• No results found

De afdruk van het Italische stempel. De literaire kritiek van Vincenzo Gioberti en de wording van de nationale literatuurgeschiedenis - INLEIDING

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "De afdruk van het Italische stempel. De literaire kritiek van Vincenzo Gioberti en de wording van de nationale literatuurgeschiedenis - INLEIDING"

Copied!
9
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

UvA-DARE is a service provided by the library of the University of Amsterdam (https://dare.uva.nl)

UvA-DARE (Digital Academic Repository)

De afdruk van het Italische stempel. De literaire kritiek van Vincenzo Gioberti en

de wording van de nationale literatuurgeschiedenis

Sosef, W.C.J.

Publication date

2002

Link to publication

Citation for published version (APA):

Sosef, W. C. J. (2002). De afdruk van het Italische stempel. De literaire kritiek van Vincenzo

Gioberti en de wording van de nationale literatuurgeschiedenis. Eigen Beheer.

General rights

It is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s)

and/or copyright holder(s), other than for strictly personal, individual use, unless the work is under an open

content license (like Creative Commons).

Disclaimer/Complaints regulations

If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please

let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the Library will make the material

inaccessible and/or remove it from the website. Please Ask the Library: https://uba.uva.nl/en/contact, or a letter

to: Library of the University of Amsterdam, Secretariat, Singel 425, 1012 WP Amsterdam, The Netherlands. You

will be contacted as soon as possible.

(2)

INLEIDING INLEIDING

Inn de Italiaanse geschiedenis geldt Vincenzo Gioberti, die leefde van 1801 tot 1852,

alss een van de "profeten" van de nationale eenheidsbeweging, het Risorgimento italiano.

Giobertii is vooral bekend als auteur van het cultuurhistorische en politieke traktaat Del

primatoprimato morale e civile degli Italiani ("Het morele en politieke primaat van de

Italianen"'),, uit 1843, waarin hij de rechtvaardiging aanvoert voor en de wegen wijst naar

eenn hernieuwd Italiaans primaat. Het boek heeft tijdens het Risorgimento een belangrijke

roll gespeeld in de publieke opinie, met name in het Koninkrijk der beide Siciliën.

2

Behalvee als politiek ideoloog staat Gioberti ook bekend als filosoof en

literair-historicus.. De auteur van het Primato en de ontdekker van de formula ideale* genieten

echterr een grotere faam dan de schrijver van het esthetische traktaat Del bello en de

geïnspireerdee exegeet van Dante.

Hett onderwerp van mijn onderzoek is de literair-historische kritiek van Gioberti,

hett tot nog toe minst bestudeerde aspect van zijn werk. De hypothese waardoor de

dissertatiee gedragen wordt is dat Gioberti met zijn kritische beschouwingen een belangrijke

bijdragee heeft geleverd aan de ontwikkeling van het typisch negentiende-eeuwse

verschijnsell van de nationale literatuurgeschiedenis

4

, die beschouwd kan worden als de

opvolgsterr van de achttiende-eeuwse, meer kosmopolitisch ingestelde,

'' Aldus de vertaling van J. van Osta, Geschiedenis van het moderne Italië, Nijgh & Van Ditmar Universitair, 'ss Gravenhage 1989, p. 67. Vgl. de letterlijke vertaling in Repertorium sociale wetenschappen. Moderne geschiedenis, Elsevier,, Amsterdam-Brussel 1960, p. 70: "Zedelijke en burgerlijke superioriteit der Italianen". Een meer equivalente vertalingg zou kunnen zijn: "Het morele primaat van de Italiaanse beschaving".

22

" [...] the formulation of a satisfactory explanation for Gioberti's influence over his contemporaries is one of the mostt fascinating of the many interesting problems of Risorgimento history" (M.A. Tyler, 'Vincenzo Gioberti's Primato andd the Unification of Italy', in Italian Studies XLIII (1988), pp. 95-103, aldaar p. 95). Vgl. A. Anzilotti, Gioberti, Vallecchi,, Firenze 1922, pp. 109-110; Gioberti-Massari. Carteggio (1838-1852), a.c.d. G. Balsamo-Crivelli, Bocca, Torinoo 1920, p. 338.

33 De "formula ideale", waarin Gioberti's filosofische systeem wordt samengevat, luidt als volgt: "L'Ente crea

1'esistente"" (vgl. Introduzione allo studio della filosofia, cap. IV, aldaar i.h.b. pp. 177-178; 183-184).

44 Terwijl de achttiende eeuw beschouwd kan worden als de eeuw van experimenten met de nationale

literatuurgeschiedenis,, kan men wat betreft de negentiende eeuw spreken van "de romantische codificatie van het binomiumm literatuur-nationaal leven" (G. Pizzamiglio-M.G. Pensa, 'L'idea di nazione nella storiografia letteraria del Settecento',, in: V. Branca-S. Graciotti (red.), Cultura e nazione in Italia e Polonia dal Rinascimento all'Illuminismo, Olschki,, Firenze 1986, pp. 31-46, aldaar p. 31).

(3)

literatuurgeschiedschrijving.

55

In dit verband is wel de term "nationalisering van de

cultuur"" gebruikt, met name om aan te geven dat de diverse gebieden van de cultuur, van

muziekk tot filosofie, geacht worden uitdrukking te geven aan de "geest", het "karakter"

off de "identiteit" van de natie.

6

Zo wordt de nationale literatuurgeschiedenis geschreven

vanuitt de gedachte dat zich in de literatuur van de natie de "geest" of, volgens de these

vann Francesco De Sanctis, het "bewustzijn" van die natie uitdrukt.

7

Inderdaadd worden dit soort termen en begrippen, waaronder "nationaal karakter"

eenn centrale plaats inneemt, veelvuldig door Gioberti gehanteerd. Zijn voornaamste zorg

iss te verhinderen dat door de grote invloed van de Franse cultuur op de Italiaanse het

eigenee van deze cultuur in de verdrukking zou komen. Vandaar zijn verheerlijking van met

namee Dante, Ariosto, Leopardi, drie auteurs die, ondanks hun onderlinge verschillen,

hierinn met elkaar overeenstemmen dat zij bij uitstek "de afdruk van het Italische stempel"

dragen:: l'impronta della stampa italica*.

Dezee studie zal daarom, voorafgaand aan de vraag naar Gioberti's bijdrage tot de

nationaliseringg van het genre literatuurgeschiedenis, ook na moeten gaan wat naar het idee

vann Gioberti de kwaliteiten en eigenschappen zijn, waarin de Italiaanse literatuur zich van

dee niet-Italiaanse literaturen onderscheidt.

* *

55

Vgl. N. Laan, Het belang van smaak. Twee eeuwen academische literatuurgeschiedenis, Historisch seminarium UVA,, Amsterdam 1999, hfdst. 2, 'Het begin van de literatuurgeschiedenis'.

66

Zie bijv. P. de Meijer, 'Perspective Nationale et Perspective Européenne dans I'Histoire de la Culture', in Actes

dudu Colloque 'Culture et cultures européenne s", 28-30 mai 1986, edité par D. Roche, Institut Universitaire Europeen,

Badiaa Fiesolana 1987, pp. 212-225. De term "nationalisering" is ook wel toegepast op begrippen als "cultuur" en "beschaving".. Zie P. den Boer, 'Vergelijkende begripsgeschiedenis', in: Idem (red.), Beschaving. Een geschiedenis

vanvan de begrippen hoofsheid, heusheid, beschaving en cultuur, Amsterdam University Press, Amsterdam 2001, pp.

15-78,, aldaar p. 22, waar de auteur spreekt over "begripsnationalisatie".

77 Aan de problematiek van de Italiaanse nationale literatuurgeschiedenis zijn onder meer de volgende studies van

C.. Dionisotti gewijd, 'Geografia e storia della letteratura italiana', in Geografia e storia della letteratura italiana, Einaudi,, Torino 1967, pp. 23-45; 'Culture regionali e letteratura nazionale in Italia', in Lettere italiane XXII (1970), 2,, pp. 133-143. Verder verwijs ik naar A. Asor Rosa, 'Letteratura, testo, societa', in AA.VV., Letteratura italiana, ax.d.. A. Asor Rosa, Einaudi, Torino 1982, I, pp. 5-29; A. Asor Rosa, 'Il canone delle opere', in ibid., 'Le opere' II (1992), pp. xxiii-lv. Voor een historisch overzicht van de Italiaanse literatuurgeschiedschrijving is onmisbaar: G. Getto,, Storia delle storie letterarie, nuova ed. rived., Sansoni, Firenze 19814 [1942].

88 "Italico" is zowel de benaming van de volkeren van het oude Italië, als een poëtisch substituut voor "italiano".

Giobertii gebruikt de term meestal in de tweede betekenis.

14 4

(4)

Dee literatuurkritiek van Gioberti is verspreid over zijn verschillende geschriften,

enn vaak ingebed in een filosofisch of politiek betoog. De meest uitvoerige passages vinden

wijj in het hoofdstuk van het Primato dat handelt over beeldende kunst en literatuur, en

dezee passages betreffen, niet toevallig, de beide door Gioberti meest bewonderde auteurs,

Dantee en Ariosto. De eerste literair-historische teksten van Gioberti vinden wij in de

genummerdee "gedachten", die verzameld zijn in de Pensieri. Miscellanee (1859-1860) en

inn de Studi filologici (1867), beide postuum gepubliceerd. Het betreft hier korte teksten

overr literatuur in het algemeen of over bepaalde auteurs in het bijzonder. In de grote

gepubliceerdee werken gaat het om fragmenten van een langer betoog. Zo wordt in de

TeoricaTeorica del sovranaturale (1838) gesproken over Manzoni en Leopardi. In de Introduzione

alloallo studio della filosqfia (1840) spreekt Gioberti vooral over Alfieri. In het Primato

(1843)) lezen wij niet alleen over Dante en Ariosto, maar ook over Leopardi, die wij in de

GesuitaGesuita moderno (1846-1847) nog verschillende malen tegenkomen. Tenslotte worden

dezee grote auteurs ook genoemd in het Rinnovamento civile (1851), Gioberti's laatste boek.

Behalvee deze literair-kritische fragmenten heeft Gioberti nog een, weliswaar onvolledig,

commentaarr {Chiose) op de Divina Commedia nagelaten, dat in 1866 is gepubliceerd.

* *

Dee invloed van Gioberti's literatuurkritiek op de nationale

literatuur-geschiedschrijvingg is nog weinig onderzocht. Sommige literair-historici wijzen op het

"historischee schema" en de "literair-historische excursie" in Gioberti's kritiek, zonder

aandachtt te besteden aan het al of niet nationale karakter van die historische elementen.

9

Eenn enkeling noemt Gioberti wél als een van degenen die een bijdrage hebben geleverd

aann het nieuwe genre:

Giuseppee Maffei, Paolo Emiliani-Giudici, Giuseppe Mazzini, Vincenzo Gioberti, Luigi Settembrini, Francesco Dee Sanctis [...] furono uomini diversissimi per ingegno, cultura, ideologia, proponimenti; ma Ie storie letterariee che scrissero, pure nella loro patente diversita, hanno tutte alcuni presupposti comuni, sono tutte risposterisposte a esigenze e fini comuni.10

99 R. Wellek, A History of Modem Criticism. 1750-1950, UI, Yale University Press, New Haven 1965, pp. 75-77;

F.. Foti, 'Vincenzo Gioberti', in Critica letteraria, ed. Fermenti, Roma 1983, II, pp. 390-393.

100 G. Petronio, 'Introduzione', in Teorie e realta della storiografia letteraria. Guida storica e critica, Laterza,

Roma-Barii 1981, pp. v-lxxxiv, aldaar pp. xxxii-xxxiii. Alle genoemden zijn auteurs van een Italiaanse literatuur-geschiedenis,, behalve Mazzini en Gioberti. Evenals deze schreef Mazzini een aantal saggi van literair-historische aard, o.m.. een bespreking van de Italiaanse vertaling van de Geschichte der alten und neuen Literatur van Friedrich

(5)

Dee belangrijkste vertegenwoordiger van de negentiende-eeuwse Italiaanse nationale

literatuurgeschiedschrijving,, Francesco De Sanctis, verdiepte zich reeds in de jaren 1840

inn de literaire kritiek van Gioberti. Later werd de belangstelling nog gestimuleerd door de

bloemlezing,, uit 1856, van Filippo Ugolini.

11

In zijn voorwoord tot deze in 1856, vier

jaarr na Gioberti's dood, gepubliceerde verzameling van literaire "gedachten en oordelen"

vann Gioberti gaat Ugolini in op de functie van de literatuur, die hij omschrijft als "het

meestt getrouwe en levensechte beeld van een volk".

12

Niemand wist beter dan Gioberti

hoee noodzakelijk het is om, als men "de publieke wonden" wil genezen, te beginnen met

dee letteren, "die zo'n groot gezag en macht uitoefenen over de lotgevallen van de

naties".

133

Ugolini stelt in hetzelfde voorwoord, dat in feite een eerste voorbeeld is van

receptiee van Gioberti's werk als geheel, dat "Gioberti zich over de literatuur dit idee

gevormdd had, en zich daar met alle kracht op richtte: dat die nationaal moet zijn zowel

naarr aard als naar doelstelling; dat onze schrijvers moeten profiteren van de Griekse en

Romeinsee wijsheid, en zich ook laven aan de buitenlandse bronnen, maar op zo'n manier

datt het vaderlands genie noch wordt aangetast noch vervalst".

14

Eenjaarr na de publicatie van Ugolini verschijnt een biografisch essay over Gioberti

vann de hand van Cirillo Monzani, als voorwoord bij de tweede editie van de

gecombineerdee uitgave van Del Buono en Del Bello.

15

In dit lange essay, dat al dateert

vann 1853, wordt Gioberti niet alleen voorgesteld als groot filosoof en politicus maar ook

alss een groot schrijver.

16

In zijn werk openbaarde Gioberti zich, zowel wat zijn stijl als

zijnn opvattingen betreft, als "oprecht en uitmuntend Italiaans". En, zo voegt Monzani

Schlegel. .

1

'' Pensieri e giudizi di Vincenzo Gioberti sulla letteratura italiana e stmniera raccolti da tutte Ie sue opere ed ordinatii da Filippo Ugolini, Barbèra, Firenze 18S6.

122

De literatuur "è 1'immagine la piü fedele e la piü viva di un popoio" (F. Ugolini, 'Prefazione' van Pensieri e

giudizigiudizi di Vincenzo Gioberti, pp. vii-xvi, aldaar p. ix; ik citeer uit de vijfde editie, die dateert uit 1872).

133

"Niuno meglio di lui sapeva quanto sia necessario a guarire Ie piaghe pubbliche, medicare prima quelle delle lettere,, delle quali si grande è 1'autorita e la potenza sulle sorti delle nazioni" (ibid.).

144 "E delle lettere egli si era fatto questo concetto, e vi puntö di tutta forza; dovere Ie medesime essere nazionali

sii nell'indole, si nello scopo: dovere gli scrittori nostri far tesoro della sapienza greca e romana, ed anche abbeverarsi allee fonti straniere, ma in modo da non guastar mai, e né manco alterare il genio patrio [...] " (ibid., p. xü).

155

C. Monzani, 'Sopra Vincenzo Gioberti', in V. Gioberti, Del Buono. Del Bello, edizione condotta sopra un esemplaree corretto dali'autore, Le Monnier, Firenze 1857, pp. iii-xlvii.

166

Ibid., p. xvii.

(6)

daaraann toe, Gioberti wist in zijn geschriften "het nationale aanzicht en karakter" steeds

tee bewaren.

17

Eenn andere belangrijke receptiehistorische tekst zijn de Ricordi biografici van

Giuseppee Massari, uit de jaren 1860-1862

18

, waarin een orthodoxe, "Cavouriaanse"

interpretatiee wordt gegeven van de filosofische maar vooral politieke ideeën van Gioberti.

Massarii lijkt weinig oog te hebben voor de literair-kritische of esthetische teksten van

Gioberti,, waarover hij slechts spreekt in het kader van de nauwgezette behandeling van

dee gepubliceerde werken.

Inn de laatste decennia van de negentiende eeuw kwam de Gioberti-kritiek tot

stilstand,, enerzijds omdat met het bereiken van de Italiaanse eenheid de politieke

actualiteitt van Gioberti's opvattingen verleden tijd was geworden, anderzijds omdat het

heersendee positivistische klimaat aan de "idealistische" visie van Gioberti voorbijzag. Met

dee opkomst van het neoidealismo (Gentile, Croce) enerzijds, als reactie op het positivisme

vann de voorgaande decennia, en van een nationalistische politieke beweging anderzijds,

diee middels koloniale veroveringen de vernederingen van het "kleine Italië" (Italietta) te

bovenn wilde komen, gaat men aan het begin van de twintigste eeuw, behalve aan de

filosofischee en politieke beschouwingen, ook meer aandacht besteden aan de literaire

beschouwingenn van Gioberti.

19

De discussie ging, naar aanleiding van de opvattingen van

Giuseppee Antonio Borgese's Storia della critica romantica in Italia, uit 1905, met name

overr het "ideologische", onderscheiden van het "esthetische", aspect van Gioberti's

literatuurbeschouwing. .

Diee ideologische invalshoek kenmerkt ook ons onderzoek, dat immers gaat over

dee vraag in hoeverre Gioberti's literatuurbeschouwing een bijdrage heeft geleverd aan de

ideologisering,, in "nationale" of "nationalistische" zin, van de Italiaanse

literatuur-geschiedschrijving. .

* *

177

" [...] si chiarisse poi in tutte Ie opere nello stile, nella lingua, nel metodo, nelle opinioni e in tutto quello insomniaa che fa il carattere di un autore, schiettamente ed eminentemente italiano. E non solo seppe mantenere il volto ee il carattere nazionale, ma educato alia scuola de' nostri grandi prosatori, pervenne a farsi uno stile tutto suo proprio, ill quale essendo classico e antico, pare moderno" {ibid., p. xviii).

188 Ricordi biografici e carteggio di Vincenzo Gioberti raccolti per cura di G. Massari, ed. Botta, Torino 1860-1862,

33 voll.

199 Voor de algemene Gioberti-receptie in de eerste helft van de 20° eeuw, zie: G.C. Bergami, 'Gioberti e il

(7)

Teneindee vast te kunnen stellen wat Gioberti's rol geweest is in de evolutie van de

Italiaansee nationale literatuurgeschiedenis is de stof van dit onderzoek ingedeeld naar

historischh en theoretisch onderwerp. In het eerste hoofdstuk zal gepoogd worden de "staat"

vann de literatuurgeschiedenis aan het begin van Gioberti's kritische activiteit te definiëren,

enn in het bijzonder het al of niet nationale perspectief van deze geschiedschrijving. Niet

alleenn de belangrijke literatuurgeschiedenissen zullen aan de orde komen, maar ook het

debatt zoals zich dat in de literaire tijdschriften ontspon.

Hett tweede hoofdstuk zal gewijd worden aan de "bronnen" van de "nationale

ideologie"" van Gioberti. Het hoofdstuk opent met een profiel van de vormingsperiode van

Gioberti,, waarin de aanwezigheid van bronnen wellicht duidelijker is aan te wijzen.

InIn het derde hoofdstuk, van meer theoretische aard, zullen de verschillende thema's

geanalyseerdd worden die deel uitmaken van Gioberti's ideologie. Aan het einde van het

hoofdstukk zal een beeld geschetst worden van de "literatuurgeschiedenis", die uit

Gioberti'ss geschriften geëxpliciteerd zou kunnen worden.

Inn het vierde hoofdstuk zal gesproken worden over de kwestie van de receptie van

Gioberti,, zowel aan de hand van de literatuurtheorie en de Gioberti-kritiek, als aan de

handd van de belangrijkste literatuurgeschiedenissen die sinds de tweede helft van de

negentiendee eeuw tot heden verschenen zijn.

Chronologischh overzicht van Gioberti's in de dissertatie geciteerde werken, die ik

zall benoemen als "de grote gepubliceerde werken" (zie ook het "Bibliografisch

aanhangsel"): :

TeoricaTeorica del sovranaturale 1838 [2

e

ed. 1850].

IntroduzioneIntroduzione allo studio della filosofia 1840.

DelDel bello 1841.

DelDel primato morale e civile degli Italiani 1843 [2

e

ed. 1845].

IlIl Gesuita moderno 1846-1847.

(8)

Postuumm gepubliceerd zijn de volgende teksten, die ik zal benoemen als "de

jeugdgeschriften": :

PensierLPensierL Miscellanee 1859-1860.

LaLa Divina Commedia [...] con Ie chiose di V. Gioberti 1866.

StudiStudi filologici 1867.

MeditazioniMeditazioni filosofiche 1909.

TeoricaTeorica della mente umana 1910.

(9)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Schmutz (2010), ‘The evaluation of popular music in the United States, Germany and the Netherlands: A comparison of the use of high art and popular aesthetic criteria.’

The second part of each interview consisted of relatively more structured questions on concepts such as ‘high culture’ and ‘low culture’, in order to specifically study

Samengevat brengen veel Nederlanders – met name hoogopgeleiden – culturele hiërarchie in de praktijk door zich te onderscheiden van, en neer te kijken op, andermans smaak,

Jingshu suggestedd bringing a few leaders of the county to the airport and when Jishi Zheng turnedd around to check with Wenyao, the latter took the phone and said: "In that

If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons. In case of

If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons.. In case of

Please Ask the Library: https://uba.uva.nl/en/contact, or a letter to: Library of the University of Amsterdam, Secretariat, Singel 425, 1012 WP Amsterdam, The Netherlands.. You will

Conclusion 81 Chapterr 2 Individual and Institutional Ties: the Zheng Lineage in the.. Malayy Peninsula 85