• No results found

Grafisch ontwerp is overal : ontwerpen voor een betere samenleving

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Grafisch ontwerp is overal : ontwerpen voor een betere samenleving"

Copied!
25
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Grafisch ontwerp is overal

Ontwerpen voor een betere samenleving

— Scriptie door Marloes van Dijk — Grafisch ontwerp

AKV | St. Joost, Avans Hogeschool ’s–Hertogenbosch 2009

(2)

Inhoud

Inleiding

Het publiek domein

De hedendaags grafisch ontwerper De commercieel ontwerper De redactioneel ontwerper Pierre Bernard De autonoom ontwerper Strijdlust Straatkunst Banksy

The Bubble Project

Ontwerpen in de publieke ruimte Commercie met een verscholen missie KesselsKramer Tot slot Bijlage Bronnen P. 5 6 9 9 11 13 16 17 17 19 27 29 32 34 37 40 41

1.0

2.0

2.1 2.2 2.2.1 2.3

3.0

3.1 3.1.1 3.1.2

4.0

4.1 4.1.1

(3)

5

Inleiding

We komen dagelijks buiten, we doen boodschap-pen op de fiets, gaan met de auto naar het werk. De publieke ruimte wordt gekenmerkt door allemaal verschillende mensen die zich in die ruimte bewe-gen. Maar ook wat die mensen in die ruimte plaatsen of achterlaten, hoort bij het beeld van de publieke ruimte. Overal waar we komen worden we overladen door beeldtalen. Graffiti op muren, stickers op prul-lenbakken en lantaarnpalen. De stedenstructuur is ongeordend, allerhande gebouwen zijn naast elkaar geplaatst en vormen mede het beeld van de publieke ruimte.

Billboards langs de weg, boeken, websites, overal is grafisch ontwerp aanwezig. Alles wat we zien, alles wat we kopen heeft ermee te maken. Grafisch ont-werp draagt dan ook sterk bij aan onze beleving van de publieke ruimte. Maar zijn grafisch ontwerpers zich bewust van de invloed die zij uitoefenen in de publieke ruimte? Kunnen zij bijdragen aan het creë-ren van een betere samenleving?

(4)

6 7

1.0 Het publiek domein

‘Het publiek domein is het terrein van de alheid, van dat wat mensen bindt en van hun gemeen-schappelijke belangen en identiteiten. Alle sociale interactie buiten de persoonlijke sfeer en buiten de private sfeer van de markt wordt tot het publieke do-mein gerekend.’ 1

In het publiek domein vindt interactie plaats tussen overheden, overheden met burgers, burgers met over-heden en burgers onderling. Mensen komen echter nauwelijks meer in contact met onbekende mensen. Zij beschouwen de publieke ruimte niet meer als een ruimte die voor iedereen is, zij beschouwen het als een vreemde of zelfs vijandige omgeving. Het onbekende wordt gezien als een bedreiging, mensen trekken zich terug uit het publieke leven. ‘Achter-docht, bijgeloof, leugens, onderdrukking, misleiding,

geheimdoenerij of censuur maken de maatschappij troebel en ondoorzichtig, zodat geen burger er zich nog thuis voelt.’ 2 Mensen vormen de publieke ruimte om tot een persoonlijke ruimte doordat mensen zich alleen beschermd in een eigen groep vertonen. We zitten op het punt waar het individu alleen nog ‘zich-zelf’ is en geen publieke rol meer speelt. Jongerensub-culturen die er ooit naar streefden verandering aan te brengen in het publieke domein, hebben nu de vorm gekregen van leefstijlgroepen waarin zij zich juist te-rugtrekken uit het publieke domein. De samenleving valt uiteen in allemaal verschillende groepen. De publieke ruimte is overspoeld door het private en omgekeerd is het publieke langzaamaan de privé-ruimte binnengedrongen. De televisie heeft hier een grote rol in gespeeld met haar ‘publiek debat’. Alles lijkt door elkaar te lopen en elkaar te overspoelen. Overigens is televisie en publiek debat een vreemde combinatie, want de kijker kan alleen maar passief meedoen aan het debat. ‘We kennen al lang de gren-zen niet meer tussen het politieke en het economi-sche, het private en het publieke, het intieme en het pornografische, het fictionele en het feitelijke.’ 3

— Het publiek domein —

1. Hugues 

Boekraad,

Mijn werk is niet mijn werk. Pierre Bernard. Ontwerpen voor het publieke domein. 2. Walter Weyns,  Tijdperk van de mmaatschappij 3. Erwin Jans, Het publiek en het publieke

(5)

— Grafisch ontwerp is overal —

 9

In het publieke domein is er steeds minder plaats voor reacties op huidige gebeurtenissen. Als we ons in de publieke ruimte begeven worden we overal aan-gespoord tot consumeren. Er wordt niet gevraagd om reactie, enkel om simpele actie. Het publieke domein is omgevormd tot een monoloog.

Het karakter van de publieke ruimte wordt voor een groot deel bepaald door de ontwerpen die zij bevat. De dynamiek wordt bepaald door de mate waarin een omgeving of cultuur ruimte laat voor innovatief werk en door de vrijheid die een ontwerper daarin neemt. Dit zal in de volgende hoofdstukken nader toegelicht worden.

2.0 De hedendaags grafisch ontwerper

Er bestaat niet één opvatting van wat een grafisch ontwerper doet of zou moeten doen. Het is een dus-danig breed vakgebied, dat de grenzen ervan moeilijk aan te wijzen zijn. Het vak beschikt over een beperkte theoretische onderbouwing. Wat over het algemeen wel gezegd kan worden is dat grafisch ontwerpers werken vanuit een opdrachtverhouding. De op-drachtgever heeft een vraag, de grafisch ontwerper beschikt over de middelen deze vraag visueel op te lossen.

2.1  De commercieel ontwerper

De publieke ruimte wordt overheersend gebruikt voor merknamen en marktaanbieders om zichzelf kenbaar te maken en te laten zien wat hun nieuwe producten en diensten zijn. Al deze boodschappen hebben met grafisch ontwerp te maken. Als we naar

(6)

— Grafisch ontwerp is overal —

10 11

het gangbare beeld van grafisch ontwerpen kijken, zien we dus dat het overgrote deel gericht is op het bedrijfsleven.

Grafisch ontwerpers zijn in staat om de behoeften van de consumenten tegemoet te komen. Die behoef-ten hebben veelal te maken met ‘life-style’ thema’s. Mensen zijn op zoek naar een bepaald imago en leef-stijl, om zo hun eigen identiteit te kunnen creëren, maar ook tot een bepaalde groep te horen. Vooral jongeren zijn veel bezig met hun imago. In tijdschrif-ten en televisieprogramma’s zijn life-style thema’s duidelijk aan de orde. Voor alle tijdschriften en te-levisieprogramma’s wordt specifiek gekeken welke doelgroep ze willen bereiken. Voor het indelen van de doelgroepen wordt gekeken naar leeftijd, inkomensklasse, opleiding en leefstijl. Als we bij-voorbeeld naar MTV kijken, zien we dat de televi-siezender gericht is op jongeren, de programma’s zijn vooral op de jongeren gericht die zich rebels gedra-gen en er een ‘urban’ leefstijl op na houden. Voor alle soorten leefstijlen zijn er associërende merken, pro-ducten en diensten te koop. De hedendaags grafisch ontwerper weet hoe hij op de doelgroepen met hun

leefstijlen en identiteiten in moet spelen. We spreken vooral van een visuele identiteit, waar mensen zich bij aan willen sluiten. De opdrachtgever komt met een idee, de grafisch ontwerper visualiseert het. Met zijn specialisme in vorm, mode, markt en stijl speelt de grafisch ontwerper een grote rol in het aan de man brengen van producten. Veel grafisch ontwerpers zijn succesvol werkzaam in deze commerciële sector.

2.2  De redactioneel ontwerper

Een andere tak van grafisch ontwerpen is die van de redactioneel grafisch ontwerper. Deze houdt zich bezig met de sociale interactie tussen opdrachtgever, zichzelf en de gebruiker. De grafisch ontwerper be-trekt de opdrachtgever en gebruiker nauw bij het pro-ces van het ontwerp. ‘Door publiek onderdeel te laten zijn van een ontwerp ontstaat een spanningsveld. De gebruiker wordt onderdeel van het ontwerpproces.’ 4 De opdrachtgever komt meestal met uitgangspunten, problemen en doelstellingen. De ontwerper bedenkt een systeem om deze informatie te vertalen op ba-sis van zijn eigen visie. Grafisch ontwerpen is niet slechts het overbrengen van een tekst of een

bood-— De hedendaags grafisch ontwerper bood-—

4. Lust,  grafisch ontwerp-bureau uit Den Haag

(7)

— Grafisch ontwerp is overal —

12 13

schap, de ontwerper gaat zelf op onderzoek uit en ontwikkelt een eigen standpunt ten opzichte van het onderwerp. De ontwerper verdiept zich in de waar-den en de cultuur van de doelgroep en opdrachtgever. De ontwerper bepaalt voor zichzelf of de opdracht en de opdrachtgever aansluiten bij zijn eigen waarden en deze de mogelijkheid biedt die waarden te plaatsen. De redactioneel ontwerper is dus kritisch naar zijn opdrachtgevers en bepaalt zelf voor wie hij wil ont-werpen. Opdrachtgevers kiezen ontwerpers, maar ontwerpers kiezen ook hun opdrachtgevers.

Je kunt een ontwerper definiëren als een ‘visuele jour-nalist’. Een journalist doet redactioneel onderzoek om een verhaal te schrijven. Hij neemt interviews af met mensen die hem gedetailleerde informatie kunnen verschaffen. Hij rangschikt zijn verhaal en beschrijft het naar eigen visie en inzicht. Op deze manier gaat ook een grafisch ontwerper te werk. De ontwerper bedenkt een systeem om aan informatie te komen en brengt de elementen samen tot één verhaal. De ontwerper is dus bekend met verschillende ma-nieren van onderzoeken. Vaak komt een ontwerper

tijdens dit onderzoek tot een vorm. De vorm staat in verband met het onderzoek naar thema en inhoud, of de specifieke functievereisten waaraan het ontwerp moet voldoen. Zoals gezegd verdiept de ontwerper zich in de doelgroep of gebruikers waarvoor het ont-werp moet communiceren. De ontont-werper doet ook onderzoek naar de context waarbinnen het ontwerp wordt gerealiseerd. Al deze vormen van onderzoek, vormen uiteindelijk het ontwerpvoorstel. Het eind-product berust dus niet op intuïtie, maar is voortge-komen uit onderzoeken en het ontwerpproces. Pierre Bernard is een goed voorbeeld van een redactioneel ontwerper.

2.2.1  Pierre Bernard

Pierre Bernard was een van de leidende en stimu-lerende figuren van het beroemde ontwerperscol-lectief Grapus (1970-1990) en Atelier de Création Graphique, dat hij samen met Dirk Behage en Fokke Draaijer heeft opgezet (vanaf 1991 tot nu). Grapus is voortgekomen uit de Parijse protestbewegingen van mei 1968, die een nieuw tijdperk inluidden van democratisering op alle terreinen van de samenle-ving. Grapus heeft het grafisch ontwerpen in

(8)

— Grafisch ontwerp is overal — rijk vernieuwd en de professionalisering van het vak krachtig bevorderd. Grapus ging op zoek naar nieuwe media die geschikt waren voor communicatie in de publieke ruimte. Onder andere werd het affiche herontdekt, de informele en provocerende taal van de straat, jeugdcultuur en politieke satire. Opdrachtge-vers waren maatschappelijke en culturele organisa-ties. Het ontwerperscollectief werkte uitsluitend voor het publieke domein.

In tegenstelling tot de meeste van de hedendaagse grafisch ontwerpers, werkt Pierre Bernard uitslui-tend voor maatschappelijke, politieke en culturele opdrachtgevers. Zijn sterke persoonlijke betrokken-heid bij zijn projecten maakt Pierre Bernards werk bijzonder. Pierre Bernard onderzoekt niet alleen de vorm, maar vooral de inhoud, de context en het pro-ces van de opdracht. Hij geeft dan ook de voorkeur aan experimentele en innovatieve processen. Pierre Bernard definieert grafisch ontwerpen als een soci-ale activiteit. Hij richt zich op communicatie tussen overheden en burgers, communicatie in de publieke sfeer, gebruik van en oriëntatie in de fysieke ruimte van stad en platteland, presentatie en representatie

Affiche voor Secours Populaire Francais 

ontwerp: Pierre Bernard 176 x 120 / 2001 (zie bijlage voor extra informatie)

(9)

— Grafisch ontwerp is overal —

16 17

van het culturele erfgoed. Hij zet zich in voor de belangen van de machtelozen: arbeiders, kinderen, gevangenen, werklozen, armen. De machtelozen worden niet als slachtoffers in beeld gebracht, maar als krachtbron, als dragers van menselijke waardig-heid. Mensen voelen zich aangesproken door de di-rectheid van de aanspreekvorm en door de keuze van alledaagse spreektaal en spreekwoorden.

2.3  De autonoom ontwerper

De autonoom grafisch ontwerper werkt niet vanuit een opdrachtverhouding, maar vanuit zijn persoon-lijke visie. Op het moment dat een grafisch ontwer-per vanuit zijn eigen beweegredenen gaat ontwerpen, kun je een vergelijking leggen met een autonoom kunstenaar. De ontwerper gaat de middelen van de kunstwereld gebruiken, zoals het ontwikkelen van een eigen handschrift, ironie en nadruk op persoon-lijke concepten. Het ligt dus voor de ontwerper ook voor de hand om de ontwerpen uiteindelijk binnen de kunstwereld te plaatsen, in musea of kunstboeken. Het publiek bestaat dan echter voornamelijk uit de ontwerpers zelf en een kleinschalig groepje mensen dat musea bezoekt.

3.0 Strijdlust

‘We zijn niet meer zo strijdlustig al in de jaren zestig. Toen waren we allemaal heel alert en wakker, en pro-beerden we het Nederland waarin we woonden vorm te geven, een gezicht te geven. Maar het gekke is dat sinds die tijd de wereld een enorme ontwikkeling heeft meegemaakt. Ook in Nederland is die ontwik-keling heel erg gaande geweest. Grote discussies op televisie. Politieke figuren die helemaal naar boven gaan en dan stiekem het graf worden ingeschoven. Als dat in de jaren zestig was gebeurd, dan was heel Nederland volgeplakt met affiches, met leuzen en teksten. Straatstenen zouden eruit gehaald zijn om woorden te maken. Maar nu? Niets! Een enkeling die een poging doet.’ 5

3.1  Straatkunst

Een stroming die zich wel helemaal richt op de

pu-5. Anthon Beeke, Debat: ‘De publieke zaak van de grafisch ont-werper’

(10)

— Grafisch ontwerp is overal —

1 19

blieke ruimte is straatkunst. De meeste vormen van straatkunst bestaan uit stickers, sjablonen, posters, beelden en muurschilderingen. Bij deze vormen gaat het vooral om de afbeelding zelf en de originaliteit. Straatkunst kenmerkt zich doordat de werken vrij-wel altijd zonder toestemming worden geplaatst in de publieke ruimte, straatkunstenaars blijven vaak anoniem. Straatkunstenaars eigenen zich delen van de publieke ruimte toe, om daar hun werk te kunnen plaatsen. Het werk wordt vooral gezien als het terug-veroveren van de door de commercie toegeëigende publieke ruimte. Straatkunstenaars werken vanuit het idee dat de openbare ruimte aan iedereen toe-behoort, de straat wordt als tentoonstellingsruimte gebruikt en de toevallige voorbijgangers zijn het publiek. Toch is straatkunst, net zoals autonoom gra-fisch ontwerp, steeds vaker te zien in musea, kunst-festivals en kunstboeken. Maar ook de commercie heeft straatkunst ontdekt als middel om het publiek aan te spreken.

Als je nu de straat op gaat en bewust gaat kijken naar straatkunst, zul je voornamelijk leuke, mooie plaatjes van poppetjes en bloemetjes tegenkomen, die overal

geplaatst kunnen worden. Veel straatkunstenaars vrolijken zo de straat op. Het lijkt mij interessant om een paar werken van een geëngageerde straatkunste-naar te bespreken.

3.1.1  Banksy

De werken van Britse straatkunstenaar Banksy zijn vaak politiek en humoristisch van aard, in zijn werk staat de boodschap centraal. Banksy’s werk is herken-baar door de combinatie van graffiti met zijn kenmer-kende sjabloon-techniek en zijn pakkenmer-kende, humoris-tische beelden, in combinatie met slogans.

De boodschappen die hij overbrengt zijn vaak pa-cifistisch, antikapitalistisch, antigevestigde orde en voor vrijheid. Wat hij doorgaans blijft doen is het aanpassen van bestaande kunst, zodat het werk een hele nieuwe betekenis krijgt. Een ontwerp of idee van Banksy is vaak maar op een of enkele plaatsen ge-schikt om ook werkelijk goed te kunnen communice-ren. Banksy gebruikt vooral de context waarin hij zijn werk plaatst, dat maakt zijn werk zo sterk. Banksy’s boodschappen zijn voor het grotere publiek, hij wil hen aanspreken en na laten denken over een bepaalde kwestie.

(11)

20

De werken van Banksy zijn politiek en maatschap-pelijk betrokken. Banksy doet zijn werk uit eigen overtuiging, er komt geen opdrachtgever aan te pas, hij verwerkt geheel zijn eigen visie. Hij roept met zijn werken conflicten op. Zo heeft hij in Melbourne Zoo en in Longleat Safari Park, kartonnen borden bij de apen gegooid met teksten zoals: ‘I’m a celebrity get me out of here’ en ‘Help me, no body will let me home.’ Ook heeft hij sjablonen gespoten in dieren-tuinen, de teksten die hij geplaatst had leken alsof de dieren wilden zeggen dat ze hun vrijheid terug wil-den en dat ze het beu waren om iedere dag hetzelfde te moeten eten. Deze werken werden door de die-rentuin snel verwijderd of verdoezeld achter doeken, omdat het voor de dierentuin een negatieve uiting was. Zulke boodschappen zetten de mensen aan het denken. De dierentuin wil dat mensen komen voor vermaak, en niet om na te denken over de bizarre leeftoestand van de dieren.

In augustus 2005 schilderde Banksy negen werken op de muur die tussen Palestina en Israel geplaatst is. In 1967 zijn Palestijnse gebieden bezet door het Israëlische leger en in 2002 besloot de overheid een

— Strijdlust —

Melbourne Zoo  2003

ontwerp: Banksy

(12)

— Grafisch ontwerp is overal —

muur te bouwen om de bezette gebieden af te schei-den. De muur wordt gecontroleerd door een reeks controleposten en observatietorens. De muur is drie keer zo hoog als de Berlijnse muur en is meer dan 700 km lang. Palestina is ’s werelds grootste open-luchtgevangenis. Banksy schildert niet zomaar iets, maar hij denkt na over de gevoelens van de mensen en probeert een discussie op te roepen bij de mensen. Zo schildert hij een ladder die tot helemaal bovenaan de muur doorloopt, hij maakt een schildering waarin kinderen een gat graven door de muur, waarachter zogenaamd het paradijs zichtbaar is. Banksy geeft een paar suggesties hoe mensen kunnen ontsnappen uit de gevangenis. Tegelijkertijd wekt hij ook discus-sie op. De Palestijnen kijken door het door Banksy geschilderde gat in de muur naar Israel, wat nu het beloofde paradijs lijkt, maar tegelijkertijd is heel erg duidelijk dat dit land voor de Palestijnen niet toe-gankelijk is, er staat een groot hek voor en er wordt strenge controle gevoerd.

Banksy speelt heel goed in op de politiek, zijn vormen lijken luchtig te zijn, maar door de context waarin het geplaatst is, krijgt het inhoudelijk veel betekenis.

Abu Dis

ontwerp: Banksy

(13)

Ramallah checkpoint ontwerp: Banksy bron: Wall and Piece

(14)

27

3.1.2  The Bubble Project

Grafisch ontwerper Ji Lee houdt zich ook bezig met eigen projecten, zonder opdrachtverhouding. Een goed voorbeeld hiervan is dat hij inspeelt op het feit dat de publieke ruimte door de commercie wordt toe-geëigend. Zijn project “The Bubble Project” startte hij in 2003 uit onvrede met de conservatieve menta-liteit waarmee reclamecampagnes gemaakt worden. In reactie op de vercommercialisering van de publieke ruimte voorziet hij billboards in New York van lege tekstballonnen. Voorbijgangers worden gestimuleerd om de tekstballonnen spontaan van eigen teksten met een politieke, persoonlijke of maatschappelijk be-trokken inhoud. Zo krijgen de commerciële uitingen een geheel vernieuwende boodschap. Het wordt niet meer gezien als reclameboodschap, maar meer als grappige of politieke boodschap. De reclamebood-schappen, die voorzien zijn van een Bubble, zijn er niet meer om de mensen aan te sporen tot consume-ren, maar om de interactie tussen het beeld, de tekst-ballon en het publiek.

‘Onze publieke ruimte is overladen met advertenties. Op gebouwen, bushaltes, telefooncellen en

metrosta-— Strijdlust metrosta-—

(15)

— Grafisch ontwerp is overal —

29

tions, de ene na de andere schreeuwende boodschap komt op ons af. Zodra een ruimte wordt beschouwd als openbaar, wordt ze meer en meer toegeëigend door bedrijven om boodschappen te verspreiden die puur en alleen gericht zijn om de omzet te verhogen. Bewapend met flinke budgetten, wordt deze mar-keting tactiek meer en meer agressief en manipule-rend. Wij, het publiek, zijn zowel de doelgroep als de slachtoffers van deze media aanval. The Bubble Project is de tegenaanval. The Bubbles zijn de tegen munitie.

Eemaal geplaatst op advertenties, zetten deze stic-kers de collectieve monoloog om in een openbare dia-loog, die iedereen aanmoedigt om een uitdrukking in te vullen, vrij van censuur. Meer Bubbles betekent meer bevrijde ruimten, meer delen van persoonlijke gedachten, meer reacties op huidige gebeurtenissen, en het belangrijkst, meer verbeelding en pret.’ 6

6. Ji Lee, Talk Back

4.0 Ontwerpen in de publieke ruimte

We worden dagelijks geconfronteerd met duizenden beelden en boodschappen. We herkennen beelden vaak binnen een halve seconde en hebben er bewust of onbewust al een mening over.

Het eenrichtingsverkeer van de markt is overheer-send aanwezig in de publieke ruimte. Bijna alles wat we zien is op consumeren gericht. Pierre Bernard heeft een sterke afkeer van de invloed van de com-mercie. Volgens hem is het niet de taak van een gra-fisch ontwerper om bij te dragen aan de economische groei van bedrijven. ‘Bij commerciële communicatie is er nauwelijks sprake van een dialoog. De enige res-pons is dat de consument het product kan kopen.’ 7 De hedendaags grafisch ontwerper is veelal werk-zaam in de commerciële sector waar onderscheiding en individualisering centraal staan.

Marktaanbie-2

7. Pierre Bernard,  Symposium For the Common Good: Graphic Design and Public Spirit,

23 november 2006 Amsterdam

(16)

— Grafisch ontwerp is overal —

30 31

ders zien grafisch ontwerp als een middel om aan de behoeften van de consumenten te voldoen. De ont-werper ontwikkelt een identiteit die zich tot uiting brengt in vorm, esthetiek en kleur. De opdrachtgever komt met een idee, de ontwerper visualiseert het. Er is weinig ruimte voor experiment, onafhankelijk denken en onderzoeken. Grafisch ontwerpers richten zich voornamelijk op vormvernieuwing. Doordat al-les op vorm en stijl gericht is, zie je dat steeds meer ontwerpen overeenkomsten met elkaar krijgen. De diversiteit in de visuele cultuur neemt op deze manier af in plaats van toe.

Aan de andere kant heb je de autonoom grafisch ontwerper, deze werkt vanuit zijn eigen persoonlijke visie en gebruikt de middelen van een autonoom kunstenaar. De ontwerpen komen vaak niet buiten de muren van musea. ‘Maar op die manier dragen ont-werpers niet meer bij aan morele en politieke consen-sus. Er bestaat een groot verlangen naar authentieke en wederkerige communicatie met personen van wie men de waarden, zorgen en verlangens deelt.’ 8 ‘Ik denk dat grafisch vormgeven als specialisme, net als alle andere vormgeving, tekort is gaan schieten

onder druk van de industriële ontwikkelingen in onze maatschappij en alle gevolgen daarvan. De ont-werper schiet tekort omdat hij door zijn vormgebruik meer programmeert dan informeert en vraagt zijn verantwoordelijkheid en zijn doel niet meer af. Zijn vormgeving beïnvloedt en conditioneert meer dan dat hij een inhoud ondersteunt.’ 9

Straatkunstenaars zetten mensen aan het denken. Zij willen de dialoog terug in de publieke ruimte. Gra-fisch ontwerpers zijn ook in de positie om inzichten openbaar te maken en prijs te geven aan het publiek. Redactioneel ontwerpen geeft grafisch ontwerpers de mogelijkheid om een inhoudelijke laag aan te bren-gen in hun ontwerpen. De redactioneel ontwerper ziet mensen niet als passieve consumenten, maar wil juist interactie stimuleren. We moeten het stramien doorbreken waarin commerciële boodschappen de publieke ruimte overheersen. De dialoog moet weer worden teruggebracht in het publieke domein. Maar wat kunnen we als ontwerpers doen om de sa-menleving wat draaglijker te maken? De commerciële sector is een groot opdrachtgebied dat we niet zomaar

. Hugues 

Boekraad,

Symposium For the Common Good: Graphic Design and Public Spirit, 23 november 2006 Amsterdam 9. Jan van Toorn,   Het Debat – Couwel – van Toorn

(17)

— Grafisch ontwerp is overal —

32 33

kunnen verwerpen en het starten van een eigen pro-ject is hoogdrempelig, door het gebrek aan geld.

4.1  Commercie met een verscholen missie

Het probleem is echter niet dat veel grafisch ont-werpers werkzaam zijn in de commerciële sector. Grafisch ontwerpers beschikken over de kennis om verschillende lagen in een verhaal te verwerken, zij kunnen hun eigen standpunt kenbaar maken. ‘Een ontwerp wordt nog vaak bekeken vanuit de intrin-sieke kracht van een ontwerp, of het communiceert, of het functioneert, of het mooi is, overtuigt of ver-leidt. Veel minder wordt het beoordeeld in relatie tot het publieke domein. Juist nu wij zoveel informatie op ons af krijgen en de rol van de media, ook ten opzichte van de publieke opinie, zo ontzettend sterk is, denk ik dat je als ontwerper een speler bent in dat veld. Daar kun je je bewust van zijn.’ 10

Grafisch ontwerpers zijn kritische mensen, kritisch naar zichzelf, het vakgebied en hun omgeving. Door bewustwording van de invloed die zij kunnen uit-oefenen op het publiek, het vak en de maatschappij, ontstaan er nieuwe inzichten. Wanneer grafisch hun

eigen standpunt innemen ten opzichte van een op-dracht, kunnen ze controle en invloed uitoefenen op de wijze waarop een verhaal gelezen kan worden. De inhoud van de boodschap wordt gecomponeerd door de ontwerper.

‘Visuele communicatie opereert, vanwege de inhou-delijke kracht van het beeld, in het spanningsveld van “een geladen narrativiteit”. Met beeld kan men tegenstrijdige beweringen doen of tegenstrijdige zaken verbeelden, kan men waarden inbrengen die verwijzen naar een complexer ervaringspotentieel. Als ontwerpers deze wijze van vertellen in hun ont-werpen proberen in te zetten, kunnen er heel wat meer openingen ontstaan in het pantser van de eendi-mensionale commerciële communicatie.’ 11

Ook in commercieel ontwerp kan de ontwerper een inhoudelijke laag aanbrengen, een zinnige boodschap meegeven aan zijn publiek. Er is een ontwerppraktijk mogelijk waarin een balans te vinden is tussen com-mercieel en redactioneel ontwerpen. Door op een redactionele manier met je opdrachten om te gaan, is je ontwerp niet allen op vorm en stijl gericht, maar

— Ontwerpen in de publieke ruimte —

10. Annelys  de Vet,  Debat ‘De publieke zaak van de grafisch ontwerper’ 11. Ewan Lentjes, ‘Beetje hond, beetje mens, maar ook zaagvis en stekelbaars’

(18)

— Grafisch ontwerp is overal — wordt het inhoudelijk ook interessant.

4.1.1  KesselsKramer

Het Amsterdamse reclamebureau KesselsKramer staat bekend om de eigenwijze en tegendraadse recla-mecampagnes, welke vaak onverwachte boodschap-pen bevatten. De consument wordt geprikkeld, maar ook vaak op het verkeerde been gezet. De ontwerpers van KesselsKramer zijn zich heel bewust van de in-vloed van hun ontwerpen. KesselsKramer verwerkt maatschappelijk belang in hun commerciële ontwer-pen.

KesselsKramer heeft de reclamecampagnes gedaan voor het mobiele netwerk ‘Ben’. In deze campagnes vond je de boodschap dat je in de bioscoop je telefoon uit moet zetten, omdat het storend is en dat je in de auto beter niet kunt bellen, omdat het gevaarlijk is. KesselsKramer kwam met deze boodschappen drie jaar voordat de overheid zich hiermee ging bemoeien! KesselsKramer vindt het belangrijk om de mensen een goede raad mee te geven. Ben greep natuurlijk de gelegenheid aan om carkits op de markt te brengen.

34

“Ben” reclamespot

ontwerp: KesselsKramer

(19)

— Grafisch ontwerp is overal —

36 37

KesselsKramer is een reclamebureau dat bewust re-latief klein gebleven is. Hierdoor hebben zij altijd de luxe gehad om bewust te kunnen kiezen voor welke klanten zij willen werken. Er wordt onderzocht waar het product wordt geproduceerd en of het product eerlijk is. Als ‘Diesel’ zijn broeken in China zou laten maken, zou KesselsKramer de opdracht niet heb-ben aangenomen. Johan Kramer heeft zelf ook een duidelijke visie op reclame: ‘De commercie is aan het doorslaan. Kijk naar China: één groot bombardement van marketing. Je wil niet weten hoe dat land er over tien jaar uitziet. Of neem Amerika. Op acht van de tien Amerikaanse scholen moeten kinderen twintig minuten per dag naar commercials kijken. Als we niet uitkijken, komt dat ook naar Nederland. Daar moet je toch niet aan denken. Er is zoveel reclame dat mensen er immuun voor worden. Ik ben voorstander van het BBC-model. Wat mij betreft mogen reclame en commercie maar in beperkte mate zichtbaar zijn in het publieke domein.’

Tot slot

De behoefte speelt om de dialoog weer terug te bren-gen in het publiek domein. Ontwerpdisciplines zijn nodig om overheden met burgers, burgers met over-heden en burgers onderling te laten communiceren. Grafisch ontwerpers kunnen hierin een rol in spelen door uit eigen beweegredenen te ontwerpen en hun werk in de publieke ruimte te durven plaatsen. Ik ben hier een absolute voorstander van, maar vaak is de drempel te hoog om tijd en moeite in iets te steken waar geen boterhammen mee verdiend kunnen wor-den en wat vaak zelfs geld kost.

Wat ik dus vooral interessant vind, is dat er een ont-werppraktijk mogelijk is waarin een balans te vinden is tussen commercieel en redactioneel ontwerpen. Ook in commerciële opdracht kan de ontwerper een inhoudelijke laag aanbrengen, een zinnige boodschap meegeven aan zijn publiek. Als de ontwerper zelf de

(20)

3

redactie voert, gaat de boodschap vaak verder dan de informatie die moet worden verstrekt. De dialoog kan worden teruggebracht in het publiek domein! Afsluitend wil ik graag een citaat van Pierre Bernard gebruiken:

‘Le Graphisme ne fera pas de ce monde

un paradis, mais il peut contribuer à le

rendre toujours plus humain’

‘Grafische vormgeving zal van de wereld geen paradijs maken, maar het kan er in ieder geval toe bijdragen deze wat menselijker te maken’

(21)

40 41

Bijlage

Affiche voor Secours Populaire Francais, Pierre Bernard  176 x 120 / 2001

Secours Populaire Francais is een vrijwilligersorganisatie voor sociale hulpverlening. Op het affiche vind je het embleem van de organisatie, beelden van haar activiteiten en de waarden waardoor zij zich laat leiden.

In het tekstblok worden deze waarden benoemd. De wereld is vol van ongelijkheid, uitsluiting en onrecht lees je in de eerste 3 woorden. Deze woorden zijn doorgestreept om de afwij-zing van deze woorden duidelijk te maken, als een driemaal herhaald Nee. Daaronder zie je onderstreepte woorden, die aangeven wat de waarden zijn van de organisatie. Het tekst-blok is afgeleid van een variant op de woorden van de Franse Republiek: liberté, egalité, fraternité. Op dit affiche maken deze woorden plaats voor de woorden respect, dévouement en solidarité (respect, toewijding en solidariteit). Toewijding verwijst in dit affiche naar menselijke goedheid en emotionele betrokkenheid bij de ander. Pierre Bernard gebruikt een hele directe manier van aanspreken. In een kleiner corps, verspreid over het affiche, vind je een aantal trefwoorden die aansluiten bij de foto’s en specifieker ingaan op doelstellingen en de groepen waarop de organisatie zich richt. De beelden aan de randen van het affiche tonen voorbeelden van activiteiten van de SPF, georganiseerd door vrijwilligers uit diverse culturen. De manier waarop de beelden in het affiche geplaatst zijn, doet denken aan de manier waarop mensen fotootjes in de lijst van een spiegel steken. De duif, symbool van vrede en trouw, is centraal en hoog op het beeldvlak geplaatst. Het contrast tussen de donkere ogen en de zachtheid van de veren is scherp. De ogen kijken ons alert aan en de duif lijkt tegen ons te zeggen dat ze waakt over de naleving van de waar-den die op haar borst gespeld staan.

Bronnen

Internet

Max Bruinsma

Essay, Kunst. Openbaar. Ruimte. www.maxbruinsma.nl

Ben Laloua Have it your way

http://www.tchm.nl/archives/000084.html Informering van de openbare en publieke ruimte http://www.henkoosterling.nl/lez-sandberg.html René Boomkes

Verstrooiing is niet louter amusement De Groene Amsterdammer http://www.groene.nl/2008/33/walter_benjamin_profeet_van_het_ internettijdperk Annelys de Vet No logo, no poster http://www.annelysdevet.nl/onderzoek/articles/ 06lezingnologonoposter.htm

(22)

42 43

Annelys de Vet

Debat, De publieke zaak van de grafisch ontwerper

http://www.annelysdevet.nl/politiek/publiekezaak/index.htm Jeroen Boomgaard

Radicale autonomie

http://www.skor.nl/article-2864-nl.html Erwin Jans

Het publiek en het publieke

http://www.urbanmag.be/artikel/1449/het-publiek-en-het-publieke De Balie

Het Publieke Verlangen

http://www.debalie.nl/artikel.jsp?podiumid=politiek&articleid=5 2664

Ambachtelijke mode in een wereld vol Louis Vuittons http://www.eldadorren.org/node/99

Boeken

Frederike Huygen, Dingenus van de Vrie Het Debat – Crouwel – van Toorn Hugues Boekraad

Mijn werk is niet mijn werk. Pierre Bernard Ontwerpen voor het Publieke Domein Banksy

Wall and Piece C100

The art of rebellieën, world of streetart Ji Lee

Talk Back, The Bubble Project AKV | St. Joost

Visuele retorica – een periode verslag Camiel van Winkel

(23)

44 45

Tijdschriften

Ewan Lentjes

Beetje hond, beetje mens, maar ook zaagvis en stekelbaars Items no.7, 1999

Steven van Teeseling De utopie lonkt Metropolis M, no.1 2007 Louise Schouwenberg Voor het algemeen belang Metropolis M, no.1 2007 Max Bruinsma

Cahier over kunst in het publieke domein Open no.10, mei 2006

Max Bruinsma Voorbij het object 1. Het onzichtbare Product Items no.3, vol.14, mei 1995 2. Goede zaken

Items no.4, vol.14, juli 1995

3. Mooie Dingen

Items no.5, vol.14, september 1995 4. The medium = the message Items no.2, vol.15, maart 1996 5. Vervuilde tekens Items no.3, vol.15, mei 1996 Max Bruinsma

10 stellingen van een ontwerpintellectueel Metropolis M, september 2002

Max Bruinsma

Mooie Bloemen, Geen Tuin Items, no.4, juli/augustus 2006 Yoram Stein

Als het Diesel-concept alles is Boekrecensie ‘No Logo’ Trouw 2001

Louise Schouwenberg Design als kritiek Metropolis M, no.3 2007

(24)

46

Sybrand Zijlstra

Je oprechte initiatief zal door de wereld beantwoord worden. MORF no.4 Mei 2006

Victor Papanek

Vormgeving voor de echte wereld MORF no.7, najaar 2007 Sybrand Zijlstra Reality check

MORF no.9, najaar 2008 Mieke Rijnders

Affiche: kreet of mededeling? Reader grafisch ontwerpen 1850-1945 Vera Bekema

Scriptie, Interactie in een gedrukt medium AKV | St. Joost

Interviews met grafisch ontwerpers Annelys de Vet door Jeffrey Fris Lust door Esther Ermers

(25)

Colofon

Tekst en ontwerp

Marloes van Dijk

Correctie

Ewan Lentjes Martijn van der Blom Liny van Dijk

Begeleiding Ewan Lentjes Papier Omslag Greentop FSC Natuurwit 240gr Binnenwerk Greentop FSC Natuurwit 0gr Font Frutiger Adobe Caslon

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Linda Valent, ergotherapeut en onderzoeker, Research & Development, Revalidatiecentrum Heliomare Dit artikel is een vervolg op het artikel over de fysieke effecten van

The analysis showed that the English School of International Relations (IR) theory, overall, has more explanatory power than the Transnational Advocacy Networks

Bij onderhoud en/ of werkzaamheden aan de machine ALTIJD de hoofdschakelaar uitschakelen en met een sleutelslot vergrendelen. Onderhoudswerkzaamheden mogen alleen door

Indien u voor inclusief kiest, zijn de klanten in hoofdzaak particulieren en worden de prijzen steeds inclusief BTW op de website getoond.. Indien u voor exclusief kiest, worden

De link waar je jouw bestanden (cv, portfolio, motivatiebrief, opdracht vooraf en ontwerpopdracht) kan uploaden en link waar de opdrachten voor de praktische proef worden

Het college van burgemeester en schepenen bevestigt dat onderhavig plan ter inzage van het publiek op het gemeentehuis werd neergelegd van .../.../..... 1.15: aslijn voor zone

Het gebruik in dit onderzoek van Mirzoeffs gezichtspunt dat technologie een belangrijke rol speelt tussen mensen en beelden als verklaring voor het ontstaan van een hybride beeldtaal,

We illustrate the performance of the STOTD technique by means of three Monte Carlo experiments, in which we average over 500 simulations. In each of the figures, the solid lines