• No results found

Handleiding Scouting consumptie aardappel

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Handleiding Scouting consumptie aardappel"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Handleiding

Scouting consumptie aardappel

Opgesteld door: Erna van der Wal (CLM) en Merijn Bos (Louis Bolk Instituut)

Gewasinspecties, oftewel scouting

Met gewasinspecties kunt u zelf bepalen of plaaginsecten in schadelijke hoeveelheden voorkomen en hoe goed de natuurlijke vijanden het doen op uw akkers. Gangbare boeren kunnen op basis daarvan de gewasbescherming tegen insecten aanpassen, uitstellen of zelfs achterwege laten. Aan de meeste insecticiden gaan de nuttige beestjes immers ook dood.

Wanneer inspecteren?

Start de inspecties zodra plaaginsecten verwacht worden. Wat luizen betreft kan dit bijvoorbeeld op basis van NAK zuigvallen en Bayer-berichten.

De inspectie: Schadelijke insecten

Voor de gewasinspectie onderscheiden we 4 groepen schadelijke insecten waar de meeste last van wordt ondervonden in aardappel. Het zijn 3 groepen bladluis (1. Aardappeltopluis, 2. Vuilboomluis & Wegedoornluis, 3. Overige luizen) en de Coloradokever.

De herkenningskaart van WUR-PPO helpt u bij het herkennen van de bladluizen.

De inspectie: Nuttige insecten en spinnen

Voor de gewasinspectie onderscheiden we meerdere groepen natuurlijke vijanden.

Studiemiddagen, de herkenningskaart van WUR-PPO en het internet kunnen u helpen bij het herkennen van de natuurlijke vijanden.

Waar tellen?

Voer de inspectie uit in 4 banen verdeeld over het perceel langs uw akkerrand: - 2 banen langs de rand (op ca. 2 meter vanaf de rand); bij percelen met meerdere

randen, inspecteert u langs 2 randen.

- Kies de 2 banen binnen het perceel willekeurig. Houdt wel een afstand aan van

tenminste 70m vanaf de akkerranden. Uit onderzoek in de Hoeksche Waard blijkt dat de invloed van de rand na ca. 70 meter niet goed meer waarneembaar is.

Zie onderstaande schema’s.

A k k e rr a n d Akkerrand Hoofdgewas Hoofdgewas Akkerrand Akkerrand Hoofdgewas Akkerrand = inspectieroute

(2)

Hoe tellen?

Tel de aantallen schadelijke insecten en natuurlijke vijanden op 5 planten per baan (20 planten in totaal). Tel per plant op 3 samengestelde bladeren (zie onderstaande figuur). Tel daarbij ook het aantal planten met >25 luizen om een beeld te krijgen van de mate waarin kolonievorming optreedt.

Tel de schadelijke en nuttige beestjes die u tegen komt op de 20 aardappelplanten per 5 ha bouwland langs uw akkerrand. De aantallen vult u in op het scouting-formulier, dat wordt uw verslag van de gewasinspectie.

Figuur: Een aardappelplant met heel duidelijk de samengestelde bladeren. Schadelijke insecten en natuurlijke vijanden telt u op 3 samengestelde bladeren op 20 planten en op 3 samengestelde bladeren per plant. De aantallen vult u in op het bij geleverde scouting-formulier (afbeelding: © klett.de).

samengesteld blad

onderin de plant

samengesteld blad in het

midden van de plant

samengesteld blad

bovenin de plant

(3)

Hoe vaak tellen?

Voor consumptie aardappelen hanteren we voor de gewasinspecties een periode van eind mei tot en met augustus. Deze inspecties zijn bedoeld om inzicht te krijgen in de natuurlijke gewasbescherming op uw eigen land. De frequentie in BloeiendBedrijf is minimaal 3 keer gedurende het seizoen, maar eigenlijk zou de inspectie 5-7 keer, afhankelijk van de ontwikkeling van de luizen, uitgevoerd moeten worden!

Na augustus hoeft u niet meer te inspecteren als aan het eind van het seizoen schade door insecten niet meer aan de orde is.

Schadedrempels

Onderstaande schadedrempels komen voort uit jarenlang landbouwkundig onderzoek. Zitten er op uw aardappelplanten minder schadelijke insecten dan de schadedrempel? Dan hoeft u geen maatregelen te nemen.

Schadedrempels

per aardappelplant

Aardappeltopluis 2 op een ‘kleine’ of 5 op een ‘grote’ plant Vuilboomluis en wegedoornluis 25 per samengesteld blad

Overige bladluizen 50 per samengesteld blad (25 bij stress) Coloradokever 5 larven of 2 volwassen kevers per plant

Gebruik de herkenningskaarten om de luizen te herkennen!

De verhouding natuurlijke vijanden:plaaginsecten

Als de schadedrempel wordt overschreden, maar de verhouding aantal natuurlijke vijanden en aantal plaaginsecten 1:10 is (alle stadia meetellen), dan kan de schadedrempel worden genegeerd. Er zijn dan voldoende natuurlijke vijanden om de plaag te beheersen.

NB: Tel bij het vaststellen van de verhouding de coloradokever niet bij de plaaginsecten op omdat die maar weinig natuurlijke vijanden heeft.

Wel, geen of aangepaste maatregelen nemen?

Geen maatregelen: Als de plaaginsecten de schadedrempels niet overschrijden.

Geen maatregelen: Als de plaaginsecten de schadedrempel overschrijden, maar als u op elke 10 plaaginsecten 1 natuurlijke vijand heeft geteld.

Aangepaste maatregelen: Als maatregelen nodig zijn, kies dan een beschermingsmiddel dat selectief werkt tegen de plaag die last veroorzaakt. Dan blijven de natuurlijke vijanden zo veel mogelijk gespaard. Na het doodspuiten komen natuurlijke vijanden veel te langzaam weer terug zodat u er geen baat meer bij heeft! Voor bladluizen is bijvoorbeeld het middel Teppeki zeer selectief. Gebruik de FAB-middelenkeuzekaart of kijk op www.milieumeetlat.nl en ondervraag uw adviseur voor meer informatie.

(4)

Scoutingformulier BloeiendBedrijf

Consumptie aardappel

Deelnemer (naam, postcode, huisnummer):

Inspectiebaan

Luizen op aardappel

Tel de luizen op 3 samengestelde bladeren aan 5 willekeurige planten per baan, dus 20 planten in

totaal.

Natuurlijke vijanden

Aantal natuurlijke vijanden die u ziet op en

rond de planten (in de lucht, omringende planten, op de grond) Aardappeltopluis: Vuilboom/wegedoornluis: Overige luizen:

1

Coloradokever: Larf: Aardappeltopluis: Vuilboom/wegedoornluis: Overige luizen:

2

In het hoofdgewas, 2m vanaf de akkerrand Coloradokever: Larf: Aardappeltopluis: Vuilboom/wegedoornluis: Overige luizen:

3

Coloradokever: Larf: Aardappeltopluis: Vuilboom/wegedoornluis: Overige luizen:

4

In het hoofgewas ca.70m van de rand Coloradokever: Larf: Totaal aantal Aardappeltopluizen:

Totaal aantal Vuilboomluizen of Wegedoornluizen:

Totaal aantal Overige luizen: Totaal aantal Coloradokevers: Larven: Verhouding

bladluizen:natuurlijke vijanden

Totaal bladluizen: Totaal natuurlijke vijanden:

(5)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Ghostwipes TM were found to be the most suited sampling medium for sampling platinum on the surfaces in the refinery. This was confirmed by the retention and recovery

In Vlaanderen komt de soort vooral voor in de Kempen (Kalmthoutse Heide, Groot en Klein Schietveld, valleigebied van de Kleine en de Grote Nete, de heidegebieden

(1986:10) hierdie werk as "(d)ie eerste en (by my wete enigste) volwaardig histories-kritiese uitgawe" beskou, kan dit om verskeie redes eerder as 'n Anglo-Amerikaanse

2 Hoewel we in de gezondheidszorg bereid zijn een stukje doelmatigheid op te offeren ten behoeve van meer rechtvaardigheid, omdat ook ouderen, mensen met

For this reason, the Botswana history syllabus has never articulated a need for teaching diverse histories, because the official view is that Botswana history is a

The quantitative research method and its functions and the different questionnaires used in this study, namely Psycones and Employer's perspective: Measure of psychological

Aan het begin van de proef werd weinig stikstof in het grondmonster aangetroffen (1,3 mmol NO3 + NH4 per 1 extract), maar waar het hier een gestoomde klei­ grond betreft moet het

Indien de pijl vanaf aspirine niet wijst naar de pijl tussen bloedplaatjes en stollingsfactoren uit bloedplaatjes maar naar het woord bloedplaatjes geen punt toekennen.