Datum revisie 10-01-2019
6. Maatregelen bij meerdere gevallen van buikgriep
Doelgroep
Verpleegkundigen / verzorgenden
Huishoudelijke assistenten
Specialist ouderengeneeskunde
Paramedisch personeel
Benodigde materialen
Vloeibare zeep + Papieren handdoekjes
Handschoenen
Beschermende kleding; vochtwerend halterschort
Filtermondneusmasker FFP1 (in geval van braken + diarree)
Chloortabletten
Doel
Het voorkómen van verspreiding van micro-organismen die buikgriep veroorzaken (bijv. Norovirus, Rotavirus).
Waarom
De maatregelen in dit protocol moeten zoveel mogelijk verhinderen dat micro-organismen via contact met handen, kleding of materialen verspreid worden.
Wanneer
Indien er een ongewoon aantal meldingen zijn van cliënten en/of medewerkers met klachten van diarree en/of braken.
Vuistregel voor meldingsplicht aan GGD:
op een verpleegafdeling of unit: 1/5 van de afdeling binnen 1 week.
in een verzorgingshuis: 1/10 van de afdeling binnen 1 week.
In het protocol Hoe te handelen bij infecties? is aangegeven bij welke infecties dit protocol gevolgd moet worden.
Werkwijze
In dit protocol worden specifieke hygiënemaatregelen genoemd bij meerdere gevallen van buikgriep.
Deze specifieke maatregelen zijn een aanvulling op de standaard maatregelen die altijd genomen moeten worden.
Datum revisie 10-01-2019 Algemeen
Hang de poster Er heerst buikgriep op.
Bied bezoekers de Bezoekersinformatie buikgriep aan.
Cliëntenkamer
De cliënt beschikt bij voorkeur over eigen sanitair. Indien geen eigen toilet beschikbaar is, gebruik dan een cliëntgebonden postoel.
Indien geen eigen sanitair of cliëntgebonden postoel mogelijk is: wijs aparte toiletten aan voor zieken en niet-zieken. Laat zieke cliënten nog 48 uur na herstel gebruik maken van de toiletten voor zieken.
Aan de cliëntenkamer worden geen extra bouwtechnische eisen gesteld.
Leg op de cliëntenkamer een 24-48 uurs voorraad neer van benodigde materialen.
Breng op de kastdeur (of nachtkastje) een rode hand aan, als signaal dat bij deze cliënt extra maatregelen nodig zijn.
Persoonlijke beschermingsmiddelen
Draag handschoenen en een vochtwerend halterschort bij de lichamelijke verzorging van de cliënt en bij het opmaken van het bed.
Draag de beschermende middelen cliëntgebonden.
Gebruik het halterschort eenmalig en gooi het weg na gebruik.
Draag een filtermondneusmasker indien de cliënt braakt of wanneer braaksel moet worden opgeruimd.
Wasgoed / afval
Verzamel wasgoed in een waszak en afval in een vuilniszak.
Sluit de zak en voer de zak daarna op de normale wijze af.
Neem waszakken of afvalzakken niet mee naar andere cliëntenkamers.
Er is geen reden om gekleurde of gelabelde waszakken te gebruiken.
Serviesgoed
Voor serviesgoed gelden geen extra maatregelen.
Er is geen reden om disposable serviesgoed te gebruiken.
Reiniging van de kamer
Maak de kamer schoon volgens de standaard afspraken.
Plan de kamers van alle zieke cliënten zoveel mogelijk als laatste.
Gebruik schoonmaakmaterialen van zieke cliënten niet meer in andere ruimten.
Gebruik in iedere ruimte schone materialen.
Gebruik bij voorkeur wegwerp schoonmaakmaterialen of was de gebruikte schoonmaakmaterialen bij minimaal 60°C.
Maak gebruikte emmers huishoudelijk schoon.
Desinfecteer de handen.
Datum revisie 10-01-2019 Sanitaire ruimten
Reinig de toiletten van zieke bewoners en gezamenlijke toiletten 3x per dag.
Denk aan contactpunten waar veel handcontact is zoals kranen, beugels, enz.
Reinig van "schoon" naar "vuil". Eerst de contactpunten daarna toilet.
Desinfecteer daarnaast de toiletten van zieke bewoners en gezamenlijke toiletten 1x per dag met een chlooroplossing.
Zie protocol Wanneer is desinfectie van verpleegmaterialen en ruimten nodig?
NB. Microvezeldoeken zijn niet bestand tegen chloor.
Reinig en desinfecteer bad en/of douche dagelijks na gebruik.
Na afloop van de werkzaamheden
Trek de handschoenen uit en gooi deze weg in een afvalemmer.
Trek het halterschort uit en gooi het weg in een afvalemmer.
Indien een mondneusmasker wordt gedragen: Doe het mondneusmasker af en gooi het weg in afvalemmer.
Desinfecteer de handen.
Verpleegmaterialen
Gebruik verpleegmaterialen als tillift, po, urinaal en waskom cliëntgebonden.
Maak de materialen die in direct contact zijn geweest met de cliënt (bijv. stethoscoop, oorthermometer) huishoudelijk schoon.
Desinfecteer waskommen, po en urinaal in een pospoeler, zie het protocol Reinigen en desinfecteren van verpleegmaterialen.
Indien geen pospoeler aanwezig: reinig en desinfecteer waskommen, po en urinaal handmatig, zie het protocol Handmatige Reiniging en desinfectie van po, urinaal en waskom.
Deelname aan sociale activiteiten
De zieke cliënt blijft zoveel mogelijk op de kamer.
De zieke cliënt blijft op de afdeling.
De cliënt moet te allen tijde gebruik maken van het eigen toilet (of postoel).
In geval van uitbraak kan worden besloten om tijdelijk niet deel te nemen aan sociale activiteiten om verdere verspreiding te voorkomen.
Paramedici
Bij voorkeur wordt bezoek aan de besmette afdeling uitgesteld.
Paramedici, die intensief contact hebben (lichamelijke verzorging/onderzoek) met de cliënt, nemen dezelfde maatregelen als verzorgenden, zoals hierboven beschreven. Criterium: indien een cliënt zich (deels) moet ontkleden dan geldt dit als intensief contact.
Paramedici, die op de cliëntenkamer zijn geweest, moeten de handen desinfecteren of wassen met water en zeep voordat zij weggaan.
Datum revisie 10-01-2019 Bezoek
Bezoekers, die op de cliëntenkamer zijn geweest, moeten de handen wassen met water en zeep, voordat zij weggaan.
De bezoekers brengen daarna geen bezoek aan andere cliënten.
Voor bezoekers gelden verder geen extra maatregelen.
Onder bezoekers vallen ook de pastorale medewerker en de huisarts, indien zij geen lichamelijk verzorging/onderzoek verrichten bij de cliënt.
Eindschoonmaak van de kamer en sanitair
Nadat de cliënt 48 uur klachtenvrij is, moet de kamer en het sanitair huishoudelijk gereinigd en gedesinfecteerd worden.
Volg de instructie zoals hierboven beschreven in "Reiniging van de kamer" en "Sanitaire ruimten".
Gebruik bij voorkeur wegwerp schoonmaakmaterialen. Of was de gebruikte schoonmaakmaterialen bij minimaal 60°C.
Indien de matras zichtbaar vervuild is met urine of feces en niet gereinigd kan worden, dan wordt de matras weggegooid.
Maak gebruikte emmers huishoudelijk schoon en droog.
Desinfecteer de handen
Organisatorisch
Na overleg met een deskundige infectiepreventie moeten de volgende maatregelen in gang gezet worden:
Actie Actie door
Uitgevoerd op (paraaf, datum)
Medewerkers blijven op de afdeling (ook gedurende de
pauzes) en gaan na werktijd direct naar huis. Leidinggevende
Zieke cliënten blijven zoveel mogelijk op de kamer. Team
Zieke cliënten blijven op de afdeling en gaan niet naar
andere ruimten. Team
Verplaats cliënten van de besmette afdeling (ook niet- zieken) niet naar andere afdelingen of instellingen tenzij het belang van overplaatsing het besmettingsrisico overstijgt.
Team
Meld de buikgriep uitbraak aan de ontvangende afdeling Behandelend arts Informeer de cliënten, familie en direct betrokkenen over
de situatie Team
Datum revisie 10-01-2019
Actie Actie door
Uitgevoerd op (paraaf, datum)
Hang de poster Er heerst buikgriep op Team
Bied bezoekers de bezoekersinformatie Voorkom
verspreiding van buikgriep aan Team
Annuleer groep gebonden activiteiten buiten de afdeling Leidinggevende Annuleer behandelingen indien de situatie dat toelaat Behandelend arts Gooi voedsel in ruimten waar gebraakt is meteen weg Team
Zorg dat zieke medewerkers onmiddellijk naar huis gaat en het werk pas na minimaal 48 uur hervat. Indien onmogelijk dan <48 uur herstelde medewerker alleen besmette cliënten verzorgen
Leidinggevende
Meld de uitbraak bij de GGD. Specialist
ouderengeneeskunde of locatiemanager
Stuur in overleg met de GGD van één of meerdere personen (cliënten, medewerkers) feces in voor onderzoek. Overleg met de GGD welk onderzoek aangevraagd wordt.
Behandelend arts
Stoppen maatregelen
In overleg met deskundige infectiepreventie, arts- microbioloog of uitbraakteam
Datum revisie 10-01-2019
Verantwoordelijkheden
Behandelend arts (specialist ouderengeneeskunde, huisarts)
stelt isolatie in,
informeert de cliënt over de maatregelen,
beslist wanneer isolatiemaatregelen opgeheven kunnen worden,
coördineert de medische gang van zaken rondom opname en behandeling,
is verantwoordelijk voor informatieoverdracht bij overplaatsing van de cliënt.
Leidinggevende
informeert de medewerkers over de isolatie,
zorgt voor adequate personele bezetting,
zorgt voor voldoende beschermende middelen.
Verzorgenden / verpleegkundigen / huishoudelijk assistenten
volgen de instructies in dit protocol.
Werkgever:
biedt benodigde materialen aan die aan de gestelde normen voldoen.
Verwante Beleidsstukken:
Isolatiebeleid
Definities
Cliëntgebonden: Materialen moeten altijd bij één en dezelfde cliënt worden gebruikt.
Clostridium: Clostridium difficile is een bacterie die een ziektebeeld, variërend van een milde diarree tot een levensbedreigende colitis (ontsteking van de dikke darm) kan veroorzaken.
De bacterie is zeer besmettelijk door de vorming van sporen die zeer resistent zijn tegen o.a. droogte, warmte, maagzuur, alcohol, chloor en gewone schoonmaakmiddelen.
Micro-organismen: Microscopisch kleine levensvormen, als bacteriën, virussen, schimmels en parasieten.
Norovirus: Een virus dat een infectie veroorzaakt, met als meest voorkomende symptomen:
misselijkheid, braken, hoofdpijn, buikpijn, diarree en milde koorts. Het Norovirus is bestand tegen alcohol en chloor.
Datum revisie 10-01-2019
Literatuur
Richtlijnen Werkgroep Infectie Preventie
Persoonlijke hygiëne medewerkers, Verpleeghuis- woon- en thuiszorg, [januari 2004]
Persoonlijke beschermingsmiddelen, Verpleeghuis- woon- en thuiszorg, [januari 2004]
Handhygiëne, Verpleeghuis- woon- en thuiszorg, [maart 2004]
Infecties in het verpleeghuis en het woonzorgcentrum (anders dan MRSA en scabiës), [maart 2004]
Indicaties voor isolatie, Ziekenhuizen, [november 2006]
Centrum Infectieziektenbestrijding (CIb)
Bijlage II. Norovirus in het verpleeg- of verzorgingstehuis. Uitgebreid protocol hygiënemaatregelen (aanvulling op checklist)