• No results found

Verloop lactatie: is er een ideale productiecurve voor biologische koeien

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Verloop lactatie: is er een ideale productiecurve voor biologische koeien"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

75

februari 1 2006

Voor vragen over dit artikel kunt u aan-staande maandag tussen 12.00 en 13.00 uur telefonisch contact opnemen met de auteur(s) door te bellen naar: 0320-238238

V

ra

ge

n?

Gidi Smolders

O

m biologisch gehouden koeien ge-zond te houden is een sterke piek-productie in het begin van de lactatie niet gewenst. Enerzijds kan er in die periode met het rantsoen moeilijk aan de energie- en eiwitbehoefte voldaan worden. Ander-zijds is een sterke belasting van de uier niet bevorderlijk voor een goede uierge-zondheid. Aan het eind van de lactatie moet de koe zonder droogzetters de droogstand in kunnen. Daarbij is een niet te hoge productie bij droogzetten een voordeel. De tussenkalftijd is bij de lagere productie op biologische bedrijven een maand korter dan gangbaar. Biologische melkveehouders zijn, meer nog dan hun gangbare collega’s, gebaat bij een koe die voor zichzelf zorgt en niet te hoog piekt in het begin van de lactatie.

Biokoe begint lager

In figuur 1 is de gemiddelde lactatiecurve van biologische bedrijven uit het project Bioveem vergeleken met die van de Koeien & Kansen-bedrijven. De top van de produc-tie wordt op de biologische bedrijven be-reikt in de vijfde tot zesde week na afkalven

en ligt op gemiddeld 29 kg melk. De piek-productie is 6 kg ofwel circa 20 procent la-ger dan die op de Koeien & Kansen-bedrij-ven. Aan het eind van de lactatie is de pro-ductie van de biologische koeien nog 15 kg en doen ze nauwelijks onder voor de gang-bare collega’s.

Het verschil in productie tussen biologisch en gangbaar wordt dus voor het grootste deel gemaakt in de meest kwetsbare perio-de: de eerste maanden van de lactatie. Voor-deel is dat onder andere slepende melk-ziekte en bijvoorbeeld lebmaagdraaiingen of -bloedingen minder voorkomen. Afhankelijk van de bedrijfsvoering kan het aantrekkelijk zijn nog veel verder te gaan met het afvlakken van de lactatiecurve. In figuur 2 zijn als voorbeeld de uitersten van de Bioveem-bedrijven genomen. Bedrijf ‘hoog’ bereikt een hoge productie en piekt sterk. Veel hoogwaardig krachtvoer en veel krachtvoervervangers zijn nodig om de koeien enigszins op de norm te kunnen voeren. Ook in de zomer wordt veel kracht-voer bijgekracht-voerd. De kracht-voerkosten zijn daar-door hoog. Vooral in het begin van de lacta-tie zijn er problemen met het op condilacta-tie

houden van de koeien en met slepende melkziekte. Inseminaties worden uitge-steld omdat koeien slecht tochtig (gezien) worden en het ook niet wenselijk is te stre-ven naar een korte tussenkalftijd in ver-band met de hoogte van de productie bij droogzetten.

Op bedrijf ‘laag’ wordt de productie voor het grootste deel gehaald uit eigen ruw-voer. Door gebruik van een dubbeldoelkoe blijft de conditie op peil en zijn de dieren-artskosten laag. De koeien kalven elk jaar af en de uitstoot levert een aanzienlijke bij-drage aan de bedrijfsopbrengst.

Er is niet één ideale lactatiecurve. Een bij het bedrijf passend verloop heeft voordelen voor het welzijn en de portemonnee van de veehouder en voor de gezondheid en het welzijn van de koe.

Ing. A. A. Smolders, onderzoeker ASG

Verloop lactatie

Is er één ideale productiecurve voor biologische koeien?

Aan biologische melkveebedrijven worden extra voedings- en

ge-zondheidszorgeisen gesteld. Het kan daarbij voordelig zijn te streven

naar een afwijkend verloop van de productie tijdens de lactatie. Gidi

Smolders schetst de voor- en nadelen voor specifieke lactatiecurven.

Figuur 1 – Vergelijking gemiddelde lactatiecurve op biologische bedrijven (Bioveem) en Koeien & Kansen-bedrijven (K&K)

Figuur 2 – Verloop van een hoge en een lage gemiddelde lactatieproductie op biologische melkveebedrijven

maand 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 kg mel k K&K Bioveem 0 5 10 15 20 25 30 35 40 maand 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 kg mel k hoog laag 0 5 10 15 20 25 30 35 40 45

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De inspoelka- mers zijn vrijwelzonder uitzondering alleen maar geschikt voor het gebruik van poeder- vormige wasmiddelen; vloeibare wasmiddelen lopen direkt in de

Archive for Contemporary Affairs University of the Free State

Given the circumstances in the wine industry, there is undoubtedly pressure on these farm businesses, because of drops in sale volumes and smaller harvests,

Dit moet waarskynlik in gedagte gehou word dat Lerner meen dat sy besig is met di e rekonstruksie van die een onaangeraakte aspek van die geskiedenis wat uiteindelik

De omzet van de ambulante handel is bepaald aan de hand van de omzet van de Kruide- niers en de Speciaalzaken en de aandelen van de overige kanalen in de detailhandelsomzet op

 Smart Grids (in absolute zin klein), maar belangrijk vanwege de potentieel grote financiële besparingen in de gehele energieketen en werkgelegenheid en omzet in sectoren

Ook zijn er een aantal steden, al of niet behorend tot het Age Friendly-netwerk, die bezig zijn met het nadenken en aanpassen van hun stad voor oudere bewoners. Dat omvat dan

This chapter concerns itself with the culture and tradition and the role names play in culture, naming in Dintshontsho tsa lorato in relation to traditional