• No results found

Scheppen van ruimte : eigenschappen en afzetkansen van riet voor duurzame productie, een verkennende studie research guidance, de rode draad bij systeeminnovaties

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Scheppen van ruimte : eigenschappen en afzetkansen van riet voor duurzame productie, een verkennende studie research guidance, de rode draad bij systeeminnovaties"

Copied!
30
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)Omsl_nota434.qxp. 20-02-2007. 09:28. Pagina 1. n a v n e p p e h sc. e t m i u r. systeeminnov aties voor duurzam e voed selpro ducti e. Scheppen van Ruimte Eigenschappen en afzetkansen van riet voor duurzame productie: een verkennende studie Research Guidance, de rode draad bij systeeminnovaties. F.A. Geerling-Eiff. Nota 434.

(2)

(3) Scheppen van Ruimte. Eigenschappen en afzetkansen van riet voor duurzame productie: een verkennende studie Research Guidance, de rode draad bij systeeminnovaties F.A. Geerling-Eiff 1. 1. Wageningen UR, LEI. Plant Research International B.V., Wageningen januari 2007. Nota 434.

(4) © 2005 Wageningen, Plant Research International B.V. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Plant Research International B.V.. Scheppen van Ruimte. Systeeminnovaties voor duurzame voedselproductie Binnen Scheppen van Ruimte wordt vanuit verschillende disciplines onderzoek gedaan op het gebied van duurzame voedselproductie met als doel ruimte te scheppen. Ruimte wordt in toenemende mate een schaars goed. Zowel nationaal als mondiaal is er sprake van een gevecht om deze schaarse ruimte tussen claims vanuit diverse hoeken waaronder landbouw, natuur en recreatie, energieproductie, stedelijke ontwikkeling en waterberging. Duurzame voedselproductie kunnen we niet los zien van duurzaam ruimtegebruik. Systeeminnovaties zijn nodig om het ruimteconflict tussen de verschillende functies te verzachten. De voedselproductie-functie moet ruimte scheppen voor andere functies. Scheppen van Ruimte werd tot en met 2003 gefinancierd door instituuts- en verkennende SEO gelden. Vanaf 2004 vanuit de Kennisbasis gelden. Dit onderzoeksprogramma liep van 2002 tot en met 2006.. Deelnemende Wageningen UR onderdelen: • • •. Plant Research International Agrotechnology & Food Sciences Group LEI. Contactpersoon: Irene Gosselink Plant Research International Postbus 16 6700 AA Wageningen Tel. : 0317 - 475731 Fax : 0317 - 423110 E-mail : irene.gosselink@wur.nl Internet : www.scheppenvanruimte.nl. © 2007 Plant Research International B.V., Agrotechnology & Food Sciences Group B.V., LEI B.V. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Plant Research International B.V..

(5) Inhoudsopgave pagina. 1.. 2.. 3.. Inleiding. 1. 1.1 1.2 1.3. 1 1 1. Rietcultuur. 3. 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 2.8 2.9 2.10. 3 3 3 3 4 4 5 5 6 6. Wat is riet? Eigenschappen van riet Rietsnijden Toepassing van het product riet Prijs en kosten van riet Vakmanschap met riet Rietlocaties Terreinbeherende organisaties Commerciële rietoogst Typen rietmoeras en rietoogst. Beelden over marktkansen van riet voor duurzaam gebruik 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8 3.9 3.10. 4.. Doelstelling en achtergrond Methodiek Leeswijzer. Inleiding Beelden vanuit riettelersvereniging SKHKR Beelden vanuit Natuurmonumenten Centraal Beelden vanuit de Provincie en Staatsbosbeheer Friesland Beelden vanuit de Agrarische Natuurvereniging Den Hâneker Beelden vanuit het gebied De Wieden, Noord-Overijssel Beelden vanuit De Biesbosch, Zuid-Holland Beelden vanuit Westbroek, Molenpolder en Tienhoven, Utrecht Beelden vanuit het Zuid-Hollands landschap Het verbrandingsproces en kansen voor alternatieve aanwending van restriet. Conclusies en aanbevelingen. Literatuur. 7 7 7 8 8 9 10 10 10 11 11 13 15. Bijlage I.. Gebruikte Vragenlijsten. 1 p.. Bijlage II.. Namen en adressen organisaties van geïnterviewden. 1 p.. Bijlage III.. Riet in het gebied De Weerribben, Noord-Overijssel. 1 p..

(6)

(7) 1. 1.. Inleiding. 1.1. Doelstelling en achtergrond. In deze publicatie zijn de resultaten beschreven van het Wageningen UR onderzoek naar eigenschappen en de afzetkansen van riet ter ondersteuning van de aanwending van de plant voor duurzame productie (doelstelling). Dit onderzoek is uitgevoerd binnen het LEI Wageningen UR project Research Guidance (letterlijk vertaald: onderzoeksbegeleiding) voor ondersteuning van het PRI Wageningen UR onderzoek Microbiële rijping van substraten. De doelstelling van het PRI-project is tweeledig: 1. Onderzoek naar micro-organismen die fytotoxische stoffen om kunnen zetten. 2. Sturing van de microflora door toevoeging of stimulering van micro-organismen met als doel een plantengroeibevorderend of ziektewerend substraat te produceren. Als inputproduct zijn de mogelijkheden van de plant riet bekeken. In deze rapportage zijn specifiek (sociaal-economische) afzet- en verwerkingsmogelijkheden van het product riet belicht, gezien door de ogen van verschillende experts in het rietveld. Dit ter informatie en ondersteuning van het PRI-onderzoek. Zodoende is gestreefd om bètaen gamma-onderzoek met elkaar te verweven wat een doelstelling is van het project Research Guidance. In dit project wordt ondersteuning geboden voor de maatschappelijke inbedding van (technische) onderzoeksresultaten. De onderzoekers krijgen zo een handreiking voor de (maatschappelijke) bepaling van de acceptatie van nieuwe technieken waaraan zij werken. Research Guidance geeft aan met welke maatschappelijke context rekening gehouden moet worden en bewerkstelligt, zoals genoemd, de interactie tussen bèta-gamma-wetenschappers. Dit gezamenlijke onderzoek maakt tot slot onderdeel uit van een koepel, het Wageningen UR Kennisbasis-onderzoeksprogramma Scheppen van Ruimte. In dit programma wordt vanuit verschillende disciplines onderzoek gedaan op het gebied van duurzame groene productie met als doel ruimte te scheppen. Ruimte wordt in toenemende mate een schaars goed. Zowel nationaal als mondiaal is er sprake van een gevecht om deze schaarse ruimte tussen claims vanuit diverse hoeken waaronder landbouw, natuur en recreatie, energieproductie, stedelijke ontwikkeling en waterberging. Duurzame groene productie kunnen we niet los zien van duurzaam ruimtegebruik. Systeeminnovaties zijn nodig om het ruimteconflict tussen de verschillende functies te verzachten. De productiefunctie moet ruimte kunnen scheppen voor andere functies.. 1.2. Methodiek. Voor dit onderzoek zijn bureauonderzoek en 10 semi-gestructureerde interviews gehouden. De vragenlijst is opgenomen in Bijlage I en de namen van de organisaties van de geïnterviewde personen staan beschreven in Bijlage II (persoonlijke namen zijn omwille de vertrouwelijkheid niet weergegeven).. 1.3. Leeswijzer. In hoofdstuk 2 wordt de plant riet nader gedefinieerd en is beschreven aan de hand van bureauonderzoek wat de eigenschappen van de plant zijn en de afzetmogelijkheden. In hoofdstuk 3 zijn de beelden geschetst van de geïnterviewden (diverse betrokkenen in het rietveld) over de afzetkansen van riet voor duurzame productiedoeleinden. Tot slot zijn in hoofdstuk 4 conclusies en aanbevelingen weergegeven. Dit rapport is bestemd voor de lezer die meer wil weten over riet als product en de beelden van experts op dit gebied over de (sociaal-economische) afzet- en verwerkingsmogelijkheden hiervan..

(8) 2.

(9) 3. 2.. Rietcultuur. Om een algemene indruk te geven welk gewas riet precies is en hoe er in Nederland met riet wordt omgegaan, is allereerst een bureaustudie uitgevoerd naar definitie, eigenschappen, rietsnijden, toepassing van het product, prijs en kosten, vakmanschap, rietlocaties, terreinbeherende organisaties, commerciële rietoogst, typen rietmoeras en rietoogst.. 2.1. Wat is riet?. Riet of echt riet (Phragmites australis of Phragmites communis) is een grassoort die dominant aanwezig is aan waterkanten. Rietgras lijkt in het vegatieve stadium zeer veel op riet, maar heeft een vliezig tongetje in plaats van haartjes. Riet breidt zich op drie manieren uit: door zaad, door wortelstokken en door runners. Dit zijn horizontale stengels waarbij op de knopen een nieuwe plant ontstaat. De plant komt ook als exoot in de Verenigde Staten van Amerika voor. Daar geldt het als een onkruid (nl.wikipedia.org). Het bovengrondse deel sterft in de winter af. De wortelstok loopt in het voorjaar weer uit. Riet moet elk jaar gemaaid worden, omdat het rietland anders ‘verlandt’ (www.riet.com). Dood riet kan zich ophopen en later verworden tot rietveen. Dit mechanisme wordt in kleimoerassen tegengegaan wanneer het moeras droog valt. Het organische materiaal breekt dan zeer snel af (nl.wikipedia.org).. 2.2. Eigenschappen van riet. Riet kan 1 tot 3 meter hoog worden. De stengel staat stijf rechtop en het 1 tot 3 cm brede blad met spits toelopende top, is grijsgroen. Op de grens van de bladschede en de bladschijf zit een tongetje (ligula) in een krans van haartjes. De plant bloeit van juli tot oktober met een 15 tot 40 cm lange, sterk vertakte, purperkleurige of bruinachtige pluim, die recht opstaat of later aan de top kan gaan overhangen. De aartjes zijn tot 15 mm lang, bevatten twee tot zes bloempjes en zijn erg harig. De plant groeit in het water of aan de waterkant op natte, zoete tot brakke grond, maar komt ook voor langs spoorwegen en in akkerranden of als onkruid in bouwland. Na de drooglegging van de IJsselmeerpolders werd eerst riet ingezaaid dat na enkele jaren de grond geschikt maakte voor de landbouw (nl.wikipedia.org). Riet weegt circa 130 kilogram per kubieke meter, indien strak verwerkt. Het gewicht van bijvoorbeeld een vierkante meter rietdak van 30 cm dikte is ± 45 kg (exclusief onderconstructie). De warmtegeleidingcoëfficiënt (de lambda-waarde) van riet is 0,20 (W/mK). Het diffusieweerstandsgetal van riet is 3 (www.riet.com).. 2.3. Rietsnijden. Riet kan alleen in de winter worden gesneden, het blad moet er af zijn. Het seizoen loopt van half december tot en met half april (begin broedseizoen). Met behulp van een kleine tweewielige tractor wordt het riet gemaaid. Vervolgens wordt het bij elkaar gesjouwd en grof gesorteerd (lang bij lang, kort bij kort). Dan moet het riet worden schoongemaakt. Met een speciaal soort mes worden andere planten er tussen uit ‘gekamd’. Tot bossen gebonden riet wordt langs de kant van de sloot opgestapeld. In april / mei wordt het riet met een schuit naar de kant gebracht en op schelft gezet (www.rietsnijden.com).. 2.4. Toepassing van het product riet. Wanneer riet jaarlijks gemaaid wordt dan kan het gebruikt worden als dakbedekking of voor het maken van rietmatten en rietschermen. Overjarig riet is hiervoor niet geschikt. Speciale rietsoorten worden gebruikt voor bepaalde muziekinstrumenten, zoals de hobo, klarinet, fagot en saxofoon (rietblazers). Het blazen door (een klein stukje van) het riet brengt de toon voort. Wanneer verontreinigd water door een rietland geleid wordt dan wordt dit door het riet gereinigd (helophytenfilter). Er zijn zwembaden die in plaats van allerlei mechanische en chemische middelen water.

(10) 4. zuiveren in een rietveld. Ook zie je bij verkeerspleinen vaak dat een rietveld aanwezig is. Het gemaaide riet is weliswaar verontreinigd, maar het water is meestal dusdanig gereinigd dat het op het oppervlaktewater geloosd kan worden. Tot slot wordt riet in Nederland gebruikt voor het vasthouden van stuifzanden en rond rioleringen (nl.wikipedia.org).. 2.5. Prijs en kosten van riet. Er zijn verschillende typen riet: • Nieuw dakriet: de hoogste kwaliteit wordt geleverd in bossen van 3-4 kg die gebundeld worden tot grotere bossen. De prijs is minimaal € 2,- per bos, wat neerkomt op een partij van € 500,- tot € 625,- per ton droog riet. Voor de volgende typen is de prijs waarschijnlijk 0 of negatief: • Afval of restriet bij vernieuwing van daken. • Oud riet dat vrijkomt bij vernieuwing van rieten daken. • Riet dat langs sloten en vaarten gemaaid wordt en gebruikt kan worden voor compostering. • Riet dat vrijkomt bij het schonen van riet op het veld (bladeren en andere planten) dat verbrand werd. • Riet van rietfilters. Ter illustratie, Frysk Gea verpacht rietland in Friesland. Deze pacht bedroeg (in maart en februari 2006) circa € 500,- per ha mits het voor 1 maart en 1 april gemaaid werd. Dit om vroeg maaien te stimuleren in het belang van de vogelstand.. 2.6. Vakmanschap met riet. De rietbranche kent een aantal beroepen. Ten eerste het rietdekken. Dit ambacht wordt (nog) vaak van vader op zoon overgedragen. Er zijn in Nederland ongeveer 350 rietdekbedrijven. Deze bedrijven zijn veelal klein. De gemiddelde bedrijfsgrootte bedraagt 2,4 man. Binnen de branche wordt daarom regelmatig samengewerkt. De grootste bedrijven werken met ongeveer 15 man. Het gros van de bedrijven (65%) heeft zich verenigd in de Vakfederatie Rietdekkers (www.riet.com). Ten tweede de rietteelt. De rietteelt zorgt voor de meeste telers voor een gedeelte van het inkomen omdat de oogst van riet slechts in de wintermaanden kan plaatsvinden.(van januari tot april). Veel riettelers combineren het beroep met dat van rietdekker of landbouwer. Ook zijn er zogenaamde ‘zaterdagsnijders’. Riettelers hebben zich verenigd in: • de Algemene Vereniging voor de Rietcultuur in Nederland (AVRN) en • de Stichting Kenmerk Herkomst Kalenberger Riet (kop van Overijssel). Riet wordt in Nederland nog volop geteeld. Niet alleen levert dit volgens velen het beste riet op voor het rieten dak maar ook worden op deze wijze veel natuurgebieden onderhouden. Een rietland dat niet gemaaid wordt verlandt binnen een paar jaar en wordt een wilgenbos. De natuurwaarde van een dergelijk gebied gaat dan flink achteruit (www.riet.com). Volgens de AVRN is het tegengaan van het verlanden van het rietland essentieel. Jaarlijks wordt veel geld geïnvesteerd in het afgraven van het rietland. Het afgraven van rijke gronden betekent een verschraling van het rietland. Op schrale grond groeit het riet langzaam en wordt de structuur van het riet fijner en harder. Ons natte Nederland heeft veel streken waar riet onder optimale grond en watercondities kan uitgroeien tot eerste soort dekriet (www.rietpromotie.nl). Ten derde zijn in Nederland een 14-tal riethandelaren werkzaam. Het merendeel van deze bedrijven heeft zich verenigd in de Bond van Riethandelaren in Nederland. Het zijn vooral de riethandelaren die vraag en aanbod van riet bij elkaar brengen. Zij doen dit zowel in Nederland als in de rest van Europa. Opslag en transport zijn de hoofdkenmerken van de riethandel. De logistiek van dakriet omvat 11,5 ton riet per vrachtwagencombinatie (www.riet.com)..

(11) 5. 2.7. Rietlocaties. In Nederland komt toepasbaar riet vooral uit de kop van Overijssel (de Wieden en de Weerribben, de omgeving van Giethoorn, Vollenhove en Belt-Schutsloot) en daarnaast uit: • Friesland (de Makkumerwaard); • Noord Holland; • Stellendam; • Nieuwkoopse plassen; • de grote rivieren. Ongeveer 75% van het in Nederland verwerkte riet komt uit het buitenland. De Nederlandse riethandel importeert riet uit Hongarije, Oostenrijk, Roemenie, Turkije en Polen. Een gedeelte van het geïmporteerde riet wordt overigens weer uitgevoerd naar Denemarken, Duitsland en Engeland (www.riet.com). Hongarije is bijvoorbeeld een grote exporteur van dekriet naar West-Europa (levert voornamelijk aan Nederland en Duitsland). De huidige productie wordt geschat op circa 3.000.000 bossen riet per jaar (circa 300.000 kubieke meter rieten dak). Riet groeit overigens in bijna geheel Hongarije met uitzondering van het bergachtige noorden van het land (http://www.prosman.com/hongarije.htm).. 2.8. Terreinbeherende organisaties. Het Nederlandse rietlandareaal is vooral in beheer bij de terreinbeherende organisaties Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer. Een klein areaal is in beheer bij de Provinciale Landschappen. Bij deze organisaties is geïnventariseerd hoeveel arealen rietland er in Nederland aanwezig is (Jansen en Kuiper, 2004, zie Tabel 1).. Tabel 1.. Oppervlakte rietland uitgesplitst naar terreinbeherende organisaties.. Terreinbeherende organisatie. Areaal rietland. Staatsbosbeheer Natuurmonumenten Provinciale Landschappen. 2.835 2.600 144. Totaal. 5.579. Bij de rietlandbeheerders van Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer is in het onderzoek van Jansen en Kuiper (2004) tevens geïnventariseerd welke oppervlakte rietland de komende jaren geplagd zou moeten worden en hoeveel open water er gemaakt zou moeten worden (Tabel 2).. Tabel 2.. Areaal plaggen en open water maken in de grootste rietlanden.. Rietland. Weerribben Wieden Vechtplassen Naardermeer Nieuwkoopse plassen. Open water maken (ha/jaar) Elzenbroekbos Rietland 10 10 0,5 2. 10 0,5 0,05 7. Plaggen (ha/jaar). 30 20 0,05.

(12) 6. 2.9. Commerciële rietoogst. In discussies over rietbeheer worden verschillende begrippen al dan niet commercieel gebruikt zoals rietteelt, rietoogst en rietsnijden. Een duidelijke afbakening van begrippen is hier op zijn plaats. Men spreekt doorgaans van ‘rietteelt’ indien op afzonderlijke rietpercelen waterpeil en andere omstandigheden worden geoptimaliseerd om een zo goed mogelijke rietkwaliteit te bereiken voor commerciële doeleinden. Rietpercelen in de Weerribben, omgeven door kaden, waar door middel van molentjes water wordt opgemalen in het zomerhalfjaar, kunnen hier voor model staan. In andere gebieden wordt wel riet ‘geoogst’ of ‘gesneden’ met een commercieel oogmerk, zonder de gebiedsinrichting van het gebied specifiek voor dit doel te wijzigen. Hier wordt niet zozeer van rietteelt gesproken, maar wel van commerciële rietoogst. Het begrip ‘commercieel’ blijkt in de praktijk niet eenduidig te definiëren zijn. Een beheerder van een natuurbeherende organisatie kan namelijk in een deel van zijn terrein, met natuurdoelstelling, het riet ‘op stam’ verkopen. Dat wil zeggen dat een rietsnijder wordt verzocht het riet te maaien, waarna deze het kan verkopen. Hier lopen natuurbeheer en rietoogst door elkaar in één terrein bij één beheerder (Bureau Waardenburg, 2003).. 2.10. Typen rietmoeras en rietoogst. Rietoogst komt voor in verschillende typen rietmoeras. In gebieden, die verschillen in het type rietmoeras, zijn duidelijke verschillen in de wijze van ‘rietcultuur’ (bedrijfsvoering van het bedrijf dat het riet oogst) met daarmee samenhangende betekenis en effecten voor moerasvogels. Op ‘rietteeltpercelen’, waarvoor de Weerribben model kunnen staan, gaat het om percelen met verhoogde perceelsranden (kaden). Hier is sprake van in waterstaand riet, dat niet in direct contact staat met het oppervlaktewater. In ‘rietoogstpercelen’, zoals voorkomend in de Wieden, is geen sprake van afzonderlijke percelen met opgemalen water. Hier is sprake van min of meer droge rietlanden, waarvan aan de oeverranden min of meer smalle waterrietzones kunnen groeien. In ‘waterrietvelden’, zoals voorkomend in het Zwarte Meer, gaat het om brede waterrietzones die sterk geëxponeerd zijn aan het oppervlaktewater. Hier is sprake van grote peilfluctuaties als gevolg van opstuwing, zodat rietstrooisel wordt afgevoerd. Riet wordt hier gemaaid voor zover dat gezien de omstandigheden mogelijk is. Vooral ijsperioden zijn daarin bepalend. Ligt er een stevige ijsvloer, dan kan al het riet gemaaid worden. De verschillende riettypen, percelen met waterriet, percelen of oeverlanden met droog riet en oevers met waterriet, lopen uiteen in structuur en waterpeil, waardoor ze een verschillende betekenis hebben voor moerasvogels. Dit betekent dat de potentie voor moerasvogels bij een wijziging in het beheer verschillend is (Bureau Waardenburg, 2003)..

(13) 7. 3.. Beelden over marktkansen van riet voor duurzaam gebruik. 3.1. Inleiding. Om een beeld te krijgen over het product, beheer van en de afzetmogelijkheden van riet in verschillende regio’s, zijn naast een bureaustudie 10 interviews afgenomen bij een riettelersvereniging, natuurorganisaties en beleid. De gebruikte vragenlijsten en de namen van de organisaties van de geïnterviewden zijn opgenomen in respectievelijk Bijlage I en II.. 3.2. Beelden vanuit riettelersvereniging SKHKR. Volgens de geïnterviewde van riettelersvereniging Stichting Kenmerk Herkomst Kalenberger Riet (SKHKR) dekt het aanbod van riet de vraag niet in Nederland. Er wordt onvoldoende riet in Nederland geteeld of gemaaid om in de behoefte te voorzien. Daarom wordt riet geïmporteerd uit het buitenland (Rusland werd genoemd naast de in de inleiding reeds genoemde landen). Commercieel riet is een relatief duur product. Kwalitatief goed riet wordt in feite alleen gebruikt voor dakbedekking. In februari / maart 2006 werd gemiddeld € 240,- per 100 bossen betaald maar de opbrengsten van riet verschillen nogal. Er bestaat verschil in fijn, grof, hard en zacht riet. Fijn riet is over het algemeen duurder omdat het meer gevraagd wordt. Fijn riet geeft een mooi dak voor het oog. Maar de kwaliteit, hardheid, van het riet bepaalt uiteindelijk de prijs. Een goed dak kan 40 tot 50 jaar meegaan. Qua kostprijs is de rietteelt an sich verwaarloosbaar. Vooral de pacht, het bewateren van riet voor de kwaliteit en arbeidsuren bepalen de kostprijs. Het bewateren (middels een tractor) vindt plaats wanneer riet veroudert. Tot slot zijn kosten verbonden aan het machinaal maaien. Van belang voor een goede kwaliteit zijn ook de rietkraggen (rietgrond). Een goede kragge gaat gemiddeld 25 jaar mee. Het eerste riet heeft over het algemeen dikke stengels. De kwaliteit van Nederlands riet is waarschijnlijk het beste van kwaliteit voor eigen gebruik, mede vanwege de weersomstandigheden die 1-op-1 op elkaar aansluiten van het veld naar het dak. Het probleem voor de rietteelt is een gebrek aan ruimte die er in Nederland is voor goede rietteelt. Het groeit op kraggen waar (daarnaast) niets anders op kan groeien zoals in polders. Hoe meer bemesting hoe slapper en weker het riet. Maar ieder jaar worden nieuwe technologische uitvindingen gedaan om de rietgroei te stimuleren dus ruimte is relatief. Momenteel is er een trend gaande om kraggen af te graven (afplaggen) en weer opnieuw op te bouwen voor nieuwe rietproductie. Al het riet wordt uitgesorteerd. Onbruikbaar riet wordt verbrand. De afvoer van minder kwalitatief goed riet is te duur qua arbeid en logistiek. Riet moet namelijk met speciale pontons (vlotten) worden vervoerd naar een losplaats waar het vervolgens met vrachtwagens kan worden weggevoerd. In het verleden zijn er in de Weerribben wel projecten geweest om (oud) riet in de zomer te maaien. Dit liep op niets uit. De kwaliteit van het riet verbeterde er niet door of het loonde/compenseerde de kosten van het vervoer niet of onvoldoende. De Weerribben in Noord-Overijssel is naast De Wieden (zie par. 3.6) een bekend en belangrijk gebied waar riet groeit. Voor meer informatie over dit gebied, zie Bijlage III. Riettelers is riet op het lijf geschreven. De Stichting heeft een aantal projecten om riet voor alternatieve verantwoorde doeleinden te gebruiken, helaas op weinig resultaten zien uitlopen. Het is een complex proces. De kosten bleken vrijwel altijd te hoog voor concrete resultaten. Onderzoek en dergelijke is wellicht interessant voor andere partijen maar riettelers houden zich volgens de geïnterviewde wellicht liever bij hun eigen bekende leest..

(14) 8. 3.3. Beelden vanuit Natuurmonumenten Centraal. Volgens de betrokken geïnterviewde ziet terreinbeheerder Natuurmonumenten Centraal (NMC) rietteelt of -beplanting in feite als een duurzame agrarische activiteit. Voor NMC is het niet het primaire doel om riet speciaal te telen. In het kader van rietbeheer moet echter gemaaid worden waardoor riet een bijproduct wordt. Vooral in Noord-West Overijssel en Nieuwkoop is veel belangstelling van riettelers om te maaien. Ecologische gebieden zijn gediend bij bijmaaien. Doelstellingen van NM voor rietland zijn: • Vegetatietypen in standhouden; • Vogelstand (gemaaide en ongemaaide gebieden) en kleinere fauna (oud riet) in standhouden; • Het openhouden van het landschap voor recreatieve doeleinden en indirect de cultuurhistorische waarde van het ambacht rietsnijden bewaren; • Specifiek dient riet soms als filter voor waterzuivering; • Soms is het gewenst om riet als oeverbescherming te planten ter voorkoming van erosie. Deze vorm van beplanting gebeurt echter mondjesmaat. NMC werkt naast telers en riethandelaren samen in composteerprojecten met Alterra Wageningen UR en Staatsbosbeheer. Dit zijn bilaterale afspraken. NMC is niet betrokken bij de vermarkting van het riet. Verder wordt incidenteel samengewerkt met Waterschappen voor de aanleg van riet voor oeverbescherming. Op de vraag wat gedaan wordt met overtollig, onbruikbaar of gemaaid riet werd het volgende geantwoord. Allereerst moet een onderscheid gemaakt worden tussen sluik en oud riet. Sluik omvat alle planten die niet riet zijn en overblijven na het maaien. De meerderheid hiervan wordt verbrand, een minderheid voor oeverbescherming zoals in Nieuwkoop of voor compostering gebruikt. Gemaaid oud riet (2 jaar en ouder) wordt ook wel eens gebruikt voor matten, eendenkooien, dammen of vogelschermen (recycling) maar de meerderheid wordt verbrand. Het oude riet wordt overigens niet verhandeld; hieraan wordt door niemand verdiend. Wel worden projecten uitgevoerd met overtollig riet zoals een project van regiokantoor De Wieden die in samenwerking met Staatsbosbeheer tot elektriciteitsopwekking wilde komen. De bottleneck was het transport van het riet uit het natte veld. Dergelijke projecten lopen vaak stuk op de kosten. Daarnaast zorgt de relatief korte periode waarin gemaaid kan worden, van kerst tot april, ervoor dat rijtsnijders vrijwel alle tijd nodig hebben voor het maaien zelf dan dat zij restriet zouden kunnen verwijderen. NMC is zeker geïnteresseerd om in de toekomst mee te denken of te participeren in alternatieve aanwending van riet. Elke toepassing om organisch materiaal op zinvolle wijze te benutten is in principe welkom. Van belang is wel de relatie met het bedrijfsleven zodat in ieder geval de kosten worden gedekt.. 3.4. Beelden vanuit de Provincie en Staatsbosbeheer Friesland. In 1999 heeft de Provincie Friesland aandacht besteed aan de rietcultuur naar aanleiding van vragen van de riethandelaren over het beheer van het riet in het Lauwersmeer. De rietbranche is van mening dat het rietareaal nogal afneemt en pleit voor meer oppervlakte rietcultuur in de natuurgebieden. Hiertoe is door een aantal studenten van Hogeschool Larenstein een rapport geschreven: ‘Vreemde vogels in het riet: de betekenis van riet voor de provincie 1 Friesland’ (1999) . Vanuit het beschermingsplan ‘Moerasvogels’ is het van belang om meer overjarig riet te laten staan. Rietgroei en -beplanting zijn echter niet direct belangrijke agendapunten voor de Provincie, wel voor natuurbeheerders. De Provincie stond als zodanig te ver af van het onderwerp om verder mee te denken en te praten voor ons specifieke onderzoek. Naast de Provincie is gesproken met een medewerker van natuurorganisatie Staatsbosbeheer (SBB), regiokantoor Friesland. Riet is voor hen in die zin belangrijk dat het een belangrijke biotoop herbergt voor tal van vogels en andere 1. Gaasbeek et al., F. van, 1999. Vreemde vogels in het riet: De betekenis van riet voor de provincie Fryslan. Internationale Agrarische Hogeschool Larenstein, Leeuwarden. In opdracht van de provincie Friesland en de Vakfederatie Rietdekkers..

(15) 9. dieren en planten. Riet aanplanten vindt alleen plaats bij het inrichten van nieuwe natuurgebieden. Riet dat onder het beheer van SBB Friesland valt wordt vaak gemaaid door particuliere bedrijven (die land pachten) voor dakdekmateriaal. Bij het opwerken van riet tot dekriet ontstaat zogenaamde ‘sluik’ (uitgevallen rietblad en dergelijke) dat meestal wordt verbrand. Ook worden kleine delen riet in eigen beheer gemaaid. Op tal van plaatsen blijft riet ook ongemaaid staan, enerzijds omdat dat onder andere voor vogels extra mogelijkheden biedt, anderzijds ook omdat er veel smalle strookjes zijn of percelen met veel struiken die niet te exploiteren zijn. Vroeger werden ook mindere kwaliteiten riet gemaaid voor onder meer bedekking van bollengronden. Hiervoor zijn echter alternatieven in de plaats gekomen terwijl de uurlonen sterk zijn gestegen. Hierdoor is dit financieel gezien niet haalbaar meer. Het ‘restriet’ blijft in het terrein achter. Het verwijderen van overtollig of oud riet is tot op zekere mate een probleem vanwege de relatief hoge verwijderkosten. Zoals genoemd is er een categorie riet die SBB wel gemaaid zou willen zien maar dit is financieel gezien volgens de geïnterviewde niet realiseerbaar. SBB Friesland is wel geïnteresseerd om mee te denken in de toekomst over rietverwerking voor alternatief gebruik mits het een methode betreft die meer energie oplevert dan dat in het proces wordt gestopt. Dat wil zeggen dat het project zowel ecologisch verantwoord als financieel haalbaar dient te zijn. De geïnterviewde trekt een parallel met pogingen om resthout en ander organisch materiaal zoals bermmaaisel in te zetten als energiehout of als compostmateriaal. Hét probleem is niet de verwerking als zodanig, maar de logistiek, inclusief de bijbehorende kosten. Als het materiaal persé uit de terreinen weg moet en SBB daar nu al hoge (stort-)kosten voor moet maken is een inzet voor duurzame alternatieven als in dit onderzoek voorgesteld, mogelijk. Indien restrietmateriaal of restgras moet worden opgevraagd dan blijft dit momenteel dus veelal in het terrein achter. De kosten van oogst en transpost komen dan geheel ten laste van de verwerkers en deze kosten zijn helaas vaak een veelvoud van de opbrengstwaarde (bleek uit eerdere projecten). Hieronder volgt nadere informatie over afzetmogelijkheden van restgras. Afzetmogelijkheden van restgras In het verleden werd een deel van het restgras gedroogd bij grasdrogerijen om vervolgens gebruikt te worden voor biologische diervoeders. Daarnaast wordt restgras gebruikt voor compostdoeleinden. Afgelopen jaar is ongeveer de helft van de restgrasproductie afgezet voor een co-vermestinginstallatie. Dit proces is echter gestopt omdat het gras relatief weinig toegevoegde waarde had in vergelijking met ander organisch materiaal. Het restgras wordt nu minder opgevraagd. Ook het traject met de biologische diervoederbedrijven is stil komen te liggen. Eco-lucerne is bijvoorbeeld interessanter vanwege een hoog stikstofgehalte. SBB Friesland richt zich nu op pyrolyse als proces waarbij gras omgezet wordt in olie. Deze werkwijze past goed in de strategie van SBB omdat dit project meer energie oplevert dan het verwerkingsproces kost. De verwekte bio-energie wordt geleverd aan een elektriciteitscentrale.. 3.5. Beelden vanuit de Agrarische Natuurvereniging Den Hâneker. In 2005 is vanwege het 10-jarig bestaan van Den Hâneker een symposium georganiseerd waarin Pieter Vereijken (PRI Wageningen UR) een lezing heeft gehouden over de toekomst van de melkveehouderij. Hij stelde als alternatief landgebruik rietteelt voor. Den Hâneker denkt hier serieus in mee als toekomstperspectief. Riet staat dus wel op de (toekomstige) agenda maar het is geen dagelijkse bezigheid. In het gebied van Den Hâneker wordt niet grootschalig riet geteeld/beplant. Er is wel sprake van kleine rietpercelen die door hoveniers worden onderhouden. Den Hâneker werkt samen met één rietsnijder die het riet afneemt en gebruikt voor onderbedekking van daken, niet voor bovenbedekking. Daarvoor wordt geïmporteerd riet gebruikt, de kwaliteit in het gebied is kwalitatief niet geschikt voor bovenbedekking. Daarnaast wordt het riet verwerkt tot rieten wanden voor eendenkooien. Volgens de geïnterviewde is Den Hâneker zeker geïnteresseerd om in de toekomst te participeren of mee te denken in de aanwending van riet voor duurzame productiedoeleinden. Zijn mening moet echter gedeeld worden met de leden (agrarische ondernemers en burgers). Agrarische ondernemers beschouwen riet echter vaak als onkruid en een aantal burgers vindt het niet prettig om tegen een ‘rieten muur’ op te kijken..

(16) 10. 3.6. Beelden vanuit het gebied De Wieden, NoordOverijssel. Voor deze paragraaf is naast de gegevens uit de interviews gebruik gemaakt van de bron: www.wiedenriet.nl. In de kop van Overijssel, tussen Meppel, Steenwijk en Emmeloord ligt het natuurgebied ‘De Wieden’. Dit waterrijke gebied van meer dan 5000 hectare kenmerkt zich door de rust, stilte en de grote diversiteit aan flora en fauna. Het gebied is deels eigendom van de vereniging Natuurmonumenten. In het natuurgebied ‘De Wieden’ groeit Wiedenriet. Dit riet wordt hoofdzakelijk gebruikt als dakbedekking. De Wieden omvat circa 1200 ha rietgrond dat beheerd wordt door Natuurmonumenten (NM) en waarvan 1000 ha verpacht wordt aan rietsnijders. Het riet wordt niet geplant; het is natuurriet. De Wieden is het 1-na grootste riet natuurgebied in Nederland en zodoende een belangrijk agendapunt voor NM. Het riet wordt op stam verkocht of de grond wordt verpacht. Al het riet wordt gemaaid en meegenomen door de snijders. Het maaien vindt een keer per jaar plaats. Het bruikbare riet wordt door de snijders doorverkocht als dakriet. Het huidige beleid van NM is daarnaast om meer overjarig riet te laten staan (op de 200 ha die NM zelf beheren). Dit is goed voor de fauna, de vogelstand. Overtollig riet wordt ter plekke kosteloos verbrand. Het afvoeren van overtollig riet zou anders een dure aangelegenheid zijn (vanwege logistiek, arbeidskosten, etc.). Natuurmonumenten, regio De Wieden, is geïnteresseerd om mee te denken of te participeren in vervolgonderzoek voor alternatieve aanwending van riet.. 3.7. Beelden vanuit De Biesbosch, Zuid-Holland. In De Biesbosch is rietbeheer en -cultuur geen grote tak van sport meer. Na het wegvallen van het getij ontstond veel brandnetel tussen het riet waardoor het verruigde. Het gebied is te droog geworden. Er zijn nog een paar gepensioneerde rietsnijders aanwezig. Het riet was hoog (4 m.) en werd voornamelijk gebruikt voor matten of om stuifzand tegen te gaan. Het is nooit geschikt geweest voor daken. Machinaal snijden is in sommige delen ook niet meer mogelijk. In het verleden zijn wel eens projecten geweest om iets nuttigs te doen met het riet maar die strandden vaak op logistieke problemen. Staatsbosbeheer heeft in Zuid-Holland slechts kleine rietgebieden in beheer.. 3.8. Beelden vanuit Westbroek, Molenpolder en Tienhoven, Utrecht. Qua rietbeheer betreft dit gebied kleine delen van circa 25 ha. Rietbeheer is een belangrijk agendapunt voor de vogelstand (o.a. reigers). Riet is qua natuurbehoud ook relevant voor kleinere fauna (zoals krekels en sprinkhanen), in combinatie met trilvennen. Er wordt niet samengewerkt met rietsnijders en -telers omdat het geen productieriet betreft. Het riet wordt door SBB zelf gemaaid die daarvoor externe machines inschakelen waar nodig. Het riet wordt ook om de 3 a 4 jaar gemaaid. Dit riet wordt grotendeels verbrand en voor een klein gedeelte blijft het liggen voor natuurdoeleinden. Riet in de delen waar men niet gemakkelijk bij kan komen (vanwege het feit dat het sinds 1996 niet meer goed gevroren heeft in de winter), blijft liggen. Tot slot zijn er geen specifieke projecten geweest in het gebied om iets met het riet te doen. Wel wordt het riet op ecologische wijzen toegepast als helophytenfilter voor waterzuivering. SBB regio Westbroek is volgens de geïnterviewde geïnteresseerd in alternatieve aanwending van riet voor duurzame productie en is bereid om in de toekomst mee te praten hierover. Hij vraagt zich echter af (zie ook vorige geïnterviewden) of alleen riet gebruikt kan worden of dat ook het organisch afval (denk aan mossen en ander ruigtemateriaal) dat hierbij vrij komt, verwerkt kan worden..

(17) 11. 3.9. Beelden vanuit het Zuid-Hollands landschap. In de buitendijkse gebieden langs de Lek, het Zouweboezemgebied en enkele rietputten en boezemlanden is riet een belangrijk natuurdoeltype voor het Zuid-Hollands Landschap. Belangrijkste natuurwaarden in de binnendijkse gebieden zijn moerasvogels (o.a. grootste purperreigerkolonie van Nederland). In de buitendijkse gebieden zijn voornamelijk vegetaties en soorten van het zoetwatergetijde-gebied van belang. Het Zuid-Hollands Landschap werkt samen met een commerciële rietsnijder in het gebied Zouweboezem. In de andere gevallen is het rietmaaien verworden tot aannemerswerk. Afzet voor het riet is er momenteel nauwelijks meer.. Een indicatie van de kosten voor het verwijderen van riet Riet dat niet als productieriet of kooiriet kan worden gebruikt wordt of afgevoerd naar een verbrandings- c.q. composteringsinrichting of met een stookvergunning ter plaatse op hopen verbrand. Als geen stookvergunning wordt verkregen is het afvoeren van riet kostbaar tot zelfs zeer kostbaar, vooral in het getijde rivierengebied waar riet eerst uit de gors aan de voet van de dijk moet worden gebracht. Vervolgens moet het riet met een kraan tegen de dijk op worden gezet en tot slot op een vrachtwagen worden geladen en afgevoerd ter verbranding/compostering. Dit proces is uiterst kostbaar. Een echte detailberekening is echter nooit gemaakt. Wel is duidelijk dat het maaien en verwijderen van het vrijkomende maaisel enkele malen kostbaarder is dan de geldende Programma Beheer vergoeding. Deze bedraagt circa € 150,- per ha. De beheerskosten bedragen echter in het gunstigste geval € 400,- per ha met zelfs uitschieters naar € 700,- per ha. In principe is volgens de geïnterviewde het Zuid-Hollands Landschap bereid om mee te denken in de toekomst over alternatieve aanwending van riet, afhankelijk van de te verwachten resultaten en tijdsinvestering.. 3.10. Het verbrandingsproces en kansen voor alternatieve aanwending van restriet. Het verbranden van biomassa zoals overtollig riet en afval dat hierbij vrijkomt, in het open veld heeft negatieve gevolgen voor het milieu omdat onder andere CO2, stof en PAK’s vrijkomen. En ook als biomassa wegrot, komt de opgeslagen CO2 geleidelijk vrij, zonder het voordeel van energetische benutting en besparing van fossiele brandstof. Tevens kan er dan verrijking van de bodem optreden of uitspoeling van nutriënten naar het grondwater. Onder anaërobe omstandigheden kan zelfs het nog veel schadelijker methaan vrijkomen. De overheid heeft omwille van de beperking van het broeikaseffect wettelijke kaders gesteld aan het afvoeren van biomassa uit natuurterreinen. Maar dat is voor natuurbeheerorganisaties vaak een probleem. Energetische benutting van deze reststromen of alternatieve toepassingsvormen zou, zeker gezien het feit dat er nu al vaak betaald wordt om de biomassa kwijt te raken, een alternatief afzetkanaal kunnen worden in de nabije toekomst. Het probleem is echter dat de biomassastromen verspreid over een groot gebied zijn. De praktische vraag is hoe je de biomassa het beste kunt afvoeren en wat dat kost (Kuiper en Caron, 2003)..

(18) 12.

(19) 13. 4.. Conclusies en aanbevelingen. Rietbeheer voor natuur- en milieudoeleinden heeft vooral betrekking op het behoud van vegetatietypen en de vogelstand. Riet voor commerciële doeleinden wordt vrijwel alleen voor daken gebruikt. Het Nederlandse product is feitelijk te duur voor andere doeleinden. Ook is er te weinig rietproductie in Nederland om in de vraag te voorzien. De rietkwaliteit wordt als hoog bestempeld maar Nederland importeert riet omdat het goedkoper en er meer aanbod vanuit het buitenland is. Een relatief kleine hoeveelheid kwalitatief minder goed riet wordt aangewend voor onder andere eendenkooien, matten of ecologische schuttingen. Het meeste overtollige en afval van (oud) riet, wordt ter plaatse verbrand, blijft staan of wordt gecomposteerd. Het verbrandingsproces brengt echter een milieubelasting met zich mee wat wel kansen schept voor duurzame benutting van restriet. Maar de kosten zijn over het algemeen al (te) hoog en dus niet rendabel vanwege de logistieke problemen om dit riet via vlotten en vrachtwagens af te voeren. En naast de materiele kosten zijn de arbeidskosten hiervoor (te) hoog. Vrijwel alle geïnterviewden zijn geïnteresseerd om verder na te denken over duurzame alternatieven in de aanwending van riet. Maar men twijfelt over de haalbaarheid van rendabiliteit. Er zijn veel voorbeelden van eerdere projecten genoemd waaruit blijkt dat de kosten niet opwegen tegen de baten. Op basis van dit onderzoek worden de volgende aanbevelingen voor vervolgstudie gedaan: 1. Inventarisatie van de hoeveelheid restriet dat in Nederland aanwezig is (riet dat niet voor commerciële doeleinden wordt gebruikt). Dit getal was ten tijde van het onderzoek onbekend en werd in het algemeen geschat. 2. Berekenen hoe hoog de kosten zijn voor het af- en vervoeren van overtollig riet in combinatie met de kosten voor het verwerkingsproces van het huidige (minder duurzame) productieproces. In dit vraagstuk dienen de 3 P-componenten van maatschappelijk verantwoord ondernemen, planet, people en profit, in balans te zijn. In dit onderzoek is (nog) geen concreet antwoord gegeven op de vraag hoe duur het verwijderen van overtollig riet is. Wel gaven vrijwel alle geïnterviewden aan dat in eerdere projecten waarvoor overtollig riet werd aangewend, de opbrengsten de kosten voor het verwijderen niet compenseerden. Het is ook lastig om een concreet antwoord te geven omdat de kostenplaatjes per gebied verschillen. 3. Een alternatief is om te bekijken of buitenlandse exporteurs goedkoop (rest)riet kunnen leveren of hiertoe bereid zijn. Het proces wordt dan echter vanwege de transportvervuiling en -kosten wellicht minder duurzaam. 4. De 3 P’s dienen het uitgangspunt te vormen voor verder marktonderzoek. In dit onderzoek is specifiek alleen gekeken naar de aanbodzijde maar vervolgstudie dient juist ook de vraagzijde te onderzoeken. Zijn consumenten en/of aanbieders bereid om een meerwaarde te betalen om een duurzamere productie te realiseren? In principe zouden de relatief dure kosten voor het verwerken van riet geen probleem dienen te zijn indien er voldoende vraag naar is. 5. Indien blijkt dat vanuit aanbod- en vraagzijde een reële aantrekkelijke prijs kan worden geboden en betaald voor het alternatief in vergelijking met het huidige aanbod, dan kunnen gesprekken georganiseerd worden met meerdere partijen tegelijkertijd of bilateraal met een aantal partijen om verdere stappen te ondernemen. 6. Op termijn zou gekeken moeten worden naar een duurzaam verwerkingsproces van restriet vanwege de milieubelasting die verbrandingsprocessen met zich meebrengen. Dit vormt ruimte voor discussie met onder andere terreinbeheerders en beleidsmakers..

(20) 14.

(21) 15. Literatuur Jansen, P.A.G. & L.C. Kuiper, 2004. Praktijkexperiment Duurzame energie uit rietplaggen, Probos, Wageningen. Kuiper, L. & G. Caron, 2003. Energetische benutting van biomassa uit natuurterreinen, in: Vakblad Natuurbeheer, 2003, nr. 1, p.3-6. Winden, J. van der, R.M.G. van der Hut, P.W. van Horssen & L.S.A. Anema, 2003. Huidige omvang rietoogst in Nederlandse moerassen en verbetering van rietbeheer voor moerasvogels, rapportnummer: 03-042, Bureau Waardenburg, Culemborg Websites: • nl.wikipedia.org • www.riet.com • www.rietsnijden.com • www.rietpromotie.nl • www.prosman.com/hongarije.htm • www.wiedenriet.nl • www.npdeweerribben.nl • www.natuurmonumenten.nl.

(22) 16.

(23) I-1. Bijlage I. Gebruikte Vragenlijsten Riettelersvereniging 1. 2. 3. 4. 5. 6.. Aan welke partijen levert u zoal riet? En wat soort riet betreft dat? Hoeveel riet verkoopt u op jaarbasis (aantal en opbrengsten)? Wat is de gemiddelde prijs van rietverkoop op het moment (per bos / ton)? Welke kosten zijn verbonden aan de productie van riet? Hoeveel riet is in Nederland beschikbaar en daarnaast bebouwbaar volgens u (zit hier nog rek in)? Wat is uw mening over rietteelt in Nederland; ondervindt u veel concurrentie van het buitenland of alternatieve materialen die goedkoper zijn dan riet? 7. Blijft volgens u de rietproductie in Nederland achter bij het buitenland? Zo ja, waarom is dat zo? 8. Is het een kostbare aangelegenheid om restmateriaal (onbruikbaar riet) te (laten) verwijderen? En hoe vindt dit proces plaats; wat voor soort kosten maakt u daarbij (opslag, vergunning, etc.)? 9. Wordt er momenteel iets (nuttigs) met restriet door uw bedrijf gedaan; werkt u bijvoorbeeld met anderen samen, al dan niet in een project? 10. Bent u evt. geïnteresseerd om mee te werken aan een onderzoek naar de toepasbaarheid van (onbruikbaar, rest-) riet als duurzaam materiaal of bent u op de hoogte van een gelijksoortig onderzoek? 11. Heeft u nog overige opmerkingen die relevant kunnen zijn voor dit onderzoek?. Natuurorganisaties en overheden 1. 2. 3. 4. 5. 6.. Is rietgroei en -beplanting een belangrijk agendapunt voor natuurbeheer; zo ja, waarom? Met wie werkt u zoal samen voor rietbeplanting (beplanten, maaien, verwerking organisch afval, eventueel afzetkanalen voor overtollig of restriet)? Wat wordt er gedaan met overtollig, onbruikbaar of gemaaid riet (gebruik voor compostering)? Vormt dit een probleem, is het een kostbare aangelegenheid om riet te verwijderen? Bent u evt. geïnteresseerd om mee te werken aan een onderzoek naar de toepasbaarheid van (onbruikbaar, rest-) riet als duurzaam materiaal of bent u op de hoogte van een gelijksoortig onderzoek? Heeft u nog overige opmerkingen die relevant kunnen zijn voor dit onderzoek?. Overige vragen • •. Waarom is de prijs / inkoop van riet relatief hoog? Hoeveel riet is niet-schraal riet in Nederland?.

(24) I-2.

(25) II - 1. Bijlage II. Namen en adressen organisaties van geïnterviewden 1. Agrarische Natuurvereniging Den Hâneker p/a Streekkantoor Alblasserwaard Vijfheerenlanden Wilgenweg 3 2964 AM Groot-Ammers Tel.: 0184 60 53 00 Fax: 0184 60 07 16 Email: info@denhaneker.nl. 6. Staatsbosbeheer Hoofdkantoor Princenhof Park 1 3972 NG Driebergen Postadres: Postbus 1300, 3970 BH Driebergen Tel.: 030 69 26 111 Fax: 030 69 22 978 E-mail: info@staatsbosbeheer.nl 7.. 2. Natuurmonumenten Centraal Noordereinde 60 1243 JJ ’s-Graveland Tel.035 65 59 933 E-mail: info@natuurmonumenten.nl. Stichting Kenmerk Herkomst Kalenberger Riet Hoofdstraat 46 8376 HG Ossenzijl. Tel.: 0561 47 73 71. 8.. 3. Natuurmonumenten Regiokantoor Overijssel en Flevoland Emmastraat 7 8011 AE Zwolle Tel.: 038 34 48 020. Staatsbosbeheer Bezoekerscentrum Biesbosch Biesboschweg 4 4924 BB Drimmelen Tel.: 0162 68 22 33. 9.. Staatsbosbeheer Regiokantoor Noord-Holland Center Court Naritaweg 221 1043 CB Amsterdam Sloterdijk Postadres: Postbus 58174, 1040 HD Amsterdam Tel.: 020 70 73 700 Fax: 020 70 73 701. 4. Provincie Fryslân Postbus 20120 8900 HM Leeuwarden Tel.: 058 29 25 166 Fax: 058 29 25 319 5. Staatsbosbeheer Friesland Bezoekerscentrum Terwisscha 6a 8426 SJ Appelscha. 10. Stichting Het Zuid-Hollands Landschap Nesserdijk 368 3063 NE Rotterdam Tel.: 010 27 22 222 Fax: 010 24 20 650 E-mail: zhl@zuidhollandslandschap.nl.

(26) II - 2.

(27) III - 1. Bijlage III. Riet in het gebied De Weerribben, Noord-Overijssel Er zijn verschillende rietlanden in De Weerribben. In open water waar het riet in het water of vlak langs de oever staat wordt het riet ten eerste 'waterriet' genoemd. In de Weerribben komt watterriet niet veel meer voor. Toch is het een erg belangrijke biotoop voor veel bijzondere vogels. Het cultuurrietland is ten tweede van groot belang voor de rietcultuur. In deze percelen groeit voornamelijk riet en nog maar weinig andere kruiden en grassen. Bij het snijden van het riet wordt de andere vegetatie er tussen uit gekamd. Het riet dat overblijft wordt verder verwerkt en later verkocht als dakbedekking. Ten derde hebben verouderde rietlanden te kampen met verdroging. Het riet begint 'hol' te staan. Dat wil zeggen dat er nog maar weinig rietstengels op een vierkante meter staan. Er staan in deze percelen dan ook veel kruiden en grassen. Tevens hebben deze percelen te kampen met verbossing. De opslag van jonge bomen neemt toe naarmate het rietland verouderd. Als er geen riet meer gemaaid wordt, verandert zo'n rietland binnen een paar jaar in een moerasbos. En tot slot is overjarig riet een stuk rietland dat één of twee jaar niet is gemaaid. Dit riet is erg belangrijk voor de rietvogels die in het voorjaar van de trek weer terugkomen in De Weerribben. Bijna al het riet is gemaaid in het voorjaar. Daarom hebben de vogels alleen nog maar schuilmogelijkheden in dit overjarig riet. Het jonge riet is dan nog niet lang genoeg. De rietlanden worden juist in de winter gemaaid. Door dit afwisselende maaibeheer neemt de variatie in het Nationaal Park de Weerribben aan plantensoorten toe, en daarmee ook de rijkdom aan diersoorten en insecten (www.npdeweerribben.nl)..

(28) III - 2.

(29)

(30) Omsl_nota434.qxp. 20-02-2007. 09:28. Pagina 1. n a v n e p p e h sc. e t m i u r. systeeminnov aties voor duurzam e voed selpro ducti e. Scheppen van Ruimte Eigenschappen en afzetkansen van riet voor duurzame productie: een verkennende studie Research Guidance, de rode draad bij systeeminnovaties. F.A. Geerling-Eiff. Nota 434.

(31)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Er zijn verschillende factoren die van invloed zijn op de kansen op het gebied van economische groei en de bedreigingen aangaande veiligheid en privacy.. Hoewel het initiatief

Onze voornaamste conclusies waren – de lezer zij verwezen naar de Kroniek voor alle details – (1) dat de Hoge Raad nu voor het eerst echt expliciet tendeert naar een

The system used in South Africa by the South African Health Products Regulatory Authority (SAHPRA) [previously MCC] for voluntary reporting of suspected ADRs, is mainly through

brief, the model consists of an initial decision tree — in which patients are eligible to receive treatment — and a state-transition Markov model to simulate the clinical course

Because systemically available cyclosporine is almost entirely eliminated by hepatic metabolism and grapefruit juice had no effect on intravenous cyclosporine, the increase

For this study the most effective and successful way for customers to buy a vehicle is the traditional marketing methods, but these clients also use social media

• The Global Network of National Geoparks provides a platform of cooperation and exchange between experts and practitioners in geological heritage matters. Under the umbrella

Uit de literatuur over onder meer ‘high reliability organizations’ en ‘adaptive management’ weten we dat mono-centrische systemen minder in staat zijn in te spelen op