• No results found

De verantwoordelijke samenleving als marionettentheater

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "De verantwoordelijke samenleving als marionettentheater"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Commentaar uit het Wetenschappelijk ln-stituut Pen scoop

De verantwoordelijke

samenleving als

marionettentheater

Sinds het eind van de jaren zeventig is binnen het CDA een bezinning op de eigen visie op staat en samenteving in voile gang. De resultaten daarvan zijn te-rug te vinden in het Program van Uit-gangspunten. In diverse sectoren van be-leid is de christen-democratische benade-ring uitgewerkt tot in een veelheid van concrete beleidsaanbevelingen toe. Veten hebben daar een flink aandeel in gehad honderden gespecialiseerde adviseurs van buiten de directe politieke sfeer, tien-talten volksvertegenwoordigers en uiter-aard ook de christen-democratische poli-tieke !eiders uit de Staten Generaal, meni-ge partijbestuurder en anderen in en om het CDA. In de taatste jaren zijn voorts brede partijdiscussies gevoerd - over de CDA-programs natuurtijk, maar ook over sociate zekerheid, emancipatie, vredes-beleid, technologie, volksgezondheid, ouderenbeleid en nu over het milieu. Daarnaast verscheen een reeks van Wt-rapporten die in paralleldiscussies of op conferenties en in de pers besproken wer-den. Het ging over de verantwoordelijke samenleving.

Na een jaar of lien studeren, publiceren, en discussieren kan uiteindelijk ook de buitenwacht niet meer om de steeds meer geprofileerde christen-democratische vi-sie heen. De NRC-commentator Hubert Smeets erkende dat het CDA nu

onmis-488

kenbaar de Ieiding heeft in de politieke discussies ats gevolg van een systemati-sche analyse van een reeks van beleids-sectoren.1 Willem Breedvetd klaagt echter in Trouw dat de politieke visie van het CDA toch maar vaag is gebleven.2 Hij zat een ruime leespauze nodig hebben. Ander-zijds moet worden erkend dat de gedach-te van de verantwoordelijke samengedach-teving voor hen die opgevoed zijn in het etatisme van de verzorgingsstaat-ideologie moeilijk te vatten is. Oude zekerheden van de sociaat-democratie, en van hen die in die stroom meeliepen, zijn aan het wankelen gebracht. Oat is voorat in de kring van bestuurskundigen, politicologen en ande-re sociale wetenschappers hard aangeko-men. Het lijkt atsof een anarchistische aan-vat op de regelstaat is gepleegd3 Wat

moet je met zoiets ongeregelds ats ge-spreide verantwoordelijkheid, soevereini-teit in eigen kring en meer van zutke dwar-se en kennelijk onuitroeibare gedachten, waarop een regelaar niet zomaar vat heeft? De bestuursideologie zakt in elkaar. De eigen zetfstandige taak van de georga-niseerde pluriforme maatschappij kan niet worden ontkend. De touwtjes glippen de overheid uit handen. Vertrouwen is goed, 1 Hubert Smeets, NRC, 14 november 1988

2. W1llem Breedveld. Trouw, 19 november 1988

3 A. G. We1ler, Vernieuwing en trouw, Arbor 1988 en 'De verantwoordelijke mens en het regelsysteem', Chnsten

Democrat1sche Verkenn1ngen 6182.

Chnsten Democrat1sche Verkenn1ngen 12188

r

c

v

r

~ ti

v

t !I E

s

t

v

v v c

e

g 0 h g Cl

(2)

Vertrouwen is goed, zei

Lenin, maar controleren is

beter.

zei Lenin, maar controleren is beter. Oat is een slogan die menig bureaucraat zal be-vallen. En hij heeft daar vaak oak redenen voor. lmmers in de cirkelgang van de verzorgingsstaat maakt de regelende overheid zijn maatschappelijke partners (besturen van organisaties en burgers) tot onverantwoordelijke onverzadigbare vra-gers. En die kun je natuurlijk geen verant-woordelijkheden meer toevertrouwen. De verzorgingsstaat liep stuk omdat hij het regeren herleidde tot het bevredigen van consumenten. De vrijheid van de mens werd weinig meer dan consumptievrij-heid. De aan de overheid te garanderen grondrechten werden op een individualis-tische en egocentrische manier uitgelegd. Wie spreekt er nag van de vrijheid om bepaalde diensten aan de maatschappij te ver/enen in plaats van die te genieten 4

Er zijn er die menen dat de burger en de samenleving zich nu eenmaal 'onstuit-baar' in de consumentistische richting ont-wikkelen. Vooruitgang gaat langs deze weg van de minste weerstand. Met even-vee! of meer reden kan worden gesteld dat de mens aan het eind van de twintigste eeuw door onder andere de overheid zo gemaakt is. En dus is er reden voor de overhe1d om het beter te gaan doen.

lntussen is er dat wantrouwen van over-heidsdienaren ten opzichte van de bur-gers en de maatschappij ('als je ze hun zin

Chnsten Democrat>sche Verkenn>ngen 12/88

niet geeft kun je tegenwoordig afgetuigd worden'). En er is teleurstelling en wan-trouwen van de maatschappij tegenover de overheid ('is die overheid nag wei be-trouwbaar, wat heb je aan garanties, wat voeren zein hun schild'). En oak de maat-schappij en die burger heeft zijn gegronde redenen. Het is in zo'n situatie een wonder dat er nag het een en ander aan maat-schappelijke en politieke vernieuwing ge-beurt want stagnatie ligt eigenlijk meer voor de hand.

En toch beweegt het

En tach, de wijzigingen in het stelsel van de volksgezondheid worden stap voor stap doorgevoerd. En dan nag wei in de richting van de verantwoordelijke samen-leving: financiering en planning, vraag en aanbod, komen 1n een directer contact. De ziekenfondsen en de aanbieders van zorg krijgen straks meer beleidsvrijheid om, binnen een door de overheid te ga-randeren machtsevenwicht, tot creatieve oplossingen en afspraken te komen. In het onderwijs wordt de positie van het be-voegde gezag en van de instellingen ster-ker - minder inmenging, meer budgetfi-nanciering. De sociale partners krijgen veel meer te zeggen door overdracht van bevoegdheden inzake de uitvoering van de Ziektewet en door een sterke rol in de arbeidsvoorziening. Staatssecretaris Heerma broedt op vernieuwing in de volkshuisvesting waarbij de corporaties en dergelijke zeker aan belang zullen win-nen. Op het gebied van de ontwikkelings-samenwerking en zelfs bij het buitenlands beleid is sprake van een herwaardering van de inbreng van maatschappelijke or-ganisaties.

Minister Brinkman, een van de weinige politici die van tijd tot tijd door middel van een doorwrocht verhaal de gedachte van de verantwoordelijke samenleving, uitge-werkt naar zijn beleidsterrein, naar voren

4. M .E. Beck. Ruimte voor bestuur, bestuur voorde ruimte,

VUGA. Den Haag 1986.

(3)

brengt, heeft onlangs weer van zich Iaten horen. Ook hij relativeert de waarde van het verrationaliseerde technocratische be-stuur door te wijzen op de betekenis van politieke idealen. De techniek en de ratio-naliteit moeten daarbij in dienst genomen worden. Terecht merkt Brinkman op dat de overheid slechts een 'abstract beeld van de werkelijkheid' hanteert (dat kan ook niet anders) en dat daardoor haar heel wat 'door de vingers glipt'. Natuurlijk. De staat die meer pretendeert wordt totalitair. De minister constateert dat 'er een zeke-re ovezeke-reenstemming lijkt te ontstaan over het recht van de politiek en van de over-heid om burgers en organisaties te wijzen op hun eigen verantwoordelijkheid'. Te-vens pleit hij voor 'het primaat van de politiek' waarmee hij gelukkig niets meer blijkt te bedoelen dan een nadruk op de rechtstaak van de overheid die onder an-dere bestaat uit het billijk afwegen van diverse (rivaliserende) belangen.5

Hij wil het functioneren van de democra-tische achterban-organisaties op zijn ter-rein bevorderen, ook door subsidie. Te-recht merkt de minister elders op dat we de collectieve uitgaven genuanceerder moeten beschouwen. lnderdaad, er zijn collectieve uitgaven die de verantwoorde-lijke samenleving bevorderen en andere die haar doodregelen en wegsubsidieren. En dat type samenleving is nodig om 'mensen in de marge' te kunnen integre-ren - dat kan de ambtenaar niet zelf. Normen en waarden moeten daar de Iei-ding hebben. Op dat terrein dient de over-heid haar grenzen te erkennen. 'Trouw, solidariteit en verantwoordelijkheid pas-sen niet in de methodiek' van hulpverle-ners die met een ambtelijke abstractie van de werkelijkheid moeten werken. Veel van wat WVC wil stimuleren moet wei door samenlevingsorganisaties - inclusief de levensbeschouwelijk georienteerde worden opgenomen. WVC heeft dat zelf kunnen zien aan de AIDS-voorlichtings-campagne die, naar het schijnt, uitgaat van de domme vooronderstelling dat de

490

Pen scoop

benadering van de fysiologische technie-ken ethisch neutraal zou zijn. Jammer dat de minister hier niet de meer bevoegde organisaties van de zorgzame samenle-ving in betrokken heeft. Dit is te merkwaar-diger omdat dit type voorlichtingscam-pagne al eerder onder kritiek gestaan heeft. Het is erg belangrijk om, als minis-ter, op aile punten te Iaten blijken dat het respect voor de zorgzame samenleving echt is, en niet (hoofdzakelijk) instrumen-teel bepaald (pragmatistisch). In de wel-zijnssector is voorshands nog heel wat zelfwerkzaamheid aanwezig en er is ruim-te voor meer deelname. Brinkman speelt daar voortdurend op in met een open oog voor de betekenis van de religieuze drijf-veren. Hij wijst op het solidariteitsprincipe en spreekt over individueel toegespitste sociale zorg, die rekening houdt met de omstandigheden en verantwoordelijkhe-den van de zorgbehoevende. T erecht wijst hij het individueel ontplooiingsmotief als beleidsdoelstelling af, helaas voorna-melijk omdat dat onbegrensd en dus on-betaalbaar is. De afwijzing hoort princi-pieel van aard te zijn. Zijn centrale begrip-pen staan overigens haaks op modern individualisme. Logisch dat de vertegen-woordigers van een voorbijgaande con-sumentistische cultuur daar furieus op rea-geren. Maar waarom zouden we ook pro-beren om bij die critici in het gevlei te komen? Het gaat immers om onze sociale verantwoordelijkheid. Wie ziet dat 'het po-litieke domein niet het monopolie van de overheid is' die acht 'het teruggrijpen op de traditie, waarin ook particuliere organi-saties en personen verantwoordelijk wa-ren voor de uitvoering van publieke taken, zinvol'.

Samen tegen de yuppie-ideologie

We verkeren intussen middenin een dis-cussie die ook elders gevoerd wordt. lm-mers, ook in socialistische kring wordt

5. L.C Brrnkm<'m. Genoeg van de Staat, rede voor de

Rrjksunrversrtert Lerden. 9 november 1988.

Chnsten Democratrsche Verkennrngen 12/88

Pen~ stri InC do de

me

op

me

ge

me

va (dE no si~ va. ge ee de de wij er: be tre zw ge ch de he bu zic Ze tinr tie: he va sli~ te pa cri kir Sel sci toe on

cr

HL pa ho

M;

Chr

(4)

strijd gevoerd tegen het 'kapitalistische en individualistisch georienteerde yuppie-dam' (D. Pels).6 Deze kritiek richt zich op

de adJunct-directeur van de Wiardi Beck-manstichting, Paul Kalma, die ooit zo mooi op weg was naar de verantwoordelijke maatschappiJ van Banning c.s. maar nu geheel 1n liberaal-democratische richting marcheert. Banning stelde het primaat van de maatschappij; het produktieproces (de economie) en de staat ZIJn daaraan in normatieve zin ondergeschikt. Dick Pels signaleert deze opvatting, ziJ het nog vaag, in 'Schuivende Panelen' en 'Bewo-gen Beweging'. ZiJns inziens heeft zij ook een grate rol gespeeld biJ Troelstra, van der Goes van Naters en Vos 1n het verle-den van de SDAP en de PvdA. Terecht wijst Pels er trouwens op dat de overheid er steeds tegen moet waken dat 'de sterke belangengroepen' aan het langste eind trekken en er 'weinig ruimte is voor de zwakkere of niet georgan1seerde belan-gen'. We mogen geen 'blanco politieke cheque uitschrijven aan de functionele deskundigheid en het technocratische be-heer'. De waarschuwing geldt tegen de bureaucratisering van de overheid die zich aan democrat1sche controle onttrekt. Ze geldt in een andere zin ook in de rich-ling van de maatschappelljke organisa-ties. Een verantwoordelijke samenleving heeft de wettelijke kaders (voorwaarden) van een verantwoordeliJke overheid be-slist nodig. Het IS steeds het liberaal getln-te misverstand, als zou het Ieven in com-partimenten kunnen worden verdeeld, dat critici doet denken dat vermaatschappelij-king simpel zou bestaan uit het wegkras-sen van de overheidstaak uit enkele maat-schappelijke sectoren.

De PvdA is overigens sinds jaren een toonbeeld van ideologische verwarring en onzekerheid over de te volgen koers. Christen-democraten hebben, volgens Hubert Smeets van de NRC, de koers op papier tot nu toe consequent weten vast te houden. Dat is natuurliJk niet genoeg. Maar zoals beschreven beweegt er tevens

Chnsten Democrat1sche Verkenn1ngen 12/88

Bert de Vries presenteert

zichzelf eerder als

revisionist dan als radicaal.

op het vlak van de politieke praktijk het een en ander in de goede richting. Toch blijft ook in het CDA het verschijnsel van het wantrouwen tegen de samenleving en hebben we weet van het wantrouwen dat in (geestverwante) organisaties heerst ten opzichte van de CDA-politiek. Het gaat respectievelijk over de vragen 'kunnen ze het wei aan' en 'menen ze het wei echt'. 'ZIJn ze biJ het CDA niet gewoon met slim-me, vroom verpakte machtspol1tiek be-zig?' Bovendien speelt een verschil in per-soonlljk temperament een rol. Dick Pels wijst daarop in zijn analyse van het refor-misme en het radicalism e. In de algemene beschouwingen en in zijn rede op de par-tijraad van 12 november heeft de politieke le1der van de CDA Tweede Kamerfractie zich als nuchter en voorzichtig politicus gepresenteerd en daarmee eerder als 're-visionist' dan als 'radicaal' 7 Dat is niet

verrassend want in het parlementaire werk moeten voortdurend compromissen ge-sloten worden met de status quo. Zolang het sluiten van dat type compromissen en de revisionistische aard niet wordt ver-ideologiseerd is er niets aan de hand. Zeker niet als De Vries bovendien pleit

6 01ck Pels. Zaken socialisme of het einde van een utopie,

Bele1d Maatschapp1J XV. 1988-5 sept/okt

7 Bert de Vnes, Algemene Politieke Beschouwingen 1988/1989. Idem, rede voor de partijraad van het GOA,

12 november 1988

(5)

voor een voluit als christen-democratisch herkenbaar verkiezingsprogram waarin de lijnen helder worden doorgetrokken. De Vries beklemtoont nog eens hoe onno-zel we destijds geweest zijn door het stu-rende vermogen van de overheid te over-schatten en hoezeer de opstapeling van bevoegdheden bij overheden heeft geleid tot verstarring en verkokering. Gelukkig wijst hij tegelijkertijd op het feit dat de tekortkomingen van de markt niet verdwe-nen zijn. lnderdaad, de stuitende aspira-ties om de cultuur (media) aan de com-mercie te onderwerpen schreeuwen om een duidelijk overheidsbeleid dat 'de markt' in zijn hok drijft. De ideologisering van de staat en de ideologisering van de markt passen niet meer, nee ze hebben nooit gepast. De Vries wijdt een aantal positieve opmerkingen aan de betekenis van kerken, levensbeschouwelijke organi-saties en vooral aan kleine verbanden in de prive sfeer. Daar worden waarden en normen overgedragen en die zijn voor christen-democraten de toetssteen voor het beleid. Niet een allesomvattend maat-schappijbeeld maar die normen en waar-den (van v66r-politieke aard) staan cen-traal, aldus De Vries. De keuze voor de verantwoordelijke samenleving typeert hij als 'een globale beleidsrichting, niet als een poging om tot een blauwdruk voor een eigen christen-democratische maat-schappij te komen'. 'De keus is niet aileen ingegeven door doelmatigheid' (De Vries noemt hier de oplossing van de overbelas-ting van de overheid) maar 'ook door ideele overwegingen'. En vervolgens komt hij nogal ver tegemoet aan hen die zich door wantrouwen ten opzichte van het maatschappelijke middenveld Iaten leiden. Wie wil vermaatschappelijken wordt gewaarschuwd dat hij geen 'oude besturingsmechanismen moet afschrijven voordat de nieuwe hun bruikbaarheid hebben bewezen'. Hoewel De Vries ten aanzien van de markt pleit voor het stellen van duidelijke randvoorwaarden om volgens de ondernemingen met enig

ver-492

Periscoop

trouwen hun gang te Iaten gaan, laat hij inzake de non-profit organisaties een dui-delijk minder positieve toon horen. De Vries heeft gelijk als hij stelt dat die non-profit organisaties van binnenuit geprik-keld moeten worden om vee! aandacht te besteden aan kwaliteit, toegankelijkheid en zuinig beheer. Tevens is een waarschu-wing tegen verambtelijking op zijn plaats. (De overheidsbureaucratie is al erg ge-noeg en grote concerns kunnen er ook wat van!) Bij de wijze waarop de overheid met deze partners omgaat moet zij natuur-lijk rekening houden met de verleidbaar-heid van de middenveldorganisaties. Ruimte scheppen voor beheerste concur-rentie, voor 'markteffecten' en voor eigen democratische controle door achterban-nen. Oat zijn bepaald geen overbodige zaken. De maatschappelijke organisaties zijn soms door een naief type overheids-beleid op het verkeerde been gezet. Het opzetten van werkelijk zelfregulerende processen 'volgens de criteria van ge-rechtigheid, solidariteit en rentmeester-schap' vergt van de organisaties en van de overheid zeer goed uitgedacht beleid. Anders blijft voortdurend overheidsingriJ-pen loch nog onvermijdelijk. lnderdaad, nuchter zijn dus.

Maar dat kan allemaal heel goed ge-zegd en geregeld worden binnen een doelgericht beleid dat vanuit een visie op menselijke waardigheid op een passen-de herverpassen-deling van verantwoorpassen-delijkhe- verantwoordelijkhe-den afstevent. Het gaat bij vermaatschap-pelijking trouwens niet om weer een bestu-ringsmechanisme in handen van de over-heid. Maar om een poging om overheids-besturing overbodig te maken, uit respect voor de eigen verantwoordelijkheid van de samenleving voor mondigheid van de burger en voor het eigen karakter van de overheid zelfB Voorzover autonomiever-groting door de overheid als een nieuw

8 Mond1ghe1d h1er bedoeld 1n de oorspronkei•Jke beteken1s zoals d1e door A G. We1ler wordt beschreven 1n ·vern1eu· w1ng en Trouw· als het vermogen om voor anderen op te komen of voor anderen verantwoordel1jkhe1d te dragen

Chr1sten Democrat1sche Verkenn<ngen 12/88

p, b rE

z

d p Vv

a.

Z< S<

n

vi IT sl IT b< kl dl 0'

sc

Ql eE

hE

hE

p;

dE

cr

hE

sc lo te

bE

er ZE

kE

tiE m

dE

bi,

cr

V2 w; Ch1

(6)

besturingsfoefje wordt opgevat stu it ze di-rect op een alleszins gepast wantrouwen. Zo wordt de lump sum budgetfinanciering

door het onderwijs opgevat als een ver-eenvoudiging van de financiele wurgings-processen die de overheid wellicht ooit weer nodig zal hebben. Er is inderdaad aanleiding om soms zo te den ken. En voor zover dat terecht is heeft dit type vermaat-schappelijk niets, maar dan ook helemaal niets met de verantwoordelijke samenle-ving te maken. De Verantwoordelijke Sa-menleving als marionettentheater in de slimme handen van de overheid. Een mooie vermomming van de oude Haagse besturingsideologie. Het is steeds de kunst om cynisch instrumentalisme te on-derscheiden van beleid dat op een echte overtuiging van moreel kaliber berust.

Afstand nemen van 'albedil' vereist soms radicalite1t. Op sociaal-economisch gebied heeft De Vries bijvoorbeeld al eens eerder gesignaleerd dat beeindiging van het afschuifsysteem van verantwoordelijk-heden door ondernemingen en soc1ale partners slechts lukt als de overheid dui-deliJk maakt dat zij het oude besturingsme-chanlsme beslist niet meer achter de hand heeft. Als ze dat niet doet blijft de maat-schapplj denken dat 'het zo'n vaart niet lopen zal'.

Overigens mag het chnsten-democra-ten niet om blauwdrukken gaan. Die heb-ben we trouwens niet, zodat van politici enorrn veel creat1viteit wordt geeist. En zelfs uitgangspunten zijn geen getailleerd keurslijf maar veeleer een appel. De poli-tiek ligt niet kant en klaar vast. Zij wordt niet mechanisch uit normen afgeleid. Vandaar de noodzaak om elkaars eigen mandaat binnen het CDA te respecteren Ook voor christen-democraten geldt het kernwoord van de gespreide verantwoordelijkheid, want concentratie van macht en

bevoegd-Owsten Democrat1sche Verkenn1ngen 12/88

heden - het vestigen van een bevelshier-archie of het beschikken over slimme ma-nipulatiesystemen - daar kan niemand tegen, geen mens, geen institutie - geen christen-democraat.

De belijndheid van overtuiging

lntussen heeft een partij iets meer nodig dan de orientatie op v66r-politieke waar-den en normen, hoezeer het ook waar is dat de toetsing aan de Heilige Schrift het hart van de christen-democratie is. We moeten ook samen een politiek antwoord op dat Evangelisch Appel geven. Oat poli-tieke antwoord is feilbaar en is niet het Evangelie zelf. Maar de gemeenschappe-lijkheid van dat antwoord maakt uit of we ons moreel aan elkaar in het CDA verbon-den voelen en niet bijvoorbeeld aan de SGP of aan de PvdA. Oat antwoord neemt de vorm aan van een politieke overtuiging waarvan de kern in het Program van Uit-gangspunten is neergelegd. Wie dat stuk analyseert en er voor diverse beleidsterrei-nen beleidssuggesties aan ontleent, die heeft waarschijnlijk zoiets als een maat-schappij-visie, geen blauwdruk, maar wei iets dat samenhang, duidelijkheid, (be-lijndheid zei men vroeger) aan zijn optre-den geeft. Er is een tijd geweest waarin van d1e duidelijkheid, ja zelfs van een bij chr1sten-democraten herkenbaar profiel en karakter, nauwelijks iets bleek. Ze wa-ren vnjwel nergens meer aan te houden. Met hun Bijbeluitleg konden ze politiek zowat elke kant uit. Goed dat die tijd voor-bij is.

AMO

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De ma- chine werd echter ook in dezelfde versnelling bij vol gas (3 km per uur) en bij half gas (2 km per uur) beproefd. De bediening geschiedde door drie à vier man, de

Het Program van Uitgangspunten wijst naar een samenleving waarin de verant- woordelijkheidsbeleving van burgers en hun maatschappelijke organisaties zelf door

Toch verdiep ik mij graag in het thema na- tuur en milieu in een verantwoordelijke sa- menleving, omdat het mijns inziens bij uit- stek vatbaar is voor christen-politieke

Dat Popper voor positivist uit- gemaakt werd , gebeUl'de dus niet al- leen, of zoals Abbes stelt 'met name naar aanleiding van zijn politiek-filo-.. so fisch e ideeën' ,

Aangezien de resultaten van herkenning van de kernwaarden voor de Belgische en Nederlandse proefpersonen ongeveer gelijk waren, kan het zo zijn dat zowel de Belgische als

De nieuwe regeling is bedoeld voor werkende ouders, voor chronisch zieken die niet of beperkt voor hun kinderen kunnen zorgen, maar ook voor kinderen die anders met een

Voor de bepaling van arseen in grond zijn een 10-tal destruktie- methoden onderzocht, waarbij de verkregen de s truaten m.b.v.. Hierbij Herd gebruik gemaakt van