• No results found

Verkiezingscampagnes van Drees tot Kok

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Verkiezingscampagnes van Drees tot Kok"

Copied!
9
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

de :en it. ik ~m op IA-·op :en 1an In :en ek-en. ar-Jyl ~ijn 1en ~ ~de :ste De '0 1-De de uit :1ke ~ik als .akt zijn oli-~ale ;tu-sie, :de. :liet ne-:ens

De dag voor de verkiezingen wisten verschillende media a! te melden dat de verkiezingsstrijd nergens over was gegaan: het was een saaie campagne geweest waarbij de mannetjes centraal hadden gestaan, met name Kok en Bolkestein.

Het was niet de eerste keer dat deze geluiden te horen waren. De campagnes van '994 en 1989

konden evenn:lin op vee! waarde-ring rekenen in de media. Een vrij breed gedragen opvatting luidt dat sinds de televisie het dominante campagne medium is geworden, de politieke strijd in toenemende mate een strijd tus-sen person en is geworden. De televisiedemocratie heeft de poli-tiek gereduceerd tot een plat-vloerse strijd tussen mannetjes (en een enkel meisje). Daarnaast heeft het verval van de verschil-lende partijideologieen de cam -pagne van het laatste stukje inhoud beroofd.

Deze pessimistische oordelen over de modeme campagne zijn vaak gebaseerd op een sterk geidealiseerd beeld van het ver-leden. De tijd dat de verkiezings-strijd nag niet via de televisie werd uitgevochten. T oen zou er nag een inhoudelijke debat zijn gevoerd tussen partijen met duidelijke uit-eenlopende visies op belangrijke maatschappelijke vraagstukken. T oen werd de kiezer nag in staat gesteld op inhoudelijke gronden een keuze te maken.

Oat beeld lijkt plausibel maar klopt allerminst. De kritiek van journalistieke waarnemers in de jaren vijftig verschilde weinig van de hedendaagse kritiek. Zo was Vrij Nederland uitgesproken nega-tief over de campagne van 1 9 52: 'Bij de Antirevolutionairen moest het parool 'vastheid' en bij de socialisten het beroep op het

HET GEHEIM VAN MOD ERNE VERKIEZINGSCAMPAGNES

V

erkiezings-campagnes

van Drees

tot Kok

PHILIP VAN PRAAG JR als politicolooa verbonden aan de

Universiteit van Amsterdam

'vertrouwen' de kiezers verhul-len dat stelliger en concreter keu-zen niet gevonden kunnen wor-den'. Volgens het weekblad was het politieke Ieven vastgelopen. Een krant als de Nieuwe Rotterdamse Courant constateerde een gebrek aan politieke belang-stelling, veroorzaakt door de politieke partijen.'

De visie van Opland op de campag-ne van 1956, niet bepaald de saai-ste campagne uit de Nederlandse geschiedenis, wijst evenn:lin op grate waardering: hij tekende een groat aantal schommelstoelen waarin de verschillende politieke !eiders zitten te dommelen.

T och hebben de media en de vele andere waarnemers die constate-ren dat het 'mannetjes maken' zo belangrijk is geworden niet hele-maal ongelijk. Het inzetten van populaire politici om stemmen te verwerven is zeker niet nieuw, maar de wijze waarop campagnes gepersonaliseerd worden ver-schilt wei sterk van de praktijk uit het verzuilde verleden. Een histo-rische analyse van de ontwikke-ling van de Nederlandse ve rkie-zingscampagnes kan het persona-listische karakter van de moderne campagne in de juiste context plaatsen. Het kan oak Iaten zien dat er andere veranderingen optreden die minstens zo belang-rijk zijn.

In deze bijdrage zal ik ingaan op drie belangrijke onderdelen van de campagnevoering:

- de wijze waarop van oudsher populaire lijsttrekkers de inzet in de campagne waren, - de ontwikkeling van

arbeidsin-tensieve naar kapitaalinarbeidsin-tensieve campagnes,

- de veranderende rol van de media in de campagne. De nadruk zal daarbij liggen op de campagnevoering van de PvdA.

(2)

Personalistische campagnes

De geschiedenis van de arbeidersbeweging, en met name van de sociaal-democratie, is een geliefd studieobject. Toch worden bepaalde onderdelen

van deze geschiedenis verdrongen of krijgen zelden

het accent dat ze zouden dienen te krijgen, waar-schijnlijk omdat veel geschiedschrijving zich richt op het doen en Iaten van de politieke elite binnen de

sociaal-democratie: het

partijbe-stuur, de wethouders en de ministers. Het ideologische debat en de interne politieke

strijd aan de top is uitgebreid

onderzocht en gedocumenteerd.

Volstrekt onderbelicht is de betrokkenheid van de !eden en

kiezers bij de partij. Het gevolg

is dat onvoldoende wordt

onderkend dat aan de basis van

de sociaal-democratie de

per-soonlijkheidscultus krachtig was

ontwikkeld, misschien wei

krachtiger dan bij andere zuilen. De belangrijkste politieke !ei-ders werden op handen gedra-gen en waren vaak onderwerp

van een soort heldenverering. Een heldenverering die in de 19-de eeuw ook al aanwezig was bij de

aan-hang van Domela Nieuwenhuis en ook bij de arbei-dersbeweging in andere Ianden voorkwam.

Het meest pregnant is deze verering in de Nederlandse sociaal-democratie tot uiting gekomen

rond P.

1

.

T roelstra. In de jar en twintig liet de SOAP sluitzegels maken met de beeltenis van Troelstra. Een ansichtkaart met het portret van Troelstra was

tot lang na zijn dood zeer geliefd in de Rode Familie. Na zijn afscheid van de politiek in 19 2 5 werd een

bronzen plaquette van Troelstra gemaakt die door

zeer vee! SDAP'ers is aangeschaft en lange tijd in menig sociaal-democratisch gezin een ereplaats had,

evenals zijn gedenkschriften. 2 Het overlijden van Troelstra maakte diepe indruk bij de achterban. In

zijn rouwstoet liepen in 1930 4o.ooo mensen mee.

Vijftig jaar na zijn dood getuigen verschillende

ouderen dat het portret van Troelstra nog steeds in hun huiskamer hangt. 3

De persoonlijkheidscultus kwam ook op nadere

wijze tot uiting. In de rode familie kwam het

verder regelmatig voor dat belangrijke !eiders bij

verjaardagen een zangaubade aan de voordeur ont-vingen, waarbij de AJC en de Stem des Yolks op volle sterkte uitrukte met trommels en vlaggen.

Bij de PvdA werd die traditie van een sterke orienta-tie op de !eiders met volle kracht voortgezet. Dat

kwam met name tot uiting in de vraag of de partij wei of niet met

een lijsttrekker diende te

wer-ken. Aan de top van de partij

werd die behoefte van de

ach-terban aan identificatie met een sterk charismatische Ieider

onderkend, alhoewel niet altijd

gehonoreerd. Als men toch

bezwaar had tegen eenhoofdig

lijsttrekkerschap kwam dat vaak voort uit andere overwegingen.

Pleidooien voor gedeeld

leider-schap binnen het partijbestuur

waren vaak gebaseerd op een

politiek verschil van mening met

de beoogde lijsttrekker of op het beschermen van de eigen machtspositie. Overbodig te zeggen dat beide motieven ook vaak samen konden gaan.

Bij de voorbereiding van de campagne van 1948 kwam voor het eerst de vraag aan de orde of er met

een lijsttrekker zou worden gewerkt. Het ging om vervroegde verkiezingen omdat de grondwet

diende te worden gewijzigd i.v.m. de naderende

onafhankelijkheid van lndonesie. Van 1946 tot 1948 was het land geregeerd door het. kabinet-Beel. PvdA ministers waren o.a. W. Drees, S.L.

Mansholt, P. Lieftinck. Drees was na twee jaar

ministerschap van Sociale Zaken zeer bekend en

populair. Het overgrote dee! van het partijbestuur

zag in Drees een belangrijke stemmentrekker en wilde hem als enige lijsttrekker. Tot verbazing van

het partijbestuur werd het voorstel in de partijraad afgewezen, waarschijnlijk onder invloed van

men-sen als W. Schermerhorn, H. V os en

1. H

. Scheps. Belangrijk argument van de tegenstanders was dat het brede karakter van de partij met een lijsttrekker 1 . Vrij Nederland, 2 1 juru 1 9 52; Nieuwe

Rotterdamse Courant, 17 juru 1952 (geci-teerd bij P.B. van der Heiden, 'Eindelijk een doorbraak? De verkiezingen van 1952' in: Politieke Opstellen 17, 1997. Nijmegen: Centrum voor Parlementaire

Geschiedenis, p. 66-67). ze drie politieke heiden had die blinde -lings werden vertrouwd: Troelstra, Drees en in mindere mate Den Uyl. 2. Bij mijn grootouders van moederszij

-de ( een Haarlems typografengezin) stond de plaquette van Troelstra tot ver in de jaren vijftig op de schoorsteen. Voormijnoma(r893-1979)golddat

3. Roos in de Vuist, speciaal Troelstra

(3)

re 1et bij It-:>p n. : a-lat de 1et !r-·tij : h-en ler ijd ch lig Lak :n. ~r­ tur en 1et 1et ;en de ng fet tde tot et-.L. aar en mr en ran 1ad ~n-ps. dat cer

onvoldoende tot uiting zou komen, het zou boven-dien vee! te vee! de indruk versterken dat de PvdA slechts een voortzetting van de SDAP was. Als

compromis werd Drees in acht in plaats van twee kieskringen lijsttrekker. Andere lijstaanvoerders waren M. van der Goes van Naters, A. M. Joekes,

K. Vorrink, Lieftinck, Mansholt, Vos en Schermer-horn (vaak slechts in een kieskring). Drees was dus in I 948 niet de enige

lijsttrek-ker, feitelijk was hij wei de belangrijkste lijsttrekker. 4

In I 9 52 had de PvdA voor het eerst geen negen of acht lijst-trekkers maar slechts een: Drees. Het partijbestuur verzet-te zich er lang tegen een een-hoofdig lijsttrekkerschap, maar in de partijraad drukte het kader het door. De PvdA voerde een sterk op de persoon van de minister-president gerichte ver-kiezingscampagne. Op het

affi-che vroeg een ernstig kijkende 'Vadertje' Drees, de ontwerper van de Noodwet Ouderdoms-voorziening, de sobere en

onkreukbare staatsman, uw vertrouwen voor lijst 2. In een verkiezingsfilmpje, vertoond op partijvergade-ringen en in zogenaamde rijdende bioscopen, was de centrale leuze: Kiest Drees.

De uitslag was een succes, het eerste sinds de oprichting van de PvdA in I 946. De PvdA werd

onverwachts iets groter dan de KVP. In het partijb e-stuur waarschuwde Nvv-bee-stuurder Roemers voor een a! te groot optimisme over de Doorbraak, 'vee! kiezers hadden niet op de socialisten gestemd, maar op Drees' .5 Ook andere waarnemers en een krant als de Nieuwe Rotterdamse Courant stelden dat het niet om een overwinning van de PvdA ging maar om een persoonlijke overwinning van Drees. 6

In I 9 56 twijfelde Drees of hij opnieuw lijsttrekker zou worden. Pas toen aile gewesten een beroep op hem deden zwichtte hij. De campagne van I 9 56 was fel, incidentrijk en bij uitstek personalistisch. In het PvdA-verkiezingsmateriaal kon de kiezer

verschil-len de foto 's van Dr W. Drees in zijn gewone doen bewonderen: Drees werkend in zijn studeerkamer, lopend naar zijn werk en aan het strand met zijn echtgenote.

De populariteit van Drees dwong de KVP om voor het eerst ook met een lijsttrekker te gaan werken.7 De partij deed vee! moeite om Romme de gelijke van Drees te Iaten zijn en de lijsttrekker tevens een menselijke uitstraling te geven. In een huis-aan-huis verspreide brochure werd hij omschreven als 'Romme, de lijsttrekker, de hemelbestormer'. Foto's met vrouw, kleinzoon en van Romme thuis de krant lezend ontbraken niet. In een verkie-zingspamflet van de Protestants Christelijke W erkgemeenschap (in de PvdA) heette het: 'Voorwaarts met Drees

if

terug met

Romme'. Het gaf scherp de

hoofdtegenstelling in de cam-pagne weer.

Opnieuw koos de PvdA in I 9 56

voor een niet-inhoudelijke leuze. Op de zeer massaal ver-spreide en opgehangen Drees-affiches luidde de tekst: Drees, uw vertrouwen waard. Evenals in I 952

was de aanduiding Partij van de Arbeid minuscuul klein aangebracht aan de onderrand. 8 De PvdA schroomde er in deze jaren niet voor om Drees vol-ledig los te maken van zijn partijpolitieke achte r-grond. In I 998 heeft men dit met Kok niet aange-durfd.

Na het terugtreden van Drees kwam de PvdA in

I 959 en I 96 3 weer met meerdere lijsttrekkers uit. Er was geen vanzelfsprekende kandidaat voor een eenhoofdig lijsttrekkerschap. Dat veranderde in

I 966 met de aanwijzing van Den Uyl tot lijsttrek

-ker. Partijbestuur en partijraad kozen principieel voor een eenhoofdig lijsttrekkerschap. Verzet tegen zijn positie kwam in I 9 7 I en I 9 7 2 vooral uit de kring van Nieuw Links. Opnieuw werd het argu-ment gebruikt dat een eenhoofdig lijsttrekkerschap op gespannen voet zou staan met een pluriforme 4· M. Brinkman, 'Drees en de Partij van

de Arbe.id' in; H. Daalder en N. Cramer (red.) Willem Drees Houten: DeHaan 1988, p. 82-84.

Irwin De wilde jrisheid van Limoenen,

stu-die·n over politici in de onen van kiezers,

Leiden: oswo Press 1998, p. 21-22.

8. zie D. J. Elzinga en G. Voerman Om de

stembus, verkiezinas<iffiches 1918 -1989.

(Den Haag, Sdu-uitgeverij 1992) voor reproducties van de affiches van 1952 en

'956. a.w. p. 88.

6.

J

.

van Holsteyn & G. A. lrwin 'Over

Politici' in:

J.

van Holsteyn en G. A.

7.

J

.A. Bomewasser Katholieke Volkspartij 194 t; -1980. Band 1 Herkomst en aroei (tot 1963) Nijmegen 1995: ValkhofPers, p. 370- 380.

(4)

J26

partij. Een voorstel om weer met meerdere lijst

-trekkers te gaan werken werd in 1970 echter door de partijraad massaal afgewezen.

De campagne die Den Uyl in I 977 voerde als minis-ter-president had eveneens een sterk pe

rsonalisti-sche inslag. De verkiezingsleus Kies de minister-pr esi-dent, Kies Den Uyl werd in het partijbestuur onder

andere door Van Thijn bekritiseerd vanwege het

pagnes uit het verleden. Niet omdat de lijsttrekkers anders geprofileerd worden maar omdat de relatie

tussen kiezer en politieke partij zeer fundamenteel

van karakter veranderd is.

De arbeidsintensieve campasne

Als het gaat om de wijze waarop er in het alg

e-meen propaganda werd gemaakt, in het bijzonder

gebrek aan inhoud. 9

Vastgesteld dient te worden dat het voeren van een sterk persona-listische campagne past in een lange sociaal-democratische tradi-tie die via Drees en Den Uyl door-loopt tot de recente campagnes

van Wim Kok. Op dit punt is er

eerder sprake van een

opmerke-lijke continuileit dan van

opval-lende verandering.

Kiesde

minister-president

voor de lijsttrekker, zijn de verschillen tussen bijvoorbeeld I956 en I998 zeer groot. De

campagnes waren in de jaren

vijftig zeer arbeidsintensief, dat betekende dat de afdelingen en

de !eden een cruciale rol speelden

bij de voorbereiding en de uit

-voering. De afdelingen dienden in

een vroeg stadium te rapporteren

wat er in de samenleving leefde. Het kader was daartoe redelijk

goed in staat omdat de partij nog

sterk geworteld was in de

samen-leving.

Toch was de rol van de lijsttrek-kers als Drees en Den Uyl een

andere dan de rol van Kok in de

laatste campagnes. In het

verle-den waren de lijsttrekkers in de

eerste plaats de representanten van een brede beweging, droegen

Den

Uyllijst2

de beginselen van die beweging uit en werden door de achterban juist op dat punt vertrouwd. In I 9 3 7

formuleerde de ARP al, naar aanleiding van de pe

r-sonalistische campagne rond Colijn ('de Ieider van ons volk'), dat de partij 'zich slechts achter perso

-nen schaarde voor zover zij de dragers van beginse -len zijn'. Drees en Den Uyl stonden voor de

sociaal-democratische beginselen en waren als zodanig zeer

herkenbaar voor de kiezers. Door de sterke

verwa-tering van de sociaal-democratische ideologie doet

een personalistische campagne rond Kok nu een

sterker a-politiek beroep op het vertrouwen in de

persoon. Lijsttrekkers zijn niet Ianger de represe n-tant van een breed gedragen beginselpartij. Vee! minder dan in het verleden weet de kiezer voor welk beleid een lijsttrekker zich zal inzetten. Vee! meer dan in het verleden is een partij afhankelijk van

de uitstraling van zijn lijsttrekker. De

personalisti-sche campagne van de jaren negentig heeft daarmee

een andere betekenis dan de personalistische c

am-De arbeidsintensieve campagne

uit het verleden had de volgende

kenmerken:

1 • Het belangrijkste verkiezingsmateriaal was gedrukt materiaal, zoals pamfletten, brochures en affiches.

2. Vee! waarde werd gehecht aan het directe co n-tact met de kiezers door partijactivisten, daartoe

werd intensief gebruik gemaakt van het huisb

e-zoek en het door-to-door canvassinB.

3. Het organiseren van grote manifestaties en even

-tueel het houden van demonstraties en/ of optochten.

4· Het opwekken van de eigen supporters op de

verkiezingsdag om te gaan stemmen (door-knockinB on election day).

5. Het gebruik van billboards, posters en kranten

-advertenties om de boodschap van de partij te

versterken. 10

De eerste vier genoemde kenmerken zijn gebaseerd op de inzet van zeer grote groepen partijleden. Een

partij die over onvoldoende actieve !eden beschikte

had bij deze vorm van campagnevoeren een ernstige

9. Ph. van Praag jr, Stratesie en lllusie, e!f jaar intern debat in de PvdA (1966-1977). Amsterdam 1 99 1: Het Spinhuis, h

oofd-stuk 7, m.n. p. 263.

10. D. Butler en A. Ranney(eds.)

Electioneerins: A comparative study

rif

Continuity and Chanse. Oxford: Oxford

University Press, 1992, p. 5-6. Zie ook

D. Farrel, 'Campaign Strategies and Tactics' in: L. Leduc, R.G. Niemi and

P. Norris (eds.) Comparing

Democracies; Elections and VotinB in Global Perspective. London: Sage, p. 160

(5)

ers .tie eel ge-:ler de eld De ren dat en :len lit-lin ren 'de. lijk r10g e n-gne nde was 1res un-·toe ;be-r en-t/of 'de 1 00T-ten -ij te ~erd Een Likte ;tige 160

-handicap. Zo kampte de pas opgerichte VVD in

I 948 duidelijk met een gebrek aan menskracht .

Voor het plakken van affiches werd op het laatste moment het bedrijf Publex ingehuurd omdat de !eden het lieten afweten. K v P en PvdA kenden geen

problem en op dit punt. In I 948 beschikte de K v P

over 2o.ooo actieve partijleden en 5oo propaganda-leiders. Hun taak was onder andere het plakken van

affiches, het afleggen van huisbezoek en het ver-spreiden van miljoenen pamfletten en

verkiezings-kranten. 1 1

Aan de vooravond van de campagne van 1956

orga-niseerde de PvdA 'de nationale werkersdag'. Dit laatste grate appel voordat de verkiezingsactie van start ging, bracht op hemelvaartsdag 25. ooo

propa-gandisten bij elkaar in de Amsterdamse (oude) RAI.

Na toespraken van o.a. Drees en Van Wingerden,

vice voorzitter van de N v v, trok men begeleid door muziekkorpsen voor de afsluiting naar het Waterlooplein. 12 De KVP beschikte in deze zeer

felle en incidentrijke campagne naar eigen zeggen zelfs over 4o.ooo propagandisten. Het verschil met de campagne van I 998 is frappant. Bij de aanvang van de campagne waren partijen als de PvdA en het CDA dit jaar a! tevreden als men enkele honderden actieve !eden bij elkaar wist te brengen.

De arbeidsintensieve campagne hoorde bij de

hoogtijdagen van de traditionele massapartij. In

Nederland hadden met name de PvdA, de KVP en

de ARP een dergelijk karakter. Deze massapartijen

waren van oorsprong ook (permanente)

strijdorga-nisaties, waarbij de betrokkenheid en de inzet van de !eden bij de dagelijkse politieke strijd eerder

regel dan uitzondering was. Het verdwijnen van

deze massapartij, in het ene land in een wat sneller

tempo dan in het andere land, is een oorzaak voor

de andere wijze van campagne voeren. In het alge-meen geldt echter dat de maatschappelijke

rand-voorwaarden voor de arbeidsintensieve campagne zijn verdwenen. Zelfs een partij als de SP, een partij die nog in staat is een relatief arbeidsintensieve

cam-pagne te voeren, kan daar niet mee volstaan. De kracht van de s P is juist dat de !eden enerzijds mas-saal worden ingezet terwijl men anderzijds een

moderne mediacampagne voert.

Het tempo waarin de arbeidsintensieve campagne verdwijnt client echter niet overschat te worden.

Zoals hieronder zal duidelijk worden zijn een aantal kenmerken van de arbeidsintensieve campagne tot

ver in de jaren tachtig blijven bestaan. De doorwer-king van de televisie en andere moderne media is vee! trager verlopen dan vaak wordt verondersteld.

Het huisbezoek

Het partijbestuur van de PvdA deed er in deze periode alles aan om de achterban op een

ontspan-nen manier met politiek cabaret te scholen en voor

te bereiden op de campagne. De PvdA beschikte in de peri ode 54-56 over elf cabaretgroepen door het

gehele land. Hun autonomie was uiteraard beperkt. De teksten van het cabaret werden vooraf beoor-deeld door !eden van het partijbestuur. In het sei-zoen 54-55 werden er 69 voorstellingen gegeven, goed voor circa Io.ooo bezoekers. In de verkie-zingsactie werden nog een aantal speciale

voorstel-lingen verzorgd. Onder auspicien. van het

partijbe-stuur werden er bij de voorbereiding van de

cam-pagne ook nog een aantal toneelvoorstellingen

gegeven.1

3

De grote traditionele partijen als A R P, K v P en

PvdA hechtten in de eerste decennia na I 945 zeer vee! waarde aan het huisbezoek. De actieve !eden

werden op verschillend manieren geschoold voor

het huisbezoek. Belangrijk waren bijvoorbeeld de handleidingen en brochures die de A R P in 1 948 en

later uitbracht, bijvoorbeeld Handboekje voor het huisbezoek (al verschijnende sinds de jaren dertig) en

Onze propaganda, Enkele richtlijnen. In het handboek

stonden een honderdtal mogelijke vragen met ant-woorden. In I 9 56 werd het A R P hoek herzien. Daar

heb je 't, politieke antwoorden voor de kamerverkiezingen van 19 56 tel de ondertussen wei 6 5 pagina' s. De

K v P bracht in I 948 een handleiding voor het

huis-bezoek uit onder de titel 'Wie A hep gezegd moet ook B zeggen', in alfabetische volgorde werd de !eden uitgelegd hoe ze het huisbezoek diende aan te pak-ken. De PvdA beschouwde in deze periode het huis-bezoek eveneens als een van de belangrijkste

cam-pagnemiddelen. Nog in I 956 stelde het

partijbe-stuur dat men liever geld investeerde in het directe

contact met de kiezer dan in onpersoonlijke

krantenadvertenties. Over de belangrijkste partijen

werden korte scholingsboekjes uitgebracht voor de

actieve leden. De KVP meldde in I956 met

huisbe-11. H. Cruys e.a. Van beginselpanij naar proaramapanij? De verkiezingscampagnes van /948 vergeleken. Universiteit van

Amster-dam, verslag Leeronderzoek Politicolo

-gie/Nieuwste Geschiedenis, 1997, p. 28.

12. H.E. de Deugd, Tussen doorbraak en reclame; De PvdA-verkiezingscampagnes van 19 56 tot 1967. Doctoraalscriptie

Maatschappijgeschiedenis, Erasmus

Universiteit Rotterdam, z.j., p. 47.

13. De Deugd, a.w., p. 54 en P·34·

(6)

328

zoek I ,5 tot 2 miljoen mensen heeft weten te berei-ken. Anno 1 9 9 8 will en lijsttrekkers voor het oog

van de camera nog wei eens een pamflet uitdelen of ergens aanbellen maar systematisch huisbezoek komt nog slechts zeer sporadisch voor.

Gedrukt propagandamateriaal

Enorme hoeveelheden drukwerk diende er ver -spreid te worden door de !eden. In 1948 liet de PvdA maar liefst 1 8 miljoen stuks drukken, bijna

vier per kiesgerechtigde Nederlander.

In 1956 deed de PvdA het iets rustiger aan, slechts

14 miljoen stuks werden er gedrukt, terwijl in I 959

het nog maar om 9 miljoen ging. 14 Het ging daarbij

om algemeen propagandamateriaal voor huis-aan-huis verspreiding en om gericht drukwerk, voor doelgroepen. Daarnaast deelde men vaak bedrijfs-kranten uit aan de fabriekspoort ( 2 miljoen in

1 9 56). De K v P deed het meestal iets rustiger maar

liet in I 9 56 ook bijna tien miljoen stuks drukken. Deze vorm van campagne voeren is met het

opruk-ken van de televisie niet onmiddellijk verdwenen. In 19 8 1, om een recenter voorbeeld te nemen, liet de PvdA nog altijd 15 miljoen folders drukken.

Vee!, maar relatief wat minder dan in de jaren vijftig

gezien de sterke groei van het electoraat. Het CDA verspreidde in dat jaar nog 4·4 miljoen drukwer -ken. Aan rvdA-kant werd achteraf wei betwijfeld of

alles wel echt verspreid was. 1 5

Na de campagne van 1998 kan geconstateerd wor-den dat het massaal verspreiden van drukwerk door de grote partijen nog slechts op beperkte schaal

heeft plaats gevonden. De PvdA heeft nog slechts 2

miljoen stuks Iaten drukken, de anderen grote par-tijen ongeveer even veel. Slechts de s P kiest nog overtuigd voor dit instrument en is bovendien nog in staat haar !eden te motiveren op zeer ruime schaal

drukwerk te verspreiden (6,5 miljoen). Doorknocking on election day

Het persoonlijk benaderen van kiezers op verkie-zingsdag met de vraag of ze al gestemd hadden, kwam in Nederland in het verleden wel voor, maar

op zeer beperkte schaal. Vee! belangrijker was de laatste-dag-actie, meestal in de vorm van een pam-flet of een opvallende ander campagnemiddel dat in de nacht voor de verkiezingen huis-aan-huis werd verspreid.

De PvdA heeft in het verleden enkele spectaculaire

laatste dag -acties gehouden. In I 9 56 werd in de

nacht voor de verkiezingen een visitekaartje van

Drees verspreid met een volstrekt neutrale stem-oproep:

'Wat oak u politieke richting is, ik verzoek u in elk geval vandaag te gaan stem men. Het is van belang dat

heel ons volk zich uitspreekt'

dr. W. Drees, minister-president.

Opmerkelijk is dat deze oproep geen verwijzing

naar de PvdA bevat, het gezag en vertrouwen dat Drees als minister-president genoot werd als vol-doende beschouwd om de uitslag voor de PvdA gunstig te bei"nvloeden.

Dit kaartje werd in de nacht voor de verkiezingen in

een oplage van 2.3 miljoen verspreid. Naar

schat-ting zijn daar minstens 7 .ooo tot 1 o.ooo !eden voor nodig zijn geweest. Het idee was afkomstig van

Meijer Sluyser, een veteraan die zijn sporen al in de jaren dertig al had verdiend met propaganda voor

het Plan van de Arbeid.

De gewoonte om een verrassende laatste dag folder

of parnflet huis-aan-huis te verspreiden is na de

opkomst van de televisie nog lange tijd blijven bestaan. Een keer dat dat nog zeer massaal gebeurde

was in I 98 I. Daarbij werd door de PvdA ingespeeld op een televisiegebeurtenis: het slotdebat tussen Wiegel, Van Agt en Den Uyl.

In een oplage van 2,5 miljoen werd de morgen na het debat een pamflet verspreid met de PvdA- inter-pretatie van het debat. De produktie en distributie

van dat pamflet maakt duidelijk dat in 198 I het

tempo in de campagne nog vee! lager lag dan thans. Het was voor de media technisch nog niet mogelijk

om dezelfde avond onderzoeksresultaten te presen-teren over het debat, de ochtendkranten bespraken het debat nauwelijks. Met folders kon de PvdA nog proberen in de 24 uur na het de bat een follow up te

creeren en een bepaalde interpretatie aan het debat te geven. In de campagne van 1998 zou een dergelij-ke actie zinloos zijn geweest. Het ontwerpen, druk-ken en verspreiden van de folder in de nacht na het debat was overigens een technische prestatie van

formaat.

In 19 8 1 imiteerde Wiegel als vice-premier de PvdA actie van 19 56. Wiegelliet in de laatste dagen van

de campagne zijn kaartje als vice-premier in een oplage van 1 ,4 miljoen verspreiden. In tegenstelling 14. De Deugd, a.w., p. 51 en 75. 15. K. Brants, W. Kok, Ph. van Praag

jr, De strijd om de kiezersaunst,

verkiezinas-campaanes in Nederland, Amsterdam, Kobra 1982, p. 92

(7)

-in de e van stem -in elk na dat >ident. ·ijzing :n dat s vol -PvdA ~en in ;chat -voor ~ van in de voor older 1a de lijven :urde Jeeld .Iss en !n na nter-butie het 1ans. :elijk !Se n-aken . nog !Ip te lebat ~elij­ ruk -1 het van 'vdA van een lling

tot Drees gaf Wiegel echter wei expliciet aan tot welke partij hij behoorde.

In de recente campagne zijn de opvallende laatste -dag-acties nagenoeg verdwenen. De PvdA heeft nog in een aantal steden laatste-dag pamfletten ve r-spreid. Slechts de SP heeft aan het slot van de cam-pagne massaal een briefkaart rondgedeeld (I, 2 mil

-joen). De deurhanger van 066 (I,S miljoen) was geschikt hiervoor geweest maar is ook al eerder in de campagne verspreid. Radiospotjes (PvdA en s P)

en televisiespotjes ( s P) hebben deze keer aan het slot van de campagne de functie van een laatste

oproep overgenomen. Het is te verwachten dat deze ontwikkeling zich in de toekomst zal doorze t-ten.

Betaalde publiciteit

Betaalde publiciteit biedt partijen de mogelijkheid optimale controle uit te oefenen over de inhoud. Vooral in campagnetijd kan dat belangrijk zijn. In

I948 werd door verschillende partijen (KvP, ARP

en v v o) a! op beperkte schaal geadverteerd. In

I948 liet de ARP een professioneel reclamebureau

(Hou Maet) a! een uitgebreide advertentiecampag

-ne ontwerpen voor Trouw. De vvo had voor dit

-zelfde doe! in I 948 een contract afgesloten met het reclamebureau Van Alfen. Op vijf verschillende

data plaatsten de liberalen in advertenties I 25

dag-en weekbladen.'6

In het gebruik maken van advertenties liep de PvdA lange tijd achter. Terwijl andere partijen we! adve r-teerden deed de PvdA dat niet. In de eigen partij

-krant Het Vrije Volk was dat zeker niet nodig. Men

zag er echter bewust van af. In 19 56 stelde het par

-tijbestuur nog dat men niet geloofde in deze vorm van ongerichte propaganda, liever investeerde men in persoonlijk contact met de kiezer, het huisb

e-zoek .

In I 959 veranderde de PvdA van standpunt en voer

-de voor het eerst een uitgebreide advertentiecam

-pagne in een twintigtal plaatselijke en regionale

kranten. De NRC en het AD weigerden overigens

deze advertenties. In I 963 kwamen beide kranten terug op hun eerdere weigering.

In de jaren zeventig en tachtig waren dag-en week

-bladadvertenties een belangrijk instrument in de campagne. De grote partijen kozen vaak voor pagi

-nagrote advertenties, soms meerdere keren in een

16. H. Cruyse.a.,a.w.

1 7. Ph. van Praag jr. Strateaie en lllusie, E!f

campagne. Een substantieel dee! van het campagne-budget werd hier aan besteed.

Er zijn van de kant van verschillende politieke par

-tijen in de loop der tijd zeer creatieve advertenties verschenen. Een van de betere is de advertentie die

twee dagen na de val van het kabinet-Den Uyl

(maart I 977) over de grondpolitiek verscheen.

Onder de kop Wij laten ons niet in de arond stampen. Vandaaa is woede een prima raadaever werd de achte r-grond van de crisis uitgelegd. Binnen twee weken werden 25oo nieuwe !eden ingeschreven. In de

gehele campagne ging het om totaal sooo nieuwe

!eden. '7

In de loop van de tijd zijn er ook beroemd geworden laatste dag-advertenties verschenen, bijvoorbeeld de aanval van de vvo in 1981 op het 066 van Jan Terlouw: Een stem op Jan is een stem op Joop, stem Hans.

Het lijkt erop dat aan deze advertentiecultuur in

I998 een einde is gekomen. Terwijl de PvdA in

r 994 nog uitgebreid adverteerde, ook bijvoorbeeld in omroep- en fanllliebladen, heeft men zich nu beperkt tot kleine activiteitenoverzichten in de

Volkskrant en tot aankondigingen in regionale bladen dat Kok op bezoek zou komen. GroenLinks heeft in

een aantal dagbladen Inaezonden Mededelinaen met Paul Rosenmi:iller geplaatst en ook in bladen als

Opzij, VN, de Groene Amsterdammer en die van de

milieubeweging geadverteerd. In de landelijke bla

-den kon men nauwelijks advertenties van de partij -en aantreffen. Slechts

o

66 adverteerde in december paginagroot met het motto Els Borst maakt het ver

-schil. Een paginagrote (laatste dag) advertentie is slechts door de v v D geplaatst in de Telearacif

De betaalde publiciteit op radio en televisie heeft dit jaar voor het eerst een rol van enige importantie

gespeeld in de campagne. Nadat in I 994 een aantal lokale en regionale zenders a! reclamezendtijd ve r-kochten aan politieke partijen besloten s B s 6 en de STER dit jaar het verbod op politieke reclame op te

heffen. Het besluit van de STER kwam onverwachts

en op een laat tijdstip. Niet alle partijen konden of wilden op dat moment nog hun advertentieplanning

veranderen. Op termijn zal deze nieuwe mogelijk

-heid om via betaalde publiciteit de kiezers te berei

-ken het adverteren in de gedrukte media waar

-schijnlijk de doodslag gegeven.

Het zal in de naaste toekomst van de financiele mid

-delen van de partijen afhangen of reclamespotjes jaar intern debat in de PvdA (lg66-1977).

(8)

330

zullen veranderen van een marginaal tot een wezen-lijk onderdeel van de campagnestrategie. Voorspel-baar is wel dat de druk op politieke partijen om hun campagnebudget te verhogen sterk zal groeien. Tot

nu toe kent Nederland in vergelijking met andere

landen zeer goedkope campagnes, die primair

gefi-nancierd worden uit de contributies en eenmalige

bijdragen van de ]eden. De mogelijkheden dieSTER en SBS geschapen hebben voor de partijen dwingt partijen tot herbezinning op hun media strategie en hun campagnemiddelen. Er is alle reden dat uiterst kritisch te volgen. I 8

Een ontwikkeling waarbij partijen in toenemende

mate op zoek gaan naar financiele ondersteuning

door het bedrijfsleven om hun televisiereclame te

kunnen financieren zou onwenselijk zijn. In vee!

Ianden heeft de behoefte van partijen aan geld voor

verkiezingscampagnes tot grate politieke proble-men en corruptieschandalen geleid.

De campagne van 1998 kende nog een andere

novi-teit. Alle partijen hadden een verkiezingssite op

Internet waar de kiezer verschillende soorten

infor-matie kon raadplegen: van verkiezingsprogramma

en kandidatenlijst tot recente redevoeringen van

partijkopstukken. De mate van interactiviteit van de sites verschilde nogal maar alle partijen baden de

mogelijkheid om lid te worden via het versturen van

een simpele e-mail. I 9 De partijen zijn tevreden over deze eerste ervaring, gezien het aantal personen dat de sites bezocht heeft en het aantal op deze wijze geworven nieuwe ]eden. Bij deze tevredenheid past wel een kanttekening. Ook al bezochten duizenden kiezers een site, dan nog gaat het om een minuscuul

klein dee! van het electoraat. Dat aantal kan bij

vol-gende campagnes wel groeien maar ook in de toe-komst zal het om een minderheid van het electoraat gaan: namelijk de kiezers die actief op zoek zijn naar

politieke informatie, naar schatting gaat het dan

booguit om zo'n 2o% van het electoraat.

Een andere nieuwigheid in de campagne heeft

slechts weinig aandacht gekregen. Het CDA

experi-menteerde met eigen teletekst pagina' s bij R T L.

Een relatief goedkoop medium dat vee] meer

beper-kingen kent dan Internet, maar dat qua bereik onder

de kiezers zeker niet voor Internet hoeft onder te

doen.

Rol media

In bet politieke en maatscbappelijke krachtenveld

waarbinnen partijen campagnes voeren is vooral de veranderende rol van de media van belang. Een

fac-tor die in beschouwingen over de modernisering

van de campagne vaak over bet hoofd wordt gezien.

De veranderde relatie tussen media en politiek heeft

grate invloed op de wijze waarop de laatste decen-nia campagne is gevoerd, een invloed die minstens zo belangrijk is geweest als de komst van de televi -sie. In de traditionele campagne bepaalden de

poli-tieke partijen de media-agenda en deden de journa

-listen verslag van bet dagelijkse doen en Iaten van de

politici in de campagne, als zeal aandacht besteedde aan de campagne. De party logic bepaalde de politie-ke onderwerpen waar de media aandacht aan besteedde en bepaalde meer in bet algemeen wat de

burgers van de campagne merkte. De journalist was

de passieve doorgever van bet campagnenieuws.

Verzuilde kranten en omroepen volgden de

cam-pagne van de bevriende partij trouw en nauwgezet. De campagnes van concurrenten werden genegeerd of slechts van kritisch commentaar voorzien. De

neutrale pers slaagde er in het algemeen in de aan

-dacbt voor de campagne tot een absoluut minimum beperkt te houden. Vee! meer dan tegenwoordig

was de campagne een zaak tussen de partijen en de

burgers waar de media zich buiten hielden. In de

campagnestrategie uit het verleden zal men tever-geefs zoeken naar een mediastrategie gericht op het

bespelen van de vrije publiciteit. De

arbeidsinten-sieve campagne, die in een traag tempo verliep, was mede mogelijk doordat de media geen zelfstandige factor waren in de campagne.

In de huidige campagne ziet de journalist bet niet

Ianger als zijn taak verslag te doen van de dagelijkse

campagneactiviteiten van een partij. Op basis van

zijn professionele autonomie maakt de journalist een selectie uit bet campagnenieuws, duidt ontwik-kelingen aan, interpreteert en analyseert de

achter-gronden en geeft kritisch commentaar. Het beeld

van de campagne dat de burger elke dag

voorge-scboteld krijgt komt tot stand in een intensieve

interactie tussen partijen en media. De journalist is

daarmee mede vormgever geworden van de

cam-pagne. Een van de belangrijkste onderdelen van de

I 8. Een eerste aanzet voor een discussie

over de negatieve aspecten van politieke

televisiereclame is door Y. Lange en H.

Anker gegeven in NRC Handelsblad van

respectievelijk 6 en I 5 juni I 998.

I 9. Zie voor een eerste overzicht van

het gebruik van websites door

Nederlandse politieke partijen G.

Voerman en J. de Graaf 'De websites

van de Nederlandse politieke partijen,

I 994- I 998' in Jaarboek 1997,

Documentatiecentrum Nederlandse

Politieke partijen, Groningen, I998, p.

(9)

•eld l de fac-·ing ien. eeft : en-:ens :: vi- oli- ·na-1 de dde tie-aan tde was ws. lffi -zet. erd De tan-.um ·dig 1 de de r er-het : en-was lige liet kse van tlist rik-: er-:eld · ge-eve ;tis lffi-. de P·

moderne campagne is de strijd die elke dag achter de schermen geleverd wordt tussen media en poli-tiek over het campagnenieuws van de dag. 20 De

moderne campagne organisatie met zijn war room,

voorlichters, woordvoerders en spindoctors is in belangrijke mate gericht op het bei:nvloeden van de

berichtgeving in de media. 2 1 Verdere ontwikkelinB

De personalistische campagne rond Kok was niet nieuw of opzienbarend, maar past in een lange soci

-aal-democratische traditie. Wei is personalisering van de strijd om de kiezersgunst voor partijen van groter electoraal be lang geworden door de verand

e-rende relatie tussen partijen en kiezers. Nieuw is vooral de steeds grotere vrijheid die het campagne -team heeft om de lijsttrekker te profileren. In het verleden werd op de inhoudelijke invulling van de campagne duidelijk toegezien door het partijb e-stuur. Nu is de zelfstandige rol van het partijbestuur nagenoeg verdwenen. Daarnaast heeft een andere

verandering in het campagne voeren zich in 199 8 op

een heel ander niveau voorgedaan. De PvdA heeft in

1998 vrij onopgemerkt de laatste resten van een arbeidsintensieve campagne ten grave gedragen. De

rol van het kader en de !eden in de campagne is gro-tendeels uitgespeeld.

Campagnes zijn vaak in oorlogsmetaforen beschr

e-ven. De traditionele campagne was een strijd die

gepaard ging met de inzet van vee! voetvolk. De campagne van 1998 was een hiah tech campagne, geleid vanuit een centraal commando centrum, the war room, ondersteund door vee! onderzoek en sterk gericht op de audio-visuele media. In de toekomst

zal de campagne-inspanning van de PvdA en andere

partijen sterk gericht zijn op het verminderen van de afhankelijkheid van de vrije publiciteit. Het

gebruik van Internet en radio- en televisiespotjes

zijn mede zo aantrekkelijk voor partijen omdat de

intermediaire rol van de onafhankelijke journalis

-tiek wordt uitgeschakeld. Afgewacht client te wor-den of hiermee de campagnekosten in Nederland ook sterk zullen gaan stijgen. Indien dat het geval is krijgen we in Nederland kapitaalintensieve campag

-nes, zoals vee! Ianden die a! kennen, die vee! sterker

dan tot nu toe gevoerd zullen worden via de betaal

-de publiciteit. Of een dergelijke ontwikkeling de

inhoudelijke kwaliteit van de campagnes ten goed zal komen is een geheel andere vraag.

lo. zie verder Ph. van Praag jr en K.

Brants, 'Media en Politiek, een ver -standshuwelijk onder druk' inK. Brants en Ph. van Praag De verkoop van de

Politiek, De verkiezinascampaane van 1994.

Amsterdam 1994: Het Spinhuis, p. 246 · 256.

na Clinton en Blair', in: Socia/isme &.

Democratie 7/8 1997, p. ]29-]JO, voor de recente ontwikkelingen op dit gebied in Engeland en de V.S.

2 1 • zie

J

.

Monasch, 'Politieke campagnes

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Divosa behoudt zich het recht voor om naar eigen interpretatie en goeddunken gebruikers te waarschuwen en tijdelijk of definitief de toegang tot de Divosa LinkedIn groep te

Voor alle componenten van de gebruikersinterface (inclusief, maar niet uitsluitend voor formulierelementen, links en door scripts gegenereerde componenten), kunnen de naam (name)

De komende periode wil de minister zijn doelen verder verwezenlijken door onder andere een tijdelijke helpdesk voor gemeenten en aanbieders te ontwikkelen en een overzicht van

Voor zowel de doelpopulatie als het aantal huishoudens of personen onder de lage- inkomensgrens wordt het verschil tussen realisatie en raming uit het verleden bij de

Gemiddeld genomen over de periode van juli 2018 tot en met september 2020 was de hoogte van een vordering vanwege overtreding van de inlichtingenplicht €2.201.. De gemiddelde

Elke speler heeft nu de taak om uit de beschikbare kranten de gewenste kleding te scheuren en aan zijn kleding te bevestigen. De eigen ideeën en creaties

Energy Utilities &amp; Technologies Talent availability Labour cost Production cost Financial Services &amp; Investors Talent availability Organization HQ Labour cost Global

Het jaar 2019 is afgesloten met een positief resultaat van € 23.650 en algemeen bestuur stelt de volgende resultaatverdeling voor:.. Een bedrag van € 23.650 toe te voegen aan