• No results found

Bladschimmelbestrijding suikerbieten

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Bladschimmelbestrijding suikerbieten"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Pagina 71 Gewasbescherming jaargang 41, nummer 2, april 2010

Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[

ARTIKEL

Het heeft geen zin om bladschimmels te bestrij-den als er nog geen aantasting door de ziekten cercospora, roest, echte meeldauw of ramularia wordt aangetroffen. IRS ontwikkelde samen met Opticrop/Agrovision een bladschimmelad-viesmodel dat telers helpt om de suikerbieten op kritieke momenten te inspecteren en zo het juiste moment van spuiten nauwkeurig te bepalen. Pas als er sprake is van aantasting, wordt overgegaan tot het uitvoeren van een bestrijding. Naar verwachting spuiten telers hierdoor effectiever, en uiteindelijk ook minder vaak. Het gebruik van gewasbeschermingsmid-delen zal hierdoor afnemen, wat goed is voor de portemonnee van de ondernemer en minder milieubelasting veroorzaakt.

Een scala aan bladschimmels vormt een hard-nekkige bedreiging voor de suikerbietenoogst. Aantasting door Cercospora, de meest voorko-mende bladschimmel, kan leiden tot een op-brengstreductie van wel 40%. Daarnaast komen ook echte meeldauw, ramularia en roest bij suikerbieten voor. Om bladschimmels zo effec-tief mogelijk te bestrijden is het belangrijk op het juiste moment te spuiten.

Te late bestrijding kan tot minder suikerop-brengst leiden, maar ook te vroeg spuiten is niet zinvol en dus weggegooid geld. In de praktijk blijkt het vaak moeilijk om het juiste moment van bestrijding te vinden.

Om dit moment zo nauwkeurig mogelijk te bepalen ontwikkelde IRS, het kennis- en on-derzoekscentrum voor de suikerbietenteelt, in samenwerking met Opticrop/Agrovision een bladschimmeladviesmodel. Dit model berekent met behulp van de weersgegevens de infectie-kans voor Cercospora, Ramularia en roest- en meeldauwschimmels. Is er volgens de bereke-ning kans op infectie, dan weet de teler dat hij het gewas moet controleren en bij de eerste aantasting moet spuiten.

Praktijkdag Vredepeel

IRS en PPO voeren al verschillende jaren praktijk-proeven en demonstraties uit om te onderzoeken wat de meest effectieve aanpak van bladschimmels is. De helft van de achttien proeven in de afgelo-pen vier jaar zijn uitgevoerd en gedemonstreerd in samenwerking met Telen met toekomst. Data uit de proeven zijn ook gebruikt om het model te verfijnen.

In een veldproef op PPO-onderzoekslocatie Vrede-peel werden in 2009 verschillende objecten aange-legd. Eén object werd niet behandeld, drie

objec-Bladschimmelbestrijding

suikerbieten

Effectief spuiten met bladschimmeladviesmodel

Gerard Meuffels1 en Jurgen Maassen2

1 Praktijkonderzoek Plant & Omgeving, onderdeel van Wageningen UR

2 IRS

(2)

Pagina 72 Gewasbescherming jaargang 41, nummer 2, april 2010 Mededelingenblad van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging

[

ARTIKEL

ten werden preventief bespoten en tenslotte werd een object behandeld volgens het bladschimme-ladviesmodel. De praktijkproef was mede gericht op de praktijkdag Suikerbieten en Energieboer-derij die in september georganiseerd werd door PPO, IRS en DLV Plant. Op de praktijkdag werden bladschimmelziekten onder de aandacht van telers gebracht. De bezoekers werden geïnformeerd over het belang van tijdige controle en hoe ze verschil-lende aantastingen beter kunnen herkennen zodat ze op het juiste moment kunnen bestrijden. Dit maakt kalenderspuiten overbodig, met als resultaat kostenbesparing en minder milieubelasting. Uit de bezoekersevaluatie van de praktijkdag bleek dat bladschimmels voor zestig procent van de respon-denten reden was om de praktijkdag te bezoeken. Het onderdeel bladschimmels werd door ruim negentig procent als nuttig tot zeer nuttig ervaren.

Resultaten

2009 was een goed jaar voor suikerbieten en minder gunstig voor de bladschimmel. Het was betrekkelijk droog en warm tot laat in het seizoen. Omdat bladschimmels onder deze omstandig-heden weinig kans krijgen, waren de verschillen tussen de objecten gering. Zelfs de opbrengst van

het onbehandelde proefveld lag niet ver onder dat van de andere behandelde velden. Conclusie is dat spuiten op vooraf vastgestelde data – kalender-spuiten – onder deze omstandigheden nauwelijks toegevoegde waarde heeft.

Uit meerjarige proeven komt een duidelijke trend naar voren dat op het juiste moment spui-ten bestrijdingsmiddel en kosspui-ten bespaart. Het bladschimmeladviesmodel kan hierbij helpen. Het model berekent de infectiekans door bladschim-mels. Hierdoor kunnen telers op het juiste moment controleren op aantasting, en over gaan tot spuiten als ze inderdaad aantasting constateren. De afgelo-pen vier jaar hebben IRS en Telen met toekomst sa-mengewerkt aan de bewustwording en herkenning van bladschimmels in bieten bij zowel bietentelers als adviseurs. Door onder andere praktijkmidda-gen, praktijkdapraktijkmidda-gen, presentaties en een flyer.

Waarschuwingsdienst

Het bladschimmeladviesmodel wordt ook gebruikt als hulpmiddel bij de bladschimmelwaarschu-wingsdienst. Hierbij worden vroege signalen van het model gebruikt om de Agrarische Diensten van Suiker Unie en telerscoöperatie CSV COVAS te at-tenderen op infectiekansen. Deze diensten kunnen vervolgens gerichte controles van bietenpercelen uitvoeren. Vinden zij daadwerkelijk aantastingen, dan stuurt de suikerindustrie een sms naar de telers in dat gebied.

Voor meer informatie over bladschimmels, demo-proeven en het model, zie

www.irs.nl/bladschimmel.

“Spuiten is pas zinvol als

aantasting door bladschimmel

daadwerkelijk geconstateerd is.”

Schoner oppervlaktewater in

maïsteeltgebieden

Harm Brinks1 en Brigitte Kroonen-Backbier2

1 DLV-Plant

2 Praktijkonderzoek Plant & Omgeving, onderdeel van Wageningen UR

Het is mogelijk om de emissie van maïsherbici-den naar het oppervlaktewater terug te drin-gen. Dat blijkt uit bemonstering van oppervlak-tewater in twee Brabantse gebieden. Het aantal overschrijdingen van de maximale toegestane

concentratie is er in 2009 sterk afgenomen.

In Zuidoost-Nederland komt een aantal maïs-herbiciden soms nog in te hoge concentraties in het oppervlaktewater voor. Waterschap Aa

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In the healthy male and female volunteers, the attenuation and scatter corrected myocardial SPECT images showed an improvement in the homogeneity of the counts distribution compared

SME Growth  Sales  Employment  Asset Firm characteristics  Age of the business  Size of the business Personal characteristics  Gender  Age

Aangesien destyds in verband met onderwyserssalarisse selde iets op die begroting geplaas is waar die onderwyser nie werklik reeds werksaam was nie, kan ons dus

A sample of export readiness questionnaires from various countries were drawn in order to establish the measurement of export readiness in other countries as well

Optimal utilisation of a three-chamber pipe feeder system 13 Pump Settler 3CPFS Cold water Warm water Level division line.. Legend Connectors Dam Pressure reducing valve

Describe, as applicable, the project layout (e.g. how many human participants / animal subjects and what classification into test groups is planned), what type and how

• “De daling van de landelijk gemiddelde depositie van verzurende stoffen zet sinds 2002 niet meer door.. • De zure depositie ligt daarmee nog ruim boven de doelstelling van

• “De daling van de landelijk gemiddelde depositie van verzurende stoffen zet sinds 2002 niet meer door. • De zure depositie ligt daarmee nog ruim boven de doelstelling van