• No results found

De rol van ethyleen in de resistentie van tomaat tegen Botrytis cinerea

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "De rol van ethyleen in de resistentie van tomaat tegen Botrytis cinerea"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

De rol van ethyleen in de

resistentie van tomaat tegen

Botrytis cinerea

A. ten Have

1

, J. Diaz Varela

2

en J.A.L. van Kan

1

1Laboratorium voor Fytopathologie, Wageningen Universiteit,

Postbus 8025, 6700 EE Wageningen

2Universidade da Coruña, España

De resistentie van planten tegen pathogene schimmels en bacteriën wordt beïnvloed door een complexe wis-selwerking tussen de fytohormonen salicylzuur, jas-monzuur en ethyleen. Laatstgenoemde hormoon is in-teressant omdat het gasvormig is en daarom geschikt voor langeafstandssignalen. Zowel de productie als de perceptie van ethyleen door planten speelt een belang-rijke rol in de interactie met pathogene schimmels. Daarnaast kunnen pathogenen zelf ook ethyleen pro-duceren en door ethyleen beïnvloed worden.

Wij hebben de rol van ethyleen onderzocht in de inter-actie tussen Botrytis cinerea en tomaat. Planten werden voorbehandeld met verschillende concentraties ethy-leen, vervolgens geïnoculeerd met B. cinerea en geïn-cubeerd voor meerdere dagen. De vorming van sprei-dende lesies werd bepaald alsmede de groeisnelheid van de spreidende lesies in mm per dag. Proeven wer-den uitgevoerd met wildtype tomaten en met natuurlij-ke mutanten of transgene planten die verstoord zijn in de productie of de perceptie van ethyleen.

Uit de experimenten bleek dat zowel de productie als de perceptie van ethyleen belangrijk is voor de resis-tentie van tomaat tegen B. cinerea. Er zijn aanwijzingen dat het effect van ethyleen onafhankelijk is van de jas-monaat signaaltransductie route.

Dennenhoutaaltje

(Bursa-phelenchus xylophilus) in

verpakkingshout, een

fyto-sanitair én een handelsprobleem

N.M. Horn

Plantenziektenkundige Dienst, Postbus 9102, 6700 HC Wageningen

Bursaphelenchus xylophilus, het dennenhoutaaltje, kan

zich zowel vermeerderen in dode als in levende naald-bomen. In Noord-Amerika, het oorsprongsgebied van het aaltje, vermeerdert de nematode zich voornamelijk in dood naaldhout. In gebieden waar B. xylophilus recentelijk is geïntroduceerd, zoals Japan, speelt ver-meerdering in levende bomen een belangrijke rol met desastreuze gevolgen voor naaldhoutbossen. De ne-matode vermeerdert zich dan in eerste instantie in de

harskanalen en na initiële verzwakking van de boom verspreidt de nematode zich in de rest van de boom. Onder warme omstandigheden verwelkt de boom en gaat snel dood. Zowel in dood als in levend hout voedt de nematode zich met schimmels die in het hout groei-en. De nematode wordt verspreid door boktorren van het geslacht Monochamus. B. xylophilus komt momen-teel voor in de VS, Canada, Mexico, Korea, China, Hong Kong en Japan, Monochamus-soorten komen ook in Europa voor.

Er is een risicoanalyse uitgevoerd waaruit blijkt dat de nematode een groot risico vormt voor Europa en dat introductie moet worden voorkomen. In EU-regelge-ving zijn er vereisten voor naaldhout dat geïmporteerd wordt uit landen waar B. xylophilus vóórkomt. In de meeste vormen waarin dit hout verhandeld wordt, moet het een warmtebehandeling hebben ondergaan. Maar hout dat als verpakkingsmateriaal (zoals kisten en pallets) binnenkomt uit die landen moet vrij zijn van schors en van boorgaten groter dan drie millimeter en moet, al dan niet kunstmatig, gedroogd zijn.

Ondanks deze maatregelen is in 1999 de nematode aangetroffen in Portugal. Duizenden bomen zijn daar aangetast door dit organisme. Mogelijk is deze nemato-de met verpakkingshout uit Japan geïntroduceerd. In-middels zijn er uitgebreide maatregelen genomen om de uitbraak in Portugal uit te roeien en om verdere ver-spreiding in Europa te voorkomen. In de overige EU-landen is in 2000 een survey uitgevoerd en daarbij is het aaltje buiten Portugal niet gevonden. Gealar-meerd door de uitbraak in Portugal is in verschillende EU-landen de inspectie van verpakkingshout geïnten-siveerd. Als gevolg hiervan zijn er een aantal vondsten van B. xylophilus in verpakkingshout gedaan. In twee gevallen in Nederland is in verpakkingshout uit China de vector Monochamus aangetroffen; daarbij was de nematode niet aanwezig.

Om verdere introductie van B. xylophilus met verpak-kingshout te voorkómen, moeten er strengere eisen worden gesteld aan verpakkingshout van naaldhout. Daarom is er momenteel discussie in EU verband om voor verpakkingshout uit de VS, Canada, China en Ja-pan ook een warmtebehandeling, begassing of impreg-natie te vereisen. Dit heeft vanuit die landen felle reac-ties opgeleverd en kan beduidende gevolgen voor de wereldhandel hebben. Het dilemma tussen enerzijds bescherming van de Europese naaldbossen door maat-regelen van de EU en anderzijds het verstoren van we-reldwijde handel door eenzijdige eisen van de EU maakt dat deze discussie niet meer alleen een fytosani-taire zaak is.

Pagina 50 Gewasbescherming jaargang 32, nummer 2, februari 2001

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Planteziektenkundige Vereniging

[

KNPV

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Ze volgt op de DEPARIS- methode die het eerste niveau Opsporing vormt van de SOBANE-strate- gie, en stelt de methodes voor die moeten gebruikt worden op de drie andere

In veterinary medicine, most papers limit the diagnosis of sepsis to detection of bacteria in blood by culture (Hollis et al., 2008), either with additional clinical signs

Slow twitch (type I) Intermediate fibers (type IIa) Fast twitch (type IIx) Slow oxidative fibers Fast oxidative fibers Fast glycolytic fibers Aerobic metabolism

No statistically significant effect of gender, age, blood pressure and propofol dose were detected on the difference between the ultrasonographic adrenal gland measurements

Opmerkelijk is dat niet wordt verwezen naar het Rapport van de Choleracommissie uit 1866, waarin Groningen een rol speelt, noch naar de bijdragen over deze materie in Techniek

In een wat betreft afhankelijkheid van derden min of meer vergelijkbare situatie moet der- halve op grond van kosten en investeringen de voor- keur worden gegeven aan methode

De verjnelaar moet dus bij zijn streven de kwali- teit van mais te verbeteren, niet alleen aandacht schenken aan een hoog eiwitgehalte, maar ook aan een verbetering van

Uit Tabel 11 blijkt duidelijk dat hoe minder standruimte per boom, dus hoe meer bomen per eenheid van oppervlakte, hoe meer tonnen fruit geoogst kunnen worden.. Bij 1,5 m^ per