• No results found

Besluit van 4 juli 1994, houdende uitvoering van het hoofdstuk Milieu-effectrapportage van de Wet milieubeheer (pdf, 120 kB)

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Besluit van 4 juli 1994, houdende uitvoering van het hoofdstuk Milieu-effectrapportage van de Wet milieubeheer (pdf, 120 kB)"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Basislijst BREIN NILOS Wet- en regelgeving

Versie 2020

40

Besluit milieueffectrapportage

Veld Invulling Toelichting

ID: 12

Titel: Besluit milieueffectrapportage Hier afgekort met Besluit m.e.r.

Type: Wet- en regelgeving

Dekking: Nationaal

Officiële naam: Besluit van 4 juli 1994, houdende uit-voering van het hoofdstuk Milieu-effect-rapportage van de Wet milieubeheer Verwijzing: Tekst van het besluit

Begin-/eindjaar: Datum aanname: 04/07/1994

Datum inwerkingtreding: 01/09/1994 Onderstaande informatie heeft betrekking op de tekst geldend op: 15/11/2020. Verantwoordelijke

minister: Minister van I&W

Status: Vigerend

Toepassingsgebied: Territoriale zee, EEZ Kruisverwijzing: • Wet milieubeheer

Nationaal milieubeleidsplan 4 • Espoo-Verdrag

• M.e.r.-richtlijn

Het Besluit m.e.r. legt nadere regels neer ten aanzien van de milieueffectrappor-tage. Algemene regels ten aanzien van de milieueffectrapportage zijn gegeven in hoofdstuk 7 van de Wet milieubeheer, het Espoo-Verdrag en de M.e.r.-richtlijn. Uitvoerende

wetge-ving:

Trefwoorden: Scheepvaart, offshore mijnbouw, ka-bels/buisleidingen, oppervlaktedelfstof-fen, installaties, recreatie en toerisme, milieu/verontreiniging, baggerstort, windenergie, luchtvaart, kustverdedi-ging

Essentie:

Het Besluit m.e.r. bevat nadere regels ten aanzien van de milieueffectrapportage (m.e.r.). Algemene regels ten aanzien van de milieueffectrapportage zijn gegeven in hoofdstuk 7 van de Wet milieubeheer, het Espoo-Verdrag en de M.e.r.-richtlijn.

Hoofdstuk 2 van het Besluit m.e.r. bepaalt, overeenkomstig artikel 7.2 van de Wet milieubeheer, ten aanzien van welke activiteiten en besluiten het maken van een milieueffectrapportage verplicht is, dan wel waarvoor er een m.e.r.-beoordelingsplicht is. De activiteiten en besluiten die zijn aangewezen als m.e.r.-plichtig zijn opgenomen op de lijst in onderdeel C van de Bijlage bij het besluit. De activiteiten en besluiten die zijn aangewezen als m.e.r.-beoordelingsplichtig zijn opgenomen op de lijst in onderdeel D. Een activiteit die op beide lijsten voorkomt is rechtstreeks m.e.r.-plichtig, indien is voldaan aan de ge-noemde criteria die bij de aangegeven categorie zijn vermeld. Voor enkele activiteiten die plaatsvinden in gevoelige gebieden (die gedefinieerd zijn in onderdeel A van de Bijlage bij het besluit) geldt een lagere drempel voor de m.e.r.-(beoordelings)plicht.

Het Besluit m.e.r. wijst verschillende mijnbouw- en ontgrondingenactiviteiten, waarvoor een vergunning vereist is op grond van de Mijnbouwwet en de Ontgrondingenwet, aan als m.e.r.-(beoordelings)plichtig. De m.e.r.-(beoordelings)plicht is tevens van toepassing op activiteiten in de EEZ waarvoor uitsluitend een vergunning is vereist op grond van de Waterwet. Het gaat daarbij om: a) de constructie van instal-laties of bouwwerken in, op of boven de zeebodem, dan wel in de ondergrond daarvan (waaronder installaties of bouwwerken die gebruikt worden voor de opwekking van windenergie), b) het ophogen van de zeebodem (bijvoorbeeld de aanleg van een eiland), en c) andere vormen van gebruik van de zeebodem van enige omvang.

(2)

Basislijst BREIN NILOS Wet- en regelgeving

Versie 2020

41

Het voormalige hoofdstuk 3 van het Besluit m.e.r. gaf nadere regels aangaande de indiening en behan-deling van een verzoek om een ontheffing van de verplichting tot het maken van een milieueffectrapport. Regels omtrent een ontheffing van de verplichting tot het maken van een milieueffectrapport zijn thans opgenomen in de artikelen 7.4 en 7.5 van de Wet milieubeheer.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

The key question is, “to what extent are mass media and new technologies used to contextualize the growth of the churches in the DRC?” The study focussed on the

The general aim of this research is to establish the relationship between sense of coherence, coping, stress and burnout, and to determine whether coping strategies and job

Per saldo dalen de baten en lasten op deelprogramma 5.1 ‘Sportieve Infrastructuur’ door deze begrotingswijziging structureel met 196 duizend euro. Programma Deelprogramma I/S

Uit de relatie tussen opbrengst in vers gewicht, waterverbruik en gemiddelde vochtspanning van de grond blijkt, dat indien een uitdrogingsgrens van p F 2,6 of hoger

De verklarende variabelen in het fixed model waren: − Tijdstip van het protocol − Tijdstip2 − Leeftijd van het kuiken − Leeftijd2 − Conditie van het kuiken − ‘50%-hoogte’

Uit toetsing aan de hand van het Besluit milieueffectrapportage (Besluit m.e.r.) blijkt dat het plan of besluit voorziet in, of een kader vormt voor, activiteiten die

- Schoolgebouw in gebruik bij de Vereniging Protestants Christelijk Basisonderwijs Albrandswaard ( verhuur van lokalen). - Schoolgebouw in gebruik bij Rooms Katholiek Basisschool

Hoofdstuk 2 geeft een overzicht van de evolutie van de uitgaven op het niveau van de 9 grote budgettaire rubrieken in de documenten C (waarbij C1 verder wordt uitgesplitst)