Bachelor Thesis
Beroepsproduct
‘’Ergotherapie in de maatschappelijke opvang’’
-
Locatie Noorderburgh van het Leger des Heils
Het copyright is van de Hogeschool van Amsterdam. De opdrachtgever kan vrij beschikken over gemaakte werkstuk(ken) voor eigen gebruik. De opdrachtgever bepaalt bij de evaluatie of hij toestemming geeft om het werkstuk in het openbaar bestand van de Hogeschool van
3
Studenten: Isabelle Fleskens 500739956 Carmen Huibers 500722643 Bodhi Maas 500709683
Opdrachtgever: M. van Hartingsveldt
Praktijkbegeleiders: F. Wichers & R. Verhoogt Studiebegeleider: J.J van der Toorn
Studiejaar: 2018 – 2019 Semester 1
Klas: FG_LE18-P8b
Datum: 10 januari 2019
Afstudeerstage ergotherapeut in opleiding
Noorderburgh
Studiejaar 2019-2020 Hogeschool van Amsterdam Stagebureau Ergotherapie
Voorwoord
Voor je ligt het concept stagewerkplan voor je afstudeerstage “Ergotherapie in de
maatschappelijke opvang’’ van de vierjarige opleiding ergotherapie aan de Hogeschool van Amsterdam.
In dit document wordt beschreven welke taken en opdrachten er van een student
ergotherapie in leerjaar 4 wordt verwacht. Tevens worden er verschillende mogelijkheden en voorbeelden genoemd voor het toepassen van ergotherapie binnen deze setting.
Om meer inzicht, structuur en vorm te geven binnen deze stage, zijn er ondersteunende opdrachten beschreven. Tijdens je stage in leerjaar vier ga je aan deze opdrachten werken. Sommige opdrachten hoef je niet alleen te doen, maar kunnen in samenwerking worden gedaan met een andere ergotherapeut of medewerker van Noorderburgh.
7
Inhoudsopgave
Aanleiding 8
Algemene informatie maatschappelijke opvang 9
Ergotherapie in de maatschappelijke opvang 10
Oriëntatiefase 12
Inwerkfase 13
Uitvoeringsfase 14
Evaluatiefase 15
Begeleiding 16
Competenties en beoordeling 17
Afspraken, verwachting en attitude 18
Aanbevolen literatuur 19
Aanleiding
Momenteel komen studenten en docenten van de Hogeschool van Amsterdam weinig in aanraking met problemen die zich met groepen kwetsbare burgers in grote steden afspelen. Een groot aantal van deze kwetsbare burgers ontvangt zorg en/of begeleiding van de Maatschappelijke Geestelijke Gezondheidszorg (MGGZ) vanuit de Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst (GGD) (Engelbert & Van der Padt, z.d.).
Voorbeelden van kwetsbare burgers zijn burgers met chronische psychische problemen, een (licht) verstandelijke beperking, psychosociale (inclusief materiële) problemen, meervoudige problematiek (waaronder verslaving) of ongeldige papieren (Logister-Proost & Ammeraal, 2017).
Urban Vitality, speerpunt van onderzoek van de faculteit Gezondheid van de Hogeschool van Amsterdam (HvA) is een samenwerking gestart met de GGD en de gemeente Amsterdam betreffende de doelgroep ‘’kwetsbare burgers in Amsterdam”. Studenten
ergotherapie zijn middels een samenwerking tussen de HvA en Buurtwinkel voor Onderwijs, Onderzoek en Taalontwikkeling (BOOT) een project gestart bij locatie Noorderburgh van het Leger des Heils in Amsterdam-Noord. Het doel van dit project was om te onderzoeken of er innovatieve stageplaatsen konden worden aangeboden voor studenten ergotherapie, leerjaar 4.
In Noorderburgh wonen mensen met een chronisch verslaving en dak- en thuisloze mensen met veelal psychiatrische, somatische, sociale en financiële problematiek.
Psychiatrische problematiek Amsterdam
De Amsterdamse Gezondheidsmonitor (AGM) is een vierjaarlijks gezondheidsonderzoek van GGD Amsterdam (2017). Hierin wordt de gezondheid onder zelfstandig wonende Amsterdammers van negentien jaar en ouder onderzocht. Het laatste onderzoek is in 2016 gehouden.
In 2016 telde Amsterdam 834.713 inwoners, waarvan 799.950 ouder dan negentien jaar. Volgens de AGM hebben 52.000 Amsterdammers te maken met ernstige psychiatrische klachten. Dit is ongeveer acht procent van de gehele bevolking van Amsterdam. Kenmerken van deze groep mensen met ernstige psychiatrische klachten zijn onder andere: een lager opleidingsniveau, mensen met een laag inkomen of geen betaalde baan en personen van niet-westerse komaf.
Van deze 52.000 Amsterdammers woont zeven procent met ernstige psychiatrische klachten in Amsterdam Noord, dit komt neer op ongeveer 5.000 inwoners (Boom et al., 2018).
9
Algemene informatie maatschappelijke opvang
Een maatschappelijke opvang (MO) valt onder de wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). In de Wmo wordt beschreven hoe gemeenten er zelf voor moeten zorgen dat mensen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen, maar ook dat gemeenten verantwoordelijk zijn voor de ondersteuning van mensen met een verminderde
zelfredzaamheid. De Wmo vormt een vangnet voor Amsterdammers die zich niet meer zelf, of met behulp van hun omgeving, kunnen redden of participeren.
Wat betreft de regeling van de maatschappelijke opvang; is gemeente Amsterdam als centrumgemeente verantwoordelijk voor (Ketenregisseur MO/BW, 2018):
● Aalsmeer ● Amsterdam ● Ouder-Amstel ● Amstelveen ● Diemen ● Uithoorn
In alle stadsdelen van Amsterdam zijn diverse MO’s gevestigd. Personen komen in aanmerking voor een maatschappelijke opvang wanneer hij/zij 23 jaar of ouder, dak- en thuisloos is en daarnaast een opeenstapeling van problemen heeft op verschillende
leefgebieden die alleen kunnen worden aangepakt door het aanbieden van een plek binnen een maatschappelijke opvang (Ketenregisseur MO/BW, 2018).
Een kerntaak van een maatschappelijke opvang is het bieden van een tijdelijk verblijf aan mensen zonder dak boven hun hoofd, gekoppeld aan zorg en begeleiding en/of het
verhelpen van een crisis. Cliënten hebben vaak te maken met instanties en hulpverleners uit verschillende maatschappelijke sectoren zoals de Geestelijke Gezondheidszorg, de
verslavingszorg, jeugdzorg, somatische zorg en justitiële zorg. Binnen een maatschappelijke opvang kan ook zorg worden geboden, zoals trajecthouders, sociaal werkers en (sociaal-psychiatrische) verplegers (Federatie Opvang, 2011).
Noorderburgh is een MO in Amsterdam-Noord. Het is een kleinschalige woonvoorziening die een gestructureerd leefklimaat biedt aan mensen met een chronische drugsverslaving en aan dak- en thuislozen vanaf 45 jaar. Noorderburgh is een thuis voor 22 bewoners. De bewoners kampen veelal met psychiatrische, somatische, sociale en financiële problemen.
De bewoners hebben in de meeste gevallen een lange voorgeschiedenis bij verschillende MO’s in Amsterdam. De duur van de opvang binnen een MO verschilt. In locatie
Noorderburgh verblijven de meeste bewoners tot hun overlijden; soms komt een bewoner in aanmerking voor terugkeer naar begeleid of zelfstandig wonen. Volgens de teamleider van Noorderburgh, R. Verhoogt, is het doel binnen deze locatie om de kwaliteit van leven zo optimaal mogelijk te maken. Vandaar dat de begeleidingsdoelen vooral gericht zijn op de stabilisatie van het drugsgebruik, het verbeteren van de fysieke conditie en hulp bij het aanleren van een dagstructuur (Leger des Heils, z.d.).
Ergotherapie in de maatschappelijke opvang
Ergotherapeutische relevantie
Bewoners van Noorderburgh ervaren belemmeringen in het dagelijks handelen en hebben op meerdere vlakken ondersteuning nodig. Zij kunnen problemen hebben op het gebied van verslaving, psychische of somatische beperkingen, inkomensbeheer, dagbesteding en dak- en thuisloosheid (GGD Amsterdam, 2018). Hierdoor ervaren bewoners problemen in het dagelijks handelen, of kunnen zij niet meer tot dagelijks handelen komen.
Dagelijks handelen is het kerndomein van ergotherapie en draagt bij aan gezondheid en welzijn van mensen (Wilcock and Hocking 2015). Ieder mens heeft recht op het uitvoeren van of betrokken zijn in betekenisvol handelen. Beperkingen in het dagelijks handelen zijn een risico voor de gezondheid en welzijn van een mens (Satink & Van de Velde, 2017). Diverse literatuur ondersteunt de positieve bijdrage van ergotherapie met betrekking tot de doelgroep dak- en thuislozen en mensen met een verslaving. Het werken met dak- en thuislozen biedt voor ergotherapeuten een kans om een rol te ontwikkelen in een relatief nieuw werkveld (Lloyd & Basset, 2012). Ergotherapeuten in Amsterdam vervullen deze rol nog niet, omdat hier in Nederland nog weinig over bekend is.
Ergotherapeuten kunnen dak- en thuislozen ondersteunen bij het aanleren van diverse vaardigheden in de drie handelingsgebieden; wonen/zorgen, leren/werken en spelen/vrije tijd (van Hartingsveldt, 2017). Tevens kunnen ergotherapeuten ondersteuning bieden bij het ontwikkelen van sociale vaardigheden (Matthys, Crunelle & Bronckaerts, 2016). Door ergotherapie toe te voegen aan de interventie voor dak- en thuislozen en mensen met een verslaving, wordt de kans op het deelnemen aan het dagelijks en maatschappelijk leven vergroot (Le Granse & Kuijper, 2017).
Er zijn diverse onderzoeken uitgevoerd bij dak- en thuislozen; waarbij het zelfstandig kunnen uitvoeren van de zelfzorg centraal staat. Het onderzoek van Helfrich en Fogg (2007) toont aan dat ergotherapie ondersteunt bij het aanleren van de zelfzorg. Verder kunnen
ergotherapeuten volgens Matthys, Crunelle & Bronckaerts (2016) een rol spelen bij het begeleiden van het beroepsmatig functioneren, denk aan rehabilitatie en opleiding. Door herstelgerichte interventies toe te passen bij de belemmeringen die iemand thuis (in Noorderburgh) ondervindt, kunnen de belemmeringen in het dagelijks handelen worden aangepakt (Roads, 2018).
Bovendien kunnen ergotherapeuten inspelen op de invulling van een zinvolle tijdsbesteding bij dak- en thuislozen met een verslaving, en op deze manier ondersteunen bij het uitvoeren van betekenisvolle dagelijkse activiteiten (Barceknow & Pickens, 2011).
Mogelijke werkzaamheden binnen Noorderburgh
Tijdens de stage volg je het proces van methodisch handelen zoals je dit kent vanuit de opleiding, hierbij komen verschillende fases aan bod tijdens je stage. Dit methodisch handelen ga je toepassen op verschillende werkzaamheden.
Mogelijke werkzaamheden zijn:
● In kaart brengen van (participatie)problemen die bewoners van Noorderburgh ervaren.
● Opzetten van activiteiten samen met bewoners. ● Bewoners in hun eigen kracht zetten.
11
De stageperiode
De stageperiode bij Noorderburgh, bestaat uit vier verschillende fasen: 1. Oriëntatiefase;
2. Inwerkfase; 3. Uitvoeringsfase;
4. Evaluatiefase, afronding en overdracht.
Oriëntatiefase
Het is belangrijk om goed voorbereid te zijn op je stage bij Noorderburgh.
In de oriëntatiefase kun je de volgende opdrachten vooraf uitvoeren om een zo goed
mogelijk beeld van Noorderburgh te krijgen. Op deze manier kun je stagedag één direct van start en hoef je niet nog eens allerlei informatie te achterhalen. Noorderburgh is een plek waar je vooral actief bezig bent en minder achter de computer zit.
Opdracht 1:
Download Ketenregisseur MO/BW. (2018). Handboek Maatschappelijke opvang. Lees: hoofdstuk 1 introductie en 2 doelgroep maatschappelijke opvang.
(https://webcache.googleusercontent.com/search?q=cache:HJm5lWnghY0J:https://assets.a
msterdam.nl/publish/pages/717198/handboek_maatschappelijke_opvang_-_procedures_en_afspraken_versie_4.pdf+&cd=2&hl=nl&ct=clnk&gl=nl&client=safari)
Opdracht 2:
Verdiep je in de wet- en regelgeving omtrent dak- en thuislozen, en kijk of je de volgende vragen voor jezelf kan beantwoorden:
● Wanneer is iemand dak- of thuisloos?
● Wat voor maatschappelijke opvangcentra’s kun je vinden in Amsterdam (of in Nederland)?
● Welk proces moeten mensen afleggen om zich aan te melden bij een maatschappelijke opvang?
Opdracht 3:
Verdiep je in de maatschappelijke opvang Noorderburgh, Amsterdam-Noord. ● Wat voor soort opvang is Noorderburgh?
● Welke doelgroep woont hier?
● Verschilt deze doelgroep met de andere gevonden gegevens?
Opdracht 4: Jezelf als ergotherapeut
● Lees de Inleiding van ‘’Ergotherapie in de maatschappelijke opvang, locatie Noorderburgh’’.
● Hoe benader jij cliënten? Communiceer je op een andere manier dan dat je ‘’normaal’’ met iemand communiceert?
Opdracht 5:
Lees de scriptie “Ergotherapie in de maatschappelijke opvang” van Fleskens, Huibers en Maas (2019). Deze kun je opvragen bij je docent begeleider.
13
Inwerkfase
Week 1 tot en met 3.
De inwerkperiode vindt plaats terwijl je stage loopt bij Noorderburgh en duurt circa drie weken. In deze periode verdiep je je in de organisatie, je collega’s en de werkwijze die binnen Noorderburgh gehanteerd wordt.
Je vormt een beeld van de werkwijze van de verschillende beroepsgroepen; welke zorg wordt aangeboden en welke beroepsgroepen zijn er zichtbaar binnen Noorderburgh? Je gaat op zoek naar mogelijkheden hoe jij als ergotherapeut in opleiding een bijdrage kan leveren aan het oplossen van participatie problemen onder bewoners van Noorderburgh. Wat kan jij inzetten om vaardigheden bij deze betrokkenen aan te leren die hen helpt bij bijvoorbeeld het opbouwen van een sociaal netwerk? Waar zit de kracht van de bewoners? Wat kun jij doen bij het ondersteunen bij de invulling van een dagstructuur? Wat kun je doen bij het ondersteunen van zinvolle dagbesteding? Kun jij een product ontwikkelen en
begeleiding bieden bij cliënten bij het vinden van hun eigen oplossingen om participatie te verbeteren? Denk hierbij aan cursussen, bijeenkomsten, groepsactviteiten enzovoort. In deze fase is het belangrijk om een vertrouwensband met de bewoners op te bouwen. Wanneer je het vertrouwen van een bewoner hebt, zijn zij meer open en eerlijker tegen je. Dit kun je doen door een praatje met de bewoners te maken, een kopje koffie te drinken, samen een wandeling te maken of samen activiteiten te gaan doen.
Daarnaast kun je observeren hoe het leven van de bewoners er binnen Noorderburgh uitziet. Je kunt in de woonkamer aanwezig zijn, bijvoorbeeld tijdens een maaltijd, of de bewoners bezoeken in de tuin of op hun kamer.
Je kunt meelopen met andere werknemers en disciplines binnen Noorderburgh om te kijken welke werkzaamheden zij verrichten; waar kun je als ergotherapeut in opleiding bij
ondersteunen? Daarnaast leer je op deze manier de bewoners en hun problematiek ook kennen.
Daarnaast kun je middels het meegaan naar de dagbesteding van de bewoners een beeld schetsen van hun dagindeling en de werkzaamheden die zij verrichten. Wellicht zie je hier als ergotherapeut in opleiding mogelijkheden tot aanpassing of verbetering.
Opdracht 6:
Het is voor jezelf handig en van belang om een plan van aanpak schrijven. Hierin geef je onder andere weer wat jij tijdens deze stage wilt bereiken, wat je leerdoelen zijn en hoe je dit wilt bereiken. Dit plan van aanpak kun je laten lezen door je docent- en praktijkbegeleider.
TIP: Maak een logboek en vul per week aan welke doelen je wilt gaan werken.
Na elke week schrijf je een korte reflectie over de werkzaamheden die je hebt verricht en hoe je dit zelf vond gaan. Wat ging goed? Wat kan er beter? Wat zou je de volgende keer anders doen?
Opdracht 7:
Neem de Questionnaire Occupational Performance (QOP) af bij twee bewoners die je wilt gaan behandelen/begeleiden. De QOP neem je af om inzicht te krijgen in de kwaliteit van het dagelijks leven van een bewoner. In de evaluatiefase neem je deze nogmaals af, op deze manier kun je kijken of je behandeling/begeleiding effectief is geweest.
Uitvoeringsfase
Week 4 tot en met 18.
In deze fase ga je starten met het begeleiden/ behandelen van de bewoners. Je kunt zowel individueel als groepsbegeleiding aanbieden, kijk waar voor jou de uitdaging ligt.
Je inventariseert en analyseert de oorzaak van de handelingsvragen, de gevolgen hiervan en de wensen van de bewoners. Uiteindelijk kom je tot een probleemanalyse en doelstelling. Je bent gestart met het maken van een behandelingsplan (per bewoner).
De volgende stap is het uitvoeren van de ontwikkelde interventieplannen. In deze fase ga je starten met de cursus, de voorlichting, groepsbijeenkomst of de training die je samen met medewerkers en bewoners hebt voorbereid daadwerkelijk in de praktijk brengen. Je kunt de bewoners begeleiden bij het aanleren van vaardigheden.
Daarnaast bespreek je of je mag aansluiten bij de teamvergaderingen. Jij bent een nieuwe discipline binnen Noorderburgh en jouw kennis is nieuw voor het team. Laat ten alle tijden weten wat je aan het doen bent, zodat andere disciplines hiervan op de hoogte zijn. Bovendien kun je aansluiten bij clustervergaderingen van het Leger des Heils. Hierin zijn meerdere locaties aanwezig vanuit hetzelfde cluster. Het is waardevol om hier aanwezig te zijn. Op deze manier heb je onder andere de mogelijkheid om te werken aan de promotie en naamsbekendheid van ergotherapie.
Opdracht 8:
Geef een presentatie bij een team/clustervergadering en geef voorbeelden van wat jij als ergotherapeut in opleiding binnen Noorderburgh doet en wat ergotherapie eventueel kan betekenen binnen andere locaties.
Opdracht 9:
Plan en organiseer een activiteit voor de bewoners. Er worden binnen Noorderburgh geregeld activiteiten voor de bewoners georganiseerd. Het aantal bewoners dat hierbij aanwezig is valt in de meeste gevallen tegen, de bewoners zeggen dat ze komen, maar uiteindelijk haken ze af; dit is jammer voor de organisatoren.
Denk na over de motivatie van de bewoners. Achterhaal de interesse van de bewoners en wat zij graag willen doen. Hoe kun jij zorgen dat de bewoners ook daadwerkelijk meegaan?
15
Evaluatiefase
Week 19 en 20.
Als ergotherapeut in opleiding is het belangrijk om het effect van jouw ondersteuning, vaardigheden en werkwijze te evalueren.
Daarnaast voer je een “cliëntervaringsonderzoek” uit, wat inzicht geeft in de kwaliteit van de dienstverlening, je kunt hiervoor de QOP gebruiken. Tevens zorg je voor een goede
overdracht naar de volgende lichting ergotherapeuten in opleiding door middel van een verslag. Hierin beschrijf je wat jij afgelopen half jaar gedaan hebt en waar de volgende ergotherapeut in opleiding op door kan gaan.
Opdracht 10:
Neem nogmaals de QOP af bij dezelfde bewoners en vergelijk de resultaten met die van het eerste afnamemoment. Wat valt je op? Kun je hieruit opmaken dat jouw ondersteuning/ begeleiding effectief is geweest?
Opdracht 11:
Ga bij de andere beroepsgroepen na hoe zij aan het einde van de stageperiode denken over jouw bijdrage als ergotherapeut in opleiding. Ben je een (nieuwe) toevoeging geweest op de disciplines die al werkzaam zijn binnen Noorderburgh? Zijn hun gedachten over de
Begeleiding
Hieronder is de vorm van begeleiding beschreven. Dit zal iets anders vormgegeven worden dan bij de regulier stages, omdat de stagebegeleider niet dagelijks aanwezig is op de stageplaats.
Stagedocent/groep
Je wordt ingedeeld in een stage groep met studenten die ook een stage lopen in eenzelfde soort setting, zonder ergotherapeut op locatie. Deze groep wordt begeleid door een docent ergotherapie. Op deze manier krijg je begeleiding vanuit de opleiding en kan je wellicht effectief en doelmatig overleggen met medestudenten, omdat ze op een vergelijkbare stageplek aanwezig zijn.
Stagebegeleider
Deze begeleider heeft onder andere de volgende belangrijke taken:
● Begeleiding en ondersteuning bieden t.b.v. het individueel traject en de leerdoelen; ● Adviseren t.b.v. het ontwikkelen en aanbieden van diensten, het onderhouden van
contacten met Noorderburgh;
● Het geven van feedback op zowel producten als praktijksituaties; ● Het beoordelen van de ergotherapeut in opleiding.
In de praktijk betekent dit dat je 4 tot 8 uur per week, eventueel verspreid over meerdere dagen, met medestudenten en de stagebegeleider aan het werk bent. Tijdens die
bijeenkomsten vinden er individuele gesprekken plaats en krijg je feedback en advies op je producten.
Je zult vier dagen per week, gedurende 20 weken, stage lopen bij Noorderburgh. Dagen en tijden vinden in overleg plaats.
Contactpersoon Leger des Heils
Naast de begeleiding van de stagebegeleider wordt de ergotherapeut in opleiding ook begeleid door een contactpersoon vanuit het Leger des Heils; Kelly Dijkstra
(stagecoördinator).
Kelly Dijkstra kan ondersteunen, meedenken binnen de kaders van de organisatie en eventueel ook een rol spelen binnen de beoordeling van de stage.
17
Competenties en beoordeling
Competenties
Je loopt stage bij de maatschappelijke opvang Noorderburgh in Amsterdam-Noord.
Momenteel is er nog weinig ervaring met ergotherapie binnen de maatschappelijke opvang; vandaar dat deze stage een mooie kans is voor ergotherapeuten in opleiding om de
ergotherapeutische expertise op het gebied van dak- en thuislozen en mensen met een verslaving uit te breiden.
Tijdens je stage werk je aan de volgende competenties: ● Inventariseren en analyseren
● Begeleiden van bewoners ● Ondersteunen en versterken ● Ondernemen ● Innoveren ● Organiseren ● Samenwerken Beoordeling
De beoordeling is gelijk aan de beoordeling van de reguliere stages; dus op basis van de beroepscompetenties ergotherapie (Verhoef en Zalmstra, 2013).
Zie voor verdere informatie de stagehandleiding. Het beoordelingsformulier vind je op MijnHvA en in de stagehandleiding.
Tijdens het onderzoek van Fleskens, Huibers en Maas (2019) hebben medewerkers van Noorderburgh aangegeven de volgende kennis, houding en vaardigheden, belangrijk te vinden. Je kunt checken of je hieraan voldoet:
● Affiniteit hebben met de doelgroep
Ongeveer de helft van de medewerkers geeft aan dat de ergotherapeut in opleiding affiniteit moet hebben met de doelgroep. Hierbij is het ook handig als zij kennis en ervaring hebben met verslavingsproblematiek.
● Opbouwen van een vertrouwensband
Wanneer een ergotherapeut in opleiding bewoners gaat behandelen of begeleiden is het goed om een vertrouwensband te hebben met de bewoners. Dit kan worden bereikt door contact te maken met hen, naast contact met de bewoners te hebben, moet iemand ook contact kunnen maken met de medewerkers/ andere disciplines. ● Een ergotherapeut in opleiding moet op verschillende vlakken kunnen
communiceren.
● Sterk in je schoenen staan
Ongeveer iets meer dan de helft van de medewerkers van Noorderburgh geven aan dat de ergotherapeut in opleiding stevig in zijn/haar schoenen moet staan. Bewoners hebben snel genoeg door of iemand zijn mannetje staat en wanneer dit niet zo is kunnen zij hier misbruik van maken.
● Omdat de ergotherapeut in opleiding bij Noorderburgh de enige ergotherapeut zal zijn, is het van belang dat hij/zij een aanpakker is en dat hij/zij anderen meeneemt in de werkzaamheden die de ergotherapeut in opleiding verricht.
Afspraken, verwachting en attitude
Het is van belang om in het begin van de stage duidelijke afspraken te maken met de contactpersoon van de maatschappelijke opvang, medewerkers en docenten. Probeer juist in de eerste weken dat je stage loopt duidelijkheid te creëren over het verwachtingspatroon. In het begin van je stage maak je duidelijke afspraken met het contactpersoon van
Noorderburgh, de bewoners en andere collega’s. Spreek af wat ze van je kunnen
verwachten en wat jij van hun verwacht. Maak concrete afspraken en zorg dat je deze ook nakomt.
Bij iedere specifieke stageplek hoort een passende en professionele houding. Het is van groot belang om een netwerk op te bouwen en het visitekaartje te zijn van jezelf én van de opleiding. Je leert in deze stage flexibel in te spelen op wensen, behoeften en
verwachtingen. Bewust leren communiceren zodat je hierin leert sturen is van groot belang. Vanuit de inventarisatiefase wordt er richting gegeven aan het vervolg van de stage en het aanbod dat ontwikkeld moet worden. Uiteraard word je hierin begeleid.
Ook met je praktijkbegeleider maak je duidelijke afspraken. Iedere ergotherapeut in
opleiding stuurt zijn eigen leerproces. Belangrijk is dat je dit ook inzichtelijk moet maken voor de praktijkbegeleider. Enkele tips:
● Je zorgt ervoor dat er een leesbaar plan van aanpak in stageweek 2 of 3 af is. ● De praktijkbegeleider heeft 4 tot 8 uur per beschikbaar. Wekelijks wordt er een
gezamenlijk intervisiemoment gepland waarbij de ergotherapeuten in opleiding de agenda samenstellen.
● Maak gebruik van de beschikbare uren door naast de gezamenlijke intervisie bijeenkomsten ook individuele gesprekken te plannen.
● Stuur (op tijd) producten naar de praktijkbegeleider om deze van feedback te laten voorzien.
● Zorg dat je minimaal tijdens vijf praktijk momenten de praktijkbegeleider erbij vraagt, zodat er feedback kan worden gegeven op je handelen.
● Indien je ziek of afwezig bent op je stage meld je dit bij je praktijkbegeleider. ● Zorg dat je zichtbaar en bereikbaar bent voor bewoners en collega’s. Zoek dus een
19
Aanbevolen literatuur
Onderstaande literatuur kun je gebruiken om meer inzicht te krijgen in wat een ergotherapeut kan doen bij mensen met een verslaving of die dak- en thuisloos zijn.
Amorelli, C. R. (2016). Psychosocial Occupational Therapy Interventions for Substance-Use Disorders: A Narrative Review. Occupational Therapy in Mental Health, 32(2), 167– 184. https://doi.org/10.1080/0164212x.2015.1134293
Barnekow, K. & Pickens, N.D. (2011). Introduction to occupation and co-occupation. In: C.Brown & V.C. Stoffel (Eds.), Occupational therapy in mental health: A Vision for
participation,pp. 637-647 Philadelphia: F.A. Davis.
Boom, W., Dijkshoorn, H., Janssen, A., Van Santen, D., Verhagen, C., & Wijffels, C. (2018).
Gezondheid in beeld resultaten Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2016 Noord.
Geraadpleegd van https://www.ggd.amsterdam.nl/ggd/publicaties/rapporten/
Burson, K., Fette, C., Orentlicher, M., Precin, P. J., Roush, S. N., & Kannenberg, K. (2017). Mental Health Promotion, Prevention, and Intervention in Occupational Therapy Practice. American Journal of Occupational Therapy, 71(2).
https://doi.org/10.5014/ajot.2017.716s03
Bradley, D.M., Hersch, G., Reistetter, T,. & Reed, K. (2011). Occupational Participation of Homeless People. Occupational Therapy in Mental Health, 27(1), 26 - 35.
https://doi.org/10.1080/0164212x.2010.518311
Curvers, A. (2017, 9 februari). Evaluatie-instrument Questionnaire Occupational
Performance (QOP). Geraadpleegd op 5 december 2018, van
https://etpnet.net/?p=312
Davies, R., & Cameron, J. (2010). Self-Identified Occupational Competencies, Limitations and Priorities for Change in the Occupational Lives of People with Drug Misuse Problems. British Journal of Occupational Therapy, 73(6), 251–260.
https://doi.org/10.4276/030802210x12759925468907
Dom, G., & Van den Brink, W. (2018). Middelengerelateerde en verslavingsstoornissen. In Hengeveld, M. W., van Balkom, A. J. L. M., van Heeringen, C. & Sabbe, B. G. C. (Reds.), Leerboek Psychiatrie (3e ed., pp. 505–524). Utrecht, Nederland: De Tijdstroom.
Engelbert, R., & Van der Padt, I. (Reds.). (z.d.). Interprofessioneel samenwerken met de
afdeling MGGZ. Amsterdam, Nederland: Hogeschool van Amsterdam.
Gemeente Amsterdam. (2018, 21 juni). Maatschappelijke opvang. Geraadpleegd op 12 december 2018, van
https://www.amsterdam.nl/zorgprofessionals/maatschappelijke/maatschappelijke/ GGD Amsterdam. (2018.B). Drugs. Geraadpleegd op 19 september 2018, verkregen van
https://www.ggd.amsterdam.nl/drugs/
GGD Amsterdam. (2017). Gezondheid in Beeld : Resultaten Amsterdamse
GGD Amsterdam. (2018.A). Maatschappelijke en Geestelijke Gezondheidszorg (MGGZ). Geraadpleegd op 4 oktober 2018, van
https://www.ggd.amsterdam.nl/ggd/contact/maatschappelijke/
Grandisson, M., Mitchell-Carvalho, M., Tang, V., & Korner-Bitensky, N. (2009). Occupational Therapists' Perceptions of Their Role with People Who are Homeless. British Journal
of Occupational Therapy, 72(11), 491–498.
Gutman, S. A., & Swarbrick, P. (1998). The Multiple Linkages Between Childhood Sexual Abuse, Adult Alcoholism, and Traumatic Brain Injury in Women. Occupational Therapy
in Mental Health, 14(3), 33–65. https://doi.org/10.1300/j004v14n03_03
Hartingsveldt, M. van, (2017) Handelingsgebieden. In: Granse, M. le, Hartingsveldt, M. van., & Kinebanian, A. Grondslagen van de ergotherapie (vijfde, herziene druk) (pp. 251 - 256). Houten, Nederland: Bohn Stafleu van Loghum
Helfrich, C. A., Chan, D. V., & Sabol, P. (2011). Cognitive Predictors of Life Skill Intervention Outcomes for Adults With Mental Illness at Risk for Homelessness. American Journal
of Occupational Therapy, 65(3), 277–286. https://doi.org/10.5014/ajot.2011.001321
Helfrich, C. A., & Fogg, L. F. (2007). Outcomes of a Life Skills intervention for Homeless Adults with Mental Illness. The Journal of Primary Prevention, 28(3-4), 313–326. Geraadpleegd van https://link.springer.com/article/10.1007/s10935-007-0103-y Ikiugu, M. N., Nissen, R. M., Bellar, C., Maassen, A., & Van Peursem, K. (2017). Clinical
Effectiveness of Occupational Therapy in Mental Health: A Meta-Analysis. American
Journal of Occupational Therapy, 71(5). https://doi.org/10.5014/ajot.2017.024588
Ilman, S. C., Spence, S., O’Campo, P. J., & Kirsh, B. H. (2013). Exploring the occupations of homeless adults living with mental illnesses in Toronto/ Explorer les occupations d’ adultes sans-abri atteints de maladies mentales vivant a Toronto. Canadian Journal of
Occupational Therapy, 80(4), 215 - 223. https://doi.org/10.1177/0008417413506555
Ketenregisseur MO/BW. (2018). Handboek Maatschappelijke opvang. Geraadpleegd van https://webcache.googleusercontent.com/search?q=cache:HJm5lWnghY0J:https://ass ets.amsterdam.nl/publish/pages/717198/handboek_maatschappelijke_opvang_-_procedures_en_afspraken_versie_4.pdf+&cd=2&hl=nl&ct=clnk&gl=nl&client=safari Leger des Heils. (z.d.). Goodwillcentra Amsterdam Noorderburgh. Geraadpleegd op 4
oktober 2018, van https://www.legerdesheils.nl/goodwillcentra-amsterdam/noorderburgh
Lloyd, C., & Basset, H. (2012). The role of occupational therapy in working with the homeless population: An assertive outreach approach. New Zealand Journal of
Occupational Therapy, 59(1), 18–23. Geraadpleegd van
https://search.informit.com.au/documentSummary;dn=528867865426501;res=IELHEA Louie, F. (2012). Occupational therapy and substance abuse: case study of a teen. World
Federation of Occupational Therapists Bulletin, 66(1), 38–39.
https://doi.org/10.1179/otb.2012.66.1.014
21 Salsi, S., Awadallah, Y., Leclair, A. B., Breault, M., Duong, D., & Roy, L. (2017).
Occupational needs and priorities of women experiencing homelessness. Canadian
Journal of Occupational Therapy, 84(4-5), 229–241.
https://doi.org/10.1177/0008417417719725
Speth- Lemmens, I., Stomph, M., De Vries, K., Van Dijk, K., & Laban- Sinke, I. (2012a).
Uitvoeren van interventies Ergovaardig deel 2B (2e ed.). Den Haag, Nederland: Boom
Lemma.
Speth- Lemmens, I., Stomph, M., De Vries, K., Van Dijk, K., & Laban- Sinke, I. (2012b).
Uitvoeren van interventies Ergovaardig deel 2A (2e ed.). Den Haag, Nederland: Boom
Lemma.
Stoffel, V. C., & Moyers, P. A. (2004). An Evidence-Based and Occupational Perspective of Interventions for Persons With Substance-Use Disorders. American Journal of
Occupational Therapy, 58(5), 570–586. Geraadpleegd van
http://web.a.ebscohost.com.rps.hva.nl:2048/ehost/detail/detail?vid=0&sid=4f90640b-
9baf-4cbf-8477-07140293ae43%40sessionmgr4007&bdata=JnNpdGU9ZWhvc3QtbGl2ZQ%3d%3d#A N=106578357&db=ccm
Verhoef, J., Zalmstra, A., Minis, M. A., Zinkstok, R., & Entken, E. (2013).
Beroepscompetenties ergotherapie 2013. Geraadpleegd op 19 december 2018, van
Literatuurlijst
Barnekow, K. & Pickens, N.D. (2011). Introduction to occupation and co-occupation. In: C.Brown & V.C. Stoffel (Eds.), Occupational therapy in mental health: A Vision for
participation,pp. 637-647 Philadelphia: F.A. Davis.
GGD Amsterdam. (2018.B). Drugs. Geraadpleegd op 19 september 2018, verkregen van https://www.ggd.amsterdam.nl/drugs/
Fleskens, I., Huibers, C., & Maas, B. (2019). Ergotherapie in de maatschappelijke opvang.
Hartingsveldt, M. van, (2017). Handelingsgebieden. In: Granse, M. le, Hartingsveldt, M. van., & Kinebanian, A. Grondslagen van de ergotherapie (vijfde, herziene druk) (pp. 251 - 256). Houten, Nederland: Bohn Stafleu van Loghum
Helfrich, C. A., & Fogg, L. F. (2007). Outcomes of a Life Skills intervention for Homeless Adults with Mental Illness. The Journal of Primary Prevention, 28(3-4), 313–326. Geraadpleegd van https://link.springer.com/article/10.1007/s10935-007-0103-y Ketenregisseur MO/BW. (2018). Handboek Maatschappelijke opvang. Geraadpleegd van
https://webcache.googleusercontent.com/search?q=cache:HJm5lWnghY0J:https://ass ets.amsterdam.nl/publish/pages/717198/handboek_maatschappelijke_opvang_-_procedures_en_afspraken_versie_4.pdf+&cd=2&hl=nl&ct=clnk&gl=nl&client=safari
Le Granse, M., & Kuiper, C. (2017). Client. In M. Le Granse, M. van Hartingsveldt, & A. Kinébanian (Reds.), Grondslagen van de ergotherapie (5e ed., pp. 149–164). Houten, Nederland: Bohn Stafleu van Loghum.
Leger des Heils. (z.d.). Goodwillcentra Amsterdam Noorderburgh. Geraadpleegd op 4 oktober 2018, van
https://www.legerdesheils.nl/goodwillcentra-amsterdam/noorderburgh
Lloyd, C., & Basset, H. (2012). The role of occupational therapy in working with the homeless population: An assertive outreach approach. New Zealand Journal of
Occupational Therapy, 59(1), 18–23. Geraadpleegd van
https://search.informit.com.au/documentSummary;dn=528867865426501;res=IELHEA
Matthys, F., Crunelle, C., & Bronckaerts, A. (2016). Omgaan met ADHD bij verslaving. Geraadpleegd op 19 september 2018, verkregen van
https://books.google.nl/books?id=jQ7zDAAAQBAJ&printsec=frontcover&hl=nl#v=onep age&q=ergotherapie&f=false
Roads. (2018, 26 april). Ergotherapie Roads. Geraadpleegd op 7 december 2018, van https://www.roads.nl/activiteit/ergotherapie/
Satink, T. & Van de Velde, D. (2017). Kerndomein van de ergotherapie. In: Granse, M. le, Hartingsveldt, M. van., & Kinebanian, A. Grondslagen van de ergotherapie (vijfde,
herziene druk) (pp. 43-63). Houten, Nederland: Bohn Stafleu van Loghum
Wilcock, A.A., and C. Hocking. 2015. An occupational perspective on health. 3rd ed. Thorofare Slack Incorporated.