• No results found

EC in relatie tot het type substraat bij chrysanten in een gesloten teeltsysteem

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "EC in relatie tot het type substraat bij chrysanten in een gesloten teeltsysteem"

Copied!
15
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

1 Bibliotheek Proefstation Naaldwijk 2.

B

1$

PROEFSTATION VOOR TUINBOUW ONDER GLAS TE NAALDWIJK

EC in relatie tot het type substraat bij chrysanten in een gesloten teeltsysteem.

A.L. van den Bos

(2)

INHOUD 1. Inleiding 1 2. Materiaal en Methode 1 2.1 Proefopzet 1 2.2 Waarnemingen 2 3. Resultaten 2 3.1 Gewasonderzoek 3 4. Discussie 4 Bijlagen 1 t/m 9

(3)

1 1. Inleiding

De chrysantenteelt in Nederland vindt voornamelijk in grond plaats en experimenteel in allerlei alternatieve systemen. Gezien de noodzaak om binnen afzienbare tijd te komen tot gesloten teeltsystemen, wordt onderzoek verricht naar de mogelijkheid om chrysan­ ten in deze alternatieve systemen te telen. Bij de teelt in alternatieve systemen wordt oa. gebruik gemaakt van diverse substraten. Het type substraat kan van invloed zijn op de opname van voedingselementen. Onderzoek naar de invloed van het type substraat op voedingseffecten bij diverse gewassen wordt momenteel uitgevoerd.

Dit verslag beschrijft het onderzoek naar de invloed van de voedingsconcentratie (EC-niveaus) op groei, produktie en kwaliteit bij chrysant in een gesloten systeem met twee substraten.

2. Materiaal en methode 2.1 Proefopzet

De proefopstelling bestaat uit 48 polyester bakken (afmetingen 1,6 * 0,8 * 0,4 m). Elke proefbehandeling bestaat uit twee bakken, in de ene bak bevindt zich maaszand (granulaire samenstelling, zie bijlage 8) en in de andere steenwolgranulaat (75% op­ neembaar en 25% afstotend; fysisch onderzoek, zie bijlage 9). De proef bestaat uit zes behandelingen in viervoud. Op de bodem van de bakken ligt 5 cm. parelgrind met daarop 15 cm. zand of steenwolgranulaat. Water (regen) wordt via de regenleiding toegediend. Het retourwater wordt opgevangen en hergebruikt.

Na vier radijsteelten werden op 7 augustus 1990 chrysanten (ras: Reagan) geplant, 64 per bak (opp. 1,28 m2). De opkweek vond plaats in steenwolpluggen. Geoogst werd op 1 november 1990.

De behandelingen bestonden uit zes EC trappen, te weten 1,0; 1,8; 2,6; 3,4; 4,2 en 5,0 mS.cnrv1, waarmee de voedingsoplossing voor chrysanten werd toegediend. De samenstelling van de gebruikte voedingsoplossing bij

1,8 mS.cm"1 staat vermeld in tabel 1.

Tabel 1: Samenstelling voedingsoplossing bij 1,8 mS.cm"1

* NH

4 mmol/l 1,0 # Fe //mol/1 60,0 K n 6,0 # Mn 20,0 Ca n 3,3 Zn — Mg n 1,2 * B 20,0

NO

3 n 12,6 * Cu 0,5 S04 n 1,2 # Mo 0,5 * P n 1,0

De elementen, gemarkeerd met *, werden bij alle EC niveaus standaard toegediend. De overige elementen varieerden met de hoogte van de toegediende EC.

Zink werd niet toegediend, het gebruikte regenwater bevatte voldoende zink.

De gerealiseerde EC's, waarmee de voedingsoplossing tijdens de teelt werd toegediend, waren gemiddeld als volgt: 1,0; 1,8; 2,7; 3,5; 4,1 en 4,5 mS.cm"1.

De EC's van het retourwater waren bij de start van de teelt als gevolg van voorgaande radijsteelten 1,4; 2,2; 3,5; 4,5; 5,6 en 6,2 mS.cm"1

(4)

2 2.2 Waarnemingen

In het begin, tijdens en aan het einde van de teelt werden monsters genomen van het voedings- en retourwater. Bij de behandelingen 1, 2 en 5 werd door middel van poreuze cupjes, bodemvocht onttrokken. De analyseresultaten staan vermeld in de bijlagen 1 t/m 3. Wekelijks werd de EC, de hoeveelheid toegediend water en retourwater geme­ ten. De resultaten staan vermeld in de bijlagen 4 en 5. Uit de watergift en retourwater is de transpiratie/evaporatie berekend.

Aan het einde van de teelt werden van jong volgroeid blad, monsters genomen. Bij de behandelingen 1, 2 en 5 werd het gehele bovengrondsgewas bemonsterd. De analyse­ resultaten van de bladmonsters staan in de bijlage 6 en van het bovengrondsgewas (blad + steel + bloem) in bijlage 7.

De bloemtakken werden bij de oogst opgetrokken en ter hoogte van de steenwolplug afgeknipt. Het aantal takken per bak, het takgewicht en het takgewicht per cm. werd bepaald, zowel bij zand als bij steenwolgranulaat. Een aantal takken per behandeling werden in de uitbloeiruimte weggezet voor bepaling van de houdbaarheid.

3. Resultaten

Bij de start van de teelt waren enige problemen met de weggroei. In het begin van de teelt groeiden de chrysanten het beste, waar 1,0 EC aan voeding werd toegediend. Na vier weken bleef de groei bij deze EC enigszins achter, kennelijk was de toediening niet meer voldoende. Tevens werd bij deze behandeling een daling van de EC in het retour­ water geconstateerd. Bij de overige behandelingen liep de EC in het retourwater op. In tabel 2 wordt de gedoseerde EC, retour EC (aanvang en gemiddeld over de teelt), EC bodemvocht van zand zowel als steenwolgranulaat en de transpiratie/evaporatie in liters/m2 vermeld.

Tabel 2: Doseer EC, retour EC, EC bodemvocht en transpiratie/evaporatie tijdens de teelt. (EC mS.cm'1)

Beh. ECDoseer ^^Retour FP L- bodemvoc ht Transpiratie

aanvang gem. over zand stwgr.*) & Evaporatie

teelt teelt (l.nrf2) 1 1,0 1,4 1,3 1,5 1,4 261 2 1,8 2,2 2,5 2,3 2,6 269 3 2,7 3,5 4,0 - - 248 4 3,5 4,5 5,2 - - 242 5 4,1 5,6 6,7 6,4 6,9 231 6 4,5 «1 — c 6,4 7,3 - - 237 ") btwgr. = steenwolgranulaat.

De EC's van het bodemvocht kwamen bij de behandelingen 1, 2 en 5 goed overeen met die in het retourwater (gemiddeld over de teelt). Het doorspoelpercentage bedroeg gemiddeld over alle behandelingen ca. 54%.

Bij een doseer EC groter dan 1,8 mS nam de retour EC toe en de verdamping door het gewas af.

In tabel 3 wordt het gemiddelde takgewicht, de gemiddelde taklengte en het gemiddeld gewicht per cm. vermeld. Zowel van de chrysanten afkomstig van zand als van steen­ wolgranulaat.

(5)

Tabel 3: Opbrengstgegevens.

3

Zand

gem. gem. gem.

Beh. takgewicht lengte gewicht

g/stuk cm g/cm

Steenwolgranulaat

gem. gem. gem.

takgewicht ' lengte gewicht

g/stuk cm g/cm. 1 128 130 0,98 124 131 0,95 2 151 132 1,14 141 133 1,05 3 145 132 1,10 128 131 0,98 4 131 128 1,02 117 125 0,94 5 117 120 0,98 104 120 0,87 6 107 116 0,92 98 120 0,82 Wiskundige verwerking: EC en takgewicht (lineair. P<0,001) EC en taklengte (lineair. P<0,001 )

Takgewicht zand > steenwolgranulaat (P<0,001) Taklengte zand en steenwolgranulaat (n.s)

De groei nam af naarmate een lagere en hogere EC dan 1,8 mS werd toegediend. Het hoogste takgewicht werd, zowel bij zand als bij steenwolgranulaat, verkregen bij 1,8 mS aan voeding. Gemiddeld over de teelt gaf deze behandeling een lichte stijging van de EC in het retourwater. Dit kan erop wijzen dat een iets lagere doseer EC kan worden aangehouden. Bij de hoogste EC (beh. 6) was het takgewicht bij beide substraten ca. 30% lager t.o.v. van behandeling 2. De takken waren korter, de bladeren en bloemen waren kleiner en de kleur van het blad was erg donker. Ook waren de bloemen eerder rijp. De takken afkomstig van steenwolgranulaat waren gemiddeld over de behandelin­ gen ca. 10% lichter en iets minder stevig dan die afkomstig van zand. Gebreks- en overmaatverschijnselen werden niet waargenomen.

De chrysanten afkomstig van de laagste doseer EC (1,0 mS) waren, zowel bij zand als bij steenwolgranulaat, het beste houdbaar.

3.1 Gewasonderzoek

De analysecijfers van volgroeide bladeren (zie bijlage 6) toonden aan dat Ca, Mg, Cl en B daalden door stijging van de doseer EC. Een stijging aan K, N-totaal en N03 vond alleen plaats tussen doseer EC 1,0 en 1,8 mS en bleven verder gelijk. De elementen Na, P, S-totaal, Mn, Fe, en Zn werden niet door stijging van de doseer EC beïnvloed.

De analysecijfers van het bovengrondsgewas (zie bijlage 7) waren bij behandeling 2 zand enigszins afwijkend ten opzichte van behandeling 2 steenwolgranulaat. De analy­ secijfers van behandelingen 1 en 5 zand kwamen goed overeen met die in steenwolgra­ nulaat. Bij behandeling 1 zand en steenwolgranulaat werden op enkele uitzonderingen na lagere cijfers gevonden dan bij de behandelingen 2 en 5.

(6)

4 4. Discussie

De eerste weken van de teelt groeiden de chrysanten het beste waar 1,0 EC aan

voeding werd toegediend. Naarmate de vegetatieve groei toenam was 1,0 EC niet meer toereikend. Een doseer EC van 1,8 mS aan voeding gaf het hoogste takgewicht, zowel bij zand als bij steenwolgranulaat. Echter de EC van het retou'rwater steeg bij deze toediening (zie tabel 2). Na week 40 (zie bijlage 5) steeg bij alle behandelingen de EC van het retourwater bij vrijwel gelijkblijvende doseer EC's.

Het voorstel is om bij de teelt van chrysanten in een gesloten teeltsysteem te starten met een doseer EC aan voeding van 1,0 mS. Naarmate de vegetatieve groei toeneemt de doseer EC te verhogen tot maximaal 1,8 mS. Tijdens de generatieve groei kan de doseer EC worden afgebouwd tot minimaal 1,0 mS.

(7)

ro ro co CO N) ro co -vi ro cn —k CD ro cn o C/> 0) 0) 3" CD c c 0) o c/> 0) Û) CD c c *o co CO 3 co O. "O co CO co Q_ 3* (O o o O O o> o O O O >. t CT ]_k L_x O < L CD co co cn ro 3 O" o M 4*. ro co b) 00 b> Û) O en O ro fsj -k -k -k co bo -vi -vi CD rr CD 3 Q_ <2_ 5' CO o* O < ct> 3 O" N) N) CO -vi OD rsj en -k ^ O C/> û) Û) 3" ;*• o c c 2 r- "O (Q CO ^ SL 5' CO O O O O •&> -x ^ 1a -i {J O < CD 00 00 co > CD 3 M NJ CO -1 b) CO 00 tn <o Q 00 g" ro ro ro ->• cn cn ö> co M N) W S 03 ho cn —»• a) O W 0) 0) =>" X <t C C S r* T3 (Û CÛ 3 «-* . Q^ CD_ 5' co O O O O co O < CD cn O) oo N 3 S CO (J1 O §" N) N) NJ —^ ^ a ui b) CD CD CD cn CD •vi -vj o> 00 a> •Vj cn a> -vi cn CO CD b> ö cn -k an CD cn ö "Vi ro 00 ro 00 CD 4k. CO CO 4* CO CO CO CO CO CO ro ro CO ro ro -k ö -»• Ö b> 00 OJ CO •vi 00 ö 00 k> CO O N) CD CO ro NJ 4*» ro 00 N) 4»> N> •vi ro cn CD CD ro CD 4^ cn cn CO b> cn ö (D cn CO bi o CD -k CO 4*> -4 ->• b> 00 N) NJ co -g CD N) cn -k (D O w Û) Û) J CD c C 55 r" -o co co CD_ 5' co O O O O M ^ ^ ^ ^ er O < CD CO CO 4* 4^ 3 b) ^ b) ö J N) ro M b b ' ^ A A ^ W N) >j b) <o b) _k ro -* -»• S Ó (O w 00 00 00 ^ O b) b) M NJ co Nj n m N> Cn —^ û) CD O w 03 Û) P* 3" T CD c c § ïï r* "O CO CO 3 3 ! - * • • • O . <D_ 5' co O O O O z -*• {J * O < CD ^ * O" Û) T 00 4* O cn *vj -sj ^ a> fsj ho |\j 0 00 CO Ö) 0D 0) ° ^ O "-oj (Q co PO co CO Z 00 N| W CO O > 3 co CD -*l CD (/> c 0 < O CD Q. 3* (O w O •O. O (/> ç/> 3* CO CD 3 œ ST co CD O O O O b) -vj cn b} o o o o O) -vl O) o o o o O) 00 CD ^ O O O O oo -vj b) ^ O O O O cn ö) d) o o o o b> ^ bi !*. Q 4* co CD CO co O O o O 00 Kj O O O O co "_k '_k Kj CD -si -vj 4* 4^ CO Kj Kj ^ cn 4^ co cn cn cn co cn ro 00 co hJ ro co i\j in -sj CD cn '<o u) co -vl '<D ö bi ro cn ro Kj ö b> bi O o O O O o o o O O o o o o o O o o O o o X o co -k -*• 'cn •vi Ko bi bi Kj _A b) bi bo bi k> O co o O O O o o o O O o o o O o o O o O o o KJ cn 00 f\j k> co ö CD ro O O oo M CD bi ro ro co KJ O cn co ro ^k, k) o k> co T> co co co co co co M ro ro ro N) _k - - - -m -vj co cn N) N> 00 CD O) 00 00 -t*. 00 00 CO O) -k o O) o> O) o> O) O) O) N O) O) O) *vj O) 0> O) -NJ O> O) O) •vi o> co bi 4^ 00 ro cn b) -»• 4^ 4^ bi ^ b) co 4k Kj b> b 4»> b bi •vl co INJ 00 ro ^k ro o CD CD fSJ o co O) co ro 4^ CD b b b b b b b b b b b b co 00 co oo co ro M hj o ro -vl 4k 00 b> 00 cn CD bi b b ro 00 CD —sl co co 4k 4k 4i. CD O) 00 00 Kj bi bi CD bi 'co CD b 4ïk 00 co 00 A. 00 oo -NJ co on O) w OJ 0J —si co 00 4^ ro CO CD b b b b b b b b b b b b hj ro ro ro ro hj ro N> ro ro O) 4^ bi 4k b o Kj 4k '•vj 42k "Vi Kj

(8)

S W NJ W OD ho en —». o 3 O w Û) 7 o TT o c Si < r* "o <û 3 • û. 2. 5' (O o o o o 05 -k -k _k 3 Û. ro M N) N> 13. W 0)N) O) g fl) ^ (O en CO CO co CO ^ ^ S K) M CJ CD M cn -»• Q 3 O V) Û) 5" O TT rt> C 2> < r* "o <Q 3 r" • cl SL 5' (Û 0 0 0 0e r 1 -k -k -A. ^ o. a> NJ W NJ W 3. O O O CO Cf 00 Nj CO 3T co cn co co 0 co co *»vj -vi fsj N) co nn w en (D 3 O Cft Û) 5" O (D c û> < r* "O <Q 3 r* • Q. 2L 5' co 0 0 O O -U "*• 3 CL <T> CO 4k CO 00 g" Cn O") CD N) TT N W N j e o m M CJl —. (b 3 o tn 0) 3" o x" o c SJ <

K

2. 5' co O O O O 00 3 Q. 0> ^ ^ ro S" 4k 4k 4k cn cn 4* CO o —k Ni N) w w m Ni en —». o> 3 O <0 û) O X (î c ^ < ~"S<? g. CI> O O O O INJ -k -k -k _k ^ CL ft) N> CT) O" en M ö 4k. ûj_ en 4k co co o en ai o vj N) M W n N) en -». o, 3 o co Û) c O 7T c 3 < r- *U CÛ 3 CD <î> 3" a> 3 a. ro_ 5* <û 0 0 0 0 2 : ~k 0 0 0 - ^ ^ _k ^ ^ -*• N) ro ro '4^ O) k) ^ o 3 a. O" Û) > 3 SL < en a> <D </) C a> 3 o c ? 0) CD m 5T N) N) k. N) k. ^ » k k L » . 00 ^ . CD o> N) co co 4k 00 O 4k. N) 4k. CT> N) —k OJ 4k —k 00 ^k N> -si CD en o> CJ 4k. CO k> Ö co 00 CO <0 CO <J) CO Ko en '-si "-vj 4w Ö co co en 00 00 co -vi CD 00 co •vl G) o> ^1 en en en O) en 4k. 4k. en co NJ N) ho co ö CT) b> Ko CO 00 co 4k. 00 4k- co co ö en 00 ö en ö 4k CO O) 0 en en 4k. en co co CO N) co h0 M N) co ro 0 0 co N) 00 ho O) 00 4k en co co co 4k O co O 0 0 O ro co Ö 4k b Ko -*• Ko ö co O) CO CO CO CO 4k. ö OJ b> CT) CT) CJ 0 0 0 0 -k _k 0 _k 0 0 0 0 O 0 0 O 0 0 0 O O O 0 CO 00 co co Ö ö CO Ö co 00 ö CO en ^sl 4k 4k. en en k> co Ko en CO 00 •vj -N> co 0 N> co -v| 0 N) co -vl CO -00 O) CT) -si 4k. co •-s) 4k -u 00 *v| co co en Ko Ko W CO 00 Ko ö 4k Ö cn CO -k K) M _k ho N) N) _k _k M ro _k M K) ho M co co N M ro 00 —k ö Ko en 00 co 4k. b> co CO *-NI co en en en 0 CO Ko -vj 0 O O 0 0 0 0 0 0 O 0 0 0 O 0 0 0 0 0 0 0 O 0 0 Ö Ö O co co Ö ö ö Ö Ö co en 4k. Ö Ö ö Ó co <7) 4k. Ö Ö '0 co 0 ö ö ö ö ö Ö ö ö o> 00 co en -NJ co CO Ol -sj 00 00 -si 0 O) -vi p O) en ai en en 4* 4k. co 4k OJ co N) M _k Ö Ko Ö 00 co Ko en O) b> Ci ö Ko CJl 4k 00 U Ö ö co en en 0> Ko CO o o o

00 -vj -sj ->l CO -sj -vi -sj 00 -sj "Vi -sj 00 -vi *vj •vi 00 -vj •vi -vi Ko b> 4k CO b 4k- CO Ko CO CO Ko -»• en 4k. CO Ko CO CO 4k en ro en p 4k. CO -sl en CT) 00 4k CT) CO ö b b b b b b b 0 0 0 0 0 0 0 O 4k. b> 4k 4k. Ko CO Ko 00 00 o CO cn 4k. CO -b -b -b -b b b 0 b -sj CO 0 -sj CT) CO cn -vi 00 CT) -vi 0 CO CT) b b b b b b b b en en 4k. 4k en cn 4k 4k b) CO CT) 4k 4k CO

(9)

00 M NO K) Ol co 3 O C/> co O < TT CD CD ~o r* "O W N W N U) N (/) N

?

a) 3

£

3 05

£

3 Ol

£

3 0) (Q Q. CQ Q. CQ Q. CQ CL o O O O O O O O -1 —X —i i -* a i i —i. 4^ hO -N -C- CT) P tn vj -N M Ko bo ->• cn cn O Ko to to to to CO oo "vi to vl b •vi CD cn 'o 1 —x i NO M to -b. O -&. O 4^ Ko CD 00 CT) CD O -1 tn cn O) tn tn CT) -CD tn O CD OJ O b oo to to to to CO 00 -fcw tn CO CD 00 ro CD K) CT) Ko 00 b o -1O 'vj o o O o o O _>. CO CD 00 00 CD 00 O O "vl 00 CD CD -vi p M CD ai co Ko Ko cn O o _k O o M O i. bo Li. 00 its. vi _k co o o o o o o o o o o o o ^ b o o cc (D ZT 0) 3 CL CD 5' CQ Ol A Ol M CD 00 ro ro co ro cn 3 o C/> c/> CD O < p* T3 r+ CD "O œ N (/) N U) n cn N

?

3 r Q> 3 03

?

0) 3 r-^ 0) 3 CQ a_ CQ CL CQ CL CQ CL O o O O O O O O —*• i. L i i -* M NO M ro ro ro -vl cn j*. Ko Ko 4*. 4s> 00 1 co 00 CO CO oo ro co co cn —i. 'cn -*• O b b co O) Vj 00 CD O cn cn Ko JS* -i-14*. Ko 00 Ko co NO 00 M CO ro co 00 ^1 cn b Ko b Ko O CD 00 •vl 00 p> M 00 Ji. CO CD b co 00 cn 4^ O O O o O O o O 4^ bi 4^ A b cn O) cn -vl -vi CT) cn CD P 00 Ko 00 b 00 00 vi _l _i. k ro ï. NO o ro Ko cn to 00 CT) -1CD Ko o o O o O O O o b Lx O o !_». b O o 00 —i. O) 00 1 CD 00 cn CD CD ZT 0) 3 Q. cd_ 5' CQ N) 00 ro ro CO ro cn 3 o CO co O 7? CD CD < "O "O CD r+ c 3 W N C / ) N ( / ) N ( / ) N 3 CQ Q. CQ Q. CQ Q. CQ Q. — O O O O O O O O Z —i —i. —^ 1 —i. —v x L p o p o o p - » - - » . j - i - i U M W M O7" W W N J W M M U MZ ^ u i u i o i b o b r o o i - f c . c n - ^ . c n c o - ^ . - t x - N o v i o o c n o o v i o r o o o > O v i r o c n t O C D O O C O i o — ^ O O O O O N J — i - Z cob).t»>tni>.ai-».bO CO o o o o o o o o K> CO CO NO CO CD CO — O t n c n t n c n - N J ^ c n t n a ) O -ti. W O (O W ^ O) •—»• N3 -»• M [O -A. [O 05 cn cn oo CÛ Ko I O M o OJ o o o o o o o o b b b b b b ^ o T ) ^ o o u j i a i c ü ö ) ^ t n t n a i t n A m œ o ) c o ^ ^ ^ ' t D ^ j i o o b M M W t O M M M M b i ' c o b o b o K o r o b b i .A U l N J ^ t O M O l ^ O . . . . . . . m vj -v| -vl -vl vj -vj -vl vl jvl vl -vl vj vl v| -vl -vl v| -vl vl Vj vl v| vl vl "O Ko cn b i. b Ko b 00 4^ b 00 b co b 00 b b 00 b co bi I co co ro 00 ro co 00 ro 4^ A 00 oo co co 4^. cn 00 4^ 00 00 co co 4^ -vl CD ro -vl CD 00 ro 00 CD —»• 00 00 CD CD O -fe. CD 00 00 -vl oo UI cn ~n b b o b 'o o O O O b b o o 'o O O O o O O O O O o CD o o o O o o X o O O o o o o O O O o O O O O O o Ko co ro Ko b b vj 00 Ko Ko Ko tn A 00 bi Ko Ko Ko Ko Ko co b 00 3 ro ro ro ro —x ro ro ro i. ro ro i. ro KJ k ro ro —»• o 00 CD ro CD 00 co 00 00 ro vj o -vl 00 ro ro vl CD CD tn 00 O ro N 'o o o 'o o O o o o 'o b O o O O o O O 'o O o O o o ZJ cn cn cn CD cn CD •Vl CD CD cn cn cn O) cn O) CT) 00 O) •vl O) cn 00 CD 4*. O) O ro O to CD 4^ CD 00 00 O CD CD vl —i ro CD 00 tn CD —i ro 00 b o o O o O O b o O b b b b O o O o b b b o b o 00 C O O J W W W ^ ^ A s 'œ ^ b 'w o k) ^ ^ c o - ^ . - t ^ - t i . w ^ c n a ra o u o od O) ai ^ . J i . t 0 4 i . W t 0 ^ . C n- » • b o o o c o c n b o v j v i c o

(10)

O II co 73 II -1 2. O J i J i | . A ^ U U W U U W U U - f c . o o r o ^ o c o o o ^ 4 0 5 c n - t » . o o N J ' <D <D i ^r • (D CD TT OL cn gj ÖT (Q (D -&• - » « U M U U A O ) S ü l O ) A Mn CO CJI ro -»• o o oo OD (D i rr O O O C O - ^ - v l O O C O A l -i W CA) M U U A

cn -vi cn co -vi cn -»• W Nl Ji. Ji u M u) ® ui O) A Ä n CD 0) ZT Ko -i -i- ro -injw^W^UM-O U I -injw^W^UM-O -injw^W^UM-O D V ] M - I U N 1 - H D -injw^W^UM-O M ^ W W U W W A U ) C O U I O ) ^ - Ua cn oo OD a» p" 00 - i - i N : - k _ u N 3 W Ü l W A N ) t O O O O O M O U l W O ^ U O O C M ^ -» W W W A W oo co ro -»• oo •U -j ro oo cn ->• -fc». O ^ CT) OO Ol CD -N -U OD CD IT j i n o ' i i r o A c n w o i r o N ) -O 0 0 0 ) 0 ) W ( S 0 ) - ' ü l C 0 - i ( Ü l -O ' ö - > U U M U U U ( n Q ^ U 1 U 4 iA • U - v I C O C O O O N J C n O O - v l C O C O O O N J u - ' OD <0 3" Ol ( O S S U U M O A W O O l Ü l l O Ä - ' W w f o w w w c n o - U A w - t i W A O S ü i i o u A w c n o o s o O CD <D CT) •i M ( D 0 ) O ( D W ^ Ö ) - i 0 0 W - k 0 0 S / ö

(11)

O II (Q II 2. o A A A - t k W W W U U W W U ^ M - ' O t O C O v l O l U l - t ' W N )

-i —». i —1. O —i O —». —i. —i. —».

O N> O fO O O 00 co co b ö co co b o -u -si O

%

(D <D c n c n c n o o r o r o - * r o o o c o c o o o _ « f f l o o ü i o a i M U ö i c o f f l S o o^ i - v i - v j - j - v i o o- v i o o o o o o o o , - * - ^ - C O C n c D G ^ - v I N J O O - N - ^ f O - v l l j J W M t O f O M M N j N J M M M M b b ' - v i ^ ^ w N O J i . J i . o o K o h o . , , - v j c n o o - v j o o o c n - ^ o o r o o o r o ^ j ; OD (D or CD CD IX k> CD 5 (D TT ÇD v> a> m O 3 a> 3* (O < Û) 3 zr a> 11 O a> (Q a» Q. a>' d a. (i) 3 2. o S 21 <5" ra 57 ca CD CJ1 K) ro N> fO NJ K) M Ni N) ro M N> 00 bi •t». CD Ül O) 00 CO CO 00 CO -vl co -vl co CO CJ1 —» -vi —>• O en O O A -U •P». po co co w -P». CO po 00 UI o> co 00 b CJ 00 -vl b -vl b cn 'o co b en cn a> 00 co co co co co co 00 co oo co co CO -vl O O co CT> 00 k> cn -P». cn -vl k> o b N0 ^•vl fO cn cn cn cn cn cn cn cn cn 4». •iv O b co cn -vl tO NO co 00 w o 4». "-J -vl cn 00 ro cn -P». 00 00 00 00 •Pk -Cv -tv -p». cn 00 b b 00 O _A co —i. ro oo 00 o 00 cn co N) O -Vj cn -P*. 00 ^1 —»• O S N - V | 0 ) 0 ) 0 ) 0 ) 0 ) 0 ) 0 ) 0 1 U 1 ^ w i . t û s b ) A N a i o ^ r o ^ n J O ) 0 ) 0 ) C O O O ) 0 ) M U 1 ^ ® ^ cn 4». 4». -P». -b. -C». •P». -N -P». 4^ -fv o 00 co 00 J*. ai co b ro O ro 00 ro ro 00 CT> cn NO a> 00 CD (D rr w CD a> 17 4*. CD a> ZT CJ1 CD <D 3 w o 3 00 00 po -v] -vl <J> -vl O a> CD a> ro co -vl ro o cn o co 00 ro o 00 -vl b .p». -vl cn cn ro ro co Ti CD

(12)

Bijlage 6

Analysecijfers volgroeid blad afkomstig van zand. Gehalten in mmol/kg droge stof.

tsehanaeiingen 1 2 3 4 5 G Elementen Na Z 2 2 2 2 2 K 1334 1702 1804 1780 1772 1752 Ca 406 352 352 334 312 306 Mg 192 128 106 106 102 96 P 172 158 150 148 149 152 Cl 254 220 216 188 151 128 N-totaal 3630 4134 4033 4092 4062 4080

NO

3 444 754 765 707 678 689 S-totaal 91 97 98 96 98 92

S0

4 6 8 8 7 6 7 Mn 0,63 0,52 0,55 0,56 0,52 0.54 Fe 1,92 1,98 1,90 1,94 1,94 1,97 Zn 0,90 0,92 1,01 0,88 1,02 0,86

B

3,74 2,76 2,96 2,48 2,15 1,94 % Droge stof 11,5 10,5 10,6 11,2 11,8 12,2

Analysecijfers volgroeid blad afkomstig van steenwolgranulaat. Gehalten in mmol/kg droge stof. behandelingen l z

4

b t> Elementen i\ia z 3 2 ó z z K 1268 1684 1740 1810 1764 1888 Ca 388 380 364 338 312 318 Mg 254 143 128 120 116 110 P 181 164 160 172 158 168 Cl 252 242 228 206 187 154 N-totaal 4035 4195 4211 4280 4246 4214

NO

3 482 708 712 735 716 720 S-totaal 96 99 102 106 103 96 S04 6 8 10 8 8 8 Mn 0,38 0,36 0,37 0,32 0,33 0,33 Fe 1,90 1,78 1,80 1,80 1,72 1,92 Zn 0,83 0,98 1,14 0,86 0,85 0,74

B

3,92 2,62 2,62 2,49 2,08 1,94 % Droge stof 11,2 10,6 10,8 10,9 11,4 11,6

(13)

Bijlage 7

Analyseresultaten bovengronds gewas van behandelingen 1, 2 en 5, zowel afkomstig van zand als steenwol granulaat. Gehalten in mmol/kg droge stof.

Elementen 1 Zand 2 5 Steenwolgranulaat 1 2 5 Na 78 38 16 117 16 22 K 498 1232 1054 612 1095 1092 Ca 104 162 112 112 126 116 Mg 48 66 46 66 48 51 P 72 90 63 97 73 68 Cl 54 68 41 54 57 46 N-totaal 736 1469 1044 1138 1170 1124

NO

3 176 593 512 358 579 568

S

20 38 25 26 24 26 Mn 0,34 0,72 0,28 0,27 0,29 0,24 Fe 1,04 1,94 2,42 1,51 2,10 1,30 Zn 0,31 0,58 0,40 0,24 0,30 0,40

B

1,26 1,70 1,10 1,28 1,17 1,12 % droge stof 13,9 13,6 15,1 14,0 13,7 15,3

(14)

BEDRIJFSLABORATORIUM VOOR GROND- EN GEWASONDERZOEK

MARIÉNOAAL 8 6861 WN OOSTERBEEK

ANALYSEVERSLAG

GRANULAIR ONDERZOEK 199. m. ö Oosterbeek, i ß j u l i 1 9 9 0 Aan Onde rzoeknumme rs Datum bemonstering Herkomst

Proefstation Naaldwijk,tav AL vd Bos, Zuidbroekweg 5 , Naaldwijk

104247

21-06-1990 Datum ontvangst: 25-06-1990

Onderzoeknummer 104247

Gegevens van het monster Zand­ bakken Laag in cm pH-KCl 7,8 In % van de stoofdroge grond Organische stof 1) 0,2 In % van de stoofdroge grond CaCÜ3 1,1 In % van de stoofdroge grond Afslibbaar 0 - 1 6 1,2 In % van de

stoofdroge grond Totaal zand 16 - 2000 97,5

In % van de minerale delen 0 - «16 1.2 In % van de minerale delen

* -

»

In % van de minerale delen # - » In % van de minerale delen » - 1» In % van de minerale delen 16 - SKn 0,2 In % van de minerale delen < # - 3« In % van de minerale delen 3* - X« In % van de minerale delen 50 - 75 0,3 In % van de minerale delen 75 - 105 0,6 In % van de minerale delen 105 - 150 2.2 In % van de minerale delen 150 - 210 7,3 In % van de minerale delen 210 - 300 14,6 In % van de minerale delen 300 - 420 26,4 In % van de minerale delen 420 - 600 27,8 In % van de minerale delen 600 - 850 14,2 In % van de minerale delen 850 - 1200 4,7 1200 - 1700 0,7 M U 29 Vocht g/100 q l d r . 0,13 ' 1) Gl o e i v e r l i e s - m e t h o d e Fractiegrenzen in au ESM 7-012-200-1-'87

(15)

t.a.v. Alex v.d. Bos Kruisbroekweg 5 Postbus 8 2670 AA Naaldwijk Nederland Telefoon 01740-36700 Telefax 01740-36835 Uw brief van Uw kenmerk Ons kenmerk

Onderwerp Uitgebreid fysisch onderzoek

Naaldwijk, 10 januari 1990

Monsteraanduiding : Steenwolgranulaat 75(wo):25(wa)

Monsterplaats Naaldwijk

Vocht; gewichtsfractie : 1 %

Organische stof; gewichtsfractie : 0 %

Buikdichtheid (*); als droog materiaal : 232 kg/m3

Poriën (*); volumefractie : 91.3 %

Krimp (*); relatieve volumevermindering : %

Bij drukhoogten (cm) -3.2 -10.0 -15.8 -31.6 -50.1 -100.0

Water; volumefractie (%) 74.5 72.1 62.5 52.3 25.7 7.1

Lucht; volumefractie (%) 16.8 19.2 28.8 39.0 65.6 84.2

(*) in bevochtigd materiaal bij -3.2 cm drukhoogte.

Bij deze doen wij U de analyseresultaten van het uitgebreide fysisch onderzoek toekomen. Gerrit Wever en Marianne Pon.

Behandeld door Doorkiesnummer

Verzoeke bij beantwoording datum en ons kenmerk te vermelden.

Postbank nummer 293110 Rabobank Midden-Westland, Naaldwijk

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Als het goed is, wordt dan niet alleen recht gedaan aan wat God vraagt, maar bewijst de overheid zo ook een dienst aan alle burgers, die dan gerust en veilig door het leven

Texts and images are used to look at the way the ancient Egyptians perceived and treated ‘the other’ (their neighbours and foreigners such as the Asians, Kushites and Libyans)..

te deponeren is het gewenst dit steenwolgranulaat eerst door en door nat te maken, l/oor het oppotten plaatsvindt worden de potten uiteraard geheel nat gemaakt, In het water

A-cijfers van de vochttrappen en grammen veldvochtige grond met daar­ aan toegevoegd; water om porties vochtige grond te bereiden waarin 100 gram (200) vocht is voorgelegd.. In

De clustering heeft geresulteerd in de nieuwe BOdemFysische EenhedenKaart (BOFEK2012) met 72 verschillende eenheden. Elke BOFEK-eenheid bevat één of meer bodemtypen van de

De samenstelling van de fauna op een zekere plek wordt dan ook in verregaande mate bepaald door het ruimtelijk voorko- men van verschillende soorten van planten, het specifiek

CONCLUSIES 11

Kwaliteit en kleur: wit, vast, bonkig, grofkorrelig en hoogrond met een enkele platte erbij alsmede enkele crême-kleurige kolen. No.3 : Produktietijd: vroeg