• No results found

Waarheen met de ontwikkelingshulp

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Waarheen met de ontwikkelingshulp"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Waarheen met de ontwikkelingshulp?

DOOR WIM BOSSEMA − 21/01/14 (De Volkskrant)

De klassieke ontwikkelingswerker heeft plaatsgemaakt voor de zakenman. Niet tot ieders tevredenheid.

Er verdwijnt een markant personage uit de Nederlandse cultuur: de klassieke ontwikkelingswerker. Steeds minder Nederlanders trekken naar de derde wereld om zich jaren onder te dompelen in problemen en gewoonten van de 'plaatselijke bevolking', in een poging de armoede te helpen overwinnen. Zulke onbaatzuchtige deskundigen zijn uit; zakenlieden hebben nu de meeste invloed in Den Haag.

Zorgelijk, vinden ontwikkelingsdeskundigen. Er is bijna niemand die het durft op te nemen voor de ouderwetse hulp, die in de media en in de politiek zo in diskrediet is geraakt. In twee nieuwe boeken waarschuwen zulke deskundigen dat al die opgebouwde kennis overboord wordt gekieperd: in Minder hypes, meer Hippocrates van Marc Broere en Ellen Mangnus en De hulp voorbij?, onder redactie van Rob Visser, Lau Schulpen en Willem Elbers.

Die boeken kwamen uit bij de uitgeverij van het Tropeninstituut (KIT Publishers). Die dreigde net als het Tropenmuseum ten onder te gaan doordat de geldschieter van het KIT, het ministerie van Buitenlandse Zaken, de geldkraan dichtdraaide. De uitgeverij heeft net op tijd onderdak gevonden bij de onafhankelijke stichting LokaalMondiaal, die het tijdschrift ViceVersa (voorheen het blad van de Stichting Nederlandse Vrijwilligers) uitbrengt. De naam KIT Publishers is veranderd in LM Publishers. Minder hypes, meer Hippocrates is de eerste titel van deze 'nieuwe' uitgeverij; het boek is een bundel van bewerkte columns van ViceVersa-hoofdredacteur Marc Broere en van medewerkster Ellen Mangnus.

Ene na de andere mode

De hulp voorbij? is nog wel een KIT-boek, een bundel met beschouwende stukken van academici. De samenstellers zijn verbonden aan het centrum voor ontwikkelingsvraagstukken Cidin, Radboud Universiteit Nijmegen. Er is een langdurig zelfonderzoek in de 'sector' aan voorafgegaan, interviews met 25 deskundigen en uitvoerders van 'traditionele ontwikkelingssamenwerking'. Conclusie: het moet nodig anders. Hoe dan? Daarop geeft dit boek naar eigen zeggen nog geen antwoorden.

Eerst maar eens kritisch omkijken in verwondering. De pijnpunten benoemen gaat de auteurs

gemakkelijk af. Ze zijn het er grosso modo over eens dat de oude hulp bij lange na niet heeft gebracht wat de bedoeling was en dat dit komt doordat het Westen zijn eigen ideeën oplegde aan de

ontvangers. Het beleid veranderde met de ene mode na de andere en werd een doel op zich. Kritische geluiden werden afgedaan als cynisme.

Er doemt een beeld op van een zelfgenoegzaam wereldje met een eigen taalgebruik dat zorgeloos kon voortdobberen op de sympathie van de Nederlandse bevolking. Die tijd is voorbij, bezuinigen gaat opeens hard. De hulpsector moet een nieuw bestaansrecht bedenken, is de teneur van veel stukken, waarin wanhoop en een identiteitscrisis doorklinken.

Heel anders van toon is Minder hypes, meer Hippocrates. Dat is een klaroenstoot voor een assertieve houding: niet zo in je schulp kruipen ontwikkelingssector! Al die kennis en die militante betrokkenheid bij de armen in de wereld is waardevoller en noodzakelijker dan ooit.

Professionele deskundigen met een beroepseer moeten zich niet laten wegdrukken door nieuwe spelers en de hypes, zoals nu weer handel. Vandaar de raadselachtige aanwezigheid van Hippocrates

(2)

in de titel van het boek: net zo goed als een patiënt kan vertrouwen op artsen met hun eed, hebben armen in ontwikkelingslanden steun van moreel hoogstaande deskundigen nodig.

ViceVersa wordt in de ontwikkelingssector (ministeries en hulporganisaties) goed gelezen. Broere keerde zich als eerste in een column tegen het beleid van de nieuwe minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, Lilianne Ploumen. Hij zag het 'nieuwe' beleid als verkapte terugkeer naar de dagen van de exportbevordering met hulpgeld.

Oude rotten, of oude wijze mannen, als minister Jan Pronk, professor Jan Tinbergen en oud-topambtenaar en ontwikkelingswerker Willem Zevenbergen zijn Broeres helden. Zij waren nog echt betrokken, zochten werkelijk contact met Afrikanen en maakten van hun passie een vak.

Onder minister Van Ardenne ging het volgens Broere echt mis: zij toonde dedain voor de bestaande grote ontwikkelingsorganisaties en opende het subsidiekanaal voor een keur aan modieuze clubs. Haar opvolger Bert Koenders sprak zelfs van een 'hulpindustrie', schrijft Broere. Als je zo wordt weggezet, kun je het wel schudden.

Het pleidooi voor eerherstel voor de ontwikkelingswerkers, al was het maar door naar hen te luisteren, is sympathiek. De meesten waren bewonderenswaardige doorzetters, er kleefde romantiek aan het avontuurlijke leven in de bush. Hun verhalen waren vaak meeslepend en veelzeggend. Of eerherstel ook zal leiden tot bezinning op de hypes in de ontwikkelingssector lijkt echter onwaarschijnlijk. Die oude vorm van intensieve bemoeienis op dorpsniveau heeft heel weinig duurzaam resultaat gebracht voor de bevolking om wie het allemaal te doen was. Daarom is het afgebouwd. Afrikaanse ontwikkelingswerkers hebben de taken overgenomen en kunnen het ook beter.

De geschiedenis van Willem Zevenbergen, 'een echte pronkiaan', is tekenend. Een van zijn zoons, de filmer Gys Zevenbergen, maakte ruim tien jaar geleden een documentaire over het leven van zijn ouders in Ethiopië: De staart van de leeuw. De zoon vroeg zich af wat die zelfopoffering uiteindelijk voor zin had gehad (en waarom zijn moeder moest verpieteren voor de idealen van zijn vader). Het is een van de beste films over ontwikkelingssamenwerking.

Maffe Hollander

De kijker krijgt bewondering voor de vader, voor zijn gedrevenheid, zijn menslievendheid en zijn visioenen. De ene tegenslag volgt op de andere, en zijn doorzettingsvermogen is verbluffend; zijn geduld raakt weleens op, maar toch. Hij weet enthousiasme te wekken bij sommige inwoners van de streek. En toch haken de meesten weldra af. Ze laten die malle Hollander zijn gang gaan, zijn idealen najagen, een brug bouwen, want het is een beste kerel.

In een interview met vader en zoon in de Volkskrant in 2002 zei Willem Zevenbergen dat het beeld dat zijn zoon van hem schetste te ontluisterend was, maar dat de film wel klopte, 'al is die soms zo eerlijk, dat je het niet wilt weten'. Schoorvoetend gaf hij toe weinig te hebben bereikt en maar niet te kunnen achterhalen wat hij verkeerd had gedaan. Waarschijnlijk deed hij niet veel fout, maar maakte zijn positie als hulpverlener van buitenaf succes bij voorbaat onmogelijk.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

en doopt hen in de naam van de Vader en de Zoon en de heilige Geest”..

komt nog wekelijks langs, maar hij dringt nooit wat op”, zegt Ingburg De Bever.. Een fijne verstandhouding tus- sen samenwerkende generaties en hun partners blijkt

De rechtbank Limburg heeft dinsdag een 48-jarige man veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden wegens het geven van hulp bij de zelfdoding van zijn vader

Het is geen toeval dat in deze donkerste dagen voor Kerstmis, telkens opnieuw de warmste week wordt gehouden: teken van solidariteit ten top: iets kunnen betekenen voor anderen:

Arie: ‘Ik had altijd de norm, richting ma, maar ook richting jullie: we gaan nooit boos slapen, want je weet niet of je nog wakker wordt. Ruzie moet

Het College is van oordeel dat beklaagde in strijd met artikel F (informatievoorziening over de hulp-en dienstverlening) van de Beroepscode voor jeugdzorgwerkers heeft gehandeld

De vorige uitzending lazen we als laatste vers uit de eerste brief van Johan- nes, 1Joh.5:12 waar de apostel aan zijn lezers schreef: Wie dus de Zoon van God heeft, heeft het

Het wezenlijke van de liefde is niet dat wij God hebben liefgehad, maar dat Hij ons heeft liefgehad en zijn Zoon heeft gezonden om verzoening te brengen voor onze zonden..