• No results found

Nederzetting uit de 12de eeuw te Wijnegem

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Nederzetting uit de 12de eeuw te Wijnegem"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

- - - - ---~~~~~~~~~--~

-ARCHAEOLOGIA BELGICA II- 1986- 1, 85-86

G. CUYT

Nederzetting uit de 12de eeuw te Wijnegem

Het archeologisch onderzoek te Wijnegem in 1985 door de Antwerpse Vereniging voor Romeinse Ar-cheologie (A.V.R.A.) en de Nationale Dienst voor Opgravingen spitste zich vooral toe op de zone met middeleeuwse gebouwsporen ten westen van de Romeinse gebouwen. Onderzoek in de oostelijke sector, nl. in de Romeinse zone, was in 1985 niet mogelijk. Voor zover vastgesteld, omvat de middel-eeuwse nederzetting 9 gebouwen en een drietal water-putten (fig. 1). Vijf plattegronden zijn nagenoeg volle-dig opgetekend. Het grootste gebouw was zeker een woonhuis (fig. 1:3). Mogelijk kunnen nog twee andere gebouwen, waarvan één met haard, als woonhuis geïn-terpreteerd worden (fig. 1:6-7). Buiten een zgn. spijker (fig. 1 :2) is de identifikatie van de overige gebouwen niet zo gemakkelijk. Waarschijnlijk kan het kleine gebouw 5 (fig. 1:5) eveneens als een soort spijker be-schouwd worden.

De belangrijkste bevinding van het archeologisch onderzoek geldt het type waartoe de gebouwen

beho-I

' 6

w

®

10

a

w

~

ren: het zgn. bootvormige type, kenmerkend voor de houtbouw in Noordwest-Europa van de 9de tot de 12de eeuw. Drie gebouwen vertonen een basisvorm met een tamelijk uitgesproken versmalling naar de uiteinden toe. De gebouwen 6 en 7 vertonen in dit verband een sterke gelijkenis (fig. 2). Beide schijnen te beschikken over centrale nokbalkdragers en over een aantal buitenstaanders, waardoor we mogelijk te maken hebben met vierschepige plattegronden. Door-gaans waren de buitenstaanders echter vrij ondiep ingeplant, zodat ze niet alle bij de opgraving konden vastgesteld worden. Bovendien bevond gebouw 7 zich in een zone die fel gestoord was door recente vergra-vingen zodat deze plattegrond slechts fragmentair kon worden ingetekend. Gebouw 6 had een haard (fig. 2), nl. een ondiepe roodbruine kuil met brokstukken ver-brande leem en houtskool, waardoor de interpretatie als woonhuis waarschijnlijk is. Het uiterst schaarse schervenmateriaal, gevonden in de kontekst van deze gebouwen, levert een datering op in de 12de eeuw.

I

4:

·

---b : = = = = = ; d 2 0 m

(2)

G. CUYT I Nederzetting uit de 12de eeuw te Wijnegem 6

I

~==~~==='5m } ;; (

IH

}{

Q

:: 7

:

I

2 Plattegronden van de huizen 6 en 7.

In de buurt van gebouw 7 werd een eikehouten water-put gevonden (fig. 1:10), bestaande uit twee uitgeholde halve boomstammen, aaneengesnoerd door twijgen die in gaten door middel van tappen vastgeklemd zaten. Tussen de twijgen en de boomschors zaten

wig-86 gen. De put kon tot op zijn maximale diepte (ca. 4 m) uitgegraven worden. De bodem bestond uit drie brede naast elkaar liggende planken. De datering van deze waterput is omstreden. Persoonlijk zijn wij geneigd om de put in de Romeinse tijd te plaatsen, en wel op grond van volgende criteria: totale afwezigheid van middeleeuws schervenmateriaal, aanwezigheid, hoe-wel uiterst schaars, van scherven van Romeinse dak-pannen en van handgevormd IJzertijdaardewerk, aan-wezigheid van Romeinse kuilen in de nabijheid, de verkleuring die volledig identiek is aan de verkleu

-ringen van met zekerheid als Romeins te dateren kuilen. Hoewel deze waterput zich op 120 m afstand bevindt van de reeds eerder beschreven Romeinse gebouwen, is de aanwezigheid van nog niet ontdekte Romeinse gebouwen in de onmiddellijke buurt niet uit te sluiten. Mogelijk kunnen zelfs een aantal

gebouw-sporen vlakbij Romeins zijn. Doch wij hebben te kampen met een site, die zijn geheimen niet gemakke

-lijk prijs geeft, want het verschil tussen Romeinse en

middeleeuwse paalsporen is dikwijls onmogelijk waar te nemen. Hopelijk zal een 14C-datering uitsluitsel geven over de ouderdom van de waterput.

BIBLIOGRAFIE

CUYT G. 1983: Gallo-Romeinse en middeleeuwse hout-bouwsporen te Wijnegem. In: Conspectus MCMLXXXII,

Archaeologia Belgica 253, Brussel, 61-64.

CUYT G. 1984: GalJo-Romeinse en middeleeuwse hout-bouwsporen te Wijnegem. In: Conspectus MCMLXXXIII,

Archaeologia Belgica 258, Brussel, 126-130.

CUYT G. 1985: De inheems-Romeinse nederzetting te Wij

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

•n Wakenda oog moet oor die verdere ontwikkeling van die onderwysdatastelsel gehou word, en navorsing moet voortdurend gedoen word om optimale doeltref- fendheid,

Uit die bostaande gevolgtrekkings kan hipotese 3, naamlik dat daar geen verskille in prestasie tussen die fisieke en motoriese vermoens van Suid-Afrikaanse en Engelse

Voor de homogene deelgebieden grasland op podzol en bouwland op podzol zijn eveneens de gemiddelde gemeten nitraatconcentraties bepaald op basis van deze permanent

Voor een betere afzet van de dunne fractie is het nodig zijn om een verdere scheiding te bewerkstelligen door de toepassing van bijvoorbeeld geforceerde flotatie met lucht of met

Verzet tegen natuurbeleid zegt vaak meer over de invulling van het beleid en gebrek aan inspraak dan over betrokken- heid van mensen bij een bepaald gebied. Om meer grip te krijgen

Fusarium: onderzoek of de bodemweerbaarheid van biologische percelen beter is dan die van gangbare en of de weerbaarheid kan worden verhoogd met mycorrhizaschimmels Gezocht wordt

Voor een aantal gebieden Waddeilenden/Noordzeekustzone, Lauwersmeer, Oostelijke Vechtplassen wordt door indieners aangevoerd dat te weinig gebied is aangewezen als

Reinier: "Het is een belangrijk hoofdstuk in die zin dat dit het vertrekpunt is voor de Verkenningen." Het schetst de toestand van natuur en landschap en de relatie tot