• No results found

Fysica Elektromagnetisme 1e zit 2014 2015

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Fysica Elektromagnetisme 1e zit 2014 2015"

Copied!
9
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Schriftelijk examen Fysica: Elektromagnetisme

2e Ba Chemie, Biologie, Geografie, Bio-ir en Ir-arch

2014-2015

Januari 2015

Naam:

Studierichting:

Aantal afgegeven bladen, klad en opgave niet meegerekend:

(2)

• Gebruik voor elke nieuwe vraag een nieuw blad!

• Zet op elk blad de vermelding “Fysica: Elektromagnetisme Januari 2015” alsook

je naam, je groep en het nummer en onderdeel van de vraag die je aan het oplossen bent. • Je geeft je oplossingen af samen met dit blad.

• Je mag enkel het door ons gegeven formularium gebruiken en een eenvoudig wetenschappelijk rekenmachine.

• Grafische rekenmachines en rekenmachines met formulegeheugen zijn niet toegelaten. • Geen GSM’s, geen pennenzakken!

• Werk alleen en ordelijk en vergeet je eenheden niet.

• Lees de vragen aandachtig en begin met de vragen die je onmiddellijk kan oplossen.

Veel succes! Jan Danckaert Isis Van Parijs Lars Keuninckx Lieve Lambrechts Stefan Vet

(3)

Oefeningen

1.

(20%) Om te beginnen leggen we jullie enkele eenvoudigere problemen voor. Geef bondige antwoorden en vermeld expliciet op welke wet of formule je je baseert om tot een antwoord te komen. Hint: Als je lang moet rekenen voor een van deze oefeningen, dan is er iets mis ...

(a) De fijnstructuurconstante α is in de natuurkunde de fundamentele constante (kop-pelingsconstante) die de sterkte van de elektromagnetische wisselwerking bepaalt. Een mogelijke uitdrukking is:

α = e

2 0

2h ,

met h de constante van Planck, µ0 de permeabiliteit van het vacu¨um, e de

ele-mentaire lading en c de lichtsnelheid. Bepaal de dimensie van de fijnstructuur-constante α.

(b) Drie ladingen zijn geplaatst zoals in figuur 1. De resulterende kracht ~F op lading Q heeft een grootte F = 182µN , deze maakt een hoek met de x-as van θ = 82.9◦.

Stel nu dat je weet dat de lading Q −1.0nC is, wat zijn dan de ladingen van q1

en q2? ~ F θ

q

1

q

2 2 cm 1 cm Q

Figuur 1: Bereken de ladingen q1 en q2.

(c) Een elektron beweegt met een snelheid v = 1.0 · 107 m

s door een uniform

magne-tisch veld, loodrecht op de bewegingszin, gegeven door ~B = (0.01T )~1z. Bereken

de straal van de resulterende cirkelbeweging.

(d) Het elektrisch en magnetisch veld van een elektromagnetische golf zijn door on-derstaande uitdrukkingen gegeven.

~ E = E0sin(kz − ωt) √ 3 2 ~1x+ 1 2~1y ! ~ B = B0sin(kz − ωt) − 1 2~1x+ √ 3 2 ~1y !

• Wat is de voortplantingsrichting en -zin van de golf?

De rest van deze vraag is niet op te lossen door de studenten uit de groep Biologie.

(4)

• Druk de Poynting vector van deze elektromagnetische golf symbolisch uit. • Leid hieruit ook een uitdrukking af voor de irradiantie van de golf.

(5)

2.

(15%) Een toro¨ıdaal gewikkelde spoel, zie figuur 2, bestaat uit een geleider gewikkeld op een torus (doughnut) uit niet-geleidend materiaal. De binnenstraal is a en de buitenstraal b.

(a) Bepaal het magnetisch veld ~B(r) binnen en buiten de torus, voor een gegeven stroom I door de wikkelingen.

(b) Maak een grafiek van B(r) met aanduiding van de afstanden a, b en veldsterktes op die afstanden.

Figuur 2: Een toro¨ıdaal gewikkelde spoel.

3.

(15%) De beweging van het oog kan men onderzoeken aan de hand van speciale contactlenzen waarvan de rand omgeven is door een spoel van zeer fijne draad. Wanneer een proef-persoon die deze contactlenzen draagt zich in een magnetisch veld bevindt, wordt een stroom ge¨ınduceerd in de spoel telkens de proefpersoon zijn ogen roteert. Beschouw contactlenzen omrand door een spoel met 5 windingen en een diameter van 6.0 mm. Een uniform magnetisch veld van 1.0 T wordt aangelegd zoals in figuur 3. Bereken de spanning die ge¨ınduceerd wordt in de spoel indien een proefpersoon die recht voor zich uit kijkt zijn ogen 5◦naar rechts draait in 0.20 s. Hint: Je kan de afgeleide benaderen

door het quoti¨ent van de differenties:df (x)dx ≈ ∆f (x)∆x . Neem bovendien de tekening over en geef de zin aan van de ge¨ınduceerde stroom met behulp van de symbolen ⊗ en .

Figuur 3: Proefpersoon met speciale contactlenzen kijkt recht voor zich uit (bovenaan-zicht).

(6)

4.

(20%) Figuur 4 toont een sferische ladingsverdeling bestaande uit een di¨elektrische bol met straal R en ladingsdichtheid ρ C/m3, omgeven door een verwaarloosbaar dunne

meta-len schil met straal 2R. De ladingsdichtheid van de centrale bol wordt gegeven door: Voor de studenten Biologie:

ρ(r) = 

a : r ≤ R 0 : r > R Voor alle andere studenten:

ρ(r) = 

ar : r ≤ R 0 : r > R

met a > 0 een constante. Verder is er gegeven dat de lading op de dunne metalen , −Q, schil exact tegengesteld is aan de totale lading van de sfeer.

(a) Bepaal de totale lading Q binnen de sfeer. Wat zijn de dimensies van a ? (b) Bepaal het elektrisch veld overal in de ruimte en maak een grafiek E(r). Hoe is

het veld gericht?

(c) Bepaal de elektrische potentiaal V (r) overal in de ruimte. Stel hierbij V (r = ∞) = 0V . R ρ r 2R −Q

(7)

Theorievragen

5.

(10%) (a) Vertrekkende van de potentiaal voor een puntlading, leid de elektrische potentiaal af opgewekt door een dipool overal in de ruimte (ladingen q en −q zitten op een afstand 2a van elkaar). Maak de benadering r >>a.

(b) Volgende onderdeel is niet op te lossen door de studenten biologie: Leid hieruit ook het elektrisch veld af opgewekt door die dipool (in dezelfde benadering).

Opmerking: indien je de vraag 5 a) en/of b) niet kan oplossen voor een willekeurig punt in de ruimte, doe dit dan voor de punten gelegen op de as van de dipool en op het middelloodvlak (mits 40% puntenverlies). 6.

(10%) (a) Vertrek vanuit de wetten van Kirchhoff en stel de differentiaalvergelijking op die het verloop van de stroom in functie van de tijd beschrijft bij het aanschakelen van een RC-kring met gelijkspanningsbron Vin, zie figuur 5. Los die vergelijking

op en bespreek. Maak ook een schets van het verloop van de stroom en spanning Vuitin de tijd.

R

C

Vin Vuit

Figuur 5: Een weerstand-condensator netwerk.

(b) Enkel voor de studenten Bio-ingenieurswetenschappen, Geografie en Chemie: Bespreek de werking van een RC-filter (d.w.z. Vuit/Vin in functie van

de frequentie van de wisselspanning ω). Is dit een laag- of een hoogdoorlaat filter? Leg ook het verband met deel (a) van deze vraag. Opmerking: Als je deze vragen (a en/of b) niet kan oplossen voor een condensator maar wel voor een spoel (RL ipv RC-kring) mag je dat doen, mits telkens 25 % puntenverlies.

7.

(10%) (a) Vertrek van de Wet van Amp`ere. Geef de redenering hoe Maxwell er toe kwam om een extra term toe te voegen aan de Wet van Amp`ere, en leid de uitdrukking voor deze term af.

(b) Gebruik deze uitgebreide Wet van Amp`ere-Maxwell samen met de Wet van Fa-raday om een golfvergelijking af te leiden voor het ~E en het ~B-veld in vacu¨um. Het volgende onderdeel van deze vraag is niet op te lossen door de studenten uit de groep Biologie:

(c) Leid ook de differenti¨ele vorm van de wet van Amp`ere-Maxwell af. Geef daarbij duidelijk de verbanden weer tussen de grootheden die in de differenti¨ele en de integrale vorm voorkomen.

(8)

Wet van Coulomb F~2 op 1 =4π10|~r1q−~1qr22|2~1~r1−~r2

Elektrisch veld van een puntlading in de oorsprong q E(~r) =~ 1 4π0 q r21~r Elektrische flux ΦE~ = s oppervlak AE · d ~~ A

Lading uit gegeven ruimteladingsverdeling ρ Q =tvolumeρ(~r)dV Wet van Gauss in integraalvorm ΦE~ =v ~E(~r) · ~dA =Q0in

Elektrische potentiaal van een puntlading in de oorsprong q V (~r) = 1 4π0

q r

Potenti¨ele energie van een geladen deeltje U (~r) = qV (~r)

Potentiaalverschil ∆V = Vf− Vi = −

Rf

i E(~r) · d~l~

Elektrisch veld in richting s via potentiaal V Es= −dVds

Capaciteit van twee geleiders met lading ±Q C = Q ∆VC

De wet van Biot & Savart B(~r) =~ R µ0

4π Id~l×~1

~ r− ~r0

|~r− ~r0|2

Stroom uit gegeven stroomdichtheid ~J I =soppervlakJ(~r) · d ~~ A

De wet van Amp`ere H ~

B(~r) · ~dl = µ0Inetto

Lorentzkracht op puntlading q F = q( ~~ E + ~v × ~B) Magnetische kracht op stroomdragende geleider F =~ R I(d~l × ~B)

Magnetische flux ΦB~ =

s

oppervlak AB(~r) · d ~~ A

De wet van Faraday-Lenz emk = ∆V = −dΦB~

dt

Vector van Poynting S = ε~ 0c2( ~E × ~B)

Irrandiantie Irr =1 2ε0cE 2 0 Nabla operator ∇ =~ ∂ ∂x~1x+ ∂ ∂y~1y+ ∂ ∂z~1z

Oppervlakte element (cartesisch,x-y) dA = dxdy

Oppervlakte element (cirkel) dA = rdrdφ

Oppervlakte element (cilindrisch) dA = rdφdz

Oppervlakte element (sferisch) dA = r2sinθdθdφ

Volume element (cartesisch) dV = dxdydz

Volume element (cilindrisch) dV = rdrdφdz

(9)

Name Symbol Value Unit

Elementary charge e 1.60217733 · 10−19 C

Speed of light in vacuum c 2.99792458 · 108 m/s (def)

Permittivity of the vacuum ε0 8.854187 · 10−12 F/m

Permeability of the vacuum µ0 4π · 10−7 H/m

Coulomb’s law constant (4πε0)−1 8.9876 · 109 Nm2C−2

Planck’s constant h 6.6260755 · 10−34 Js

Dirac’s constant ¯h = h/2π 1.0545727 · 10−34 Js

Bohr magneton µB= e¯h/2me 9.2741 · 10−24 Am2

Bohr radius a0 0.52918 ˚A

Rydberg’s constant Ry 13.595 eV

Reduced mass of the H-atom µH 9.1045755 · 10−31 kg

Stefan-Boltzmann’s constant σ 5.67032 · 10−8 Wm−2K−4

Wien’s constant kW 2.8978 · 10−3 mK

Molar gasconstant R 8.31441 J · mol−1· K−1

Avogadro’s constant NA 6.0221367 · 1023 mol−1

Boltzmann’s constant k = R/NA 1.380658 · 10−23 J/K

Electron mass me 9.1093897 · 10−31 kg

Proton mass mp 1.6726231 · 10−27 kg

Neutron mass mn 1.674954 · 10−27 kg

Elementary mass unit mu=121m(126C) 1.6605656 · 10−27 kg

Diameter of the Sun D 1392 · 106 m

Mass of the Sun M 1.989 · 1030 kg

Radius of Earth RA 6.378 · 106 m

Mass of Earth MA 5.976 · 1024 kg

Gravitational constant G 6.67259 · 10−11 m3kg−1s−2

Afbeelding

Figuur 1: Bereken de ladingen q 1 en q 2 .
Figuur 3: Proefpersoon met speciale contactlenzen kijkt recht voor zich uit (bovenaan- (bovenaan-zicht).
Figuur 4: Een sferische ladingsconfiguratie.
Figuur 5: Een weerstand-condensator netwerk.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

3 Scorepunten worden toegekend met inachtneming van de volgende regels: 3.1 indien een vraag volledig juist is beantwoord, wordt het maximaal te behalen.. aantal

opgevouwen eiwitmolecuul uitgevouwen eiwitmolecuul.. Wanneer rubiscomoleculen zijn uitgevouwen, kunnen de moleculen van sommige opgeloste stoffen uit het plantensap aan

HA-1028-a-17-2-c 4 lees verder ►►► NB3 Als het College voor Toetsen en Examens vaststelt dat een centraal examen een.. onvolkomenheid bevat, kan het besluiten tot een aanvulling

HA-1028-a-15-1-o 13 / 16 lees verder ►►► Sinds enige jaren wordt in enkele nieuwe fabrieken MEG geproduceerd volgens een continu proces waarbij geen grote overmaat water nodig

8 Scorepunten worden toegekend op grond van het door de kandidaat gegeven antwoord op iedere vraag.. Er worden geen scorepunten

(rekenfouten, fout in de eenheid van de uitkomst en fout in de nauwkeurigheid van de uitkomst) zijn gemaakt, wordt in totaal per vraag maximaal één scorepunt afgetrokken van

Vraag R Bereken de totale energie voor een massa m in een circulaire baan rond een andere massa M (ten gevolge van gravitatie). Wat betekent het als deze

Het ging niet goed met Naomi volgens alinea 4. Geef bij elk van de onderstaande 4 'klachten' aan of Naomi daar last van had