• No results found

Directe toeslagen: handelsverstorend?

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Directe toeslagen: handelsverstorend?"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Actuele informatie over land- en tuinbouw

DIRECTE TOESLAGEN: HANDELSVERSTOREND?

Siemen van Berkum

Lidstaten van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) onderhandelen over het verminderen van handelsbarrières en handelsverstorende overheidssteun. Op het gebied van landbouw wordt de steun aan de sector inge-deeld aan de hand van de mate waarin de steun productie en handel beïnvloedt. De steun is ingeinge-deeld in drie boxen of categorieën, aangeduid met een kleur: er is een gele, een blauwe en een groene box. Onder-delen die niet handelsverstorend zijn, zitten in de groene box; ze zijn geaccepteerd en mogen blijven bestaan. De blauwe box bevat toeslagen in het kader van productiebeperkende programma's. Ook dit is toegestaan onder de huidige WTO-afspraken. De gele box bevat daarentegen steunmaatregelen die als meest handelsverstorend worden beschouwd. Deze steun moet worden verminderd, zoals in de Uruguay-ronde is afgesproken. De omvang van de steun in de gele box wordt bepaald aan de hand van de Aggregate Measurement of Support - de AMS.

Verschil AMS van PSE

Net als bij de PSE (Producer Support Estimate) zijn marktprijssteun en directe toeslagen gekoppeld aan om-vang van productie belangrijke elementen van de AMS. De marktprijssteun is evenwel anders berekend dan bij de PSE: in de AMS wordt de steun bepaald door het verschil tussen de geadministreerde prijzen (inter-ventieprijzen) en een vaste gemiddelde referentieprijs van 1986-1988 te vermenigvuldigen met de huidige productie. Het prijsverschil volgens de AMS-methode weerspiegelt alleen de variabelen, die beleidsmakers kunnen beïnvloeden, veel meer dan de huidige marktcondities. De marktsteun berekend volgens de AMS-methode kan daarom gebruikt worden als een instrument om het landbouwbeleid van de landen onder disci-pline te houden, terwijl de PSE-marktsteun een betere maatstaf is voor de huidige protectie.

Steun in groene box

In de groene box zitten de niet-handelsverstorende maatregelen, zoals voorlichting, onderzoek, inspecties rampenhulp en milieuprogramma's maar ook van productie ontkoppelde toeslagen. Voorwaarde voor inde-ling in de groene box is onder meer dat de steun uit overheidsmiddelen moet worden betaald (dus niet door consumenten) en dat de steun niet het effect heeft van prijssteun aan producenten. De indeling is echter niet gebaseerd op een kwantitatieve maatstaf van effecten van toeslagen op productie en handel. Of een steun-maatregel in de groene box terechtkomt of niet, is dan ook veelal een waardeoordeel van de overheid die de maatregel toepast. Een steeds groter deel van de landbouwsteun in OECD-landen wordt gegeven in de vorm van directe inkomenstoeslagen. Om de indeling minder subjectief te maken, werkt de OECD aan een metho-de om metho-de effecten van instrumenten in het landbouwbeleid op productie en hanmetho-del te berekenen.

Methode en resultaten

In deze methode maakt de OECD onderscheid tussen statische (korte-termijn)effecten, risico-gerelateerde (risicopercepties veranderende) effecten en dynamische (langetermijn)effecten. Deze effecten kunnen zich tegelijkertijd voordoen en elkaar versterken. Naast theoretische simulaties heeft de OECD ook een aantal studies uitgevoerd waarbij de effecten van diverse beleidsmaatregelen van verschillende landen op produc-tie en handel zijn geanalyseerd. Resultaten van de analyses wijzen uit dat toeslagen gekoppeld aan inputgebruik en/of productie meer productieverstorend zijn dan marktprijssteun, terwijl hectaretoeslagen minder productieverstorend zijn dan marktprijssteun. Voorts werken hectaretoeslagen nog het minst versto-rend als er geen voorwaarden aan verbonden zijn met betrekking tot het gebruik van grond.

(2)

Actuele informatie over land- en tuinbouw

LEI, Agri-Monitor,oktober 2003 pagina 2

Handelsverstorende toeslagen in VS en EU?

Volgens eigen onderzoek van het Amerikaanse ministerie van landbouw hebben de toeslagen in het Ameri-kaans landbouwbeleid geen productieverhogend effect, omdat de toeslagen niet gekoppeld zijn aan een product en de hoogte van de toeslag is vastgesteld op basis van opbrengsten uit het verleden. De inkom-sten uit toeslagen blijken vooral een niet-agrarische bestemming te krijgen. Wel zijn er indirecte effecten van de toeslagen doordat het een deel van de opbrengstrisico’s voor de boer wegneemt. Hierdoor zou de boer minder risicomijdend zijn, wat een positief effect zou hebben op de productie.

De EU introduceert, zoals is besloten bij de hervorming van het beleid, binnenkort een (grotendeels) ontkoppelde, enkelvoudige bedrijfstoeslag. Er zijn nog geen (ex-ante) studies verricht die inzicht geven in de gevolgen voor de productieniveaus. Nader onderzoek is dus gewenst, maar op voorhand lijken EU-toeslagen niet sterk ontkoppeld te zijn van productie, waardoor volgens de redenering van de OECD, de productie hoger zou zijn dan zonder de voorwaarden aan de toeslag. Echter, dat valt nog maar te be-zien. De EU heeft op een aantal manieren voorwaarden gekoppeld aan de bedrijfstoeslag, waardoor de productie kan toenemen maar anderzijds ook extensivering wordt nagestreefd. Zo moet de boer, om in aanmerking te komen voor een toeslag, het land onderhouden. Daarmee moet hij een afweging maken hoeveel land hij gebruikt en hoeveel niet (en bijvoorbeeld braak laat liggen). Als de voorwaarde van een toeslag afhangt van welke producten de boer eerder heeft voortgebracht, wordt de zaak nog iets ge-compliceerder. Bepaalde producten (en daarmee producenten) komen wel en andere niet in aanmerking, terwijl in de nieuwe situatie producenten (tot zekere hoogte) vrij zijn in hun gewaskeuze. Hierdoor veran-dert het productiepatroon. Toeslagen in de veehouderij worden gekoppeld aan milieuvoorwaarden die mogelijk worden vertaald in een vermindering van de veedichtheid. Daarbij kan het houden van dieren dienen om aan de voorwaarden voor onderhoud van grasland te voldoen zodat er een technische voor-waarde ontstaat. Dit alles lijkt niet erg ontkoppeld: elke voorvoor-waarde creëert een nieuwe beperking op boerderijniveau die de productie minder ontkoppeld maakt van steun. Of de (gedeeltelijke) koppeling van toeslagen aan bepaalde producten in samenhang met milieuvoorwaarden een positief effect heeft op de productie of juist een extensiverende, dalende productiemethode stimuleert, moet nader onderzoek uit-wijzen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het onderzoek is gebaseerd op drie bestanden die door de Belastingdienst beschikbaar zijn gesteld aan de Algemene Rekenkamer. Een bestand met 1) gegevens over de verlagingen van

3.9.1 Totale duur van toeslagschuld naar inkomensklasse 36 3.9.2 Totale duur van toeslagschuld naar huishoudsamenstelling 37 3.10 Kenmerken van verschillende

zorgvuldigheid waarmee de UHT besluiten neemt over compensatie en de wijze waarop contact onderhouden wordt met de ouders.. Wij zullen hierbij aandacht besteden aan de vragen die

andere onderzoeken, zoals het !BO-onderzoek dat laat zien dat deze problematiek niet is op te lossen binnen het toeslagenstelsel, stond het onderzoek van de Algemene

30 juni 2020 aan de staatssecretaris voor Financiën – Toeslagen en Douane, over het ontbreken van de beloofde reactie op ons rapport Toeslagen terugbetalen in de.. kabinetsreactie

4 Helaas hebben we moeten constateren dat in de kabinetsreactie op het IBO Toeslagen de beloofde reactie op onze bevindingen en aanbevelingen uit ons rapport Toeslagen..

De scheiding tussen beleid en uitvoering vraagt ook om een duidelijke visie waarnaar de beleidsverantwoordelijke ministers handelen in hun hoedanigheid als opdrachtgever voor

Centraal in alle dialogen met de kinderen en jongeren is het gevoel dat door de ontstane situatie de regie over hun leven is ontnomen dat ze door de situatie achterop zijn gekomen