen, de om loopsnelheid van het in den totalen goederenvoorraad gestoken kapitaal, de gem iddelde bruto w instopslag en de gem iddelde bedrijfskosten, aan een nadere beschouw ing w orden on
derw orpen.
D e om loopsnelheid van het in den totalen goederenvoorraad gestoken kapitaal w ordt, zooals wij in het voorafgaande (onder b.) aan toonden bepaald door
1. de om zetsnelheid der afzonderlijke artikelen, en
2. het aandeel van de afzonderlijke artikelen in de geldsw aarde van den voorraad.
V eran d erin g en in de om loopssnelheid kunnen derhalve zoowel optre
den door het toe- of afnem en van de om zetsnelheid der afzonderlijke a r
tikelen, als door verschuivingen in de sam enstelling van den voorraad en van den omzet. V o o rts zal de invloed van de om zetsnelheid van eenig artikel op de om loopsnelheid van den totalen goederenvoorraad grooter zijn, naarm ate het aandeel van dit artikel in de geldsw aarde van totalen voorraad en omzet hooger is.
D e sam enstelling en de aard van den goederenvoorraad oefenen even
eens invloed uit op de bedrijfskosten van de ondernem ingen in den de
tailhandel. In ons artikel over de calculatie in den detailhandel w ezen wij er b.v. op, d at naarm ate de verhandelde artikelen verder van de eer
ste levensbehoeften afstaan en een meer luxueus k arak ter dragen, de verkoop grootere moeilijkheden oplevert en hoogere offers vraagt. Dit verschijnsel geldt niet alleen voor de verschillende soorten artikelen, m aar ook voor de verschillende kw aliteiten van één en hetzelfde goed.
D e verkoopplaatsen van luxueuse artikelen, van bijzondere kwaliteiten, of van goederen, w aarvan de behoefte niet regelm atig pleegt te w orden gedekt, vindt men of in het h a rt of langs de hoofdverkeersw egen der bevolkingscentra. D it brengt relatief hooge uitgaven m et zich m ede voor de exploitatie en de inrichting van het pan d en gaat veelal tevens ge
p aa rd met n aa r verhouding hooge personeelsuitgaven. E en en ander v er
oorzaakt een verhooging van de bedrijfskosten over de geheele linie.
D e in de v oorafgaande alinea bedoelde goederen zijn over het alge
meen tevens de goederen, w aarop de detailhandelaar een flinke bruto w instopslag kan leggen zonder het publiek af te schrikken. B estaat de voorraad derhalve uit artikelen, w aarvan de verkoop hooge bedrijfskos
ten veroorzaakt, dan gaat hierm ede volkomen logisch een hooge bruto w instm arge gepaard.
H et karak ter der verkochte artikelen is blijkens het v oorafgaande in hooge m ate bepalend voor de verkoopkosten en den bruto w instopslag.
Onm iddellijk kan hieraan w orden toegevoegd, d at het karak ter der a r
tikelen tevens van invloed is op de om zetsnelheid. N a arm ate b.v. de ver
handelde artikelen verder van de eerste levensbehoeften afstaan, of een hoogere kw aliteit vertegenw oordigen, zullen de afzetm ogelijkheden van de betreffende goederen verm inderen. D ezelfde redenen, die er onder deze om standigheden toe leiden, d at de bedrijfskosten en de bruto w in st
m arge aan den hoogen k an t zijn, veroorzaken bij dit soort artikelen tevens:
een relatief lage om zetsnelheid.
Beschouw en wij nu in het licht van v orenstaande opm erkingen de ge
gevens met betrekking tot den detailhandel in textielw aren op blz. 213, dan w o rd t de sam enhang tusschen om loopsnelheid, bruto w inst en b e
drijfskosten in dezen bedrijfstak duidelijk.
D e ondernem ingen met een lage omloopsnelheid van het in den totalen goederenvoorraad gestoken kapitaal voeren over het algem een an d e r
soortige artikelen dan de ondernem ingen met een hooge omloopsnelheid.
D e verschillen in het k arak ter der artikelen en de verschillen in de sa m enstelling van den voorraad vorm en hier een verklaring voor het ver
loop van de bruto w instm arge en van de bedrijfskosten.
E en sam enhang, als hierboven uiteengezet, treft men ook in andere takken van den detailhandel aan.
W a a r de sam enstelling van v oorraad en omzet zulk een grooten in
vloed heeft, kan men in geen enkelen tak van detailhandel een idealen norm voor de „om loopsnelheid” construeeren. H e t cijfer van de om loop
snelheid dient voor elke ondernem ing afzonderlijk bezien te w orden en wel in verband m et de hoogte van de bruto w instm arge en den om vang der bedrijfskosten.
H et verhoogen van de omloopsnelheid van het in den totalen goede
renvoorraad gestoken kapitaal zal veelal slechts mogelijk zijn door v er
anderingen aan te brengen in de sam enstelling van den voorraad en van den omzet. E en verhooging van de omloopsnelheid door het aan den voorraad toevoegen van artikelen met een hooge om zetsnelheid zal over het algem een leiden tot een daling van het gem iddelde kostenpercen- tage, doch tevens de tendenz tot verlaging van de gem iddelde bruto w instm arge met zich brengen.
V erhooging van de om loopsnelheid in een bepaalde detailhandels
ondernem ing behoeft derhalve niet autom atisch te leiden tot een verbe
terde rentabiliteit van zulk een ondernem ing. V erbetering van de re n ta biliteit kan wel verw acht w orden, w anneer de om loopsnelheid stijgt ten gevolge van een verhooging van de om zetsnelheid van de reeds in den norm alen voorraad aanw ezige goederen.
O ok om deze reden dient men zich in den detailhandel het onderscheid
tusschen de om zetsnelheid der afzonderlijke artikelen en de om loopsnel
heid van het in den totalen goederenvoorraad gestoken kapitaal te rea- liseeren.
DE ONTWIKKELING VAN HET NEDERLANDSCH- DUITSCH BETALINGSVERKEER
door D rs E. E. H arm sen en D rs L. V rin d
1. Inleiding.
N u door het opheffen van de deviezengrens tusschen N ederland en D uitschland sedert 1 A pril 1941, een bevredigend einde is gekomen aan de vroegere transferm oeilijkheden tusschen deze beide landen, lijkt het ons nuttig een sam envattend historisch overzicht te geven van de voor
naam ste bepalingen der N ederlandsch-D uitsche C learing- en T ra n s fe r
regelingen, en de daarm ee verband houdende D uitsche deviezenbepalin
gen.
W ij zijn n.1. overtuigd, dat bestudeering der gevolgen, welke deze rege
lingen gehad hebben, en nog hebben, voor inkomen en verm ogen van de daarbij betrokken N ederlandsche crediteuren en bezitters van D uitsche verm ogensbestanddeelen, ook voor A ccountants van groot belang is. Z o o veel mogelijk is ook op de fiscale consequenties acht geslagen.
D e voorgeschiedenis dezer regelingen gaat terug tot het ja a r 1931. In dat ja a r w as, door allerlei oorzaken, de betalingsbalans tusschen D uitsch
land eenerzijds, en de overige landen anderzijds, uit h aa r evenwicht ge
raakt. D uitschland kon natuurlijk het tekort op deze betalingsbalans niet door voortdurende gouduitvoer blijven dekken, en verd er w ilde men niet de wisselkoersen, en daarm ee de w a ard e van de D uitsche m unteenheid, aan het vrije spel van vraag en aanbod overlaten. M en verw ierp dus het later, in Septem ber 1931 door E ngeland toegepaste systeem van een ge
deprecieerde of een zw evende m unteenheid, (w elk systeem sindsdien door vele landen is nagevolgd). M en heeft zich in D uitschland gew end tot de eenige, nu nog mogelijke oplossing, n.1. het regelen door de overheid van het geheele betalingsverkeer tusschen dit land en de overige landen.
D it begon met de afkondiging op 15 Juli '31 van de z.g, Stillhalte-regeling, welke inhield de blokkeering van de groote banksaldi met een minimum van 100.000 R .M , door buitenlanders in D uitschland aangehouden. A ldus ontstonden n aast de vrije m arken, de geblokkeerde of S perrm arken. O o r
spronkelijk w as dit slechts bedoeld als een overgangsm aatregel, teneinde verdere afvloeiing van buitenlandsche saldi te verhinderen, doch het is uitgegroeid tot een min of meer perm anent instituut, de algem eene D u it
sche deviezenregeling, hetw elk steeds verd er om zich heen gegrepen heeft, en steeds gecom pliceerder gew orden is. B etroffen de eerste m aatregelen nog slechts een betrekkelijk beperkt terrein, n.1. de grootere banksaldi, zoo hebben de geleidelijk grooter w ordende moeilijkheden met het tran s- fereeren van de uit anderen hoofde, aan het buitenland verschuldigde bedragen, de D uitsche regeering gedw ongen tot het afkondigen van een T ransferm oratorium per 15 Juli 1933. D it w as vervat in een w et van 9 Juni 1933, genaam d: G esetz über Z ahlungsverbindlichkeiten gegen
über dem A usland. Alleen de datum is thans nog voor ons van belang, d a a r de w etgeving op dit punt sindsdien herhaaldelijk gewijzigd en aa n gevuld is, o.a. door allerlei uitvoeringsvoorschriften. H e t laatst is de w et
geving op het deviezenbeheer gecodificeerd in een nieuwe, per 1 Januari 1939 van kracht gew orden wet.
