• No results found

Zeggen alle mensen ja tegen MDMA?

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Zeggen alle mensen ja tegen MDMA?"

Copied!
42
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Zeggen alle mensen ja tegen MDMA?

Interdisciplinair onderzoek naar het huidige drugsbeleid rond MDMA en hoe een legaal

beleid van MDMA kan bijdragen aan het verbeteren van de volksgezondheid

J. Alberg - 11678429 F. van Andel - 11802227 J. van der Beek - 11338326

E. Speijer - 11670649

Universiteit van Amsterdam Bèta-gamma

Thema III: Interdisciplinair onderzoeksproject - deel 2 Domein: cognitie

(2)

Abstract

Het gebruik van MDMA heeft nadelige gevolgen, zowel op het individu als op de maatschappij. In dit onderzoek zal worden onderzocht hoe een legaal beleid van MDMA kan bijdragen aan het verbeteren van de volksgezondheid. Hierbij zijn eerst mogelijkheden voor een nieuw beleid opgesteld, waarna door middel van een opinieonderzoek is gekeken naar de houding van de participanten tegenover MDMA en de mogelijke legalisering ervan. Vervolgens is een beslissingsboom opgesteld welke kan worden gebruikt voor het vinden van het uiteindelijke beste beleid. Uit de resultaten is gebleken dat er opties voor legalisatie bestaan welke mogelijk een positieve invloed hebben op de volksgezondheid.

(3)

Inhoudsopgave

Abstract 1

1. Inleiding 4

2. Literatuuronderzoek 6

2.1 Doel van het nieuwe beleid 6

2.2 Analyse huidige situatie omtrent MDMA 6

2.2.1 Huidig beleid omtrent MDMA 6

2.2.2 Vergelijking met het cannabisbeleid 7

2.3 Gevolgen huidig beleid MDMA 8

2.3.1 Productie van MDMA 8

2.3.2 Handel van MDMA 9

2.3.3 Gebruik van MDMA 9

2.4 Beleidsstrategieën 11

2.4.1 Productie van MDMA 11

2.4.2 Handel van MDMA 12

2.4.3 Gebruik van MDMA 12

2.5 Beslissingsboom 13

2.6 Conclusie literatuuronderzoek 14

3. Methode 15

3.1 Integratieproces 15

3.2 Opstellen van het potentiële legale beleid 15

3.2.1 Opinieonderzoek 15 3.2.2 Beslissingsboom 16 4. Resultaten 17 4.1 Opinieonderzoek 17 4.2 Beslissingsboom 18 4.2.1 Handel 20 4.2.2 Productie 20 4.2.3 Gebruik 20

4.2.4 Indelen van de beslissingsboom 21

4.3 Het potentiële legale beleid 22

5. Conclusie en discussie 23

6. Literatuurlijst 25

(4)

Appendix B 30 Neurofarmacologie 30 Appendix C 30 Opinieonderzoek 30 Resultaten opinieonderzoek 31 Appendix D 36

(5)

1. Inleiding

MDMA is een drug welke dankzij de effecten van euforie en een energiek gevoel een geliefde partydrugs is (Parrott & Laksy, 1998; Pantoni & Anagnostaras, 2019). Het komt hoofdzakelijk voor in de vorm van pillen (‘ecstasy’) maar ook als poeder (‘m’) en capsules (Jelinek, 2018). De grootste groep gebruikers van MDMA valt tussen de 20 en 30 jaar oud. Het gebruik van MDMA neemt volgens het Trimbos Instituut steeds meer toe, in 2015 had 7,0 procent van de volwassen bevolking ooit ecstasy gebruikt en in 2018 was het al significant gestegen naar 8,4 procent (Trimbos-instituut, z.d.).

MDMA is een illegale drugs en staat sinds 1988 op lijst 1 (harddrugs) van de Opiumwet, hierbij is handel en productie illegaal, maar in Nederland wordt eigen gebruik wel gedoogd (Nabben, 2013). De hoofdreden voor de illegaliteit was om grootschalig gebruik, handel en productie tegen te gaan (Van Ooyen-Houben, 2006). Echter is dit niet gebeurd, het gebruik, de productie en handel zijn sindsdien alleen maar gestegen (Tops et al., 2019). Doordat de drug illegaal is, is er geen controle over de handel en kwaliteit van de drugs. Dit leidt niet alleen tot ondermijnend geweld, maar ook tot chemische verontreiniging van de natuur en ecstasytabletten met goedkope, giftige MDMA-achtige stoffen (Emke et al., 2014; Vogels et al., 2009). Daarnaast kan het verkeerd gebruik van MDMA ook gezondheidseffecten hebben voor de gebruiker, zoals watervergiftiging, oververhitting en hersenschade (RIVM, 2009; Kalant, 2001; Pantoni & Anagnostaras, 2019). Deze schadelijke gevolgen zijn uiteengezet in een onderzoek van het RIVM ‘Ranking van drugs’. Hierin zijn verschillende soorten drugs gerangschikt op basis van de schadelijkheid, waarbij onderscheid gemaakt wordt tussen gezondheidsschade en sociale schade (RIVM, 2009).

De samenleving ondervindt dus gezondheidsschade en sociale schade van het gebruik van MDMA. Een mogelijke manier om deze negatieve gevolgen te verminderen, zou volgens sommige politieke partijen, zoals GroenLinks en D66, de legalisatie van MDMA kunnen zijn (Benschop, 2018). Bij legalisatie kan de overheid gebruik, handel en productie reguleren. Er is nog geen onderzoek gedaan naar de gevolgen van legalisatie van MDMA, maar ervaring met het gedoogbeleid van cannabis bieden handvatten voor de te verwachten effecten (Benschop, 2018).

De onderzoeksvraag luidt: “Hoe kan een legaal beleid voor MDMA bijdragen aan het verbeteren van de volksgezondheid?”. Er wordt verwacht dat legalisatie van MDMA een positieve invloed heeft op de volksgezondheid. Onderzoek van Dills, Goffard & Miron (2017) heeft namelijk aangetoond dat legalisatie van cannabis geen toename veroorzaakt in cannabisgebruik. Bovendien wordt er verwacht dat door middel van legalisatie meer voorlichting kan worden gegeven, waardoor er minder ongevallen gebeuren ten gevolge van onverantwoord MDMA-gebruik.

Om de onderzoeksvraag te beantwoorden is kennis nodig uit verschillende disciplines. Omdat er geen landen zijn die een legaal beleid voor MDMA voeren, moet dit eerst worden opgesteld met behulp van de politicologie. Hiervoor wordt het stappenplan voor het opstellen van een beleid van Grit & Gerrits (2009) als leidraad gebruikt. Allereerst wordt uitgebreid ingegaan op wat het doel van het beleidsplan is. Dat is het verminderen van volksgezondheidsschade door MDMA-gebruik. In de stap daaropvolgend wordt de huidige situatie geanalyseerd. Hierbij wordt eerst gekeken naar het gedoogbeleid van cannabis. Daarna wordt gekeken naar hoe het huidige MDMA-beleid er uit ziet en wat de effecten hiervan zijn op de volksgezondheid. Hierbij wordt kennis vanuit de economie, neurobiologie en politicologie geïntegreerd. In de daaropvolgende stap wordt de opbouw van het beleid toegelicht waarna alternatieve strategieën besproken worden. Indien er

(6)

meerdere strategieën mogelijk zijn, wordt er beschreven welke hiervan haalbaar zijn. Daarnaast wordt uitgelegd wat een beslissingsboom is en hoe deze kan bijdragen aan het kiezen tussen deze verschillende strategieën. Vervolgens wordt in de methode een opinieonderzoek opgesteld, waarmee dit beleid kan worden geëvalueerd. Tot slot zal met behulp van kennis uit de kunstmatige intelligentie een beslissingsboom worden opgesteld welke kan worden gebruikt voor het

vinden van het uiteindelijke beleid welke de meest positieve invloed heeft op de volksgezondheid. In de resultaten worden de bevindingen uiteengezet die volgen uit het opinieonderzoek en de beslissingsboom. Hierna zal in de conclusie een antwoord worden gegeven op de hoofdvraag. Tot slot volgt een discussie waarin wordt ingegaan op de verschillende interpretatie van de resultaten en worden suggesties gedaan voor eventueel vervolgonderzoek.

(7)

2. Literatuuronderzoek

2.1 Doel van het nieuwe beleid

Voor het opstellen van een beleid is het erg belangrijk een afgebakend doel te hebben geformuleerd (Grit & Gerritsen, 2009). Dit doel zal gebaseerd zijn op Nederlandse standpunten en uitgelegd worden door middel van voorbeelden. Het doel vormt de basis van de mogelijke beleidsstrategieën die later opgesteld worden.

Nederland heeft een tolerante houding ten opzichte van drugsgebruik. Het beleid rondom drugs is gefocust op het voorkomen van negatieve gezondheidseffecten en niet op het terugdringen van het drugsgebruik (Uitermark & Cohen, 2005). Voorbeelden hiervan zijn het gedoogbeleid van cannabis, het verlenen van testservices voor MDMA en educatie door speciale autoriteiten, zoals Jellinek (Van Schipstal, Mishra, Berning & Murray, 2016).

Bovendien is de strafmaat voor de verkoop van drugs in Nederland relatief laag (Tops et al., 2019). Het invoeren van sancties bij het verkopen van drugs zorgt niet altijd voor een afname in het gebruik. In Nederland is de verkoop en het bezit van MDMA strafbaar, net als heroïne en cocaïne. De pakkans voor de verkoop van heroïne en cocaïne is sinds 1985 sterk gestegen. Dit heeft echter geen invloed gehad op de prijs en de beschikbaarheid van de drugs (MacCoun & Reuter, 1997). Dit kan suggereren dat het legaliseren van de drugs weinig invloed zal hebben op de prijs en de beschikbaarheid en daarmee tevens het gebruik ervan. Daarnaast beïnvloedt de hoogte van de sancties voor drugsgebruikers de mate van gebruik niet (Reuter & Stevens, 2007).

In Portugal is sinds 2001 het bezit en gebruik van elke vorm van drugs gedecriminaliseerd: de wetten welke het gebruik van drugs verbieden zijn verwijderd. Onderzoek van Hughes & Stevens (2010) heeft aangetoond dat dit voor een vermindering heeft gezorgd in problematisch gebruik,

drugsgerelateerde schade en drugsgerelateerde criminaliteit. Er zijn dus redenen om aan te nemen dat decriminalisatie of misschien zelfs volledige legalisatie een positief effect kan hebben op de samenleving. Het doel van het potentiële drugsbeleid van MDMA is daarom het verbeteren van de volksgezondheid door middel van legalisering.

2.2 Analyse huidige situatie

omtrent MDMA

Om te kunnen concluderen hoe een legaal beleid kan bijdragen aan het verbeteren van de volksgezondheid, zal eerst een analyse moeten worden gemaakt van de huidige situatie en beleid rondom MDMA. Hierbij wordt eerst ingegaan op het beleid van MDMA en vervolgens een vergelijking gemaakt met het cannabisbeleid, omdat dit beleid inzichten geeft over de gevolgen van legalisatie.

2.2.1 Huidig beleid omtrent MDMA

MDMA valt in Nederland sinds 1988 onder de opiumwet. In de opiumwet wordt onderscheid gemaakt tussen harddrugs (lijst 1) en softdrugs (lijst 2), waarbij MDMA onder de harddrugs valt. Zowel bij softdrugs als harddrugs is bezit, handel, productie, in- en uitvoer van de drug verboden. De straffen voor softdrugs liggen hierbij lager dan bij harddrugs. Het gebruik van drugs voor medische en wetenschappelijke doeleinden is wel toegestaan. Er moet dan bij de inspectie een uitzondering op de opiumwet worden aangevraagd om het middel te gebruiken bij onderzoeken (Opiumwet, 1928). Binnen de opiumwet zijn richtlijnen opgesteld door de hoogste officieren van justitie voor het bestraffen van strafbare handelingen. Hierbij heeft het opsporen van productie en handel in harddrugs de grootste prioriteit. Ondanks dat is er in Nederland alsnog een lage pakkans en relatief mild strafklimaat (Tops et al., 2018). Dit heeft mede mogelijk gemaakt dat Nederland een van de grootste producenten van MDMA is geworden. Daarnaast is het een gevolg van een goede

(8)

prijs-kwaliteitverhouding in drugs en was Nederland relatief laat met het verbieden van MDMA. Daarvoor werd er al MDMA voor langere tijd naar andere landen geëxporteerd waar MDMA illegaal was (Tops et al., 2018). De criminele wereld van synthetische drugs die zich in Nederland gevestigd hebben is erg complex en bestaat uit een goed functioneel netwerk, hoewel het voornamelijk berust op improvisatie en onvoorspelbaarheid. Dit werkt voor de criminelen perfect maar zorgt voor veel moeilijkheden bij de Nederlandse en internationale politie (Korps landelijke politiediensten, 2012; Tops et al., 2018).

Volgens de richtlijnen hoeft het gebruik en bezit voor eigen gebruik (bij MDMA is dit één pil) helemaal niet opgespoord en bestraft te worden. De politie heeft wel het recht om deze hoeveelheid in beslag te nemen. Deze richtlijnen hebben het doel om het hoger belang, zoals de volksgezondheid, te dienen (Jellinek, 2005).

2.2.2

Vergelijking

met

het

cannabisbeleid

Legalisering van cannabis leidt niet tot toename van gebruik, terwijl de criminaliteit rondom gebruik wel afneemt (Dills, Goffard & Miron, 2017). Cannabis en MDMA vallen volgens de risicoanalyse van het RIVM (2009) beide in de

middencategorie van de totale schadelijkheid op individueel niveau (Figuur 1). Hierdoor kunnen de effecten van het gedoogbeleid voor cannabis handvatten bieden om de gevolgen van legalisatie van MDMA op de volksgezondheid te voorspellen. Het gebruik van cannabis ligt echter wel hoger dan MDMA, maar liefst 25% van de Nederlandse bevolking (15-64 jaar) heeft wel eens cannabis gebruikt, tegenover 8,4% bij ecstasy (Trimbos instituut, z.d.). Hierdoor ligt de schade voor de gehele bevolking hoger.

Het gedoogbeleid van cannabis is sinds 1976 in werking getreden (Van den Brink, z.d.). Bij dit gedoogbeleid van cannabis zijn strenge regels opgesteld omtrent de verkoop. Personen mogen kleine hoeveelheden van maximaal 5 gram van de softdrugs bezitten. Coffeeshops mogen ook niet meer dan 5 gram per persoon per dag verkopen. Voor de drugs en de coffeeshop mag daarnaast ook geen reclame worden gemaakt. Bovendien is de toegang van en verkoop aan minderjarigen en mensen die niet in Nederland staan ingeschreven, zoals toeristen, verboden. Om hierop te controleren wordt bij toegang het legitimatiebewijs gevraagd (Rijksoverheid, z.d.).

Omdat er bij cannabis een gedoogbeleid is, zijn de verkopers van softdrugs nog steeds strafbaar als zij zich niet

Figuur 1. Rangschikking van drugs op basis van de totale schadelijkheid. Hierbij wordt onderscheid

gemaakt op gebruikersniveau en populatieniveau. Ecstasy staat op plaats veertien en cannabis op plaats twaalf, waardoor deze bij de middencategorie behoren.

(9)

aan de voorgaande regels houden. Ze kunnen worden vervolgd en de coffeeshop kan gesloten worden. Daarnaast mogen gemeenten aanvullende regels stellen om overlast te voorkomen, bijvoorbeeld over de locatie en openingstijden (Rijksoverheid, z.d.).

Behalve verkoop in coffeeshops, wordt cannabis ook verhandeld door dealers. Naar schatting wordt ongeveer 30% van alle cannabis in Nederland niet in coffeeshops gekocht. De mate waarin dit gebeurd is echter sterk afhankelijk van de ruimtelijke spreiding van coffeeshops, de openingstijden en de minimumleeftijd die geldt (Korf, Wouters, Nabben & Ginkel, 2005). Dit suggereert dat een grote hoeveelheid verkooppunten de kans dat gebruikers cannabis in coffeeshops kopen vergroot.

Hoewel de verkoop gedoogd is, is de productie dit niet. Dit gebeurd nog steeds illegaal. Deze situatie zorgt er volgens André Knottnerus, voor dat coffeeshophouders in de spagaat zitten, enerzijds kopen zij de cannabis illegaal in, en anderzijds verkopen zij deze gedoogd (pers. comm., 6 dec. 2019). André Knottnerus is voorzitter van de Adviescommissie experiment gesloten coffeeshopketen. voorzitter van de Adviescommissie experiment gesloten coffeeshopketen. In dit experiment wordt vanaf 2020 wordt het legaal telen en verkopen van wiet getest in 10 gemeenten.

Een uitzondering op het gedoogbeleid van cannabis is de productie en verkoop van medicinale cannabis. Deze cannabis wordt legaal geproduceerd en verkocht bij de apotheek. Hiervoor dient men een recept te hebben van de huisarts. Medicinale cannabis wordt echter veel minder gebruikt dan cannabis uit de coffeeshop. Redenen hiervoor zijn onder andere dat deze moeilijker verkrijgbaar is (Slijkhuis, 2004).

2.3 Gevolgen huidig beleid

MDMA

MDMA is dus een illegale drug dat heeft geleid tot een grote criminele sector in Nederland. In dit deel zullen de gevolgen en risico’s worden uiteengezet die de samenleving ondervindt ten gevolge van het huidige MDMA beleid. Hierbij wordt vooral gefocust op de volksgezondheid van de samenleving. Er wordt in dit deel een onderscheid gemaakt in gevolgen van de productie, handel en gebruik van MDMA. Op het onderdeel gebruik zal dieper ingegaan worden omdat het de meeste gevolgen heeft op het gebied volksgezondheid.

2.3.1 Productie van MDMA

Aan de productie van MDMA zijn verschillende risico’s verbonden. Deze risico’s zijn hoofdzakelijk verbonden aan de vele toxische stoffen die vrij komen bij het produceren van amfetamines zoals MDMA (Korps landelijke politiediensten, 2012). Door het illegale karakter van de productie worden laboratoria vaak hermetisch afgesloten, om zo de pakkans te verkleinen (De Ree, 2019). Hierdoor kunnen labmedewerkers overlijden door het inademen van de toxische stoffen. De meest voorkomende doodsoorzaak is een koolmonoxidevergiftiging, de afgelopen vijf jaar zijn hieraan veertien labmedewerkers in Nederland overleden (De Ree, 2019).

Daarnaast wordt het chemisch afval dat vrijkomt bij de productie gedumpt op verschillende manieren zoals in het riool, in de natuur of langs de weg. Er worden per jaar rond de vijfendertig dumpingen geregistreerd en veel andere dumpingen worden niet ontdekt (DIMS, 2018). Het dumpen van drugsafval heeft schadelijke gevolgen voor het milieu en zorgt ook voor gevaarlijke situaties voor de mens (Korps landelijke politiediensten, 2012). Zo kunnen mensen en andere dieren gevolgen ondervinden van het inademen van de dampen of het drinken van verontreinigd water. Bovendien kost het opruimen van de afvalstoffen de samenleving veel geld, de

(10)

kosten kunnen oplopen tot honderden duizenden euro’s (DIMS, 2018).

Buiten de chemische afvalstoffen, kunnen er ook toxische stoffen in de pillen zelf komen doordat er tijdens de productie niet genoeg toezicht op is. In Nederland is twee procent van de ecstasypillen gecontamineerd met andere stoffen zoals speed, cocaïne of PMMA (DIMS, 2017). PMMA is een zeer toxische stof die gevormd wordt bij een verkeerd uitgevoerde productiemethode (Jellinek, 2011; Swist, 2005). De gecontamineerde pillen kunnen tot andere en extremere effecten leiden zoals oververhitting (Jelinek, 2018; Pantoni & Anagnostaras, 2019). Doordat de productie van MDMA illegaal is, kan er geen toezicht worden gehouden op de productiemethodes waardoor gecontamineerde pillen op de markt blijven. Wel biedt Nederland testservices, om op deze manier zoveel mogelijk intoxicaties te voorkomen (Van Schipstal et al., 2016).

2.3.2 Handel van MDMA

Een van de prominente gevolgen van de handel rondom synthetische drugs en dus MDMA is geweld (Korps landelijke politiediensten, 2012). Er zijn diverse geweldsincidenten waarvan sommige met een dodelijke afloop, hierbij zijn cijfers van incidenten onbekend en vaak is het exacte motief achter een incident moeilijk te achterhalen. Wel bleek uit het rapport Synthetische drugs en precursoren dat er een toename was waargenomen in het jaar 2007-2010 van het aantal geweldsdelicten in het criminele drugsmilieu (Korps landelijke politiediensten, 2012). Het is hierbij belangrijk op te merken dat geweld in de meeste gevallen een ultiem middel is doordat bij geweldsincidenten de politie en media worden ingeschakeld. Een stukje van de verborgen criminele wereld wordt hierdoor zichtbaar en dit willen criminelen zoveel mogelijk voorkomen (Korps landelijke politiediensten, 2012).

2.3.3 Gebruik van MDMA

Het (verkeerd) gebruik van MDMA kan leiden tot acute gevolgen, chronische gevolgen en in weinig gevallen tot verslaving. De gevolgen variëren op basis van de dosis, duur, omgeving en de frequentie van gebruik (RIVM, 2009). Bij ‘normale’ doseringen tussen de 1 tot 2 mg/kg van MDMA ontstaan de meer gewilde effecten zoals verminderde vermoeidheid, euforie, verhoogde empathie en vergrote sociale capaciteiten. Bij doseringen hoger dan 3 mg/kg ontstaan vaker onaangename gevolgen (Davison & Parrott, 1997; Kalant, 2001; Pantoni & Anagnostaras, 2019). Voor frequentie van gebruik geldt dat één keer in de 6 tot 8 weken het advies gebruik is. Bij vaker gebruik wordt het gewilde effect minder en worden de toxische gevolgen erger (Kalant, 2001).

Hoewel MDMA volgens het RIVM (2009) niet wordt geclassificeerd als een extreem schadelijke drugs, zie Figuur 1, is het hierbij belangrijk te noemen dat grootschalig

gebruik toch voor meer

volksgezondheidsschade leidt. Van de drugsgerelateerde incidenten in 2017 was er bij een derde van de gevallen MDMA betrokken (Trimbos, 2018). Echter bij de meeste MDMA-gerelateerde ongevallen is er sprake van polydrugsgebruik, waardoor de gevolgen niet in het geheel gerelateerd zijn aan MDMA (Kalant, 2001; RIVM, 2009). Volgens het Centraal Bureau van de Statistiek zijn er in 2017 zes sterfgevallen door alleen MDMA-vergiftiging veroorzaakt (Trimbos, 2018). Ter vergelijking, in datzelfde jaar waren 21.513 mensen overleden ten gevolge van de legale drugs alcohol en tabak die volgens het RIVM ook als veel schadelijker worden geclassificeerd (RIVM, 2009; Trimbos, 2018)

Veel van de incidenten veroorzaakt door MDMA gebruik komt dus voort uit polydrugsgebruik of ander onverantwoord of verkeerd gebruik. Bij minder dan een procent ligt het aan de genetische aanleg (Kalant, 2001). De precieze gevolgen van MDMA-gebruik zullen hieronder verder worden uitgelegd,

(11)

hierbij is een onderscheid gemaakt in toxiciteit en verslaving. Voor achtergrondinformatie van de neurofarmacologie van MDMA zie Appendix B.

Toxiciteit

Toxiciteit is de mate van giftigheid van een stof, in dit geval de drug MDMA. Hierbij is er een verschil in acute toxiciteit en chronische toxiciteit (RIVM, 2009). Onder acute toxiciteit van MDMA valt onder andere verhoogde kans op hyperthermia, welke kan leiden tot blijvende schade aan onder andere de hersenen en lever (Kalant, 2001). Echter komt dit volgens Kees Kramers, toxicoloog van het Radboudumc, weinig voor omdat alleen mensen met genetische aanleg dit krijgen (pers. comm., 28 okt. 2019). Een ander acuut gevolg van MDMA is dat het in combinatie met veel beweging (dansen) en veel zweten leidt tot dehydratie, waardoor sommige mensen extreme hoeveelheden water of andere dranken drinken (Kalant, 2001). Doordat MDMA ervoor zorgt dat deze vocht wordt vastgehouden, kan dit bij ongeveer 0.4 procent van de gebruikers leiden tot een onbalans in de elektrolyt huishouding (hyponatremia) en brein zwelling (Hartung et al., 2002; Baggott et al., 2016). Hyperthermia en hyponatremia zijn beide voorkombaar door goede voorlichting, zo kan het al voorkomen worden door af en toe rust en afkoeling te zoeken, geen warme kleding te dragen en maar maximaal één glas water per uur te drinken.

MDMA leidt bovendien sneller tot acute gevolgen bij mensen met epilepsie, diabetes en cardiovasculaire afwijkingen (Kalant, 2001). Door het effect van MDMA ontstaat er een hoge bloeddruk en in sommige gevallen verstoring van het hartritme. Dit is daarentegen alleen ondervonden in gevallen van hoge doseringen (Pantoni & Anagnostaras, 2019).

De bovengenoemde acute effecten zijn fysieke gevolgen, psychologische gevolgen ontstaan meestal als iemand van te voren al psychisch instabiel was of een extreem hoge dosis heeft genomen (Pantoni & Anagnostaras, 2019). Dit kan dan leiden tot verwardheid,

angst, kortdurende psychose, depersonalisatie (het gevoel buiten je lichaam te zijn) of roekeloos gedrag (RIVM, 2009). Eén of twee dagen na gebruik van MDMA kan door de uitgeputte serotonine voorraad lichte depressie of concentratieproblemen voorkomen, de zogeheten dinsdagdip (Kalant, 2001; Jellinek, 2018). Mensen met aanleg voor depressie ervaren deze dinsdagdip nog heftiger.

De chronische effecten van MDMA is uitgebreid onderzocht, echter het is nog steeds onduidelijk of en in hoeverre de drug neurotoxisch is. Opvallend is ook dat in de literatuur hierin grote verschillen zijn. Zo stellen sommige onderzoekers dat MDMA gebruik leidt tot serotonine neurotoxiciteit (Boot, McGregor, & Hall, 2000; Kalant, 2001; Ridpath et al., 2014). Serotonine neurotoxiciteit ontstaat bij extreem hoge hoeveelheid serotonine in het brein, wat bij (hoge) dosis van MDMA het geval kan zijn. Dit kan op lange termijn leiden tot verminderde hoeveelheden serotonine. Bovendien is er ondervonden dat er degeneratie (afbraak) is van neuronenverbindingen, wat voortkomt uit dierstudies (Colado et al., 1993; Aguirre et al., 1998; Shankaran and Gudelsky, 1999; Green et al., 2003). Opmerkelijk bij deze dierstudies is dat ze gebruik hebben gemaakt van extreem hoge doseringen, 20 mg/kg of meer, van MDMA. Deze doseringen zijn tien keer zo hoog dan recreationeel bij mensen wordt gebruikt (1 tot 2 mg/kg). Bovendien zijn in de humane studies meestal alleen zware gebruikers onderzocht, zij vormen maar een paar procent van de gebruikers (Pantoni & Anagnostaras, 2019). Relevante doseringen, 1 tot 2 mg/kg, blijken geen neurotoxiciteit en degeneratie te veroorzaken (Pantoni & Anagnostaras, 2019). Ditzelfde geldt voor cognitieve processen als aandacht, geheugen en leervermogen, alleen bij hoge doseringen (> 3 mg/kg) en frequent gebruik is er aantasting van deze bepaalde cognitieve processen (Baumann et al., 2009; Pantoni & Anagnostaras, 2019). Hieruit komt dus voort dat alleen bij frequent gebruik en hoge doseringen er chronische effecten zijn.

(12)

Verslavingspotentie MDMA

Bij verslaving ben je fysiek afhankelijk van een stof, doordat je bijvoorbeeld zonder de stof geen plezier meer voelt (DSM-V, 2014). Er is geen onderzoek dat suggereert dat MDMA een hoge verslavingspotentie heeft (Meyer & Quenzer, 2013). Bij MDMA is de kans klein op verslaving doordat het prettige effect ervan sterk afneemt bij frequent gebruik (Kalant, 2001; Pantoni & Anagnostaras, 2019). Hoewel MDMA niet als verslavend wordt beschouwd, worden er wel enkele mensen per jaar opgenomen in de verslavingszorg. Het aantal patiënten in de verslavingszorg met MDMA als probleem zit al sinds enkele jaren rond de 110. Van de opgenomen verslaafde had echter 61% ook een ander probleem, dat meestal beschouwd werd als het primaire probleem (RIVM, 2009).

Naast fysieke afhankelijkheid kan er ook sprake zijn van geestelijke afhankelijkheid, wat in het geval van MDMA tijdens het uitgaan kan voorkomen. Dit houdt in dat het uitgaan zonder de drugs als minder leuk wordt ervaren (Davison & Parrott, 1997). Het RIVM heeft geschat dat ongeveer 7 procent deze geestelijke afhankelijkheid ervaren (2009). Al met al is MDMA gebruik voornamelijk experimenteel en stopt de meerderheid van de gebruikers na 4 jaar infrequent gebruik (RIVM, 2009).

2.4 Beleidsstrategieën

Uit de hiervoorgaande literatuur is gebleken dat er veel gezondheidsschade gebonden is aan de illegaliteit van MDMA of het verkeerd gebruik ervan. Het potentiële legale beleid heeft als doel de volksgezondheid te verbeteren en in de volgende sectie worden strategieën behandeld die kunnen bijdragen aan het behalen van deze doelstelling. Hierbij wordt in dit onderzoek onderscheid gemaakt tussen de categorieën productie, handel en gebruik. Er is voor deze verdeling gekozen omdat in veel literatuur over drugs deze punten apart worden behandeld (Korps landelijke politiediensten, 2012; Tops et

al., 2019; Jellinek, z.d.). Deze drie categorieën worden elk verder onderverdeeld in de drie categorieën “hoe”, “waar” en “wie”. Dit zorgt voor uiteindelijk negen punten waarop het beleid wordt gevormd (Figuur 2).

2.4.1 Productie van MDMA

De productie van MDMA wordt nu uitgevoerd door criminelen dat leidt tot verscheidene risico’s en volksgezondheidsschade. Om de inhoud en de afkomst van de drugs te kunnen garanderen, moet deze taak worden overgeheveld aan instanties waarop toezicht wordt gehouden door de overheid. Door dit te doen kan de kwaliteit van de drugs worden gewaarborgd, waarbij de dosis bekend is en kan worden vastgesteld dat het geen gevaarlijke verontreinigingen bevat die de gebruiker in gevaar kunnen brengen. Bovendien kan het chemische afval dan op een goede manier worden afgevoerd. Een manier waarop de overheid dit kan reguleren is door het verlenen van vergunningen door de overheid aan de fabrikanten. Dit wordt ook gedaan bij het fabriceren van medicijnen. Hierbij zijn regels opgesteld door de Europese Unie om de kwaliteit van de medicijnen te waarborgen, de Good Manufacturing Practice (GMP) (European Union, 2014). Deze regels hebben voornamelijk betrekking op het productieproces, waarbij het proces moet

Figuur 2. Onderscheid van de categorieën

productie, handel en beleid in de categorieen “hoe”, “waar” en “wie”. Deze negen categorieën vormen samen de basis van het nieuwe potentiële legale beleid.

(13)

worden uitgevoerd op een voorgeschreven en gecontroleerde wijze. Dit is belangrijk, omdat niet elke batch die wordt geproduceerd kan worden geanalyseerd, waardoor de kwaliteit ook niet kan worden vastgesteld. Naast het productieproces moeten ook de grondstoffen die worden gebruikt van tevoren zijn vastgelegd en worden gecontroleerd, net als de eindproducten. Deze controle gebeurt meestal via steekproeven. Een ander belangrijke richtlijn is dat al het personeel dat werkzaamheden verricht dat te maken heeft met het productieproces beschikt over de juiste kwalificaties, diploma’s of getuigschriften en de juiste training heeft gehad (European Union, 2014).

Om een vergunning te krijgen voor het legaal produceren van MDMA moeten fabrikanten het voorgeschreven productieproces volgen en zijn zij zelf verantwoordelijk voor het testen van de grondstoffen en de het eindproduct. Hierbij is zowel de hoeveelheid MDMA belangrijk - dit bepaalt namelijk de sterkte - en de onzuiverheden. Door dit vergunningstelsel worden pillen die gevaarlijke stoffen bevatten, zoals PMMA afgekeurd en zijn kopers verzekerd van een veilige samenstelling van de pil. Door middel van de hierboven genoemde beleidsstrategieën werken de labmedewerkers in veiligere omstandigheden, wordt het drugsafval gereguleerd en is de kans dat gecontamineerde pillen bij de gebruiker komen verkleind.

2.4.2 Handel van MDMA

Omdat de risico’s van het gebruik van MDMA zo sterk afhankelijk is van de factoren benoemd in de voorgaande stukken, moet worden overwogen of de verkoop van de drugs net als bij alcohol en wiet anoniem moet gebeuren, of dat dit op naam moet gebeuren. In het eerste geval kan MDMA worden verkocht in coffeeshops. Op deze locaties wordt al aan strenge regelgeving voldaan en is het personeel gewend om advies te geven aan gebruikers. Bij het verkopen op naam kan rekening worden

gehouden met het medisch dossier van een gebruiker, waardoor deze beter kan worden ingelicht over de risico’s en het gebruik in sommige gevallen helemaal kan worden afgeraden. Ook kan op deze manier inzicht worden verworven wanneer iemand voor het laatst MDMA heeft gebruikt en kan de tijdslimiet die er tussen dient te zitten worden nageleefd. Ook hebben gebruikers zo niet de mogelijkheid om op verschillende locaties kort na elkaar MDMA te kopen en zo alsnog de limiet te overschrijden. Deze manier van verkoop heeft grote overeenkomsten met de uitgifte van medicijnen op recept. Om deze reden lijken apotheken een geschikte plek te zijn om de MDMA die door de staat wordt gereguleerd te verkopen.

Het verkopen op naam zal echter niet kunnen voorkomen dat pillen worden doorverkocht. Hierdoor kan het gebeuren dat mensen een hogere dosis kunnen verkrijgen, een kortere tijdsinterval hebben tussen het gebruik of dat minderjarigen of mensen met een verhoogd risico bij gebruik toegang hebben tot de drugs. Dit geldt ook zo voor het verkrijgen van cannabis bij het experiment gesloten coffeeshop. André Knottnerus (pers. comm., 6 dec. 2019) benadrukte hierbij dat er nooit volledig kan worden voorkomen dat drugs in handen komt van personen die hier geen toegang tot zouden moeten krijgen. Of drugs illegaal wordt gekocht bij de dealer of legaal bij gereguleerde verkooppunten maakt hierbij niet uit. Bij dit tweede kan echter wel advies worden verleend, wat mensen meer bewust maakt van de risico’s die zij kunnen lopen.

2.4.3 Gebruik van MDMA

Uit het bovenstaand literatuuronderzoek is dus gebleken dat de toxische gevolgen van MDMA afhangen van de dosis, duur, omgeving en de frequentie van gebruik. Bij gebruik van MDMA zou daarom met deze aspecten rekening gehouden moeten worden. Zo is het raadzaam maximaal 3 mg/kg te verkopen per persoon en wordt het sterk afgeraden om vaker dan eens in

(14)

de 6 tot 8 weken MDMA te gebruiken. Daarnaast is het belangrijk dat risicogroepen zoals mensen met hartstoornissen, psychische problemen of diabetes deze stof niet gebruiken. Hier kan op gecontroleerd worden bij de verkoop van het product. Bij veel negatieve gevolgen van gebruik is ook goede voorlichting belangrijk. Dit kan dus al, zoals hierboven genoemd, op het verkooppunt gedaan kunnen worden maar ook via campagnes.

Tot slot is de leeftijd van de gebruiker belangrijk voor het risico. De effecten van MDMA op bepaalde leeftijdsgroepen is echter nog niet onderzocht, wel kan rekening worden gehouden met de ontwikkeling van de hersen, deze zijn uitgegroeid bij een leeftijd van 25 jaar (Hersenstichting, z.d.) Hierbij kan worden gekozen voor een leeftijdsgrens van 25 jaar. Ook kan de leeftijd van 18 jaar worden aangehouden, omdat deze leeftijd geldt voor andere vormen van legale en gedoogde drugs, zoals alcohol en wiet.

2.5 Beslissingsboom

Uit de voorgestelde beleidsstrategieën volgt dat er meerdere strategieën als oplossing kunnen dienen en kunnen zorgen voor een verbetering van de volksgezondheid. Het maken van een keuze hiertussen is erg complex en in dit onderzoek zal daarom ook nog geen definitief beleid naar voren komen. Echter, in de volgende sectie zal een model worden voorgesteld die kan helpen bij een complexe beslissing. Zo een model komt voort uit de besliskunde en wordt door de discipline Kunstmatige Intelligentie een beslissingsboom genoemd (Tran et al., 2002).

Het model heeft een boomstructuur en wordt ingezet om bepaalde keuzes en de mogelijke gevolgen in kaart te brengen. Het doel van een beslissingsboom is om een complexe keuze onder te verdelen in kleinere keuzes, waardoor uiteindelijk de complexe keuze gemaakt kan worden (Safavian & Landgreb, 1991). De boomstructuur is

opgebouwd uit verschillende ‘nodes’, waarin iedere node een bepaalde keuze representeert. Deze nodes worden door middel van een top-down benadering doorlopen. De input van de beslissingsboom start in de root node zoals te zien in Figuur 3, deze root node representeert bijvoorbeeld het hele opiniepanel. Vervolgens splitst de root node zich in twee of meerdere decision nodes (Figuur 3) .

Deze decision nodes staan voor bepaalde afwegingen of keuzes die in de beslissingsboom gemaakt kunnen worden. Een decision node kenmerkt zich doordat deze node zich wederom splitst in twee of meerdere nodes. Deze splitsing kan resulteren in een decision node, of de boom kan eindigen in de vorm van een leaf/terminal node (Figuur 3). Het bereiken van deze node resulteert in het einde van de beslissingsboom (Friedl & Brodley, 1997).

Aanvankelijk van de soort input in de beslissingsboom wordt de soort output bepaald, er kan in een beslissingsboom gewerkt worden met categorische en continue variabelen als input (Abramova, 2016). Bij een categorische variabele beslissingsboom ontstaat er een output met een categorische variabele, zoals bijvoorbeeld ja of nee. Bij een continue variabele beslissingsboom ontstaat er een output met een continue variabele, die in de meeste gevallen volgt uit een berekening die in de beslissingsboom wordt gedaan.

In de Kunstmatige Intelligentie kan de manier waarop de beslissingsboom doorlopen wordt afhangen van het algoritme waarmee de

Figuur 3. De opbouw van een mogelijke beslissingsboom, met daarbij de

(15)

beslissingsboom werkt. Het meest gebruikte en bekendste algoritme is het ID3 algoritme (Hssina, Merbouha, Ezzikouri & Erritali, 2014). ID3 staat voor Iterative Dichotomiser 3 en werkt door middel van de entropie te berekenen in de verschillende categorieën in de dataset. De entropie kan berekend worden met: 𝐸𝑛𝑡𝑟𝑜𝑝𝑖𝑒(𝑃) = − ∑𝑛𝑖=1 𝑝𝑖 × 𝑙𝑜𝑔(𝑝𝑖), waarin P de probability distribution is met 𝑃 = (𝑝1, 𝑝2, . . . , 𝑝𝑛). De kans van het voorkomen van de optie in de categorie wordt dus berekend door middel van kansberekening. De beslissingsboom wordt opgebouwd door als eerste de categorie met de laagste entropie als start node te plaatsen. Vervolgens wordt opnieuw de entropie in de dataset berekend en wordt vervolgens de beslissingsboom uitgebreid met de categorie die op dat moment de laagste entropie heeft. Deze berekening wordt gemaakt totdat alle categorieën uit de dataset aan de boom zijn toegevoegd. Vervolgens wordt de beslissingsboom doorlopen door middel van theorie van Ockham’s razor. Dit houdt in dat het kortste pad door de beslissingsboom het beste pad is (Hssina, et al., 2014).

2.6

Conclusie literatuuronderzoek

Het hierboven beschreven literatuuronderzoek vormt de bouwstenen om uiteindelijk antwoord te kunnen geven op de hoofdvraag hoe een legaal beleid rondom MDMA kan bijdragen aan het verbeteren van de volksgezondheid. Er is hiervoor eerst een concreet doel opgesteld voor het beleid op basis het Nederlandse standpunt voor drugsgebruik: het voorkomen van negatieve gezondheidseffecten voor de samenleving.

Vervolgens is een analyse gemaakt van het huidige beleid van MDMA, waarbij een vergelijking is gemaakt met het cannabisbeleid. Hieruit kan geconcludeerd worden dat het gedogen van cannabis niet heeft geleid tot meer schadelijke gevolgen voor de samenleving. Hierdoor dient het als een voorbeeld voor een

potentieel legaal beleid voor MDMA. In de volgende deel van het literatuuronderzoek is gekeken naar de schadelijke gevolgen die voortkomen uit de illegaliteit van MDMA. Hieruit is gebleken dat er bij productie en handel veel incidenten en andere schadelijke gevolgen ontstaan doordat het verbonden is met de criminele wereld. Ondermijnend geweld, drugsafval, gecontamineerde pillen en incidenten bij de productie komen allemaal voort vanuit de criminaliteit.

Uit de analyse van

gezondheidsgevolgen van gebruik kan geconcludeerd worden dat de meeste gevolgen afhankelijk zijn van dosis, duur, omgeving en de frequentie van gebruik. Deze worden in het huidige beleid niet gereguleerd waardoor er onverantwoordelijk en verkeerd gebruik plaatsvindt. Dit leidt tot onder andere polydrugsgebruik, overdoseringen, acute gevolgen en kan leiden tot geestelijke afhankelijkheid. In de daarop volgende sectie zijn beleidsstrategieën geformuleerd oplossingen kunnen zijn voor de negatieve gevolgen van het huidige beleid. Hierbij is weer een onderscheid gemaakt in productie, handel en gebruik. Vanuit de productie kwam hoofdzakelijk de manier en regulatie van produceren kan helpen bij het verminderen van volksgezondheidsschade. Bij handel kan het verkooppunt hiervoor het verschil maken, door bijvoorbeeld MDMA in een apotheek of coffeeshop te verkopen. Bij gebruik zijn beleidsstrategieën opgesteld die voorkomen dat er verkeerd MDMA wordt gebruikt, waarbij voornamelijk is ingegaan op frequentie, dosis en leeftijd.

Doordat er uiteindelijk geen definitieve keuze wordt gemaakt tussen de beleidsstrategieën, is er wel een model voorgesteld die in vervolgonderzoek gebruik kan worden bij het opstellen van het beste legale beleid. Dit model is een beslissingsboom en verdeeld een complexe keuze in kleine onderdelen. Door middel van algoritmes kan de beste beslissing, waarbij dus de minste volksgezondheidsschade is, worden gemaakt.

(16)

3. Methode

3.1 Integratieproces

In dit onderzoek is gebruik gemaakt van een interdisciplinaire benadering, zie voor de volledige uitwerking van de interdisciplinaire aanpak Appendix A. De disciplines hebben elk een ander focusgebied. Neurobiologie richt zich voornamelijk op de micro-effecten van drugsgebruik, terwijl binnen de politicologie en economie juist vaker wordt gekeken naar de macro-effecten. Hierdoor kunnen resultaten uit verschillende disciplines niet altijd met elkaar worden vergeleken.

Om onenigheid met bepaalde termen te voorkomen, is gebruik gemaakt om de gevolgen van het beleid te beschrijven in productie, handel en gebruik, waarbij in het onderdeel productie veel kennis uit de neurobiologie is gebruikt, terwijl bij handel en gebruik juist kennis uit de economie is gebruikt. In het onderzoek is common ground gecreëerd door een mechanisme, namelijk een beleidsplan, uit te werken door er aanvullende inzichten in te integreren. Dit beleidsplan wordt vervolgens geëvalueerd door middel van het gebruiken van technieken binnen de Kunstmatige Intelligentie, namelijk het opinieonderzoek en de beslissingsboom.

Er bestaat een discrepantie tussen de gebruikelijke onderzoeksmethoden binnen de gebruikte disciplines. Bij alle disciplines is het schrijven van een onderzoeksverslag gangbaar, maar het opstellen van een beleidsplan volgt deze methode meestal niet. In onderzoeksverslagen worden vaak verschillende deelvragen opgesteld om specifieke informatie te verwerven, in beleidsplannen wordt dit vaak gedaan door stappen in het beleidsplan op te nemen. Dit verschil is in dit onderzoek overbrugd door de deelvragen te integreren in de verschillende stappen.

3.2 Opstellen van het potentiële

legale beleid

Om het potentiële legale beleid op te stellen, zullen de eerder genoemde beleidsstrategieën worden gecombineerd om zo het doel van het beleid, het verminderen van volksgezondheidsschade door MDMA-gebruik, te bereiken. Hierbij worden alle categorieën productie, handel en gebruik, elk tevens onderverdeeld in “hoe”, “waar” en “wie”, gedekt om zo een potentieel beleid te vormen. Om tot dit potentiële beleid te komen wordt een opinieonderzoek gedaan. Op basis hiervan wordt de beslissingsboom ingevuld als advies, hierbij moet benadrukt worden dat de echte beslissingsboom er door een algoritme anders uit kan zien.

3.2.1 Opinieonderzoek

Voor dit onderzoek zijn 225 mannen en vrouwen benaderd met een leeftijd tussen de 16 en 68 jaar. De participanten zijn gerekruteerd door middel van het verspreiden van een vragenlijst (Google Format) via social media. Er is voor deze methode gekozen omdat op deze manier zoveel mogelijk participanten benaderd konden worden. De vragenlijst bestond ten eerste uit een informed consent met daarin uitleg over het onderzoek en ten tweede vragen naar de algemene informatie van de participant (leeftijd, geslacht, opleidingsniveau en ooit-gebruik MDMA). Dit was van belang om te kunnen determineren of de groep participanten een representatieve steekproef was van de maatschappij. Ten derde volgden negen vragen over MDMA waarbij achtergrondinformatie werd gegeven. Deze achtergrondinformatie was gebaseerd op het literatuuronderzoek. De eerste drie vragen gingen over de schadelijkheid van het huidig beleid en de laatste twee vragen over de schadelijkheid van het opgestelde potentiële beleid. Op basis van de gegeven informatie konden participanten met een lineaire schaal van 1 tot 6 aangeven in hoeverre zij vonden dat er sprake was van gezondheids- of

(17)

maatschappelijke schade. De middelste vier vragen vroegen naar de geschiktheid van het legale beleid, waarbij weer een schaal van 1 tot 6 was gebruikt. Zie voor de complete vragenlijst Appendix D. Aan het eind van de vragenlijst is een opmerkingensectie opgenomen waar participanten opmerkingen en suggesties kunnen achterlaten. Hier is in dit onderzoek verder niet naar gekeken, maar kan voor vervolgonderzoek gebruikt worden.

Vervolgens is een data-analyse uitgevoerd in Rstudio. Uit de complete vragenlijst zijn er tien vragen (A t/m J) geselecteerd die met elkaar zes vragen (1 t/m 6) beantwoorden. Zie hiervoor Appendix C. Door middel van deze antwoorden kan uiteindelijk gesteld worden of het opiniepanel eens is met de legalisering en ten tweede of zij dit schadelijker zouden schatten dan het huidige beleid. Eerst stuk data de normaliteit van de populatie bepaald met de shapiro wilcoxon test. Als de populatie niet normaal verdeeld bleek te zijn werd er in plaats van de dependent t-test

gebruik gemaakt van een wilcoxon signed rank test met een significantie level van 5%. Vraag A en J zijn aangepast door JA te veranderen in 1 en Nee te veranderen in 0.

3.2.2 Beslissingsboom

De beslissingsboom is door middel van het programma Python gegenereerd. Binnen Python is een build-in functie genaamd, Sk Learn, waarin de optie DecisionTreeClassifier een beslissingsboom kan generen. Hieraan zijn vervolgens de punten die naar voren kwamen in het literatuuronderzoek en het opinieonderzoek voor de legalisatie van MDMA toegevoegd. Op deze manier is er een beslissingsboom ontstaan met meerdere opties voor een potentieel beleid. Voor het invullen en vervolgens berekenen van het beste potentiële beleid en het toepassen van een algoritme op de beslissingsboom is data nodig, deze kan in eventueel vervolgonderzoek worden gegenereerd.

(18)

4. Resultaten

4.1 Opinieonderzoek

De volgende resultaten zijn voortgekomen uit het opinieonderzoek. Van de 225 participanten was de man/vrouw ratio gelijk verdeeld, de leeftijdsverdeling was echter niet gelijk verdeeld. Er waren meer personen onder de 25 dan boven. Ook had 84,9 procent van de participanten een opleiding WO of HBO gevolgd. Hieronder zijn de resultaten uitgewerkt waarin ten eerste gekeken is of het opiniepanel eens is met de legalisering en ten tweede of zij dit schadelijker zouden schatten dan het huidige beleid. Dit wordt aan de hand van de zes vragen (zie Appendix C) uitgewerkt.

1: Is er een significant verschil tussen mensen die MDMA willen legaliseren voor enige informatie en nadat ze informaties en opties voor legaal beleid hebben gezien? (A en J)

Uit de shapiro.wilk() test kwam een p-waarde kleiner dan 0.05. Dit leidt tot het afwijzen van de nulhypothese en de data is dus niet normaal verdeeld.

Uit de wilcoxon signed rank test komt een p-waarde kleiner dan 0.05. Hiermee kan met een 5% significantie level worden geconcludeerd dat mensen vaker ja zeggen nadat ze opties en informatie voor legaal beleid hebben gezien dan daarvoor.

2. Is er een significant verschil tussen mensen die MDMA schadelijker beoordelen voor en na legalisatie voor de maatschappij? (B en H)

Uit de shapiro.wilk() test kwam een p-waarde groter dan 0.05. Dit leidt tot het afwijzen van de

nulhypothese en de data is dus niet normaal verdeeld.

Uit de wilcoxon signed rank test komt een p-waarde kleiner dan 0.05. Waaruit met een 5% significantie level kan worden geconcludeerd dat mensen MDMA minder schadelijk vinden voor de maatschappij bij een legaal beleid dan bij een illegaal beleid.

3. Is er een significant verschil met mensen die MDMA schadelijker beoordelen voor en na legalisatie voor de volksgezondheid? (C en I)

Uit de shapiro.wilk() test kwam een p-waarde groter dan 0.05. Dit leidt tot het afwijzen van de nulhypothese en de data is dus niet normaal verdeeld.

Uit de wilcoxon signed rank test komt een p-waarde kleiner dan 0.05. Waaruit we kunnen concluderen dat met een 5% significantie level kan worden geconcludeerd dat mensen MDMA minder schadelijk vinden voor de gezondheid bij een legaal beleid dan bij een illegaal beleid.

4. Is er een significant verschil tussen de beleidsvoeringen over de productie van MDMA? (D en E)

Uit de shapiro.wilk() test kwam een p-waarde groter dan 0.05. Dit leidt tot het afwijzen van de nulhypothese en de data is dus niet normaal verdeeld.

(19)

Uit de wilcoxon signed rank test komt een p-waarde kleiner dan 0.05. Waaruit we kunnen concluderen dat met een 5% significantie level niet kan worden geconcludeerd dat mensen het beter vinden om de productie van MDMA over te laten aan particulieren of aan de fabrikant.

5. Is er een significant verschil tussen de beleidsvoeringen over de verkoop van MDMA? (F en G)

Uit de shapiro.wilk() test kwam een p-waarde groter dan 0.05. Dit leidt tot het afwijzen van de nulhypothese en de data is dus niet normaal verdeeld.

Uit de wilcoxon signed rank test komt een p-waarde groter dan 0.05. Waaruit we kunnen concluderen dat met een 5% significantie level niet kan worden geconcludeerd dat mensen het beter vinden om de verkoop van MDMA over te laten aan coffeeshops of apotheken.

6. Is er een significant verschil tussen de algemene schadelijkheid voor een illegaal beleid en een legaal beleid? (B + C, H + I)

Uit de shapiro.wilk() test kwam een p-waarde groter dan 0.05. Dit leidt tot het afwijzen van de nulhypothese en de data is dus niet normaal verdeeld.

Uit de wilcoxon signed rank test komt een p-waarde groter dan 0.05. Waaruit we kunnen concluderen dat met een 5% significantie level kan worden geconcludeerd dat mensen MDMA minder schadelijk vinden bij een legaal beleid dan bij een illegaal beleid.

4.2 Beslissingsboom

De conclusies uit het literatuuronderzoek en het opinieonderzoek leiden tot meerdere opties voor een beleid voor de legalisatie van MDMA. Deze opties zijn onder verdeeld in drie categorieën; handel, productie en gebruik. Bij iedere node is telkens één pad toegevoegd zoals momenteel bij het huidige illegale MDMA-beleid het geval is. De andere opties zijn opties geconcludeerd uit het literatuuronderzoek voor legalisatie van MDMA. Als al deze opties worden ingevuld in de beslissingsboom voor een mogelijk beleid voor de legalisering van MDMA ontstaan er 72 vormen van een mogelijk optimaal beleid (Figuur 4).

(20)
(21)

4.2.1 Handel

In de categorie handel is er een node en is er gekozen voor drie mogelijke opties wat betreft de legalisering van MDMA. Deze drie mogelijke opties zijn: verkoop in apotheken, verkoop in coffeeshops of verkoop is niet gereguleerd. Er is gekozen voor verkoop in apotheken, omdat op deze manier bijgehouden kan worden wie er MDMA gebruikt en hoe vaak. Ook kan er in het medisch dossier van de gebruiker gezien worden of er mogelijke gevaren zijn voor het gebruik van MDMA, op deze manier kan eventuele gezondheidsschade voorkomen worden. Er is gekozen voor verkoop in coffeeshops, omdat momenteel wiet ook op deze manier verkocht worden. Werknemers in coffeeshops hebben al ervaring met de verkoop van drugs, hier zou een goede scholing over de werking en het gebruik van MDMA aan moeten worden toegevoegd. Op deze manier kan de consument goed worden geadviseerd. Echter is hier wel het gevaar dat de verkoper niet het medische dossier van de consument kent, hier zullen gezondheidsgevaren achter kunnen schuilen. Als laatste tegengestelde van de andere twee opties is er gekozen om de verkoop niet te reguleren. Voor deze optie is gekozen, omdat momenteel de verkoop van MDMA ook niet gereguleerd wordt door de overheid. Hier is het gevaar dat de consument niet weet bij wie de MDMA gekocht wordt en op deze manier geen voorlichting krijgt over het correcte gebruik van MDMA, dit is bij de twee opties die hiervoor zijn benoemd wel het geval.

4.2.2 Productie

In de categorie productie is er een node en is er gekozen voor twee mogelijke opties wat betreft de legalisering van MDMA. Deze twee mogelijke opties zijn: lab/productie gereguleerd door de overheid of lab/productie niet gereguleerd door de overheid. Er is gekozen voor lab/productie gereguleerd door de overheid, omdat op deze manier de samenstelling van de MDMA gereguleerd kan

worden. Op deze manier weet de verkoper en de consument wat de consument koopt en gebruikt. Op deze manier kan gezondheidsschade voorkomen worden en eventuele complicaties tijdens het gebruik van MDMA makkelijker opgelost. Voor de tweede tegengestelde optie is gekozen dat lab/productie niet is gereguleerd door de overheid. Er is voor deze optie gekozen, omdat momenteel bij het illegale beleid lab/productie niet is gereguleerd is door de overheid.

4.2.3 Gebruik

In de categorie gebruik zijn er drie nodes, waarvan bij twee nodes er gekozen is voor twee opties en bij een node gekozen is voor drie opties wat betreft de legalisering van MDMA. Bij de eerste node zijn de twee mogelijke opties: frequentie is < 1 keer per 6/8 weken of de frequentie is niet gereguleerd. Er is gekozen voor frequentie is < 1 keer per 6/8 weken, omdat uit het literatuuronderzoek geconcludeerd kan worden dat deze tijd zorgt voor de minste toxiciteit. Voor de tweede tegengestelde optie is gekozen dat de frequentie niet gereguleerd is. Er is voor deze optie gekozen, omdat momenteel bij het illegale beleid de frequentie niet is gereguleerd.

Bij de tweede node zijn er twee mogelijke opties: dosis is < 3 mg/kg of dosis is niet gereguleerd. Er is gekozen voor de optie dat de dosis < 3 mg/kg is, omdat uit het literatuuronderzoek geconcludeerd kan worden dat deze tijd zorgt voor de minste toxiciteit. Voor de tweede tegengestelde optie is gekozen dat de dosis niet gereguleerd is. Er is voor deze optie gekozen, omdat momenteel bij het illegale beleid de frequentie niet is gereguleerd. Er is voor deze optie gekozen, omdat momenteel bij het illegale beleid de dosis niet is gereguleerd.

Bij de derde en laatste node zijn er drie mogelijke opties: minimumleeftijd is 18 jaar,minimumleeftijd is 25 jaar of geen minimumleeftijd. Er is gekozen voor de minimumleeftijd van 18 jaar, omdat dit op dit moment door de Nederlandse overheid wordt gesteld als minimumleeftijd voor de verkoop

(22)

van alcohol, tabak en wiet. Er is gekozen voor een minimumleeftijd van 25 jaar, omdat uit het literatuuronderzoek geconcludeerd kan worden dat dit de leeftijd is waarop de hersenen zijn uitgegroeid. Als laatste tegengestelde van de andere twee opties is er gekozen voor geen minimumleeftijd, omdat momenteel bij het illegale beleid de leeftijd niet is gereguleerd.

4.2.4 Indelen van de beslissingsboom

De beslissingsboom zoals deze is opgesteld in Figuur 4 is opgebouwd uit de categorieën handel, productie en gebruik. Deze categorieën zijn terug te zien in Figuur 5.

Echter is het niet zeker dat de beslissingsboom in deze volgorde van nodes is opgebouwd. Dit hangt af van het algoritme en de bijbehorende dataset.

(23)

4.3 Het potentiële legale beleid

Het uiteindelijke beleid zal kunnen bestaan uit negen categorieën zoals eerder benoemd. Vijf strategieën worden in dit voorgestelde beleid gebruikt (zie Figuur 4), omdat deze alle negen categorieën dekken. Het invullen van deze strategieën vormt het potentieel legale beleid, waarbij door middel van de opiniepeiling en de

beslissingsboom de beste strategieën gekozen kunnen worden.

Figuur 6. Het nieuwe potentiële legale beleid met daarin

(24)

5. Conclusie en discussie

In het onderzoek werd gekeken naar hoe een legaal beleid van MDMA kan bijdragen aan het verbeteren van de volksgezondheid. Hierbij werd verwacht dat legalisatie van MDMA een positieve invloed heeft op de volksgezondheid doordat het huidige illegale beleid nadelige gevolgen heeft op de volksgezondheid, hoofdzakelijk doordat productie, handel en gebruik niet gereguleerd worden. Er kan geconcludeerd worden dat aan de hand van de juiste beleidsstrategieën een legaal beleid kan bijdragen aan het verbeteren van de volksgezondheid. De voorgestelde beleidsstrategieën bieden hierbij handvatten voor het opstellen van alternatieven voor het huidige beleid.

Om te bepalen welke strategieën als het meest geschikt worden geacht, zijn hierover vragen gesteld in het opinieonderzoek. Door middel van de uitkomsten hiervan is bepaald voor welke categorieën het grootste draagvlak bestaat. Uit het opinieonderzoek is ten eerste gebleken dat MDMA als minder schadelijk wordt geacht voor de volksgezondheid bij een situatie waarin MDMA gelegaliseerd is dan bij een situatie waarbij dit niet zo is. Ten tweede is het draagvlak voor het legaliseren van MDMA toegenomen na het invullen van het opinieonderzoek. Ten derde bleek specifiek ook dat de optie om MDMA te verkopen in coffeeshops gemiddeld als geschikter ervaren werd dan het verkopen in apotheken.

In de oplevende discussie over legalisatie van MDMA zijn deze resultaten nuttig om een mogelijke oplossing te bieden voor de problemen die gepaard gaan met MDMA-gebruik. Echter zijn aan het opiniepanel niet alle beleidsstrategieën voorgesteld, waardoor niet over elke strategie een oordeel gevormd kan worden. Bovendien was het opinie geen expert van een van de disciplines omtrent MDMA, waardoor ze hun mening alleen konden vormen op basis van de informatie die was gegeven in de vragenlijst. Dit kan een bias geven in het resultaat. Een

andere bias kan veroorzaakt zijn doordat een groot deel van het opinie onder de 25 jaar was en hoog opgeleid. Hierdoor is het niet een goede afspiegeling van de samenleving en dit kan invloed hebben gehad op de antwoorden die zij hebben gegeven op de vragen, bijvoorbeeld omdat zij meer achtergrondkennis hebben over het onderwerp. Ook hebben de participanten gemiddeld vaker MDMA gebruikt dan het gemiddelde. Dit kan ervoor hebben gezorgd dat de participanten een positievere houding hebben tegenover MDMA en legalisatie hiervan. Om een realistisch beeld te verkrijgen van de publieke opinie welke kan worden gebruikt ter evaluatie van het opgestelde beleid, is het belangrijk om een groep participanten te gebruiken welke de bevolkingssamenstelling beter representeert en kunnen meer experts worden ingezet.

Door het onderzoek te benaderen vanuit verschillende disciplines is inzichten verworven die niet zouden zijn verworven bij het benaderen van het onderwerp vanuit één discipline. Hierbij zijn echter wel complicaties opgetreden. De gebruikte methode voor het opstellen van een beleidsvoorstel wijkt af van de methoden gangbaar bij bijvoorbeeld neurobiologie en economie. In dit onderzoek is echter hoofdzakelijk gekeken naar de invloed van legalisatie op de volksgezondheid. Dit is echter niet het enige onderwerp dat hier effecten van ondervindt. Legalisatie zal ook veel gevolgen op de economie van Nederland. Als hier de nadruk op had gelegen zou de uitkomst van het onderzoek heel anders kunnen zijn geweest. Disciplines die niet in dit onderzoek zijn meegenomen, zoals de sociologie, zouden ook een ander licht kunnen werpen op de uitkomsten. Het betrekken van andere disciplines is ook een mogelijkheid voor vervolgonderzoek.

Bovendien kan de opgestelde beslissingsboom in vervolgonderzoek worden ingezet om het beleid nog beter te evalueren en te optimaliseren. Door de verschillende strategieën op verschillende manieren te combineren en deze verschillende combinaties te laten beoordelen door participanten op

(25)

schadelijkheid voor de volksgezondheid kan het beleid worden gekozen welke het beste is voor de volksgezondheid. Daarnaast kunnen ook suggesties uit de opmerkingensectie uit het

opinieonderzoek worden meegenomen in de evaluatie.

(26)

6. Literatuurlijst

Aamodt, S., & Wang, S. (2011). Welcome to your child's brain. Oneworld Publications.

American Psychiatric Association. (2014). Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (DSM-V). 5th rev ed. Washington: The Association.

Abramova, T. (2016). Design of neuro-fuzzy decision trees. In MATEC Web of Conferences (Vol. 79, p. 01075). EDP Sciences.

Baggott MJ, Garrison KJ, Coyle JR, et al. MDMA Impairs Response to Water Intake in Healthy Volunteers. Adv Pharmacol Sci. 2016;2016:2175896. doi:10.1155/2016/2175896.

Battaglia G, Brooks BP, Kulsakdinun C, and De Souza EB (1988) Pharmacologic profile of MDMA (3,4-methylenedioxymethamphetamine) at various brain recog- nition sites. Eur J Pharmacol 149:159–163.

Baumann, M. H., Zolkowska, D., Kim, I., Scheidweiler, K. B., Rothman, R. B., & Huestis, M. A. (2009). Effects of dose and route of administration on pharmacokinetics of (±)-3, 4-methylenedioxymethamphetamine in the rat. Drug Metabolism and Disposition, 37(11), 2163-2170.

Benschop, L. (2018, 17 oktober). Politiek verdeeld over onderzoek naar legalisatie xtc.

Geraadpleegd op 10 oktober 2019, van https://www.nu.nl/politiek/5518898/politiek-verdeeld-onderzoek-legalisatie-xtc.html

Boot B, McGregor IS, Hall W. MDMA (ecstasy) neurotoxicity: assessing and communicating the risks. Lancet 2000;355:1818-21.

CBS i.s.m. RIVM en Trimbos-instituut (2018). Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor CBS. Den Haag.

Climko RP, Roehrich H, Sweeney DR, Al-Razi J. Ecstacy [sic]: a review of MDMA and MDA. Int J Psychiatry Med 1987;16:359-72.

Colado et al., 1993; Aguirre et al., 1998; Shankaran and Gudelsky, 1999; Green et al., 2003

Davison D, Parrott AC. Ecstasy (MDMA) in Recreational Users: Self-Reported Psychological and Physiological Effects. Hum Psychopharmacol Clin Exp. 1997;12:221-226.

De Ree, H. (2019, 8 december). Werken als ‘lab-slaaf’ in drugsindustrie: pillen draaien tot de dood erop volgt. Geraadpleegd op 10 december 2019, van

https://www.ad.nl/binnenland/werken-als-lab-slaaf-in-drugsindustrie-pillen-draaien-tot-de-dood-erop-volgt-br~ad346822/

Dills, A. K., Goffard, S., & Miron, J. (2017). The effects of marijuana liberalizations: Evidence from

monitoring the future (No. w23779). National Bureau of Economic Research

Drugs Informatie en Monitoring Systeem. (2019). Jaarbericht 2013 (INFO36). Geraadpleegd van https://www.drugs-test.nl/publicaties-dims/jaarberichten

Emke, E., Evans, S., Kasprzyk-Hordern, B., & de Voogt, P. (2014). Enantiomer profiling of high loads of amphetamine and MDMA in communal sewage: a Dutch perspective. Science of the Total Environment, 487, 666-672.

European Union. (2014, 28 mei). COMMISSION DELEGATED REGULATION (EU) No

1252/2014. Geraadpleegd op 20 november 2019, van

https://eur-lex.europa.eu/legal-content/EN/TXT/?uri=CELEX%3A32014R1252 Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving (EMCDDA) (2018). Europees

Drugsrapport 2018: Trends en ontwikkelingen. Bureau voor publicaties van de Europese Unie, Luxemburg.

Friedl, M. A., & Brodley, C. E. (1997). Decision tree classification of land cover from remotely sensed data. Remote sensing of environment, 61(3), 399-409.

GGZ standaarden . (2018, 26 februari). Richtlijnen Stoornissen in het gebruik van cannabis,

cocaïne, amfetamine, ecstasy, GHB en benzodiazepines. Geraadpleegd op 14 december

2019, van

https://www.ggzstandaarden.nl/richtlijnen/stoornissen-in-het-gebruik-van-cannabis-cocaine- amfetamine-ecstasy-ghb-en-benzodiazepines/samenvatting

(27)

states following 3, 4‐methylenedioxymethamphetamine (MDMA,‘ecstasy’) ingestion. Qjm,

95(7), 431-437.

Hssina, B., Merbouha, A., Ezzikouri, H., & Erritali, M. (2014). A comparative study of decision tree ID3 and C4. 5. International Journal of Advanced Computer Science and Applications,

4(2), 13-19.

Hughes, C. E., & Stevens, A. (2010). What can we learn from the Portuguese decriminalization of illicit drugs?. The British Journal of Criminology, 50(6), 999-1022

Hersenstichting. (z.d.). Puberhersenen. Geraadpleegd op 20 december 2019, van https://www.hersenstichting.nl/dit-doen-wij/voorlichting/werking-van-de-hersenen/puberhersenen/

Jellinek. (2005 december). Hoe werkt de Opiumwet? | Jellinek | Informatie over de Opiumwet. Geraadpleegd op 23 januari 2020, van https://www.jellinek.nl/vraag-antwoord/hoe-werkt-de-opiumwet/

Jellinek. (2015 juli). Risico’s van XTC / MDMA verminderen | Jellinek. Geraadpleegd op 24 november 2019, van

https://www.jellinek.nl/informatie-over-alcohol-drugs/xtc-mdma/xtc-basisinfo/risicos-verminderen/

Jellinek. (2011 maart). PMA / PMMA | Jellinek | Wat zijn PMA en PMMA? Geraadpleegd op 20 november 2019, van https://www.jellinek.nl/vraag-antwoord/wat-zijn-pma-en-pmma/ Jerome, L., Schuster, S., & Klosinski, B. B. (2013). Can MDMA play a role in the treatment of

substance abuse?. Current drug abuse reviews, 6(1), 54-62

Kalant, H. (2001). The pharmacology and toxicology of “ecstasy”(MDMA) and related drugs. Cmaj, 165(7), 917-928.

Korf, D. J., Wouters, M., Nabben, T., & Ginkel, P. V. (2005). Cannabis zonder coffeeshop. Criminologisch Instituut Bonger.

Korps landelijke politie diensten. (2012). Synthetische drugs en precursoren. Geraadpleegd van https://www.politie.nl/binaries/content/assets/politie/algemeen/nationaal-dreigingsbeeld-201 2/cba-synthetische-drugs-2012.pdf

MacCoun, R., & Reuter, P. (1997). Interpreting Dutch cannabis policy: reasoning by analogy in the legalization debate. Science, 278(5335), 47-52.

McDowell, D. M., & Kleber, H. D. (1994). MDMA: its history and pharmacology. Psychiatric

Annals, 24(3), 127-130.

Menken, S., & Keestra, M. (2016). An Introduction to Interdisciplinary Research: Theory and Practice. Amsterdam: Amsterdam University Press.

Nabben, T. (2013). Carnaval aan de Amstel. AGORA Magazine, 29(5), 16-19.

Nutt, D., King, L. A., Saulsbury, W., & Blakemore, C. (2007). Development of a rational scale to assess the harm of drugs of potential misuse. The Lancet, 369(9566), 1047-1053

Olson, K. R., & Benowitz, N. L. (1984). Environmental and drug-induced hyperthermia. Pathophysiology, recognition, and management. Emergency medicine clinics of North America, 2(3), 459-474.

Opiumwet (1928). Geraadpleegd op 11 november 2019, van https://wetten.overheid.nl/BWBR0001941/2019-07-19

Pantoni, M. M., & Anagnostaras, S. G. (2019). Cognitive Effects of MDMA in Laboratory Animals: A Systematic Review Focusing on Dose. Pharmacological reviews, 71(3), 413-449.

Parrott, A. C., & Lasky, J. (1998). Ecstasy (MDMA) effects upon mood and cognition: before, during and after a Saturday night dance. Psychopharmacology, 139(3), 261-268. Politiek verdeeld over onderzoek naar legalisatie xtc. (2018, 17 oktober). Geraadpleegd op 10

oktober 2019, van

https://www.nu.nl/politiek/5518898/politiek-verdeeld-onderzoek-legalisatie-xtc.html Psychopharmacology. Drugs, the Brain and Behavior. J.S. Meyer & L.F. Quenzer, 2e editie (2013). Reuter, P., & Stevens, A. (2007). An analysis of UK drug policy.

Ridpath, A., Driver, C. R., Nolan, M. L., Karpati, A., Kass, D., Paone, D., … & Kunins, H. V. (2014). Illnesses and deaths among persons attending an electronic dance-music

festival—New York City, 2013. MMWR. Morbidity and mortality weekly report, 63(50), 1195.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Chydoridae excluded, 45 cladoceran samples collected from 38 study sites in the Okavango Panhandle, Okavango Delta, Thamalakane River, Lake Ngami, Boteti River

Er zijn echter niet alleen jonge mid- denstandsvrouwen met drukke gezinnen. Voor haar, die over een ja- renlange ervaring beschikken. ligt er een mooie taak om

De manager bedrijven gaat ervan uit dat de goodwill bij liquidatie geen waarde heeft voor de bank.. Dit laatste resultaat heeft een incidenteel karakter en voor de toekomst kan

In order to position the optimal model, the characteristics of the optimal model and two legal drug models in The Netherlands (the coffee-shop model and the adapted coffee-shop

Niet van toepassing: Door de opties die binnen dit scenario zijn gekozen in andere instrumenten is geen van de opties in dit instrument van toepassing in dit scenario.. Er is dus

The aim of the present study was to assess the acute effects of co-administration of MDMA and THC (the main psychoactive compound of cannabis) on pharmacokinetics,

DOEL Plaatsen van de huidige discussie over mdma in de context van de recente geschiedenis en beantwoorden van de vraag wat we kunnen leren van de manier waarop mdma werd gebruikt

Though it still is interesting to look for a connection between (severe) MDMA-usage and melatonin depletion or melatonin as a reducer of MDMA- induced long-term