• No results found

Tarwe-eiwit in voeders voor gespeende biggen mogelijk alternatief voor vismeel

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Tarwe-eiwit in voeders voor gespeende biggen mogelijk alternatief voor vismeel"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

10

Praktijkonderzoek Veehouderij - Varkens December 2001

Tarwe-eiwit als plantaardige eiwitbron in biggenvoeders is mogelijk, met name als vismeel als dierlijke eiwitbron in biggenvoeders verboden wordt. Wel zullen de technische en financiële resultaten iets verslechteren ten opzichte van het gebruik van presscake vismeel als eiwitbron. Geschikte eiwitbron?

Tarwe-eiwit wordt tot op heden nog niet veel toegepast als eiwitbron in biggenvoeders vanwege de beperkte beschik-baarheid als veevoedergrondstof. Inmiddels stijgt het aanbod van tarwe-producten voor de veevoederindustrie, terwijl dier-lijke eiwitbronnen ter discussie staan. Als gevolg van deze ontwikkelingen rees de vraag of tarwe-eiwit mogelijk een geschikte eiwitbron is in biggenvoeders.

Praktijkcentrum Rosmalen ging na wat het effect is van tarwe-eiwit in vergelijking met andere tarwe-eiwitbronnen op de technische en economische resultaten en op de gezondheid van

gespeende biggen. Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van Amylum, een bedrijf dat zich onder meer bezig houdt met de winning van zetmeel uit tarwe.

Proefopzet

De biggen zijn vanaf het spenen gedurende 35 dagen gevolgd. Ze kregen voeders verstrekt die één van de volgende specifieke eiwitbronnen bevat:

1. viseiwit: voer dat 35 gram/kg eiwit uit vismeel bevat (presscake vismeel van Deense herkomst);

2. aardappeleiwit: voer dat 35 gram/kg eiwit uit aardappel-eiwit (Protastar) bevat;

3. tarwe-eiwit (Solpro 500): voer dat 35 gram/kg eiwit uit het tarwe-eiwit Solpro 500 bevat;

4. tarwe-eiwit (Solpro-experimenteel): voer dat 35 gram/kg eiwit uit het tarwe-eiwit Solpro-experimenteel bevat; 5. tarwe-eiwit (Solpro-experimenteel + Protorsan): voer dat 34

gram/kg eiwit uit tarwe-eiwit bevat; 27 gram was afkom-stig uit het product Solpro-experimenteel en 7 gram uit het product Protorsan (een bacterieel eiwit).

Solpro 500 is een standaard door Amylum geproduceerd gehydrolyseerd tarwe-eiwit, dat onder meer ruime toepassing vindt in kalvermelk. Solpro-experimenteel is een nieuw ontwik-keld tarwe-eiwit, en is minder gehydrolyseerd dan Solpro 500. Protorsan is een gedood bacterieel eiwit, afkomstig van het

fermentatieproces van glutaminezuur door Corynebacterium melassecola. In alle proefgroepen kregen de gespeende biggen gedurende de eerste veertien dagen na spenen een speenvoer verstrekt. Vervolgens werd in twee dagen geleide-lijk overgeschakeld op een opfokvoer.

Resultaten

Figuur 1 geeft de groei en voeropname van de gespeende biggen weer.

De dieren die voer met viseiwit kregen hebben meer voer opgenomen en zijn sneller gegroeid dan de dieren uit de andere proefgroepen.

Figuur 2 geeft de voederconversie van de gespeende biggen weer.

De voederconversie is het gunstigst wanneer aan de dieren voer met tarwe-eiwit uit Solpro 500 is verstrekt. Tussen de dieren die de verschillende tarwe-eiwitbronnen kregen is er vrijwel geen verschil in technische resultaten. De dieren die tarwe-eiwit kregen hebben vergelijkbare tot iets gunstiger resultaten dan de dieren die aardappeleiwit in het voer

Tarwe-eiwit in voeders voor gespeende

biggen mogelijk alternatief voor vismeel

Marinus van Krimpen en Gisabeth Binnendijk

Figuur 1 Groei en voeropname van gespeende biggen met

verschillende (tarwe-)eiwitbronnen in het voer

0 100 200 300 400 500 600 viseiwit aardappeleiwit tarwe-eiwit (Solpro 500) tarwe-eiwit (Solpro-exp.) tarwe-eiwit (Solpro-exp.+P) Groei en voeropname (g/d) groei (g/d) voeropname (g/d)

(2)

Praktijkonderzoek Veehouderij - RSP Februari 2001

11 kregen. De verschillen in technische resultaten komen met name tot uiting in de periode nà 14 dagen na opleg. Tijdens het traject van opleg tot einde opfok was de voeder- en EW-conversie van de biggen die tarwe-eiwit Solpro 500 kregen gunstiger dan van biggen die aardappeleiwit kregen.

Het saldo (opbrengsten minus variabele kosten) per afgeleverd big staat in figuur 3.

Het saldo is het hoogst bij de dieren die voer met viseiwit kregen en het laagst bij de dieren die aardappeleiwit kregen verstrekt. Tussen de drie proefbehandelingen met tarwe-eiwit is er geen verschil in saldo aangetoond.

Er is geen verschil in het aantal uitgevallen dieren tussen de vijf proefbehandelingen. Het aantal veterinair behandelde

dieren is het hoogst wanneer voer met aardappeleiwit of voer met tarwe-eiwit uit Solpro 500 is verstrekt, en het laagst wanneer voer met tarwe-eiwit uit Solpro-experimenteel met Protorsan is verstrekt. De verschillen worden met name veroorzaakt door verschil in aantal behandelde dieren vanwege maagdarmaandoeningen.

Figuur 2 Voederconversie van gespeende biggen met

verschillende (tarwe-)eiwitbronnen in het voer

viseiwit aardappeleiwit tarwe-eiwit (Solpro 500) tarwe-eiwit (Solpro-exp.) tarwe-eiwit (Solpro-exp.+P) 1,39 1,40 1,41 1,42 1,43 1,44 1,45 1,46 1,47 1,48 Voederconversie

Figuur 3 Saldo van gespeende biggen met verschillende

(tarwe)-eiwitbronnen in het voer

viseiwit aardappeleiwit tarwe-eiwit (Solpro 500) tarwe-eiwit (Solpro-exp.) tarwe-eiwit (Solpro-exp.+P) 56,00 57,00 58,00 59,00 60,00 61,00 62,00 63,00 Saldo (ƒ)

Doorsnede tarwekorrel. Tarwe bestaat voor circa 11% uit tarwe-eiwitten

Conclusie

Het verstrekken van voer met viseiwit vanuit presscake vismeel aan gespeende biggen geeft de beste technische en financiële resultaten. Als het gebruik van vismeel in biggenvoe-ders verboden wordt is toepassing van tarwe-eiwit een moge-lijk alternatief. De technische en financiële resultaten zullen bij het gebruik van tarwe-eiwit waarschijnlijk wel iets verminderen.

Doorsnede graankorrel vruchtwand zaadlaag aleuronlaag (plantaardig eiwit) sub-aleuronlaag zetmeel endosperm omhulsel aleuronlaag (plantaardig eiwit) vruchtwand zetmeel endosperm embryo celwanden eiwit-lichaampjes zetmeel

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

survey. The lower response rate was, however, not from the lack of trying on the authors’ part in the other two coun- tries. In the UK, the General Pharmaceutical Council only

• No differences in lipid concentrations, within or between Group 1 (SlO) and Group 2 (SFO) occurred, suggesting that the moderate intake of sucrose (15% of total energy) had

This message, it was recommended, would focus on ID voters, most of whom the analysis of past election results had revealed to have been voting for the opposition since 1994,

The study of the broader canonical contexts of the imprecatory psalms in the Psalter (see section 7.3.3) revealed that YHWH is sovereign Lord and he alone is

Weliswaar is zowel bij komkommer als paprika de hoogste opbrengst verkregen bij gebruik van ontzout giet­ water, maar een regelmatige afname van de opbrengst onder invloed van

Verschillen met voorgaande rapportages worden veroorzaakt door aangepaste berekeningsmethode.42 Tabel I.9 Nulgroep: CPUE (aantal per ha) nulgroep vis per soort per jaar gevangen met

- Warmte instraling is tot 84% te beperken afhankelijk van glas en folietype - Lichtdoorlaat blijft gegarandeerd van 35 tot 16% afhankelijk van glas en folietype - Raam

Doordat jij deze mensen – jongeren, ouderen, mensen met een beperking of mensen die niet meer mee kunnen komen op school of op het werk – een plek aanbiedt waar ze zichzelf kun-