• No results found

Maatschappijleer vmbo BB

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Maatschappijleer vmbo BB"

Copied!
9
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

1 / 9

lees verder ►►►

Oefenexamen Staatsexamen VMBO BB

2018

Nederl

Maatschappijleer 1 (gemeenschappelijk deel)

Tijdvak 1 Dinsdag 8 mei 13.30 – 14.30 uur

College-examen schriftelijk Opgavenboekje

Het examen duurt één uur.

(2)

2 / 9

lees verder ►►►

2p 1 Juist of onjuist.

Normen zijn? Schrijf de letters van de antwoorden die juist zijn op je antwoordblad. a Belangen

b Regels c Waarden d Wetten

2p 2 Juist of onjuist.

Voorbeelden van waarden zijn? Schrijf de letters van de antwoorden die juist zijn op je antwoordblad.

a Eten met mes en vork.

b Handen wassen voor het eten. c Netheid.

d Respect.

2p 3 Juist of onjuist.

De manier waarop collega’s elkaar begroeten, door bijvoorbeeld elkaar een hand te geven, is een voorbeeld van …… Schrijf de letters van de antwoorden die juist zijn op je antwoordblad.

a dwang

b een cultuurverschijnsel c een groepsnorm

d sociale controle

1p 4 De norm “je mag niet liegen” komt uit de waarde: A eerlijkheid.

B gastvrijheid. C gelijkheid.

1p 5 Maak de goede combinaties. A Belang

B Norm C Waarde

I Het dierenwelzijn II Respect

III Voeten vegen

2p 6 Maatschappelijk of persoonlijk probleem.

Zijn de onderstaande voorbeelden maatschappelijke of persoonlijke problemen? Noteer de letters van de voorbeelden waarbij sprake is van een persoonlijk probleem. a De opwarming van de aarde.

b Iemand heeft een slecht kapsel (haar). c Sara moet haar examen overdoen.

(3)

3 / 9

lees verder ►►►

1p 7 De meeste mensen poetsen hun tanden na het eten. Dit doen ze vanuit:

A aangeboren gewoonte. B opvoeding.

C wettelijke dwang.

2p 8 Juist of onjuist.

Stoppen voor rood licht is …. Schrijf de letters van de antwoorden die juist zijn op je antwoordblad.

a een fatsoensnorm. b een geschreven norm. c een wettelijke regel.

1p 9 Aangeboren, aangeleerd of beide? Maak de goede combinaties. A Koning van Nederland zijn. B Op de fiets naar school gaan. C Topvoetballer worden.

I Aangeboren II Aangeleerd

III Zowel aangeboren als aangeleerd.

1p 10 “Iets waar mensen voordeel bij hebben.” Dit is een goede omschrijving voor het woord: A belang.

B norm. C waarde.

1p 11 Wat verstaan we onder een cultuur van een land?

A De waarden, normen, gewoonten en tradities in een land. B De waarden, normen, gewoonten en tradities van een groep. C De wet waaraan iedereen zich moet houden.

1p 12 Wat is juist?

Stelling I: Wat we normaal en/of niet normaal vinden in een cultuur, komt door cultuuroverdracht.

Stelling II: Wat we normaal en/of niet normaal vinden in een cultuur, komt door socialisatie.

A Alleen stelling I is waar. B Alleen stelling II is waar. C Stelling I en II zijn beide waar. D Stelling I en II zijn beide niet waar.

(4)

4 / 9

lees verder ►►►

1p 13 Een goed voorbeeld van het gebruik van het machtsmiddel kennis is: A de tandarts die je in je kies laat boren.

B een demonstratie van docenten in Den Haag. C een groep hooligans die de politie aanvallen.

1p 14 Op de maatschappelijke ladder zijn de beroepen ingedeeld. Wat is de goede volgorde als het gaat om de verantwoordelijkheid?

Van onder naar boven!

A Kassière, filiaalmanager, vakkenvuller B Filiaalmanager, kassière, vakkenvuller C Vakkenvuller, kassière, filiaalmanager

1p 15 Wat is juist?

Het verschil tussen een vooroordeel hebben en discrimineren is: Stelling I: het verschil tussen denken en doen.

Stelling II: het verschil tussen wat strafbaar is en wat niet. A Alleen stelling I is waar.

B Alleen stelling II is waar. C Stelling I en II zijn beide waar. D Stelling I en II zijn beide onwaar.

1p 16 Socialistische partijen noemen we ook wel:

A linkse partijen. B midden partijen. C rechtse partijen.

1p 17 Juist of onjuist.

Schrijf de letter(s) van de stelling(en) die juist zijn op je antwoordblad. a In een dictatuur zijn geen politieke partijen.

b Nederland is een goed voorbeeld van een democratie. c De koning is de hoogste baas van Nederland.

(5)

5 / 9

lees verder ►►►

2p 18 Politieke partij of belangengroep.

Welke van onderstaande organisaties zijn politieke partijen? Noteer op het antwoordblad de juiste letter(s).

a VVD

b LAKS

(landelijk aktie komitee scholieren) c CDA

(6)

6 / 9

lees verder ►►►

Tekst 1

In hele land mensen die door het ijs gaan!

De KNSB handhaaft het advies om aanwijzingen van hulpdiensten en ijsclubs op te volgen en herhaalt dat het niet veilig is om op vaarten, plassen en meren te schaatsen. Grote incidenten hebben we gelukkig nog niet gezien, maar de mensen moeten wel oppassen. Door oplopende temperaturen in de middag zal het ijs alleen maar slechter worden'', aldus Ramon Kuipers, coördinator natuurijs van de KNSB.

,,We beseffen dat de situatie lastig is'', zegt hij. ,,Het is mooi weer en mensen willen graag schaatsen. Maar de kwaliteit van het natuurijs is niet overal hetzelfde. Daarom is het moeilijk om voor natuurijs een eensluidend advies te geven en zeggen we: zoek de veiligheid van een ijsclub op.'' Op de banen van ijsclubs, vaak ondergelopen landjes, ligt een kleine laag water of het gaat om ondiepe plassen die zijn afgezet.

Het zoeken naar schaatsvertier ging automobilisten zondag niet overal even makkelijk af. Bij de Ankeveense plassen was het zo druk dat de politie het advies gaf niet meer naar Ankeveen te gaan.

,,Door drukte en parkeerproblemen en gevaarlijke situaties op de weg'', waarschuwde de politie. Ook bij het Henschotermeer was het druk door schaatsers en riep de politie op er niet meer naartoe te gaan.

KNSB = Koninklijke Nederlandse Schaatsers Bond.

Vrij naar: www.telegraaf.nl De volgende 11 vragen gaan over tekst 1. Lees deze eerst door.

1p 19 Schaatsen is:

A aangeboren gedrag. B aangeleerd gedrag.

C een voorbeeld van een waarde. D een voorbeeld van een belang.

1p 20 “Zoek de veiligheid van een ijsclub.” Het woord veiligheid is hier een … A belang.

B norm. C waarde.

(7)

7 / 9

lees verder ►►►

1p 21 De politie die het advies gaf niet meer naar Ankeveen te gaan. Dit is een voorbeeld van …

A het uitvoeren van dwang. B een fatsoensnorm.

C het uitvoeren van gezag.

1p 22 Je hebt objectieve en subjectieve teksten. Welke is subjectief? A “We beseffen dat de situatie lastig is.“

B “zoek de veiligheid van een ijsclub op.” C “gevaarlijke situaties op de weg.“ D “drukte en parkeerproblemen”

1p 23 Een voorbeeld van een norm uit de tekst is: A Het is niet veilig.

B De situatie is lastig.

C Je moet er niet meer naartoe gaan. D Er ligt een klein laagje water.

1p 24 Er gaan in het hele land mensen door het ijs! (zie tekst 1) Dit is een voorbeeld van:

A een maatschappelijk probleem. B een persoonlijk probleem. C een politiek probleem.

D Als je kunt zwemmen is het geen probleem.

1p 25 “Waarschuwen“ is onderdeel van: A aangeboren gedrag.

B cultuuroverdracht. C onnodig gedrag. D socialisatie.

1p 26 De KNSB kun je vergelijken met: A een actiegroep .

B een belangengroep. C een politieke partij.

1p 27 Lees de twee stellingen en geef antwoord.

Stelling I: Machtsmiddelen van de politie zijn geweld en kennis. Stelling II: Machtsmiddelen van de politie zijn functie en aanzien. A Alleen stelling I is juist.

B Alleen stelling II is juist. C Stelling I en II zijn beide juist. D Stelling I en II zijn beide onjuist.

(8)

8 / 9

lees verder ►►►

1p 28 In de tekst is er sprake van een belangentegenstelling. Welke van onderstaande belangentegenstellingen is juist?

A Het belang van de KNSB tegenover het belang van de politie.

B Het belang van de Telegraaf tegenover het belang van Ramon Kuipers. C Het belang van de schaatsers tegenover het belang van de politie. D Het belang van de KNSB tegenover het belang van de hulpdiensten.

1p 29 Een vraag over belangen.

Wie heeft er belang bij dat mensen niet door het ijs zakken? A De KNSB.

B De politie.

C De ijsverenigingen.

D Alle drie de antwoorden zijn goed.

Tekst 2

Driekwart voor verbod “appen” op fiets

Zeven op de tien ondervraagden vinden het gebruik van de smartphone op de fiets een “probleem“. Van de 55-plussers wil 90 procent het gebruik van de

telefoon op de fiets verbieden. De helft van de jongeren is voorstander van zo'n verbod.

Toenmalig minister Melanie Schultz van Haegen (Infrastructuur en Milieu) werkte aan een verbod op appen op de fiets. In de Tweede Kamer is hiervoor steun. Wel zijn er vragen over de handhaving van een dergelijk verbod.

Het betreft een onderzoek onder 554 mensen van achttien jaar en ouder.

Vrij naar: www.telegraaf.nl d.d. 22-1-2017 De volgende 8 vragen gaan over tekst 2. Lees deze eerst door.

1p 30 Het “appen” op de fiets is, volgens tekst 2, een “……… probleem”. A een persoonlijk probleem

B een sociaal probleem C geen probleem

D maatschappelijk probleem

1p 31 Toenmalig minister Melanie Schultz van Haegen (Infrastructuur en Milieu). Een minister is onderdeel van:

A de gemeenteraad. B de regering.

C de Tweede Kamer. D infrastructuur en milieu.

(9)

9 / 9

einde ■

1p 32 In de Tweede Kamer is steun voor een verbod op appen op de fiets. (zie tekst 2) De Tweede Kamer bestaat uit:

A 150 mannen.

B 150 mannen en vrouwen. C 76 mannen.

D 76 mannen en vrouwen.

1p 33 In de Tweede Kamer is hiervoor steun. Dat zijn dan minimaal: A 150 mannen.

B 150 mannen en vrouwen. C 76 mannen.

D 76 mannen en vrouwen.

1p 34 Toenmalig minister Melanie Schultz van Haegen (Infrastructuur en Milieu) werkte aan een verbod op appen op de fiets. Als dit verbod er komt is dit:

A een fatsoensregel. B een formele regel. C en informele regel. D een ongeschreven regel.

1p 35 De Tweede Kamer is een goed voorbeeld van: A een dictatuur.

B een gemeenteraad. C een koninkrijk.

D een volksvertegenwoordiging.

1p 36 De helft van de jongeren is voorstander van een app-verbod op de fiets. (zie tekst 2) Dit is een voorbeeld van:

A discriminatie.

B een feit (in dit onderzoek). C een vooroordeel.

D socialisatie.

1p 37 De volgende vraag gaat over twee stellingen.

“Het betreft een representatief onderzoek onder 554 mensen van achttien jaar en ouder.”

Stelling I: Ze hebben mensen boven de 18 gekozen omdat deze volwassen zijn en stemrecht hebben.

Stelling II: Ze hebben mensen boven de 18 gekozen omdat deze slimmer zijn. A Alleen stelling I is juist.

B Alleen stelling II is juist. C Stelling I en II zijn beide juist. D Stelling I en II zijn beide onjuist.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Samen loop je alle vragen nogmaals langs, en samen beslis je per punt wat de afspra- ken voor de toekomst zijn.. Zo krijg je samen stap voor stap een routekaart voor

they will be more like l y to engage in a constructive process of conflict resolution. Since conflict has positive as well as negative consequences, it must be

Daarbij kijkt zij zowel naar de belangen van de patiënten die in aanmerking komen voor vergoeding van een bepaalde interventie, als naar de belangen van patiënten met

Het is duidelijk, dat vergelijking tussen de katholieke Twentse gemeenten en de drie protestante gemeenten in Salland, zoals Van Heek die terloops maakt, als argument tegen

Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of

Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of

Ontwerpcriterium 5 van deel A, gedurende het leesproces aandacht besteden aan zowel efferent als esthetisch lezen, is in deel B ingevuld met het bepalen van een thema. Het bepalen

In Chapter 1, a gap was observed between the curriculum for integrated GLLC literary education aimed at self- and other-reflection as intended and implemented. Literary education