• No results found

Melkmachinemonteurs leveren kwaliteit

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Melkmachinemonteurs leveren kwaliteit"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

zijn doorgaans goed te noemen. Dit blijkt ook uit de schrifte-lijke beoordeling. Gemiddeld worden 8,0 punten gescoord op een schaal van 0 tot 10.

De beoordeling van het pulsatiesysteem en de reiniging van de installatie kan op veel bedrijven nog verbeterd worden. Tekortkomingen moeten duidelijk op het rapport worden vermeld. Het is uiteraard de verantwoordelijkheid van de veehouder of de diverse onderdelen worden hersteld. Naast een steekproef op de ingezonden rapporten wordt bij iedere monteur minimaal een steekproef op een bedrijf gedaan. In 88,7 % van de gevallen kwamen de meetresultaten van de monteur goed overeen met de resultaten van de steek-proef. Er zijn twee steekproeven op de melkinstallatie met een onvoldoende beoordeeld. De overige verschillen hebben vooral betrekking op onvolledigheid en leiden niet direct tot proble-men. Het kan echter wel beter. Indien de resultaten niet geheel met elkaar overeenstemmen wordt er een tweede steekproef uitgevoerd. Niet alleen het onderhoud van elektronische melk-meters en melkmeetglazen ligt bij de dealer maar ook de uit-voering van de periodieke controle. Ook op de periodieke con-trole worden steekproeven gehouden. De resultaten van de verschillende steekproeven staan in tabel 1.

Voorwaarden aan melkinstallatie

Volgens het KKM-handboek moet de melkinstallatie eens per jaar worden doorgemeten volgens de richtlijnen van de stichting KOM. Bij de start van KKM was de aanwezigheid van een meet-en adviesrapport voldomeet-ende. Nu moet de installatie aan bepaal-de, op ISO gebaseerbepaal-de, normen voldoen. De huidige ISO-normen zijn vastgesteld in 1996. Installaties aangelegd voor 1997 moe-ten voldoen aan de ISO-normen van 1984. De toetsing aan de normen vindt plaats voor relevante onderdelen zoals werking van de regulateur, (reserve)capaciteit van de installatie en de hoeveelheid leklucht van de diverse onderdelen. Deze onder-delen kunt u vinden op het meet- en adviesrapport onder rubriek 1 en 2. Voldoet de installatie aan de daaraan gestelde eisen dan Beoordeling meet- en adviesrapporten

Het afgelopen jaar zijn er ruim 25.000 meet- en adviesrappor-ten bij de stichting KOM binnengekomen en verwerkt. Dit is iets meer dan het aantal melkveebedrijven (figuur 1). Dit komt omdat ook de meet- en adviesrapporten zijn meegeteld die bij een tweede onderhoudsbeurt worden gemaakt. Het is de bedoeling dat de meet- en adviesrapporten binnen vijf werk-dagen door de monteur worden opgestuurd naar de stichting KOM. De rapporten worden steekproefsgewijs beoordeeld. Bij de beoordeling wordt het gehele rapport betrokken. Hierbij gaat het om de volledige invulling van de bedrijfsgegevens, de metingen en ook de conclusies en adviezen. De verschillende onderdelen worden afhankelijk van het belang gewogen en

meegenomen in een puntensysteem. Over het algemeen worden de

meet- en adviesrapporten volledig en correct ingevuld. Ook de adviezen die worden gegeven

Melkmachinemonteurs leveren kwaliteit

Harm Wemmenhove

(PV Lelystad)

en

Peter Huijsmans

(KOM)

Een goed werkende melkinstallatie is nodig voor het behoud van een goede uiergezondheid en het produceren van kwaliteitsmelk. Regelmatig en goed onderhoud aan uw melkinstallatie is een vereiste voor een correct werkende melkinstallatie. Dit gebeurt door een, door de stichting KOM, gecertificeerde onderhoudsmonteur. De monteurs volgen jaarlijks een bijscholingsprogramma incl. een beoordeling van de meet- en adviesrapporten. Daarnaast wordt hun meetapparatuur gekalibreerd aan de apparatuur van het Informatiecentrum Melkwinning (ICM) van het Praktijkonderzoek Veehouderij.

(2)

is de meetapparatuur van de monteurs gekalibreerd. Voor de monteurs van automatische melksystemen is het instructie-programma toegespitst op doormeetaspecten.

Meetapparatuur onderhoudsmonteur

Jaarlijks wordt alle meetapparatuur van de melkmachine-monteurs gecontroleerd: vacuümmeters, pulsatortesters, lucht-doorstroommeters, temperatuurmeters, weegunits en hoek-meters. Regelmatig worden de vacuümmeters en de zgn. luchtdoorstroommeters bijgesteld. In sommige gevallen is bijstelling niet meer mogelijk en wordt de meetapparatuur afgekeurd. Zie figuur 2.

Hieruit blijkt dat ruim 13 % van de apparatuur wordt bijgesteld of afgekeurd (3%). Het jaarlijks kalibreren van de meet-apparatuur blijkt broodnodig.

Goedgekeurde apparatuur of apparatuur die ter plaatse is bijgesteld, krijgt een KOM-sticker met de datum van kalibratie.

zal de monteur een KOM-sticker plakken. Deze sticker is voor-zien van een nummer dat moet corresponderen met het bijbeho-rende meet- en adviesrapport. KKM geeft geen erkenning af als het rapport ouder is dan 15 maanden of indien de installatie niet aan de gestelde eisen voldoet.

Instructieprogramma

Jaarlijks zijn er bij het PV de instructiebijeenkomsten voor melk-machinemonteurs. Het gaat om 25 bijeenkomsten, waar ruim 320 monteurs aan deelnemen. De bijeenkomsten worden per merk gehouden.

Het PV en de stichting KOM stellen het programma voor deze dag samen in overleg met hoofdleveranciers van melkinstal-laties. Afgelopen jaar is er o.a. aandacht besteed aan de melk-kwaliteit in relatie tot de melkinstallatie, speenpuntvereelting, het meten van de reservecapaciteit bij melkmeetglazen en de toetsing van de installatie aan de KKM-normen. Ook is aan-gegeven wanneer er een eventuele afkeuring plaatsvindt. De stichting KOM gaf uitgebreid aandacht aan de invulling van de meet- en adviesrapporten en de bijbehorende adviezen. Ook

PraktijkKompas Rundvee

3

April 2003 Welke meetapparatuur wordt gecontroleerd

Vacuümmeters Bepaling van de vacuümhoogte

Luchtdoorstroommeters Bepaling van capaciteit installatie en de diverse leklucht

Pulsatortesters Bepaling van de werking van het pulsatiesysteem

Temperatuurmeter Bepaling temperatuur reinigingsvloeistof

Hoekmeters Bepaling van stand melkmeetglas

Weegunit Controle van elektronische melkmeetapparatuur

Conclusie

De melkinstallatie is de installatie met de meeste draaiuren van het bedrijf. Goed onderhoud en een correcte afstelling van de melkinstallatie zijn hierbij van groot belang om correct te kunnen melken, met behoud van een goede uiergezondheid. Met een goed scholingsprogramma zorgen KOM en PV ervoor dat de melkmachinemonteurs op de hoogte zijn van de diverse (nieuwe) normen die gelden voor melkinstallaties. Bovendien mag u, als veehouder, er vanuit gaan dat de meetapparatuur die gebruikt wordt, correct functioneert. Dat het jaarlijks kalibe-ren nodig is, blijkt uit de resultaten van de jaarlijkse controles. Figuur 1 Aantal binnengekomen meet- en adviesrapporten Figuur 2 Controle meetapparatuur

0 10 20 30 40 50 60 70 1978 1982 1986 1990 1994 1998 2001 Melkveehouders meet-en adviesrapporten

Tabel 1 Aantallen en resultaten van steekproeven (2002)

Melk- Melk- Melk-

installaties meters meetglazen

Aantal 364 788 1082

Percentage 11,3 3,7 8,7

met opmerking1)

1) Opmerkingen bestaan uit: onvolledige invulling, afwijkende

procedures of afwijkende meetresultaten.

0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% 313 332 134 194 195 198 158 Pulsatortesters Luchtdoorstroommeters Wijzervacuümmeters Digitale vacuümmeters Temperatuurmeters Hoekmeters Weegunits Goed gekeurd Goed, na herstel Afgekeurd

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In de tijd die resteert, kunnen we mensen inplannen voor andere werkzaamheden, zoals onkruidbeheer of extra te vegen, zodat de onkruiddruk in het jaar erop afneemt.’ Gildebor

Bij Golfclub Capelle heeft men goed door dat voor een succesvolle golfclub meer nodig is dan een prima baan of een overvloedig

Welke alternatieven zijn er voor deze investering (wat als de investering niet gedaan wordt, kunnen de parochiale verenigingen elders in de gemeente / parochie terecht?).8. Advies

Door de Geest groeit de liefde voor elkaar steeds meer.. Daarom bidden we samen dat die eenheid

Reflectietijd is in veel organisaties de afgelopen periode flink onder druk komen te staan, door meer aandacht voor zelforganisatie, zelfsturende teams en/of de coronapandemie die

Deze gedragsregels staan weliswaar toe dat in bijzondere gevallen met niet of niet goed functionerende beveiligingsapparatuur verder gereden kan worden, maar ontslaat de

 De boom wordt geplant tijdens de plantdagen die van tevoren worden vastgesteld door de gemeente..  Tijdens de plantdag kan de boom geplant worden door

 De (winterharde) gewassen mogen bij volle wasdom de beschikbare oppervlakte niet overschrijden of moeten door besnoeiing binnen de toegestane oppervlakte blijven..  Heesters