• No results found

Voerconversie voor koeien. verschillen tussen koeien in voerbenutting omzetten in extra saldo

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Voerconversie voor koeien. verschillen tussen koeien in voerbenutting omzetten in extra saldo"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

48

augustus 1 2007 augustus 1 2007

49

Michel de Haan Gert van Duinkerken

Conclusies

–   Voerconversie  is  als  management- getal te benutten door het te beoor-delen in relatie tot de melkgift. –   Het  verlagen  van  de  voerconversie 

leidt  niet  in  alle  gevallen  tot  lagere  kosten van het voerproces of verho-ging van het bedrijfsinkomen. –   Een  dynamisch  voeradvies  houdt 

rekening met verschillen in voerbe-nutting  tussen  koeien  en  leidt  tot  een hoger saldo.

Geert André

sen  dieren  beter  weten  te  benutten.  De  huidige  krachtvoeradviesprogramma’s  zijn gebaseerd op populatiegemiddelden  voor  zaken  als  voeropname  en  voerbe-nutting. Ze houden geen rekening met de  van nature aanwezige variatie tussen die- ren en de veranderingen in variatie bin- nen dieren die in de loop van de tijd op-treden.  Door  gebruik  te  maken  van  modernere,  dynamische  rekentechnie-ken  en  actuele  procesgegevens  van  de  dagelijkse melkmeting en krachtvoerop-name  zijn  de  koeverschillen  benutbaar.  Een dynamisch voeradvies berekent wat  het in euro’s oplevert als een koe een kilo  meer of minder krachtvoer krijgt. Het ad-vies  gaat  uit  van  de  efficiëntie  van  elke 

individuele koe in de actuele situatie. Het  voorspelt de respons in melkproductie en  in  voersaldo  (melkopbrengst  minus  v  oerkosten)  bij  het  aanpassen  van  de  krachtvoergift. Bij het toepassen van een  dergelijk  voeradvies  op  verschillende  melkveebedrijven nam het voersaldo toe  voor elk bedrijf, soms zelfs tot meer dan  50 cent per koe per dag. Voor een bedrijf  met 70 koeien betekent dat een potenti-ele verbetering van het inkomen tot meer  dan 10.000 euro per jaar. Het dynamische voeradvies is in principe  toepasbaar op alle melkveebedrijven met  dagelijkse  melkmeting  en  krachtvoerre-gistratie.  ASG  werkt  momenteel  samen  met  het  bedrijfsleven  aan  verdere  prak-tijkintroductie,  zodat  meer  informatie  beschikbaar komt over de (economische)  voordelen.

Ir. G. van Duinkerken, projectmanager diervoeding ASG

Ir. M. H. A. de Haan, onderzoeker bedrijfsmanagement ASG Ing. G. André, biometricus ASG

maal  of  is  sprake  van  het  voeren  van  rantsoenen met een relatief lage voeder-waarde. Bij een voerconversie van 0,6 is  de voerbenutting hoog of kent het rant-soen een hoge voederwaarde.

Niet altijd lagere kosten

Het voerproces bepaalt een flink deel van  de  kosten.  Het  gaat  niet  alleen  om  de  voerkosten,  maar  om  alle  kosten  die  te  maken hebben met het verkrijgen en ver- strekken van voer. Voor een melkveebe-drijf is het dus zinvol om de kosten van  dat totale voerproces laag te houden.  De kosten van het voerproces hangen af  van  de  strategie  en  bedrijfsstructuur,  maar  ook  van  de  bedrijfsopzet.  Als  de  kosten  van  grond  volledig  worden  mee-gerekend,  zullen  extensieve  bedrijven  meestal hogere kosten voor het voerpro-ces hebben dan intensieve bedrijven. Veel  mechanisatie  leidt  mogelijk  ook  tot  ho-gere  kosten  van  het  voerproces  dan  be-perkte mechanisatie. Ook weidegang en  het bouwplan beïnvloeden de kosten van  het voerproces. De kosten voor eigen ge-teeld  ruwvoer  liggen  in  Nederland  vrij  hoog (zie kader Kostenwijzer voedermid-delen). 

Verlagen  van  de  voerconversie  kan  de  kosten van het voerproces verlagen. Dit  is vooral het geval binnen een zelfde be-drijfsvoering.  Verspilling  voorkómen,  gebruikmaken  van  efficiëntere  koeien 

en  een  weloverwogen  rantsoensamen-stelling kunnen hieraan bijdragen. Maar  verbeteren, ofwel verlagen, van de voer- conversie zal in veel gevallen niet bijdra-gen aan het verlagen van de kosten van  het  voerproces.  Denk  bijvoorbeeld  aan  het verstrekken van extra of dure soorten  krachtvoer  bij  een  overschot  aan  ruw- voer. Tot slot is het de vraag of bij een ex-tensieve  bedrijfsvoering  een  lage  voer-conversie wenselijk is om de kosten van  het voerproces laag te houden. In derge-lijke  gevallen  leidt  een  hogere  voercon-versie waarschijnlijk tot lagere kosten. Sturen op voerbenutting mét economisch  resultaat is haalbaar als melkveehouders 

de grote verschillen in voerbenutting tus-Voerconversie voor koeien

Verschillen tussen koeien in voe rbenutting omzetten in extra saldo

Figuur 1 – Richtlijn voor het beoordelen van de voerconversie van een melkveestapel in relatie tot de melkgift (kg/koe/dag). De doorgetrokken lijn geeft het gemiddelde, de stippellijnen vormen de grenzen van het 90% betrouwbaarheidsinterval

Wat is voerconversie?

Voor  het  berekenen  van  de  voercon-versie  of  de  voerbenutting  zijn  ver-schillende rekenvarianten in omloop.  De  volgende  definities  komen  veel  voor:  –   voerconversie = voerverbruik per  kg geproduceerde melk =  voerop-name (kg ds) / (meet)melkproductie  (kg); –   voerbenutting of voerefficiëntie =  melkproductie per kg voer =  (meet)melkproductie (kg) / voerop-name (kg ds). 

Soms  worden  deze  kengetallen  ook  uitgedrukt in procenten.

Kostenwijzer voedermiddelen

De  Kostenwijzer  voedermiddelen  geeft  snel inzicht in de totale kosten van op- genomen voedermiddelen op het melk-veebedrijf.  Het  gaat  hierbij  niet  alleen  om aankoopkosten van voer, maar ook  om  kosten  van  grond,  teelt,  oogst  en  vervoedering. Daarnaast houdt het pro-gramma rekening met opbrengsten van  grond,  namelijk  mestplaatsingsruimte. 

Gebruikers  krijgen  niet  alleen  inzicht  in  het  kostenniveau  van  opgenomen  voedermiddelen,  maar  kunnen  ook  af-wegen  welk  voedermiddel  kostentech-nisch het best bij het bedrijf past.  De Kostenwijzer voedermiddelen is te  vinden  op  http://www.asg.wur.nl/NL/ Producten/Veehouderij/Software/Kos-tenwijzerVoedermiddelen.  voederconversie (kg ds/kg melk) melkgift (kg/koe/dag) 15 20 25 30 35 40 45 0,5 0,6 0,7 0,8 0,9 1,0 1,1 1,2 1,3

Tussen koeien bestaan forse verschillen in het benutten van voer voor

melkproductie. Door deze variatie beter te gebruiken, is het mogelijk

het voersaldo te verhogen. De Animal Sciences Group werkt aan de

introductie van het benodigde voeradvies in de praktijk.

O

p behoorlijk wat melkveebedrijven  is  het  tegenwoordig  mogelijk  het  voerverbruik  te  registreren.  Sommige  veehouders  en  voervoorlichters  bere-kenen  daarom  de  voerconversie  van  de  melkveestapel  (zie  kader).  Ook  studie-clubs leggen geregeld bedrijfscijfers over  de voerbenutting op tafel. Zo kunnen ze  de resultaten van verschillende melkvee-bedrijven vergelijken. Anders dan in de intensieve veehouderij  heeft de voerconversie van een melkvee-bedrijf  geen  duidelijke  relatie  met  het  bedrijfsinkomen. Een lage voerconversie  leidt niet per definitie tot een goed finan-cieel resultaat. Dat komt door de enorme  variatie  in  bedrijfssituaties.  Ook  de 

kos- ten van zelf geteelde en aangekochte voe-ders verschillen behoorlijk. 

Toch kunnen veehouders met het kenge-tal voerconversie hun voordeel halen in  het  bedrijfsmanagement.  Dat  kan  door  de voerconversie van de melkveestapel te  beoordelen  in  relatie  tot  de  gemiddelde  melkgift  per  koe  per  dag.  Bij  een  hoge  melkproductie  hoort  een  lage  voercon-versie en bij een lage melkproductie een  hoge  voederconversie.  De  Animal  Scien-ces  Group  (ASG)  ontwikkelde  hiervoor  een richtlijn (figuur 1). Die geeft aan dat  bij  een  productie  van  gemiddeld  30  kg  per koe per dag de voerconversie rond de  0,7 ligt. Is bij die productie de voerconver-sie  0,8  dan  is  de  voerbenutting 

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

überhaupt nicht, dass sie auf einem Schiff sind, auch weil man oft Stunden braucht, um an Deck zu kommen?. Demnächst wollen die Reedereien ihren Kunden sogar soziale Unruhen

Een aantal cost drivers uit de literatuur werden ofwel in een andere categorie ondergebracht (aantal interfaces en conversie bij ‘Omvang’) ofwel als niet van toepassing beschouwd

While frequent milking of an infected udder is used to treat mastitis cases caused by coliforms and other environmental pathogens, severe cases have to be

These properties are compatible with the HGPS results except for the source size and flux; these were overestimated because the earlier analysis did not include a model for the

The following section will discuss conclusions made regarding the relationship between the demographical variables and the overall success of the development tested in

The focus on customers is two pronged namely the internal as well as the external customer. Notwithstanding the fact that the internal customer is a very important

study was done to investigate the differences between development of secondary sexual characteristics (i.e. voice, pubic hair and genital development) of stunted and non-stunted

Naast het schrijven, zijn enige duurzame `bevlieging', zocht hij soelaas in reizen, lekker eten en drinken, zijn liefde voor katten of zijn schrijfmachineverzameling waar altijd