'Waarom
hulp
niet
dodelijk is
maar
helpt'
lngekorte versie van het artikel door
Paul
Hoebink, in dagblad Trouw, 22/10/2009Econome Dambisa Moyo is oneerlijk over ontwikkelingshulp en heeft geen oplossingen.
Ze heeft in haar literatuurlijst wetenschappelijke
publicaties staan, waaruit het tegendeel naar voren komt van wat zij beweert over ontwikkelingshulp. Die studies geven namelijk aan, voor wat zij waard zijn, dat
ontwikkelingshulp wel degelijk bijdraagt aan economische groei en sociale vooruitgang. Zij citeert verder cijfers uit
rapporten van de Wereldbank die in die documenten helemaal niet terug te vinden zijn. Het gaat, kortom, Moyo
er helemaal niet om om met een eerlijke en zuivere redenering te komen. Het gaat haar slechts om wat schoppen en slaan.
Zijwil
scoren doorontwikkelingssamenwerking in een negatieÍ daglicht te plaatsen.
Dambisa Moyo overdrijft vreselijk. Alle kwalen die AÍrika kent, zo stelt ze, zijn veroorzaakt door ontwikkelingshulp. Oí het nu gaat om zwakke economische groei, corruptie en corrupte leiders, of een
zwakke ontwikkeling van de democratie en het uitblijven van groei van het maatschappelijk middenveld: het is allemaal de schuld van de hulp. Bij deze redenering kun je drie opmerkingen
maken.
ïen
eerste: waarom zijn die problemen niet opgetreden bij landen die veel afhankelijker zr1n geweestvan ontwikkelingshulp dan Afrikaanse landen (zoals Zuid-Korea en Taiwan)? Blijkbaar is dan
hulpafhankelijkheid niet het probleem, maar wel de manier waarop regeringen en donoren met hulp
omgaan.
Ten tweede: sub-Sahara Afrika is helemaal niet achtergebleven, er is geen stagnatie. Er zijn vele
tekenen van groei, zeker in die landen die een beetje politiek stabiel zijn geweest. Die vooruitgang is
er op de terreinen van gezondheidszorg en onderwijs, maar er is ook economische groei.
Ontwikkelingshulp heeft op een aantal van deze terreinen een belangrijke rol gespeeld.
Ten derde: ontwikkelingshulp kan nooit doorslaggevend zijn, gezien de minieme bedragen waar het
uiteindelijk om gaat. De sommetjes lopen uiteen, maar in het beste geval heeft het Westen in de
afgelopen zestig jaar zes dollarcent per dag gegeven per inwoner van de armste landen aan
ontwikkelingshulp. Zelfs in een absoluut hulptopjaar is het in het meest hulpafhankelijke land van dit moment, Mozambique, niet meer dan 12 dollarcent. Kun je met zo'n minieme bijdrage wonderen verrichten?
Moyo biedt geen oplossingen. Haar recepten waar landen in Afrika dan wel hun middelen moeten vinden om ontwikkeling te financieren, zijn belegen en al met niet veel of negatief gevolg
uitgeprobeerd. Zo raadl ze Afrikaanse landen aan om maar op de internationale kapitaalmarkt te
lenen, want, zo stelt ze, dat is Gabon en Ghana toch ook gelukt. Dat deze landen in een speciale positie zaten, omdat er olie te vinden is, geeft ze niet aan. Nog minder dat dit uitermate duur is (in
verhouding tot de 'gratis' ontwikkelingshulp) en al helemaal niet dat veel ontwikkelingslanden vanaf de
jaren twintig van de vorige eeuw in grote problemen zijn gekomen, keer op keer, omdat ze leenden bij
de banken.
Kortom, Dambisa Moyo provoceert met een groot tekort aan argumenten. Het raadsel is wel waarom
ze daarvoor zoveel gehoor vindt, juist bij de media die stellen dat kwaliteit en zorgvuldige analyse bij
hen de boventoon voert. Dat ligt, in ieder geval in dit land, waarschijnlijk buiten de
'Afrika verdient
beter'
lngekorte versie van interview door S. Nourhussen, dagblad Trouw, 13/10/2009,
Met haar boodschap dat er een eind moet komen aan
Afrika's hulpverslaving om het continent uit de
armoede te trekken doet de Zambiaanse econome Dambisa Moyo (40) veel stof opwaaien in de wereld van ontwikkelingssamenwerking.
ln'haar bestseller'Dead Aid' (uitgeverij Penguin,
2009) beschrijít ze dat ontwikkelingshulp aan Afrika niet werkt. Volgens haar is dit financiële
eenrichtingsverkeer de grootste oorzaak van de
groeiende armoede op het continent. Afrika's weg uit de armoede ligt volgens Moyo in handel, rechtstreekse buitenlandse investeringen, de kapitaalmarkten en microfinanciering.
Wat als Afrikaanse staatshoofden een telefoontje zouden krijgen van de donoren dat de hulpkranen over vijf jaar worden dichtgedraaid, fantaseert Moyo in haar boek. Dan zou in ieder geval de corruptie drastisch afnemen, meent ze. De kapitaalmarkten zijn minder vergevingsgezind. Kredietverstrekkers zullen nooit meer geld lenen na een slechte ervaring. Moyo: ,,Het westen staart zich blind op
democratie in Afrika. Maar door geld naar Afrikaanse leiders te sturen, maak je de bevolking juist
monddood. Zolang er gratis geld blijft komen, maken de leiders zich niet druk om het bevorderen van werkgelegenheid of ondernemerschap omdat ze niet afhankelijk zijn van belastinggeld, de enige duurzame weg naar democratie."
De inhoud van haar boodschap is niet nieuw, erkent Moyo zelf. ,,Veel van de cijfers komen van
bestaande onderzoeken van het lnternationaal Monetair Fonds (lMF) en de Wereldbank. Deze instellingen weten heel goed dat de ontwikkelingshulp die zij bieden niet werkt. Dat is juist het
frustrerende van het verhaal. lk wil dat het grote publiek, de belastingbetaler en de donateur in het
westen, maar vooral ook de ontvanger in Afrika, dat ook weet."
Vanuit de toch al met uitsterven bedreigde ontwikkelingswereld klinken uiteraard forse bezwaren. Een
neoliberaal met te simpele oplossingen, wordt Moyo genoemd. Stoppen met hulp zou vele Afrikanen de dood in jagen. De gezaghebbende Amerikaanse ontwikkelingseconoom Jeffrey Sachs, Moyo's professor aan Harvard nota bene, moet van haar geloof in de vrije markt ook weinig hebben. ,,Er wordt
mij kortzichtigheid venrveten", zegt Moyo. ,,Maar feit is dat na zestig jaar ontwikkelingshulp en 1000
miljard dollar Afrika niet rijker, maar stukken armer is geworden. "
Ook in Afrika reageert men verdeeld. "Moyo heeft geen idee van hoe het er in Afrika aan toegaat", zei
de Ghanese ex-president John Kufuor, een gerespecteerde staatsman. Paul Kagame, de leider van Rwanda en een voorstander van afzwakking van ontwikkelingshulp, is juist een groot fan van Moyo.
Waarschijnlijk niet in de laatste plaats omdat Rwanda in 'Dead Aid' als schoolvoorbeeld geldt voor wat er mogelijk is in Afrika. ,,Rwanda heeft een groeicijfer van 6 procent. De wegen daar, de gebouwen, haast on-Afrikaans. Kagame heeft enerzijds het lef om te bezuinigen op zijn ambtenaren en anderzijds met succes buitenlandse bedrijven te overtuigen in Rwanda te investeren."
Moyo's pleidooi lijkt in essentie te gaan om de twee maten waarmee het westen meet als het Afrika betreft. ,,Afrikanen hebben dezelfde behoeftes, dromen en ambities als ieder ander op deze aarde",
benadrukt Moyo. ,,Maar waarom is de manier waarop het westen aan armoede ontsnapte voor Afrika onverantwoord? Ondanks alle ontwikkelingen zijn er meer arme mensen in China en lndia dan in alle Afrikaanse landen bij elkaar. Maar toeristen en investeerders blijven niet weg uit China en lndia." Dezelfde ergernis heeft Moyo bij de opkomst van de glamourhulp. ,,Mensen zoals Bono en Bob Geldof
hebben onrechtvaardigheid aan de kaak gesteld. Maar Amerikanen of Engelsen zouden het nooit pikken als Madonna of Mick Jagger wel even met hun eigen wereldleiders zouden gaan praten op