• No results found

Melkveehouders zijn via bedrijfsdoelen te motiveren tot milieubewust handelen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Melkveehouders zijn via bedrijfsdoelen te motiveren tot milieubewust handelen"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Informatieblad Mineralen en Milieukwaliteit

Kan de ammoniakemissie worden verminderd door, gedeeltelijk, zelfregulering toe te passen? In een onderzoek van LEI-Wageningen UR zijn melkveehouders aangesproken op hun bedrijfsdoelen, hun ambities, drijfveren en sterke punten. Het melkureumgehalte is als indicator gekozen. Deze indicator is zowel vanuit oogpunt van milieu als bedrijfsmanagement interessant. Uit door melkveehouders zelf gemaakte en uit-gevoerde bedrijfsplannen die zowel vooraf als na een jaar zijn geëvalueerd, bleek dat robuuste plannen en goede resultaten mogelijk zijn om, via bedrijfsdoelen, een deel van de melkveehouders te motiveren de ammoniakemissie te verminderen.

Melkveehouders vanuit de eigen drijfveren motiveren

‘Vermindering van de ammoniakemissie is niet mijn drijfveer, wel dat het melkvee gezond is en goed presteert’ zo verwoordde een van de deelnemers zijn motiva-tie. Melkveehouders aanspreken op het milieubelang alléén, werkt blijkbaar niet. Daarom is er voor gekozen om melkveehouders, ieder voor het eigen bedrijf maar wel met en van elkaar lerend, een bedrijfsplan te laten maken en daarbij zelf maat-regelen door te laten rekenen. Een goede eiwitbenutting leidt tot lagere

melkureumgehalten, te laag kan gevolgen hebben voor de melkproductie, te hoog kan de diergezondheid benadelen. De deelnemers werd gevraagd in hun bedrijfs-plan een laag melkureumgehalte te kiezen maar wel zo dat ze naar verwachting toch goede resultaten kunnen halen. Ook werd gevraagd aan te geven hoe de melkveehouder dat lagere melkureumgehalte wilde realiseren.

Gedurende een jaar werden de melkureumgehalten verzameld en uitgewisseld alsmede de ervaringen die de melkveehouders hadden opgedaan. LEI Wageningen UR voerde intussen een ex ante evaluatie uit op de door de melkveehouders gekozen bedrijfsplannen op robuustheid en resultaat. In het rapport ‘Ammoniak-emissie via zelfregulering; melkureumgehalte als case’ is dit onderzoek beschreven.

Melkveehouders zijn via bedrijfsdoelen te

motiveren tot milieubewust handelen

(2)

Voor meer informatie: Aart van den Ham LEI-Wageningen UR Tel.: 0317 - 484678

e-mail: aart.vandenham@wur.nl

BO-05-infoblad-33, Cluster BO-05 Mineralen en Milieukwaliteit, Gefinancierd door ministerie LNV, http://www.kennisonline.wur.nl/BO/BO-05, augustus 2009

Duidelijk gesteld doel en zelf de ‘lead’ nemen zijn

belangrijk

Bij de evaluatie van deze aanpak bleek dat melkveehouders die zich vooraf een duidelijk ureumdoel hadden gesteld een aanzienlijke verlaging van het melkureumgehalte realiseerden. Melkveehouders die deze motivatie voor een groot deel misten of bij wie het aan de noodzakelijke kennis ontbrak om voor de eigen situatie voldoende mogelijkheden te creëren, waren minder succesvol. Er was op dat punt geen verschil tussen veen, klei of zand, wel is het aantal mogelijkheden op veen beperkter en anders. Opvallend was dat bij de melkveehouders die een aanzienlijke verlaging van het melkureumgehalte realiseerden het ‘verlagen van de ammoniak-emissie’ nooit het motiverende doel was, wel de mening dat een lager melkureumgehalte ‘goed was voor het melkvee’. Melkveehouders hebben door deze aanpak het gevoel dat ze de regie over hun bedrijfsvoering en bedrijfs-resultaten houden en zijn daardoor gemotiveerder om naar mogelijkheden te zoeken. De overheid heeft het voordeel dat ze de milieukar niet alleen hoeft te trekken maar ook de motivatie van de veehouders kan benutten.

Tweesporenbeleid

Dit project is een vervolg op een onderzoek naar de mogelijk-heden van een tweesporenbeleid zoals dat is omschreven in het rapport ‘Reductie van de ammoniakemissie, opties en condities voor zelfregulering’. Daarin wordt gesproken over het hiërar-chisch sturingsmodel en het governance sturingsmodel. Bij het hiërarchisch sturingsmodel schrijft de overheid niet alleen de milieudoelen voor (doelvoorschriften) maar ook de maat-regelen (middelvoorschriften). Dit werkt goed bij een eenduidige, gemakkelijk stuurbare doelgroep die volledig vertrouwt op door derden gegenereerde kennis. De huidige situatie is echter niet zo eenduidig. Bij een deel van de doelgroep kan de overheid gebruik maken van de trekkracht en motivatie van die doelgroep via gedeeltelijke zelfsturing (het ‘governance’ model). Werken via het ‘governance’ model betekent dat veehouders zelf zoeken naar maatregelen die, via indicatoren, aantonen dat de milieu-doelen (doelvoorschriften) van de overheid inderdaad worden gerealiseerd. Ziet een veehouder hiervoor geen mogelijkheden, dan kan hij/zij, via het hiërarchisch sturingsmodel, met door de overheid voorgeschreven maatregelen (middelvoorschriften) werken. Zo is sprake van een tweesporenbeleid dat kansen biedt voor realisatie van overheidsdoelen.

De uitdaging is nu om, door een gezamenlijk leerproces van overheid en doelgroep, bovenstaande gedachte zodanig te ver-volmaken dat voor zowel de overheid als de doelgroep een goed werkbaar geheel ontstaat.

De vier stappen in het leer- en onderzoekszoekproces, toegepast voor de aspecten van beleidsvorming tot monitoren van de resultaten. Zowel de ondernemer als de beleidsmedewerker staan in het leer- en zoekpro-ces centraal, zij vormen vanuit ieders verantwoordelijkheid het hoe, wie en wat in de samenwerking 17,00 21,00 25,00 29,00 1 2 3 4 5 6 7 8 Deelnemersnummer per regio

U reum gehal te (m g/ 100 gr m el k) Noord West Zuidoost 20,0 25,0 30,0 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 Jaar Ureum gehale ( m g/10 0 gr m el k) gemiddeldNederland deeln. Koeien & Kansen doelst. Noord' + Zuid-oost niet-doelst. Nrd + Zuidoost doelstellers West niet-doelst. West Beleids- medew. Ideeën genereren Uitwerken/ vervolmaken Simuleren / testen

Leren (analyseren testresultaten)

B ele id sv or m in g B ele id sim ple m en ta tie T ec hn isc he /m an ag em en to plo ss ing en M on ito rin g ..… Onder-nemer

Gemiddelde ureumgehalten in melkmonsters voor Nederland gemiddeld, voor de deelnemers aan het project Koeien & Kansen en voor de deel-nemers aan ‘De toekomst van uw bedrijf’

Gemiddeld melkureumgehalte over 2003 van de deelnemers aan het praktijknetwerk ‘De toekomst van uw bedrijf’

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

de terugval van de olie-uitvoer van Iran dit jaar (een gevolg van de onlusten aldaar). Omdat de vraag en het aanbod van energiedra- gers reeds op korte termijn

Consument & afzetketen De Kennemervis Groep heeft haar afzetmarkt gesegmenteerd en verdeeld over de drie werkmaatschappijen, Fishpartners gericht op detail- en ambulante handel,

De produktieomvang per mannelijke arbeidskracht bedroeg in 1979 gemiddeld 140 standaardbedrij fseenheden. Dit gemiddelde is de afgelopen jaren met ruim 7 sbe per jaar toegeno-

Verhogen van de waarde van champost als bodemverbeteraar door 75% van de fosfaat eruit te halen. Resultaten tot

Aandeel blijvend, tijdelijk en natuurlijk grasland voor 2013 en het percentage beweid areaal voor 2010 naar bedrijfsomvang (aantal melkkoeien per bedrijf) (Bron: CBS

There is no evidence of VHE emission from any individual GRB during the period covered by the HESS observations, nor from stacking analysis using the whole sample and a priori

Traditional rituals, religious practices and beliefs associated with the river form an important part of the lives of people living in the area.. Results show that

In this context, this study explores the moderating or the mediating role of self-esteem in the relationship between ego identity and career aspiration in adolescents.. In this