• No results found

Beplantingsproefveld Johannapolder 1 (WBSG X) : bodemgesteldheid

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Beplantingsproefveld Johannapolder 1 (WBSG X) : bodemgesteldheid"

Copied!
7
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

'• y BlBL'vTf

Stichting voor Bodemkartering STAîî.''.'

Staringgebouw Wageningen Tel.08570-19100

Rapport nr. 1150

BEPLANTINGSPROEEVELD JOHANNAPOLDER 1 (WBSG IX) Bodemgesteldheid

door: J.G. Vrielink

Wageningen, maart

197^-N.B.: Gegevens uit dit rapport mogen zonder toestemming van de Stichting voor Bodemkartering uitsluitend door de opdrachtgever worden vermenigvuldigd of in andere publikaties worden overgenomen.

(2)

I N H O U D

1. Inleiding

2. Beschrijving van het proefveld

j5. Profielschetsen

AFBEELDINGEN

1. Situatiekaart, schaal 1 : 25 000 2. Boderakaart, schaal 1 : 250

(3)
(4)

1. INLEIDING

In verband met groeiverschillen in de beplanting is op verzoek van de Werkgroep Bosbouw Stedelijke Gebieden (WBSG) een onderzoek verricht naar de bodemgesteldheid van het beplantingsproefveld Johannapolder 1 (WBSG IX)...

Het proefveld is 0,1 6 ha groot en ligt in het westelijke deel van de Johannapolder binnen de gemeente Poortugaal (afb. 1).

De veldopname vond plaats begin februari 197^« In totaal zijn 20 boringen verricht tot een diepte van 120 cm -maaiveld.

De coördinatie en de leiding van het onderzoek berustte

respectievelijk bij Ing. J.A. van den-Hurk en Ir. G.J.W. Westerveld.

DE WND.-DIRECTEUR,

(5)

I

CN r^. CO CD ^r (jD /50. 42. 40 < /18. E 40. 42, 10. m n. 1 8 . m

EC

10.

f

I

LEGENDA I

EE

IE

100 à 120 cm gerijpte, humusrijke zware zavel of lichte klei 60 à 90 cm gerijpte, humusrijke zware zavel of lichte klei 50 à 80 cm gerijpte, humusrijke zware zavel of lichte klei 40 à 60 cm gerijpte, humusrijke zware zavel of lichte klei TOEVOEGING

18. diepte van het grondwater op 5 - 2 - '74 in cm - mv.

op een halfgerijpte tot ongerijpte ondergrond van humusrijke zware zavel of lichte klei

(6)

2. BESCHRIJVING VAN HET PROEFVELD

Het proefveld betreft een gedeelte van een opgespoten terrein in de Johannapolder. Op dit terrein is ook in december 1966 een

1 )

bodenikundig onderzoek uitgevoerd . Voor nadere informatie omtrent opspuiting en fysische rijping wordt hiernaar verwezen.

Uit genoemd onderzoek bleek dat de bodem ter plaatse van het proefveld overwegend bestond uit zware zavel die vanaf het maaiveld weinig of niet gerijpt was. Nu, 7 jaar later, zijn er zelfs binnen dit kleine oppervlak, grote verschillen ontstaan in de dikte van de gerijpte bovenlaag. Deze varieert thans nl. van 40 tot 120 cm -mv.

Op de bodemkaart (afb. 2) zijn aan de hand van deze verschillen vier eenheden onderscheiden. Ook is op een aantal plaatsen de

grondwaterstand aangegeven, die is gemeten tijdens de bodemopname van 5 februari 1974. Hieruit blijkt duidelijk het verband tussen de diepte van het grondwater en de begindiepte van de ongerijpte onder­ grond. Kaarteenheid I had een grondwaterstand van 50 à 64 cm -mv., bij een ongerijpte ondergrond beginnend tussen 100 en 120 cm.-Kaart­ eenheid IV daarentegen een grondwaterstand van 0 à 9 om en een onge­ rijpte ondergrond beginnend tussen 40 en 60 cm -mv.

Op de eenheden III en IV is de uitval groot en is de ontwikkeling van al de aangeplante boomsoorten minder dan die op de eenheden I en II. Een uitzondering hierop vormt de wilg, die ook op bodemeenheid IV redelijk groeit.

« )

(7)

35. PROFIELSCHETSEN Bodemeenheden: II III IV 110 120 cm 38 UO

80

100 120 cm 0 1U 30

60

70 120 cm

2

20 50 70 120 cm

a = bruingrijze, roestige humusrijke zware zavel of lichte klei (kalkrijk)

' )

b = bruingrijze, sterk gelaagde , humusrijke zware zavel of lichte klei (kalkrijk)

c = grijsblauwe, halfgerijpte, humusrijke zware zavel of lichte klei (kalkrijk)

d = blauwe, bijna ongerijpte, humusrijke zware zavel of lichte klei (kalkrijk)

-- = gemiddelde grondwaterstand per bodemeenheid

' )

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

- Het primaat voor de exploitatie van de kantine/ bar moet niet bij een commerciële horeca uitbater liggen, maar bij de sportverenigingen. - Afspraken over zeggenschap en

Binnen het bestemmingsplan zijn geen ontwikkelingen mogelijk die voor beide of één van deze gebieden een belemmering vormen.. Ter bescherming van de Oude Maas en het buitendijks

[r]

In afwijking in zoverre van artikel 5 wordt bij de bepaling van de heffingsmaatstaf voor de BIZ- bijdrage van de gebruiker buiten aanmerking gelaten de waarde van gedeelten van het

Om in beginsel het door het AVU-bestuur in zijn notitie 'Toekomstvisie AVU' uitgesproken voorkeursscenario voor de toekomstige rol en organisatie van de AVU te onderschrijven

Met deze verordening kan het door de raad gewenste maatwerk worden geleverd zodat maximaal effect kan worden bereikt in termen van uitstroom waarbij betrokkene in staat is in

Bijlage I Kengetallenlijst toetsing bouwkosten Gemeente Woerden peildatum 1-1-2017.. Soort bouwwerk Per m2

Indien een vaartuig wordt vervangen door een ander vaartuig, wordt het havengeld over de nog niet verstreken maanden van de lopende termijn verrekend met het verschuldigde havengeld