L A N D B O U W - E C O N O M I S C H I N S T I T U U T
' S - G R A V E N H A G E T E L E F O O M J^ t * *4fcyimC M H M M M H M H I M M M M «
SE BBUOTMŒI £
Niet voor publicatie, A, ,A. Rapport no. 20. ONDERZOEK NAAR DEN KOSTPRIJS VAN EIEREN UI DE PERIODE 1 OCTOBER 1942 - 30
SEP-TEMBER 1943. GEGEVENS EH. DE UITWERKING.
Daar door het L.E.I. reeds in het voorjaar van 1942 de gegevens van een vrij
groot aantal bedrijven zijn verzameld (zie rapport 15)» zijn voor dit onderzoek niet nogmaals de bedrijven bezocht. We zijn bij dit onderzoek uitgegaan van de gemiddelde kosten van het jaar 1940/'41, zooals deze in rapport no. 15 berekend zijn, en hebben deze met behulp van wijzigingscoëfficiënten omgewerkt tot het peil van 1 October 1942 - 30 September 1943« Ter beoordeeling van het basisma-teriaal, dat niet alleen tot grondslag van rapport no. 15» maar ook van dit rap-port gediend heeft, citeeren we uit raprap-port no. 15 het volgende:
"Daar het L.E.I. niet óver kostprijsboekhoudingen van pluinveebedrijven beschik-te, is een aantal bedrijven bezocht, die volgens opgave van de Nederlandsche
Centrale voor Eieren en Pluimvee een goede boekhouding bezaten.
Tor plaatse zijn de cijfers dezer boekhoudingen overgenomen vcor de periode 1 October I94O - 30 September 1941, aangevuld met enkele schattingen. Het tijdvak van 1 October - 30 September is gekozon op advies van de Centrale, omdat in Oc-tober hot winterseizoen begint. Voor dezo periode is de kostprijs per 100 kg. eieren berekend, zoowel voor de groep vermeerderingsbedrijven, als voor de groep fokbedrijven. De aanvulling met schattingen;was doorgaans noodig voor den arbeid van eigen porsonoel (gezinsarbeid), de waarde van de hokken en de afrastering, de pachtwaarde van den grond en het aandeel in de algemeene kosten, indien het bedrijf niet uitsluitend pluimveobedrijf was.
Voorts zijn.enkele n o m e n aangenomen, verstrekt door de Centrale en den Heer van Asperen Vervenne, districts-assistent voor Holland en Zeeland.
De bedrijven zijn gelegen in do volgende gebieden (zie bijlage Il)t Limburg (omgeving Weert), Gelderland (de Veluwe en het gebied ten Oosten van de üssel); enkele bedrijven, verspreid over Overijssel (l), Drenthe (3)» Groningen (l) en Zuid-Holland (2). Het totaal aantal in het onderzoek betrokken bedrijven bedraagt in 1940/'4l8 21 vermeerderingsbedrijven en 12 fokbedrijven."
Voor de toelichting cp de kostenelementen wordt verwezen naar bijlage I, terwijl de gegevens noodig voor de omrekening tot het peil van l942/'43 in bijlage III vermeld zijn. Do kosten zijn voor 1940/'41 uitgerekend per 100 kg. eieren om de verschillende bedrijven naast elkaar te kunnen vergelijken. De meeste kostenele-menten uit de basisperiode zijn eerst gewijzigd door vermenigvuldiging met de wijzigings-coëfficiëntcn. Deze laatste geven de verandering van het betreffende kostenelement en do eventueele verandering van de hoeveelheid kosten aan. Daar de kosten per 100 kg. zijn berekend en de productie in 1942/M3 lager is dan in
1940/'41, zijn de kostenelementen daarna,vermenigvuldigd met het quotient van de gemiddelde eierproductie per; onderzocht bedrijf in 194Ö/»4l eh in 1942/'43» dit quotient bedraagt (zie bijlage ÎIÏ ad 1 en 2)
voor de vermeerderingsbedrijven 1.44
" " fokbedrijven 1.37.
Voor enkele posten is mot een andere factor vermenigvuldigd, terwijl voor de post voeder de kosten rechtstreeks per 100 kg. eieren in 1942/'43 zijn berekend, op grond van de normen van de toegewezen voedersoorten, die door het Bedrijfschap zijn verstrekt, (zie bijlage III)
Do kosten aan- en Verkoop;' eigen verbruik| inkrimping resp. uitbreiding en muta-tie zijn in hun geheölc samenhang door hot Bedrijfschap bekeken. Voor de wijzo van omrekening wordt eveneens naar bijlage III verwezen.
DE PRODUCTIE.
Voor de berekening van den kostprijs per 100 kg. is do productie voor het jaar 1942/*43 gosohat door het Bedrijfschap. Deze heeft dezelfde raming aangehouden als voor het jaar 194l/'42. Definitieve cijfers omtrent de productie per hen over het jaar 194l/'42 zijn nog niet bekend. De voorloopigo cijfers geven echter een resultaat, dat volgens don adjunct-directeur van het Bedrijfschap vrij goed met de geraamde productie van dat jaar overeenkomt. Daar in verband met het te-kort aan strooisel in dezen winter, en in verband met de slechter wordende
< p ^
- 2 - ~ ' < . 'liteit van het voeder (het steeds meer ontbreken van gemengd graan), weer een lage productie verwacht wordt, meende het Bedrijfschap de productie dit jaar gelijk te moeten stellen aan die van het vorige jaar, toen de productie beïn-vloed werd door den zeer strengen winter.
DE ONDERBEZETTING.
Het is een aangelegenheid van prijspolitiek of de kosten van onderbezetting al of niet in den kostprijs verdisconteerd dienen te worden. Derhalve is voor 1942'
'43 na.ast de berekeningen waarbij alle kosten zijn omgeslagen over de vermin-derde productie ook een berekening opgesteld, waarbij bepaalde kostenelementen verminderd zijn in evenredigheid net de vermindering der pluimveestapel.
De pluinveostapel is sinds 1938/'39 net 5°$ verminderd op do vermeerderingsbo-drijven en met 33$ op de fokbevermeerderingsbo-drijven. De betreffende kostenelementen, uitgezon-derd arbeid (zie,bijlage VI) zijn in deze verhouding gereduceerd. Voor het loon
(eigen arbeid en vreemde arbeid) is aangenomen, dat het gedaald is met de helft van de vermindering van het aantal kippen (in $ ) .
Het loon van don vreemden arbeid is uiteraard als werkelijke uitgave constant gelaten5 na aftrek hiervan van het omgerekend totaal l»on, bleef dan hot bedrag voor eigen arbeid over.
Zooals in bijlage I onder 12 is aangegeven, was de.pacht zeer uiteenloopend opge-geven} daarom.is por kip 15 m2 benoodigde oppervlakte aangenomen. Zoo zijn dus deze kosten reeds in evenredigheid met het aanwezige aantal kippen gewijzigd. Sommige fokbedrijven hebben in verband met de gunstige ligging voor den afzet van kuikens en eioren een .hoogen pachtprijs. Daar onder de gewijzigde omstandig-heden het typische karakter-van het fokbedr.ijf verloren is gegaan, is een gedeel-te dezer hooge pacht in zeke,ren zin :als kosten van onderbezetting te beschouwen.
De reductie kon moeilijk worden doorgevoerd en is daarom achterwege gelaten.
ONPERNEMERSLOOF.
-De berekeningen zijn uitgevoerd zonder en met ondernemersloon!
a. voor het geval dat alleen de kale kosten vergoed worden, waarbij dus de onder-nemer geen andere belooning heeft dan die van zijn eigen handenarbqid bere-kend tegen het T^on van drr 1-andarbeider (zooals dit is vastgesteld op 1 Sep-tember I942, Staatscourant ±69 J, en de rente van het in hot bedrijf geïnves-teerde kapitaal. Dit loon varieert van f l.OOÓ - f 1.200 per jaar voor een volwaardige arbeidskracht.
b. voor het geval dat behalve de kale kosten een ondernemersioon van 20$ hier-van verdiend wordt* Dit percentage hier-van 20$ is genomen, omdat in de vastgestel-de prijzen van anvastgestel-dere agrarische producten het onvastgestel-dernemersloon ook globaal 20$ van de kale kosten bedraagt. Als aanknoopingspunt is dit percentage daar-om ook hier gendaar-omen.
De berekening van de kostprijzen met on zonder ondernenersloon is mogelijk in-clusief en esin-clusief de kosten van onderbezetting.
Voor de fokbodrijven is in den kostprijs do belooning voor de spocifioke werk-> zaamheden voor dit soort bedrijf buiten beschouwing gelaten, door ook hier de eigen arbeid tegen landarbeidersloon te berelénen. ••••
DE RESULTATEN.
1. De berakende gemiddelde kale kostprijzen voor de periode 1 Oct.1942-30 Sept. 1943 s
inclusief kosten van onder-bezetting exclusief kosten van
onder-bezetting
Verme erde rings-.bedri jvon gld. / 1st;. ct.p.ei I.83 .10.8 I.7I ' 10.1 .Fok- bedri-gld. / kg, 1.62 I.52 ven ct.p.oi 9.5 8.9 Gewogen ; gemiddelde ] gld»/ ke;J ct.pei 1 j 1.79 iio.5 !
i !
1.67 ! 9.8 • : 12. De kostprijzen inclusief een ondernemersloon van 20$ v»or dezelfde période?
• ' . . • < * •
inclusief kosten van onder-bezetting exclusief kosten van
onder-bezetting Vermeerderin^s-'bedrijven gld./ k«. 2.20 , "ct.p.ei 12.9' 2.O5 12.1 Pok-bedrijven gld./ kg. 1.94 j 1.82 cUp.ei II.4 Gewogen gemiddelde gld./ kg. 2.15 10.7 i 2 . — cfcp. ei 12.6 11.8 L.E.I.
' - 3 - . .
Hot gewogen gemiddelde is genomen, ondat de eierproductie op alle ve rme erde ring s-bedrijvon staat tot do eierproductie op alle foks-bedrijvon als 4 : 1.
Bij de interpretatie van deze resultaten raoct nen acht slaan op hot volgende: lo. Is hot aantal bodrijven, waarop de bGroJœnihgen betrekking hebben wel groot
genoeg, zoodat de door ons berekende gemiddelde kostprijs werkelijk net do kostprijs van het middenbedrijf overeenkomt?
2e. Wanneer dit wel hot geval is, zijn er dus steeds 50$ van de bedrijven, die oen lageren kostprijs hebben en die daardoor due een extra ondernemersioon
verdienen en $0% die een hoogeren kostprijs hebben en dus minder verdienen
dan het middenbedrijf.
Wanneer we tenslotte de in dit rapport verkregen resultaten vergelijken mot die van rapport no. 15, dan zien we dat de prijzen van de vermeerderingsbedrijven en van de fokbedrijven ongeveer hetzelfde zijn gebleven. Dat dit het geval is, is voor de vermeerderingsbedrijven voor een belangrijk gedeeltejte verklaren .J uit de posten inkrimping, rosp. uitbreiding en mutatie pluimveestapel. De totale
[\ kosten voor l942/'43 zijn weliswaar hooger, maar dit wordt gecompenseerd deor
i grootere baten tengevolge van de mutatie van den stapel. Op de
vermeerderings-bedri jven bestond op 1 October 1941 <le stapel uit j£4j£_jonge en 56$ oude hennen. Doordat er in 1942 slechts een kleino toewijzing aan kuikens w a s , bestond dé
stapel op 1 October 19'!2 voor 30$ uit jonge en voor 70$,uit oude hennen. Dit
had .een belangrijke invloed op de post ''Inkrimping en mutatie der pluinveestapelj' /$i(,'/,.,r die hierdoor een verlies gaf van f 4» 54 per 100 kg. eieren. Omdat in het
voor-jaar van 1942/'43 ^veel"m"...er kuikeni mogen worden aangeschaft, zal de stapel op 1 October 1943 bestaan uit 45$ jonge en 55$ »ude hennen. Dit veroorzaakt een be-langrijke stijging van de waardo van den stapel aan het einde van het jaar ten opzichte van het begin van het jaar. De post Uitbreiding en mutatie dor pluin-veestapol geeft voor 1942/'43 een winsi_jyan f_4»92 per 100 kg. De post Verkoop en eigen verbruik is eok gestogen erTwêl van f 6.57 in totaal in 194l/'42 tot f 12.37 in 1942/'43. Dc post Aankoop dieren is daarentegen gestegen van
f 7.3I tot f II.52 per 100 kg. eieren.
Op do fokbedrijven hebben we in dit rapport in togenstelling met rapport no. 15 de specifieke fokkerskosten voor loon geëlimineerd. Dit heeft epn belangrijke verlaging van de kosten ton gevolge gehad. Do post verkoop van fokhanen is weg-gelaten, omdat do kosten ook in evenredigheid''Verminderd zijn (zie bijlagen III en V ) . De invloed van de mutatie van den stapel op de resultaten geeft hier
, weinig verschil t.o.v. 1941/'42 te zien*,
pltÀ-:<" op de fokbedrijven was er in het jaar 1941/'42 aan het begin en aan het einde ' van het jaar geen verschil in de onderlinge verhouding van de oude en jonge
hen-nen. Vandaar dat daarom de posten Uitbreiding en inkrimping dor pluimveestapel nihil bedragen. Ook in 1942/'43 is deze post hier zeer gering.
's-Gravenhage, 24 October 1942. LATOBOUW-ECONOMISCH INSTITUUT de Directeur,
H,
/IA**?*
(Drs.J.Horrihg)Rapport No, 20, "bijlage I. TOELICHTING OP DE KOSTENELTIISNTEN.
1, Arbeid.
Voor arbeid door den "bedrijfsleider is een loonnorir. aangenomen,gelijk aan die van den volwassen vasten arbeider in het betreffende gebied ontleend aan het Rapport van de Nederlandsche Christelijke Landarbeidersbond "Overzi ht van de loonen en verdere arbeidsvoorwaarden in den Nederlandechen Land- en Tuin-bouw" ( zie bijlage II), De loonnorm voor de Veluwe is hooier aangenomen dan in het Rapport was aangegeven, daar de bedrijven in de Kor van Apeldoorn, Ede en Barneveld lagen, zoodat de loonnom van een landarbeider hier niet juist TOB. Voor de verdere gezinsleden is de volgende nom. aangenomens vrouw 60$, jongens en meisjes beneden 20 jaar 60$ resp. 50$ van den volwassen man. De sociale lasten bedragen voor 1940/'41 7$ en voor 1942/'43 13$ van het loon. Óver het loon van eigen arbeid zijn ook sociale lasten berekend, daar we voor den bedrijfsleider en zijn gezinsleden een inkor en voor hun arbeid incalcu-leerden, dat gelijk is aan het loon van.een landarbeider. Als zoodanig wordt beschouwd het normale loons vermeerderd net die bijdragen door den werkgever,
die voor de sociale voorziening van den werkman dienen. De vereveningsheffing, die het karakter van een belasting heeft is derhalve niet meegeteld, zoodat. het landarbeidersloon is vermeerderd niet 13 4,5 = 8.5$.
-2. Voeder.
a. het aangekochte voeder in het basisjssar 1940/'41 is uit volledige en nauw-keurige boekhoudkundige aanteekeningen overgenomen.
b. do waarde van het voeder uit eigen bedrijf is ter plaatse geschat. 3. Strooisel. 4« Brandstoffen. 5. Waterleiding en electriciteit. 6. Klein gereedschap. 7. Verzekering. 8. Veearts. 9. Algomeene onkosten. 10.- Onderhoud«
De posten 3 %/in 10 zijn aan de boekhouding ontleend. Voor zoover het niet uit-sluitend pluinveebedrijf was, is voor het aandeel in de totale kosten voor olk der poston oen schatting gemaakt. Dit laatste was in het algemeen bij fok-bedrijven niot noodig, doch wel bij de vermeerderingsbedrijvon, die speciaal in Limburg met het boerenbedrijf gecombineerd zijn.
De uitgaven voor brandstoffon hebben alloon betrekking op de kunstnoeder,daar do kosten van het broeden steeds geëlimineerd zijn.
11. Afschrijving.
Op de waarde van do hokken is 5$ afgeschreven, op de waarde van de ijzeren
palen van de afrastering 6$. Do vernieuwing van hot afrasteringsgaas is steeds onder de uitgaven voor onderhoud geboekt en als zoodanig onder 10 a opgenomen. 12. Pacht.
Voor de pachtprijzen van don grond'per ha. wordt verwezen naar bijlage II. Daar do grootto van hot opporvlak, dat por dier gebruikt werd, zeer verschil-lend word opgegeven, o.a. omdat de grond veelal ook voor andore dooleindon
( b.v. boongaard) werd benut, is na overleg mot den hoer van Asporon Vervonnc het opporvlak, noodig voor hokken en uitloop op 15 K2 per dier gesteld. 13. Rente.
De rento is togen 4$ ingecalculeerd over den dooden inventaris on over do pluimvoostapel.
Als waarde van den inventaris is genomen de gemiddelde waarde aan het begin en aan het oindo van hot jaar, zooals deze voor olk bedrijf was opgegeven. Voor do waarde van de pluimveestapel is por dier voor 1940/*41 gerekends jonge hen f. 3.3O, oude hen f. 1.50 { Witte Leghorn) en f. 2.- (ovorigo)f hanens
2 -do -door hot "bedrijf opgegeven waarde.
De rente van het omloopond 'bedrijfskapitaal ie verwaarloosd, dear de ont-vangsten regelmatig binnenkor.en, zoodat hot omloopend bedrijfskapitaal gering is.
14» OmzetHelasting,
Goon omzetbelasting is verschuldigd over de eieren die bij erkende ver-zamelaars ingeleverd worden, en over de dieren, die voor eigen gebruik geslacht zijn. Daar in hot algemeen de eieren bij erkende verzamelaars worden ingeleverd en de dieren niet verkocht worden aan particulieren, maar aan handelaren hebben we over de eieren geen omzetbelasting en over do verkochte dieren ifo omzetbelasting berekund.
15« Aankoop dieren.
Daar de vornoerdoringsbodrijven do jongo kuikens aankoopon biedt deze post voor deze bedrijven geen moeilijkheden.
Do fokbodrijven broeden echter zelf do eieren uit. De kuikens v/orden voor een deel verkocht en voor een ander dool in eigen bodrijf opgefokt -»oor de verjonging van do pluinveostapol. Daar do berekening van den kostprijs van do consunptioeioren niet beïnvloed mag worden door de gunstige of
on-gunstige resultaten van de fokkerij moeten dus uit onze borekeningen zoowel de kosten van het broeden als wfc* de opbrengsten hiervan geëlimineerd vrordon, Voor do post loon was do splitsing van loon voor fokkerij on loon voor den
consuinptioeioron produceerondón stapel niet mogelijk. Daarom is gerekend dat het loon per 100 hennen op do fokbodrijvon gelijk is aan dat op de
vomoordoringsbedrijven. Het overige loorf wordt dan beschouwd als to zijn oen vergoeding voor de specifieke fokkersworkzaamhedon.
Daar hot fokbodrijf geen kuikens aan behoeft te koopen konen daar dus do werkelijke uitgaven van aankoop van do jongo kuikens voor do eigen stapol niet voor. Toch moot daar een .zoodanige aankoop berekend ?/orden, omdat do resultaten van do fokkerij buiten beschom?ing zijn gelaten. Dozo kuikens worden daarom berekend togen eon bedrag dat de kuikens af fokbedrijf kosten;
dit is voor 194l/'42 alduB berekend. Do vastgestelde prijs voor oon gesopt kuiken bedroog f. 0.75« Het soxloon van 2 kuikens bedraagt f. 0.10, zoodat voor oen ongosoxt kuiken f. 0.325 overblijft.
Het aantal bunoodigdc kuikens is voor 1940/'41 als volgt borekonds op elke 100 nonnen aanwezig op hot oindo van het boekjaar, zijn 67 jonge hennen
verondersteld} dozo zijn verkregen yit 150 kuikens, n.l. hot dubbolo aantal vermeerderd mot hot normaio sterftoporoontago.
16 + 17 c. Inkrimping rosp. uitbreiding en mutatie dor pluir.veostapel.
Do vaststelling van do v/aardodaling rosp. -stijging is geschied overeen-komstig het principe van den "ijzeren boginjaar-voorraad". 1 ) .
Hiorbij is uitgegaan van do gedachte, dat, indien do kwantitatieve en kwa-litatieve samenstelling der pluimvoestapel aan het begin on aan hot einde van do boekperiodo gelijk is, do afnoring of toeneming van do waarde bij vorandering van den prijs geen invloed dient te hebben op do verlies- en winstrekening ( rosp. op do koeten en baton). Op grond van dit principo is alleen hot moordere rosp. het mindere aantal van iedere categorie aan hot eindo dor bookporiode togen marktwaarde als baten resp. als kosten op-gonomon.
17a + b. Verkoop van dieren on eigen gebruik.
Bij do fbkbodrijven zijn onder do vorkoopon en hot eigen verbruik niet do kuikens bogropon, daar ook do kosten van het broeden geëlimineerd zijn. 17d. Waarde van do mest.
Do most uit do hokkon (inclusief strooisel) is op do kosten in mindering gebracht voor oon bedrag van f. 6.- por 100 dieren por jaar.
18. Koston voor fokhanon.
Daar voor hot fokbodrijf in het basisjaar 1940/'41 do koeten van 20 fok-hanen por 100 hennen in de berekeningen opgenomen zijn, omdat de kosten dio hiervoor gocaakt waren niet af te splitsen waren van do totale kosten van die periode, zijn daar ook do opbrengsten dor fokhanon opgenomen. 1) Zie artikel! "Een methode ter uitschakeling van den invloed der
waarde-schommelingen van den veestapel op de bedrijfsresultaten in den landboùwy in de Ecónomisch-Statistische Berichten van 19 ITovouber 1 9 4 L
3
-In het jaar 1942/'43 zijn de opbrengsten van deze fokhanen niet opgenomen. Derhalve is ook een correctie toegepast op de kostenelementen,voorzoover daar nog kosten voor fokhanen inbegrepen zijn. De kosten van de onderstaande,posten zijn met l/l2 verminderd, uitßaande van de veronderstelling dat per 100
hennen gedurende een half jaar 20 fokhanen aanwezig zijn» Brandstoffen, water-leiding en electriciteit, klein gereedschap, veearts, algemeene onkosten,' on-derhoud, afschrijving, rente inventaris.
Rapport No. 20, Bijlage II. OVERZICHT VAN DB NOtO-'EIT VOOR EBT INGEC&LCULEBRDE LOON VOOR EICTBN ARBEID. a. Voor een volwassen t;an:
Groningen (Zuid-Westerkwartier) Drente (Z.W; Drente). O v e r i j s s e l (zandgebied) Gelderland ( U s s e l s t r e e k en Graafschap) Gelderland (Veluwe) l ) Limburg 2)
Zuid-Holland (bedrijf in Moordrecht) (bedrijf in Hillegersberg) 1940/'41. 925 875 850 800 875 800 1050 1100 b. Voor andere gezinsleden!
Vrouw
Jongen beneden 20 jaar
Meisje ,t *> >r
60$ van het loo: 60$ ". " " 50$ '• " "
De loonen zijn ontleend aan het Rapport van de Nederlandsche Christelijke Landarbeidersbonds "Overzicht van de loonen en andere arbeidsvoorwaarden
in den Nederlandschen land- en tuinbouw" en zijn voor het jaar 1940/'41 vermeerderd met 15$.
1) Daar de bedrijven gelegen zijn in Apeldoorn, Ede en Barneveld is het onjuist het lage landarbeiders loon dat voor de Veluwe gelât, aan te houden; derhalve is het gesteld op f. 875«—•
2) Voor Limburg vra.ren.geen gegevens in het rapport opgenomen, zoodat dit ge-bied gelijk gesteld is met de Usselstreek.
OVERZICHT VAN LIMBURG: Helden I Helden II Kessel Grather. I Grathem II Baexen Ospel I Ospel II Hunsel Haelen Keipen Meyel Rofcgel DE f. f. f. f. f. f. f. f. f. f. f. f. f.
PACHTPRIJZEN PER HA VOOR
5 5 4 7 - 70.-80." 60 — 60.- 80.- 70.- 60.7 5 - 60.6 5 -GELDERLANDs Apeldoorn I Apeldoorn II Winterswijk I Winterswijk II Winterswijk III Angerlo, Borculd Zevenaar Duiven Wegeningen Ede Barneveld Laren DE VERSCHILLENDE BEDRIJVEN. f. 70 — f. 80.-f. 87.50 f. 70 — f. 7 0 — f. 65.-f. 70 — f. 65.-f. 7 0 — f. 80.-f. 30.-f.150— f. 75 — OVERIGE« Haaksbergen f. 5 ° — Hoogeveen f. 87-50 Coevorden I f. 60 — Coevorden II f. 65 — Zevenhuizen f.100.*-Moordrecht f.125 — Hillegersbergf.100.-1)
l) is gelegen op duren grond binnen de kom der gemeente.
Rapport no. 20, bijlage III. . GEGEVENS VOOR DE OMREKENING VAIT DE PRODUCTIE!'.'OSTEN BT DE BASISPERIOBE 1 OCT.
I94O - 30 SEPT. I94I TOT DE PERIODE 1 OCT, 1942 - 30 SEPT. 1943«
De gemiddelde kosten per 100 k o eioron in de basisperiode zijn gmgerekend op grond van de onderstaande factoren, die zich t.o.v. de basisperiode hebben ge-wijzigd:
Ie. De productie per hen;
2e, Het gemiddeld aantal hennen per bedrijf 5 3e. De prijzen der kostenelementen 5
4e, De hoeveelheden der kosten.
De omrekening van de empirische kosten van hot boekjaar 1940/'41 geschiedt in twee phasent
a. het bedrag van elk der kostenelementen is vermenigvuldigd net de wijzigings-ceëfficiënten. Deze zijn verkregen door vermenigvuldiging van de prijsvërande-ring van het betreffende kostenelement net do aventueelo verandeprijsvërande-ring van de hoe-veolheid(bij gelijkgebleven productie) van ditzelfde kostenelement. Doar verme-nigvuldiging van de empirische kosten net deze wijzigingseoëfficiënten worden de kosten voor 1942/'43 verkregen, indien de eierproductie per bedrijf gelijk ge-bleven was aan die in 1940/'41. Daar deze kosten por 100 kg. echter, door de
daling van de eierproductie, cp een kleinere hoeveelheid konen te drukken zijn de aldus omgerekende kosten vermenigvuldigd net de verhouding der productie in beide jaren, n.l.net 1.44 voor de verneerderingsbedrijven, en net 1.37 voor de fokbedrijven (zie hieronder ad 1 en 2 ) .
De onder ad 3 en 4 I genoende kostenelementen zijn op bovenstaande wijze omge-rekend Van de posten onder ad 3 en 4 II n.l. Pacht en 'Vaarde van de mest zijn de
kosten in 1940/'41 per dier vastgesteld. Deze kosten zijn dan na vermenigvuldi-ging net de wijzivermenigvuldi-gingsceëfficiönten nog vermenigvuldigd net de verhoudingsfactor die de gemiddelde productie per hen in het jaar 1942/'43 t.o.v. 1940/'41 aangeeft. Deze factor is zoowel voor de verneerderingsbedrijven als voor de fokbedrijven 100 _ 1 /1
71.03 - • '
Tenslotte kon voor de onder III genoemde post Veeder en post 16 en 17c mutatie van de pluinvoestapel de omrekening niet op basis van do empirische kosten
ge-schieden. Deze kostenelementen zijn voor 194-2/'43 in overleg net het Bedrijf-schap berekend.
Ad. 1 en 2.
De geniddelde productie por hen bedroeg in 1940/'41 op de onderzochte verneerde-ringsbedri jven 7*5^ kg. en op de fokbedrijven 8.51 kg.| in overleg net het Be-drijfschap is 17 eieren op 1 kg. berekend. De door het BeBe-drijfschap geraamde pro-ductie per hen bedraagt voor het bedrijfsjaar 1942/'43 voor het verneerderings-bedrijf 5.37 kg. d.i. 71.03^ van de productie in 1940/'41. Voor het fokverneerderings-bedrijf is de geraande productie voor 1942/'43 in dezelfde verhouding genonon, deze be-draagt dus 2 ^ 0 3 x 8 # 5 1 _ 6#Q/, ^
De geraande productie is gelijk aan dis welke voor het jaar 194l/'42 aangenonen is in rapport no. 15.
Het ^eniddcló. aantal hennen t.o.v, 1940/'41 wordt door het Bedrijfschap geschat op: 98^ bij do vermeerdoringsbedrijven en
103^ " " fokbedrijven.
De rtenifldelde eierproductie per bedrijf in 1940/'41 is dus in verhouding tot de
geraande productie in 1942/'43s 100 -1 „ * A -, J • v J • ' • ^ ' f'-tm'à\ O Q8 = 1*44 voor de vprneerderingsbedrijven en 7 1 QL T~öT = 1*37 voor de fokbedrijven. Ad 3 jen 4 . I ,l . JLoon. a . ;in Groningen i s de s t i j g i n g t . o . v . 1940/«41 1192,50 * 1.28
925 .
b . i n Drenthe " " " " » 1060 - 1.21~575
c . i n O v e r i j s s e l (zandgebied) 'M. " 1007 * 1.18 d. i n Gelderland ( U s s e l s t r e e k en Graafschap) 1007 - 1.26 ÜÖÖ L . E . I .2
-•• in Gelderland (Veluwe) zelfde stijging als d. aangehouden • 1,26. f. in Limburg is de stijging t.o.v. 1940/'41 1007 » 1.26
"15ÖÖ g. in Zuid-Holland(Hoordrecht) » " 1192.50 ' - 1.14
1050 h. in Zuid.Holland (Hillegersberg) " 1192.50 » 1.08
1100
Voor de verraeerderingsbedrijven i s de gemiddelde c o ë f f i c i ë n t ;
a * * + c + d + f 1.22+1.26+1.26
— i - ^ j r «1.25
Voor de fokbedrijven is de gemiddelde coefficients e + fi + h + * + ,«
4 1.26 + I.I5
5 5 — » I.205.
Sociale lasten voor eigen arbeid en vreemde arbeid resp. 8.5$ en 13$ van het loon n.l.t Invaliditeitswet 2.8$ Ziekte en ongevallenverzekering 3 $ Bijzonder ongevallenfonds 0.1$ Kinderbijslagregeling 1 $ Ziekenfonds 4 % Imponderabilia 0.4$
Vereveningsheffihg 4*5$ alleen voor vreemde arbeidskrachten. 15.8?r
Hiervan komt ten laste van den arbeider 2.85$» zoodat de sociale lasten dus thans 12,95$» afgerond 13$ van het loon bedragen.
3. Strooisel. 1.22.
Al hoewel er een distributie van turfstrooisel bestaat in dien zin, dat de handelaren 50$ krijgen toegewezen van de hoeveelheid van het jaar 1940/'41» zullen de pluimveehouders toch trachten dezelfde hoeveelheid te verkrijgen als in dat jaar. Het eventueel tekort zal door stroo aangevuld worden. In onze
berekeningen is aangenomen, dat dezelfde hoeveelheid strooisel aangekocht wordt als in 1940/'41. Volgens inlichtingen verkregen bij eenige bedrijven is de
prijs van turfstrooisel gestegen van f. 2.45 Per pak tot f. 3.- per pak. De
wijzigingscoëffioiënt is dus 3.- , ,0
"2~45 " 1"iZ'
4. Brandstoffen. 1.06.
Volgens inlichtingen van het Hljkskolenbureau is de prijs van brandstoffen sinds het voorjaar van 1941 met 6$ gestegen.
5. Waterleiding, eleotriciteit.
1.-Volgens de Statistiek van de kosten van levensonderhoud van het Centraal Bureau voor de Statistiek zijn de kosten voor deze posten niet verhoogd. 6. Klein gereedschap. O.96
Volgens nog niet door het Centraal Bureau voor de Statistiek bewerkt basis • materiaal zijn de prijzen sinds 1940/'41 met 4$ gedaald. Bit houdt verband met
een daling van de prijs van ijzer sinds die periode. 7. Verzekering 1.10
De verzekering heeft vrijwel alleen betrekking op den dooden inventaris.Daar deze thans practisch niet meer te vernieuwen is, is in overleg met het Bedrijf-schap dezelfde coëfficiënt aangehouden als in rapport no. 15»
7a. Opfokloan. 1.375
Het aantal 'is 11 Ofo geworden van het jaar 1940/'41 en de stijging van het loon
is volgens ad 2 25$. De wijzigingscoëffioiënt is evenredig met de bezetting verondersteld en dus berekend op 1.1 x 1.25 • 1.375»
8. Veearts. 1.04
In verband met 4$ omzetbelasting is deze coëfficiënt ep 1,04 gesteld. 9. Algemeene kosten. 1.10.
Deze post bestaat uit.vrachten, abonnementen, advertentie-, porti- en
telefoon-kosten. De gemiddelde stijging van deze .kosten bedraagt sinds 1940/'41 ± 10$.
10. Onderhoud.
a. hokken en afrastering 1.82
b, werktuigen 1.02
De kosten van onderhoud zijn in het algemeen sterk gestegen. Dit is echter mede het gevolg van reparaties in den vorm van vernieuwing, omdat het aan-schaffen van nieuw materiaal geheel of grootendeels is uitgesloten. Daar echter desondanks de afschrijving voor een normaal "bedrag is opgenomen» moet
de post onderhoud gewijzigd worden overeenkomstig de stijginb van den prijs
van het normale onderhoud.
Deze is voor de hokken 1.27 berekend als gewogen gemiddelde van de gestegen kosten van het loon van den timmerman en de prijzen van hout en ruiten. Voor de afrastering bedraagt de stijging 3.18, volgens inlichtingen van eenige pluimveehouders. De kosten van onderhoud van de hokken waren inl940/'41 gQ-middeld 2.5 maal het onderhoud van de afrastering.
De totale coëfficiënt wordt dus 2»5 * 1.27 + 3.18 „, 1 # 8 2
3.5
De kosten van onderhoud van werktuigen zijn volgens nog niet door het Centraal Bureau voor de Statistiek bewerkt basis materiaal met 2$ gestegen.
11. Afschrijving. 1.10 a. hokken en afrastering. b. werktuigen.
Geschat op 10$ in verband met de prijsstijging der betreffende' activa. 13. Rente 1.0
a. in yentaris.
Daar in het algemeen geen nieuwkoop meer plaats kan vinden is het uitgegeven bedrag practisch niet gostagen.
b. pluimveestapol.
Daar de productie per kip gelijk is aan die in 194l/'42 kan hetzelfde bedrag aangenomen wordon als in rapport no. 15 berekend is.
15. Aankoop dieren on
17a en b. Vorkoop en ci;;cn verbruik van, dioron.
Hierover zijn door net .Bedrijfschap onderstaande gegevens verstrekt. De toowijzigingon van houders van vormeerderingsbedrijven en van fokkers van thans bedragen gemiddold 119$ van die van 1940/'4L Bij de verdere bereke-ningen is dit percentage afgerond op 120.
Vermeerderin^sbedri 3von. a-Kosten aankoop dieren.
Do toewijzing van 1941 wordt op 100 gosteld.
De toewijzing aan vrouwelijke kuikens bedroog 60$ dozer toewijzing. Per 100 dieren worden voorts 5 hanen toegewezen.
kuikens 60 x f. O.78 » f. 46.80 hanen 5 x f. 4.- » f.
20.-f. 66.80
Voor I943 is de toewijzing 120 t.o.v. 100 in 1941.
Do toewijzing aan ongosoxte kuikens bedraagt 110$ dozer toewijzing aan dieren Per 100 dieren worden 5 hanon toegewezen.
kuikens 110$ van 120 - 132 x f. 0.35 - f. 46.20 hanen 6 x f. 4.- f. 24.-»
f. 70,20
dit is 105$ van do kosten van 1940/'41j do wijzigin^scoefficiont is dus I.05.
b. 0j>bïangst uit verkoop van dioren ( incl. oigon vorbruik) Vóór T 9 4 Ï .
100 (oude stapel) + 90$ van 60 + 5'> niouwo haneri (verjonging) =» 159
overgebleven __\9"L. storfte oude stapol 10$ 10
voor verkoop waren beschikbaar 42"" waarvan 5 jonge dioron on 37 oude dieren.
5 Ï f. 3,32 + 37 x f. I.56 = f. 74.32. Voor I943s
102 ( oude stapel) + 90$ van 1|2_ + fi - ^ ^ _ l 6 ?
overgebleven 107 " 6 0
-sterfte code stapel 15$ IS voor verkoop beschikbaar 45 waarvan 6 j^nge dieren on 39 oude dioron
4
-6 x f. 3.32 + 39 x f. 1.5-6 = f. 80.7-6
d.i. 109$ van de opbrengst over 1940/'4-1, de wijzigingscoëfficient bedraagt dus 1.09.
Fokbedri jven_j_
a. Ec?;ssn aankoop dicron,
De toewijzing voor 1941 wordt op 100 gesteld.
Be toewijzing aan ongesexte kuikens bedroeg 120$ hiervan = 120 x f. 0.325
= f. 39.-.
Voor 1943 is de toewijzing 120 t.o.v. 100 in 1941.
De toewijzing aan onge3ezte kuikens bedraagt 110$ van de toewijzing = 132 x
f.0.325 = f.42.90, d.i, 110$ van de kosten van 1940/*41j de wijzigings-coëfficient bedraagt U O .
**• Opbrengst uit vsrkjoop v-an_dieren ( incl. eigen verbruik). Voor 1941 » 100 ( oude stapel) + 9Ö$~van 6*0 + 5 nieuwe hanen (verjonging) = 159
overgebleven 1<)6 Sterfte oude stapel 10$ 10
Voor verkoop beschikbaar 43 waarvan 5 jonge dieren en 38 oude dieren.
5 x f. 3.32 + 38 x f. 1.56 - f. 75-88
opbrengst van 20 fokhanen 20 x f. 4.- » f« _ ^ ° ^_
totaal f7155.
$5
Voor I943;
loS"T oude stapel) + 90$ van 132 £ . . ,„,
v . ' ' ' - = — + 6 nieuwe hanen= 171
overgebleven 106 Sterfte oude stapel, 15$ 16
Voor verkoop beschikbaar 49 waarvan 7 jonge dieren en 42 oude dieren
7 x f. 3.32 + 42 x f. I.56 = f. 88,76
d.i. 57$ van 1940/'41; de wijzigingscoëfficient bedraagt dus 0.57. De bedragen deze;.? posten zijn dus t.o.v. het bedrag in 1940/'41 Vermssrd.QTlr^BbeO.v.i.jven,
aaakoop dieren 10^;$
verkoop en eigen verbruik van dieren 109$. aankoop dieren 110$
verkoop en eigen verbruik van dieren 57$.
Op het bedrag van de post verkoop 1940/'41 (bijlage IV en V) moet eohter eerst onderstaande correctie worden toegepast:
VeTmaordgringsbedri-jyeri,
Het aantal hennen op i Oct. 1941 t.o.v. 1 Oct. 1940 bedroeg gemiddeld op de onderzochte bedrijven 226 tegenover 228 d.i. 99$.
Volgens opgave van het Bedrijfschap was dit percentage als gemiddelde van alle bedrijven 107. Het aantal hennen op de onderzochte bedrijven is dus op 1 Oct. I94I te stellen op 1.07 x 228 » 244 i.p.v. 226. Dit aantal hennen zou aanwezig geweest zijn, indien het aantal bestemd voor verkoop 244 -226 • 18 minder was geweest.
Als slachtwaarde is, voor de Witte Leghorn f. I.50 en voor de overige f.2.-gerekend| bij een verhouding van Fitte Leghorn tot de overige van 8 s 1 is
de gemiddelde slachtwaarde f. I.56. De »pbrengst van verkoop is dus gemiddeld
18 x f. I.56 =» f. 28.08 per bedrijf minder.
Bij een gemiddelde eierproductie per bedrijf van 1551 kg« eioren wordt dus de vermindering f. 28.08 s I5.5I = f. 1.81 per 100 kg. eieren.
Voor de omrekening voor het bedrijfsjaar 1942/'43 wordt post 17a van bijlage IV dan f. 7-78 - f 1.81 - f. 5-97.
Voor deze bedrijven wordt de correctie aldus:
Aantal hennen op de onderzochte bedrijven op 1 Oct. 1941 t.o.v. 1 Oct.1940
is 710 tegenover 641 d.i. 111$. Volgens het Bedrijfschap is dit percentage
gemiddeld IO6; het aantal ©p de onderzechte bedrijven moet dus op 1.06 x
64I = 680 worden gesteld. Do post verkoop en eigon gebruik wordt dus verhoogd me-è 7IO - 680 « 30 dioren à f. I.56 = f. 46.80 por bedrijf5 bij een
gemid-delde eierproductie van 5147 kg« eieren dus f. 46.80 s 5 L 4 7 • f. 0.91 per 10Ç kg. oieren. Het Teedrag van post 17a ( bijlage V) wordt dus voor do
om-rekening f. 23.58 + f. O.9I m f. 24.49.
-5-II.
12. Pacht.
Hoewel de mogelijkheid van stijging van den pachtprijs thans weer bestaat is er geen reden om een verhoo^ing aart te nemen.
17d. Waarde van de mest .
1.-Gezien de slechtere samenstelling van het voeder is de v/aarde gelijk te-nomen aan die in 1940/'41.
III. Voor de onderstaande pasten was een omrekening door vermenigvuldiging mot wijzi^ingscoëfficienten en verhoudin0sfactoren niet megelijk. Ds
empirische kosten moesten hier worden losgelaten. De kosten dezer posten zijn voor 1942/'43 »a overleg met het Bedrijfschap vastgesteld.
2. Voeder.
Te verwachten hoeveelheid per dier per jaar ( in k g ) .
Door het Bedrijfschap zijn de volgende normen opgegeven. In tegenstelling-met rapport n«. 15 zijn hierin ook "begrepen de hoeveelheden die noodig zijn voor het opfokken van de aangekochte kuikens.
Ochtendvoeder of Pluimveèkorrel 33.3 kg« Hardvoeder 13.4 " Opfokvoeder 1.4 " Kuikenzaad 1,4 " Aardappelen 12.5 " Gedroogde garnalen 0.7 " G.arnalen gruis 0.2 "
Wat de prijzen per kg. "betreft zijn we uitgegaan van de prijzen, die"per 1 Oct. I942 bekend waren. Met eventueel te verwachten stijging van de prijzen is geen rekening gehouden.
De gemiddelde prijzen van Dchtendvoer, Pluimveekorrel en Hardvoer bedragen volgens opgave van een groot aantal Coöperatieve Aankoopvereenigingên, verspreid over geheel Nederland, resp. f. 12.29, 12.58 en 10.37»
De groothandelsprijzen van het "Centraal Bureau" te Rotterdam bedroegen per 1 Oct. I942 resp. f. 11.-, f. 11.30 per 100 kg.
Gemengd graan is daar niet meer verkrijgbaar. De gemiddelde marge van de Coöperaties bedraagt dus f. 1,29 per 100 kg.
Wanneer we dt>zelfde marge voor Opfokvoeder en Kuikonzaad aanhouden, krijgen we voor deze artikelen de volgende Kleinhandelsprijzen!
Voor opfokvoeder f. 14.20 + f. 1.29 = f. 15.49 " kuikenzaad f. 17.30 + f. 1,29 - f. UP.59,
De aardappelen worden steeds gestoomd of gekookt gevoederd.
Over de kosten van hot kooken zijn ons geon gegevens bekend, zoodat onder-staande gegevens over het stoomen zijn toegepast.
De Coöperatie te Giosson-Nieuwkerk gaf de volgende cijfers:
Inkoop voeraardappelon van de V.B.N.A.. (franco boord of naaste spoorweg-station) f. 27.- per 1000 kg.
vracht f. 4,-kosten van stoomen
4«-f.
35.-De verkoopprijs van de Coöperatie bedroog franco-boerderij f. 4.10 por 1Q0 kg. Deze prijs geldt dus voor bedrijven, die de gestoomde aardappelen van do Coöperatie moeten koopen, of de rauwo aardappelen eerst via don tusschenhandel moeten verkrijgen; voor de fokbedrijven zal dit in het algemeen het geval zijn.
Daarnaast bestaat de mogelijkheid, dat vooraardappelen uit eigen bedrijf naar de stoomorij worden gebracht om daar to worden gestoomd. Daar in dit goval als regel met eigon vervoermiddelen vervoerd wordt, is de berekening als volgtÏ
prijs af boerderij volgons opgave uit Drente f. 2.10 per 100 kg. gemiddelde kosten van stoomen bij de Coöperaties
te Assen, Bonnekom,Luntoren en Giosson-Nieuwkerk 0.33 " " " totaal f. 2.43 per 100 kg.
6
-Beze prijs is in verband met het feit dat verreweg de meeste
vermeerde-ringsbedrij ven gecombineerd zijn met een ^ewoon boerenbedrijf aangehouden voor de vermeerderingsbedrijven.
Voor gedroogde öarnalen is door het Bedrijfschap een prijs van f. 21.75
per 100 kg. en voor gamalengruis een prijs van f. 15*75 Pe r 100 kg.
opgegeven.
Berekening van de voederkosten per dier voor de vermeerderingsbedrijven? Ochtendvoer en gemengd graan( van ieder 50p) 33.3 kg. x 0.1244 = f.4.143 Hardvoeder 13.4 " x 0.1037 = f.1.390 Opfokvoeder 1.4 " x 0.1549 = f.0.217 Kuikenzaad 1.4 » x 0.1759 = f.0.247 Aardappelen 12.5 " x 0.0243 = f.0.304 Gedroogde garnalen 0.7 " x 0.2175 * f.0.152 Garnalengruis 0.2 " x 0.1575 = f.0.031
totale voederkosten per dier f.6.484 Voor de fokbedrijven wordt dit, in verband met de hoofere kosten van de
gestoomde aardappelen f. 6.484 - f. 0.304 + f. O.625 = f. 6.805.
Be kippenstapel met inbegrip van de hanen is op de vermeerderingsbedrijven 105$ en op de fokbedrijven 109^ vàn het aantal hennen.
Be voederkosten omgeslagen per hen worden dans f. 6".81 voor de vermeerderingsbedrijven f. 7.42 voor de fokbedrijven.
Idem per 100 kg. eieren gebaseerd op de geraamde productie voor 1942/'43s f. 126.82 voor cle vermeerderingsbedrijven
f. 122.85 voor de fokbedrijven.
16 en 17 c. Inkrimping resp. uitbreiding en mutatie van den .pluimveestapel. Hierover zijn door het Bedrijfschap onderstaande gegevens verstrekt. Baar alleen een mutatie vervracht wordt zal deze post aldus wordens Vermeerderingsbédri jvens
jong oud per 100 hennen op 1 Oct. 1942 30 70
idem 1 Oct. 1943 45 55 Be. yraarde per 100 hennen bedraagt dus op
1. Oct. I943 ': 45 x f. 3.32 + 55 x f. I.56 - f.235.20 en op 1 Oct. I942 s 30 x f. 3.32 + 70 x f. I.56 - f.208.80
waardestijging per 100 hennen » f. 26.40
Be gemiddelde productie is geraamd op 5»37 kg. per hens. de waardestijging tengevolge van de gewijzigde samenstelling is dus për 100 k^. eieren f. 26.40 .1 5.37 - 4.92.
Fokbedrijven; jong oud
Per 100 hennen op 1 Oct. 1942; 43 57
idem 1 Oct. 1943 , 44 56 Be waarde per 100 hennen bedraagt dus op
1 Oct. 1943s 44 x f. 3.32 + 56 x f.1.56 - f. 232.56 1 Oct. 1942s 43 x f. 3.32 + 57 x f.I.56 = f. 230.82
waardestijging per 100 hennen f. 1.74
Be gemiddelde productie is geraamd op 6.O4 kg. per hen; de waardestijging tengevolge van de gewijzigde samenstelling is dus per 100 kg. eieren f. 1.74 1 6.04 - f. O.29.
H\ CJ\ brie* cd •ri 43 O O p j r i O A l J2J o M O o r i I m • < • (M ON • 3 - r i ON i-t f i 0) o a 43 0) o -P - p p» O 0 O 0 3 i - l O r O r O 0 0 C M i n r a c 0 c ~ - 0 \ r i O ' > 5 f C 0 i H ' s f C — r - i V O C 0 H " * t O tfNNI» N O \ V O UNVÛ t - O t - l ' N K l H * f O O \ N H C M N W N i ' n W O O O O r I C M U N O U N r t CM s t H O I A CM CM I -P M fi fcflico. fi -ri 'Ö)-H •ri «H « «H •r>:CD •H O • d O 30 DO t—t—• r o r O m m O O CM CM M H H H r i r i • r î ' Q •H -H r i t— t— t— r— t— r— t— r—t— t— t— c-i t— H r i H H r i r i r l H H r l H H r i H H i l-i H M I CMNO 1 I CM O I r l H r l < i O < 0 W N O O I 0 \ r i O H 0 0 O r i H I ' - » • « • » • • • • l O r l r l r i H r i r i r i r i r i M •H -ri H M H a •H
•sj-vo rHCO O N 0 0 NO m t - I ^ r O i r * H i n - ^ - C O ITNCO CT\ C O i n O r i CM t— » * ^1" *sfr -et" C—CO O r i i n t — 0 0 rH m r i O ( « I r t C M t - N r i O O Ö O O H C v I O n l O H n ' l r i r O O O <vt- r a r— CM r O r O O CM ITNVt, r O l T i O r i r O O N ON. t"-H C O O ^ C t"-H C V I i n NO r O r i t— i n * * r i O N i n O N •"* ^ r i O r i CM v O C M C M i n ^ t - C M O O O O O CM C— r i r i O C M O r i C M r i •<t r O ON i n rOjNO ITNCO CM r i 0 0
S
O O r i r i NO IfN r i t — r i CO • * r O r i S 0 o o r i -H ' H •rs •H m CO o 0 0 r i CM CM m O N r O C O OS r i r O O . s t - ' O CM i n •^i-t— • • « * • ON r i co i n " i f f O CM ON %>• CM «3-t— r O O r i r O r i NO CM ON ON NO CM CA NO CM O CA 0 0 t — 0 \ 0 0 r O r i NO O r i 30 NO O N N O -V)- r a r O CM NO CO M3 r i i n r i r i O t—-00 C— i n O C — H W O r i O O O O O N W O ^ H H r t H r O CM t— r a r i r O O CM r O • 'ti-r o r i CM ON r i i n r- incMco ,ro o i n o CM i n cMoo i n • NO CM r O O r O |NO CM t—NO • CM "d-ON O NO c o • p m o o -ri-tu fis
S25 «s t> r i is; H Kf. W w m fi O) • p fi CO r i Q> fi 0 ) • P m M • d fi • H a> T ) o ^ • H . O Cfl o Fi cd ^ > OJ r i f i cd ca o ) "O r"1 fi a ca O CU - H bO 0 ) O • H Fi O c» t> m • • • « P o fi or
• r i .W) fi •H Fi 0) • P ca r i 0) p . <d • p o & - p •ca e» o fi o Fi û> O fi «H •S O • P A a o eu o ta . « -H CD CU tu (3 -H cd 3 cd ,£> (4 (1) - d O o fi CD «H r i «H O O CQ.-P • H 10 O TJ O fi Fi cd -P f i IW f P • P • r i eu • P • H O • r i f i • P O O P i r i Cd O . f i O n CO bO-d fi O • r i 0) • d f i • r i O CU 6 0 "•rî'fl CU - r i -p eu &K d hn vi • H f i CI) M m t a F i m ^ fi . d) • p co oil
o <D fi co eu • p o f i a Cl) • p co CA F i < H cd fi Cl) fi (1)•a
o .fi • fi Cl) rr • H 3 • p cd H < H cd fi fi eu <D fcn • H fi 3 CD - Pa *
3 O i d 44 & F i Cl) ^ • cd 4 3 t i §'S
o* g> aj O r i fi > t - -*i O • • Cd P t t f fit
• r a • Ha
o m <ri «^ +» co • H f i cd • p fi eu > r i O P4 cd • p 0} o o1
• H a fi r i • H • P ) • cd 4 3 Cl) 4 3 - P O fi cd m f^ WÊ?
• H - P CU fi CU F i 0 ) • H t d - d r i o • p o ti O P . o O•a
cd O o ^ g • H 3 r i P i O • H - P Cl • Pä
« o ha fi • HS
1 • H F i-a
< 1 H • H 3 fi r i fi fi eu Pi o p*--* Fi fi Fi • O eu cd O b0 •H -H 44 'H M • d - P CD cd f i fi fi - P - P O • - r i cd g m o t\n^-' cd 0 g > 44 0 -P fi M a « o o C J - r i O C U fflO b f l f i fi 3 »d -P r i fi eu O fi to CO o î> • H 4 3 fi fi O F i F i -r"» - d F i - H S M O 4 3 - r i CD - d > ( 3 P i P i F i P i > - H O O > d o eu eu co f i eu o fi Fi.>d o in eu 43 M <U 4 3 f i - P - r i -ri f i b 0 - P c d J 4 F i < » r i O - r i - H cd M P i . c d " a «o e o • • « ' « c D o c u c d cd43 O -d O M O «^ •rt a • H r i O • p eu 44 • a • i> • • r i • d f i o •d fit
f i o > r i r 4 CM ro ^ inNij r--co o \ o r i r i CM r O ' t m v j «H t— Cd r i OORapport No. 20, Bijlage VI.
BEREKENING VAN DEN KOSTPRIJS PER 100 KG. EIEREN NA EET ELIMNEEREN VAN DE KOSTEN VAN ONDERBEZETTING OVER DE PERIODE 1 OCT. 1942 - 1 OCT. 1943.
Kostenelementen
1. Laon a. eigen arbeid b. vreemde arbeid
c. sociale lasten 6. Klein gereedschap 9* Algemeene kosten
11. Afschrijving a. hokken en afrastering b. werktuigen
13» Rente inventaris
i
Kostprijs per 100 kg.eieren,inclusief de kosten van onderbezetting
af: Kostprijs per 100 kg. eieren,exclusief de kosten van onderbezetting
Vermeer- deriné,s<-bedri jven 7.54 — 0.64 0.06 0.34 1.93 0.15 1.62 12.28 ä:sKSsc«iaes 182. 93 12.28 170.65 s x s s s c e a s s Fok-fcedrijven 4.97 -0.42 0.20 0.92 1.76 0.39 1.44 10.10 e s sisasz ss se as s u s es ^ 3 r ± ? 10.10
