• No results found

Vermindering van bijensterfte in Nederland, Thema: Bijen en bestuiving BO-12.03-007.002

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vermindering van bijensterfte in Nederland, Thema: Bijen en bestuiving BO-12.03-007.002"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Sjef van der Steen, Romée van der Zee & David Kleijn

Contact: Sjef van der Steen

Plant Research International Postbus 69, 6700 AB Wageningen T 0317 48 13 31 - F 0317 48 41 80 94 sjef.vandersteen@wur.nl - www.pri.wur.nl

Dit project is onderdeel van BO-programma Verduurzaming Plantaardige Productieketen van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie

Vermindering van bijensterfte in Nederland

Probleem

In welke mate is er sprake van bijensterfte in Nederland? Wat zijn de mogelijke oorzaken en hoe kan daarop geanticipeerd worden?

Onderzoek

Om de oorzaken van de bijensterfte te onderzoeken, werkt Plant Research International (PRI) bijen@wur samen met het Nederlands Centrum voor Bijenonderzoek (NCB), Alterra en European Invertebrate Survey (EIS). Het onderzoek is onderverdeeld in 4 werkpakketten (WP):

f WP 1: 3-jarige monitoring van de bijenhouderij in Nederland door het Nederlands Centrum voor Biodiversiteit (NCB) f WP 2: Regio- en retrospectief onderzoek van de gezondheid

van honingbijen in relatie tot bijensterfte

f WP 3. Onderzoek naar de impact van de parasiet Nosema

ceranae en voeding

f WP 4: Solitaire bijen en hommels (Alterra en EIS)

Resultaten

f WP 1: 1568 imkers hebben deelgenomen aan de monitoring. De bijensterfte was 23,1% (2009 - 2010)

f WP 2 Regio-onderzoek: In vijf regio’s zijn per regio bij 2 imkers bijen gemonsterd en de volken beschreven. Monsters worden onderzocht op ziekten en vitellogenine (dit reserve-eiwit is maat voor vitaliteit)

f WP 2 Retrospectief onderzoek: 70 imkers participeren in dit onderzoek. Aan de hand van de wintersterfte wordt een selectie onderzocht op ziekten: varroa, Nosema spp., DWV en ABPV f WP 3: NCB vond een relatie tussen Nosema ceranae en

bijensterfte. PRI onderzoekt de impact van N. ceranae en stuifmeelaanbod op de fitheid van bijenvolken

f WP 4: In 2010 is het stuifmeel van 1800 bijen van 80 bijensoorten verzameld en zijn veldanalyses uitgevoerd tijdens de appel- en peer-bloei. Literatuurstudie is uitgevoerd naar de spill-over van insect-pathogenen van honingbijen naar honingbijen en naar wilde bijen f Resultaten van lab- en data-analyse van WP 2, 3 en 4 volgen nog

Praktijk

Dit onderzoek moet inzicht geven in de mate en mogelijke oorzaken van bijensterfte en in de teruggang van wilde bestuivers in Nederland.

Bijschrift

Bijschrift

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Langs de Dinkel Fietstocht 33,7 km Het Springendal Wandeltocht 13,6 km.. Hoogvenen Het Bargerveen Wandeltocht

Lobbezoo, “De subjectieve mondgezondheid van mensen met de ziekte van Parkinson,” Nederlands Tijdschrift voor Tandheelkunde, vol. Lobbezoo, “De objectieve mondgezondheid van

 Practices evolved in the first four phases are used to continually improve analytics processes, procedures and results.  Continuous control monitoring tools.. 

Hier gaan dus gekyk word na 'n narratiewe benadering tot die pastorale behoeftes van getraumatiseerde jong kinders (7-12) in 'n Informele Nedersetting (plakkerskamp) met

The aim of this research study was to develop a practice model for interprofessional teaching-learning of anatomy at a higher education institution in South

Hera en Faste lijken rassen die bij vroege oogst een hoog inulinepercentage met een goede ketenlengte koppelen aan een relatief goede financiële opbrengst.De plantdichtheid en

once it has been established that NN can be used to model the electricity use of a region, a study is undertaken to determine what the minimum data requirement is, in using NN for

N Productaansprakelijkheid Wij wijzen er nadrukkelijk op, dat wij op grond van de wet aansprakelijk- heid voor producten niet aansprakelijk zijn voor schade ontstaan door