Operatie van de eileiders
en/of eierstokken
via een kijk(buis)operatie
(laparoscopie)
H .4 1 0 3 0 .0 1 2 1Pagina 2 van 8
Inleiding
U heeft samen met uw gynaecoloog besloten tot een operatie van de eileiders en/of eierstokken. Dit gebeurt met een kijkbuis operatie. Op deze manier kan er ook een cyste of een bevrucht eitje, welke zich in uw eileiders of eierstokken bevindt, verwijderd worden.
Voorbereiding thuis
U blijft nuchter, volgens de aanwijzingen in de folder ‘Anesthesie en pijnbestrijding rondom uw operatie of behandeling’;
Gebruik op de dag van opname geen bodylotion, make-up en Nagellak;
Draag geen sieraden of piercings;
Wij adviseren u geen waardevolle zaken mee te nemen naar het ziekenhuis. Het ziekenhuis kan niet aansprakelijk gesteld worden voor het verlies c.q. zoekraken van eigendommen.
Verhindering
Bent u door een dringende reden toch verhinderd voor de operatie, meld u dan af bij Bureau patiëntenlogistiek (0523) – 27 68 06.
Wat neemt u mee
Een geldig identiteitsbewijs;
Actueel medicatieoverzicht, op te vragen bij uw apotheek; Medicijnen in originele verpakking;
Extra kleding/comfortabele kleding.
Waar meldt u zich
Meld u aan bij de aanmeldzuil in de centrale hal van het ziekenhuis, na aanmelding kunt u direct plaats nemen in de aangegeven
wachtruimte. Om u aan te melden, gebruikt u een geldig identiteitsbewijs (paspoort, rijbewijs of identiteitskaart).
Pagina 3 van 8
Opnamedag is de operatiedag
Ongeveer twee uur voor de geplande operatie neemt de verpleegkundige u op. De verpleegkundige kan niet precies aangeven hoe laat u aan de beurt bent voor de operatie; Operaties duren soms langer dan verwacht of er kan een
spoedoperatie tussendoor komen; U krijgt operatiekleding aan;
Een eventueel kunstgebit, gehoorapparaat, bril of contactlenzen doet u uit. Daarna houdt u bedrust;
De verpleegkundige brengt u naar de operatie afdeling, waar u een infuus krijgt en wordt voorbereid voor de anesthesie; Daarna gaat u naar de operatiekamer.
De operatie
De gynaecoloog maakt een sneetje van ongeveer één cm bij de navel en brengt een dunne holle buis in de buikholte. Daarna brengt de gynaecoloog via hetzelfde sneetje de kijkbuis (laparoscoop) in de buik. Hier sluit de gynaecoloog een videocamera op aan. Zo kan de gynaecoloog via het beeldscherm de eileiders en eierstokken goed bekijken. Op een paar andere plaatsen, zoals boven het
schaambeen en de zijkanten van de onderbuik, komen kleine sneetjes, waardoor de gynaecoloog instrumenten inbrengt. Op deze manier is het mogelijk om de eileiders en eierstokken met een eventuele cyste, via die sneetjes te verwijderen. De ingreep duurt ongeveer 45 minuten. Of dit ook voor u geldt, hangt af van uw situatie. De gynaecoloog zal dit met u bespreken
Mogelijke complicaties
Bij elke ingreep is er een kans op een complicatie. Afhankelijk van uw situatie zal de gynaecoloog uitleggen op de polikliniek, welke risico’s met name voor u gelden. Mogelijke complicaties bij een operatie van eileider en/of eierstok via een kijkbuis operatie zijn:
Wondinfectie.
Met name het wondje in de navel kan
ontsteken. Hiervoor is het belangrijk dat u de wondjes na de operatie goed schoon houdt;
Pagina 4 van 8 Nabloeding.
Heel soms is het niet mogelijk de bloeding te stoppen en is een grote buiksnede nodig;
Bloeduitstorting van de wondjes; Blaasontsteking;
Beschadiging van urinewegen, blaas of darmen. Dit komt gelukkig weinig voor. Als dit na de operatie wordt opgemerkt, is soms een tweede operatie nodig om dit te herstellen. De verpleegkundige controleert na de operatie regelmatig uw conditie. Als de verpleegkundige of arts een complicatie vermoedt, zal zij dit meteen met u bespreken.
Na de operatie
Direct na de operatie belt de gynaecoloog met uw contactpersoon, om te vertellen hoe het met u gaat;
U gaat naar de uitslaapkamer. Hier blijft u tot u goed wakker bent. De verpleegkundige controleert u goed. Zij meet hiervoor regelmatig uw bloeddruk, hartritme, het zuurstofgehalte in het bloed en de ademhaling;
U kunt terug naar de verpleegafdeling als de narcose is uitgewerkt en uw controles goed zijn
.
Terug op de verpleegafdeling
U mag direct beginnen met het drinken van koud water. Als dit goed gaat mag u thee met een beschuit of een
broodmaaltijd nuttigen;
De verpleegkundige op de afdeling zal regelmatig uw conditie controleren;
U kunt behalve buikpijn ook schouderpijn hebben. Dit wordt veroorzaakt door het koolzuurgas dat bij de operatie is gebruikt om meer ruimte in de buik te maken. De schouderpijn kan twee dagen aanhouden;
Als u niet misselijk bent en eten en het drinken goed gaat, zal de verpleegkundige het infuus verwijderen;
Pagina 5 van 8 blaaskatheter verwijderen;
Het is belangrijk dat u weer aandrang tot plassen krijgt na het verwijderen van de katheter. Ook is het belangrijk dat u de blaas goed kunt leeg plassen. De verpleegkundige zal dit met u bespreken;
Op advies van de arts krijgt u indien nodig een injectie om trombose te voorkomen;
Dezelfde middag of volgende ochtend komt de gynaecoloog vertellen hoe de operatie gegaan is.
Naar huis
In overleg met de gynaecoloog mag u naar huis.
Op de dag van ontslag uit het ziekenhuis, krijgt u een afspraak mee. Een enkele keer is dit niet mogelijk en krijgt u een brief met de afspraak thuisgestuurd.
Nazorg
Bij pijn kunt u tot 4 keer 2 tabletten paracetamol per dag nemen, eventueel krijgt u een recept voor sterkere pijnstillers mee;
Douchen na de operatie is toegestaan. De hechtingen op de huid kunt u na het douchen met de handdoek droog deppen; Zorg dat u het wondje in de navel goed schoonspoelt met
water, zodat dit niet gaat smetten;
Licht huishoudelijk werk is toegestaan, zoals koffie of thee zetten en eten koken;
Vaak heeft u buikpijn, bent u sneller moe en kunt u minder aan dan u mogelijk had verwacht. Uw lichaam geeft aan wat u wel en niet aankunt. Hier naar ‘luisteren’ is belangrijk, op basis hiervan kunt u geleidelijk uw activiteiten uitbreiden; Als u buitenshuis werkt, moet u over het algemeen rekenen
op één tot twee weken afwezigheid;
De eerste twee weken beslist niet zwaar tillen; De eerste twee weken veel rust nemen, activiteiten
geleidelijk opvoeren, luisteren naar uw eigen lichaam; Na twee weken mag u weer autorijden;
Pagina 6 van 8
De hechtingen van de wondjes zijn oplosbaar, dit duurt 4-6 weken. Als ze na een week nog klachten geven, kunt u ze bij de huisarts laten verwijderen;
Sommige vrouwen hebben na de operatie klachten als duizeligheid, slapeloosheid, moeheid,
concentratiestoornissen, opvliegers of rugpijn. Als het verloop van het herstel na de operatie anders is of langer duurt dan van tevoren is besproken, is het verstandig dit met uw huisarts of gynaecoloog te bespreken.
Op de volgende pagina ziet u een schema wat u kunt verwachten van uw herstel na deze operatie. Elke vrouw herstelt anders na een operatie. Dit is ook afhankelijk van de reden van de operatie en hoe uitgebreid de operatie was. Wel geeft dit schema u een gemiddelde herstelduur. Voor het herstel kunt u rekenen op één tot twee weken. De eerste dagen kunt u over het algemeen wel voor u zelf zorgen, maar bijvoorbeeld niet voor een gezin.
Pagina 7 van 8
(bron: VUmc, ikherstel studie)
Deze tekst is gebaseerd op de informatie van
www.degynaecoloog.nl. De website is een initiatief van de
Commissie Patiëntencommunicatie van de NVOG, Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie.
Activiteiten Voorbeelden Medisch mogelijk
vanaf: (tijdsduur
na de operatie) Lichte
handelingen
• 2 uur achtereen zitten • 1
/2 uur achtereen staan of lopen
• tenminste 1 trap op en af • tillen en dragen van 5 kg
2 dagen
Middelzware handelingen
• vrijwel de gehele (werk)dag zitten
• ± 4 uur per (werk)dag staan • ± 4 uur per (werk)dag lopen • tillen of dragen van 10 kg • duwen of trekken van 15 kg • fietsen
• stofzuigen
1 week
Zware handelingen
• merendeel van de (werk)dag staan
• merendeel van de (werk)dag lopen
• tillen of dragen van 15 kg • springen
2 weken
Overige handelingen
• in bad gaan
• gemeenschap 4 dagen - 1 week Hervatten van
baan
• ± 8 uur/dag
Pagina 8 van 8
Vragen
Heeft u nog vragen naar aanleiding van deze folder? Stel deze dan gerust aan uw verpleegkundige op de afdeling of uw behandelend gynaecoloog.
Als je thuis bent, kunt u contact opnemen met de poli gynaecologie. Bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.30 uur tot 16.30 uur. (0523) – 27 63 70
Heeft u buiten kantoor tijden klachten? Dan kunt u bellen met de afdeling gynaecologie op (0523) – 27 68 51.
U kunt ook kijken op de website voor de gynaecologie of de website van ons ziekenhuis: www.degynaecoloog.nl of www.sxb.nl.