24
HetFinancieeleDagblad
Woensdag6maart2019
Ex
pe
rt
ZORGNieuwe regels voor betere gezondheidszorg zijn
goed bedoeld, maar werken contraproductief
ILLUSTRATIE: HEIN DE KORT VOOR HET FINANCIEELE DAGBLAD
d
Pauline Meurs is hoogleraar bestuur van de gezondheidszorg, Erasmus Uni-versiteit Rotterdam en
voorzitter van de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving. Reageer via expert@fd.nl
‘D
e patiënt wil geennummer zijn, maar de dokter wordt het nu wel’. Zo verzucht-te een medisch spe-cialist naar aanlei-ding van nieuwe regelgeving, die per 1 april dit jaar voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg ingaat. Vanaf dat moment moet elke BIG-geregis-treerde zorgverlener overal zijn of haar BIG-nummer vermelden. De afkorting BIG staat voor Beroepen in de Individu-ele Gezondheidszorg.
Het doel van de Wet BIG is te zorgen dat de kwaliteit in de gezondheids-zorg hoog blijft, en het moet patiënten tegen ondeskundig en onzorgvuldig handelen beschermen. Het BIG-regis-ter is een onderdeel van deze wet. Het idee is dat ook het register de kwaliteit bevordert: als zorgprofessional moet je een diploma hebben om in het register
te komen en je moet aan eisen voldoen (bij- en nascholing) om erin te blijven. In het BIG-register is ook te vinden welke zorgprofessionals een maatregel van de tuchtrechter hebben gekregen.
Naast aanmelding bij het BIG-regis-ter, is de nieuwe regel dat zorgverleners ook verplicht zijn hun BIG-nummer te vermelden op alle plekken waar zij beroepsmatig actief zijn. Die vermel-ding moeten zij in ieder geval doen op website(s) en op andere digitale media, op briefpapier en in de handtekening in de e-mail, op facturen, en op bordjes in de wachtkamers van praktijken en ziekenhuizen. De gedachte achter deze maatregel is, dat het voor de patiënt makkelijker controleerbaar wordt of een zorgverlener bevoegd is om een bepaald zorgberoep uit te oefenen. Het moet dus bijdragen aan meer transpa-rantie en veiligheid in de Nederlandse gezondheidszorg.
SIMPELE VARIANT
De wens van beleidsmakers en poli-tiek om het voor burgers inzichtelijk te maken of een zorgverlener BIG-ge-registreerd is, leeft al lang. Al in 2007 is voorgesteld in het BIG-register zorg-verleners te verplichten hun werkadres te registreren. Dit bleek niet uitvoer-baar: zorgverleners werken vaak op verschillende locaties, wisselen van werk of werken tijdelijk ergens anders. Om deze ingewikkelde registratie te voorkomen, is daarom voor een zoge-naamd simpelere variant gekozen: de verplichting het BIG-nummer te ver-melden in alle uitingen.
Maar de kritiek vanuit de zorgver-leners op deze maatregel is enorm. Sommige dokters veranderden hun twitternaam in hun BIG-nummer, an-dere medici verweten de overheid
on-zorgvuldig en onoordeelkundig han-delen. Weer anderen verwezen naar de ‘paarse krokodil’ van de bureaucratie en het onvermogen van de politiek om daadwerkelijk iets te doen aan een ver-mindering van de administratieve las-tendruk. Vooral dat laatste leidt tot veel irritatie en frustratie.
Want ministers en ambtenaren hadden aangekondigd onnodige re-gels in de zorg te schrappen, en ook toegezegd een kosten-batenanalyse te maken alvorens een nieuwe regel in te voeren. Maar de inkt is nog niet droog, of er komt weer een regel die deze goe-de voornemens logenstraft. Een kos-ten-batenanalyse lijkt bij de BIG niet te zijn gemaakt. Evenmin lijkt er te zijn nagedacht over de uitvoeringspraktijk, en wat dit betekent voor de zorgverle-ners en de zorginstellingen waar zij in meerderheid werkzaam zijn.
Ter illustratie: de nieuwe regel be-paalt dat het BIG-nummer op alle fac-turen komt te staan, maar de meeste facturen komen alleen bij zorgverze-keraars terecht. Bovendien is de ken-baarheid van het BIG-nummer voor patiënten vooral voorafgaand aan een behandeling van belang. Welk doel dient dan de vermelding van het BIG-nummer op een factuur, die toch altijd na de behandeling komt? De ge-volgen voor de administratie zijn ech-ter aanzienlijk.
Naast een verzwaring van de re-gistratielast is er ook een gebrek aan draagvlak voor de BIG-maatregel. Beroepsorganisaties in de zorg zijn bij het ontwerp van de maatregel niet gehoord en voelen zich overvallen. Daarnaast is er ook onduidelijkheid over de invulling van de maatregel. Zo is er ook een coulanceregeling inge-bouwd, maar hoe dat precies werkt, is
nog niet helder. Verder is niet duidelijk welke uitzonderingen er wel kunnen en mogen en wat dat dan betekent voor het handelen van de zorgprofessional. Ondertussen is al wel bepaald dat de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) een bestuurlijke boete kan opleg-gen als niet aan de voorwaarden wordt voldaan.
HERZIENING
Deze punten van kritiek laten zien dat de zorgsector overbelast is en dat de motivatie onder druk staat. In de zorg overweegt nu het gevoel van ‘over ons, maar zonder ons’. ‘Mensen hebben geen idee van wat er gaande is in de zorg. Dat continue geregistreer en de vele regels demotiveren iedereen’, is een uitspraak die de gevoelens van zorgprofessionals goed samenvat.
Dit signaal vraagt om bezin-ning, uitstel en herziening van deze BIG-maatregel. Vooral de vooronder-steling dat controle van de bevoegd-heden van een zorgverlener bijdraagt aan transparantie en veiligheid van de gezondheidszorg, dient nader on-derzocht te worden. Want op deze vooronderstelling valt werkelijk veel af te dingen. Het gegeven dat een zorgverlener geregistreerd is, zegt vooral dat hij of zij geregistreerd is, niets meer en niets minder. Voor het bereiken van veiligheid en kwaliteit in de gezondheidszorg heb je namelijk heel iets anders nodig, zoals tijd en aandacht voor de patiënt, tijd voor ge-zamenlijke besluitvorming, en het or-ganiseren van feedback met collega’s en patiënten. Dat meer transparantie automatisch bijdraagt aan meer vei-ligheid in de zorg, is nog nooit met onderzoek gestaafd. Dat is een mythe waar we nodig van af moeten.