• No results found

Grondbuisventilatie

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Grondbuisventilatie"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Grondbuisventilatie

Ingrid Mouwen, Caroline van Brake/, PV

Op het Varkensproefbedrijf “Zuid en West-Nederland” te Sterksel heeft vergelij-kend onderzoek plaatsgevonden naar grondbuisventilatie bij verschillende diercate-gorieën. Aan de hand van de gevonden energiebesparingen is een kosten-baten ana-lyse gemaakt voor de verschillende diercategorieën. Uit de onderzoeksresultaten blijkt dat grondbuizen alleen economisch rendabel zijn bij guste en dragende zeugen. Bij grondbuisventilatie wordt de aangevoerde

lucht door buizen in de grond naar de afdeling geleid. In de grondbuizen vindt warmteover-dracht plaats. In de winter wordt de koude bui-tenlucht voorverwarmd, waardoor een energie-besparing kan worden gerealiseerd. In de zomer wordt de binnenkomende lucht gekoeld, waar-door hoge afdelingstemperaturen niet voorko-men. Te verwachten is dat hierdoor minder hitte-stress bij de dieren zal optreden, waardoor de technische resultaten verbeteren.

Op het Varkensproefbedrijf “Zuid- en West-Nederland” te Sterksel is vergelijkend onder-zoek gedaan naar een luchtinlaatsysteem met en zonder grondbuizen bij vleesvarkens, guste en dragende zeugen en zogende zeugen. Tijdens het onderzoek is bij geen van de diercatego-rieën een verbetering van de technische resulta-ten waargenomen. In dit artikel zijn daarom alleen de energetische aspecten in de economi-sche beschouwing betrokken. Bij de biggenop-fok is geen vergelijkend onderzoek gedaan, maar is het energieverbruik berekend.

Vleesvarkens

In de afdelingen met grondbuizen is door de ventilatoren 14% minder energie verbruikt dan in de afdelingen zonder grondbuizen. Het totale energieverbruik voor verwarming was in de afdelingen zonder grondbuizen 27% hoger dan in de afdelingen met grondbuizen.

Guste en dragende zeugen

In de afdelingen met grondbuizen werd door de ventilatoren 7% minder energie verbruikt dan in de afdelingen zonder grondbuizen. Het totale energieverbruik voor verwarming was in de

afdelingen zonder grondbuizen bijna tweemaal zo hoog als in de afdelingen met grondbuizen.

Kraamafdelingen

Uit het onderzoek bleek dat er geen besparing op de energiekosten van de ventilator kon wor-den gerealiseerd. In de afdeling met grondbui-zen werd op verwarmingsenergie op jaarbasis 275 kWh per dierplaats bespaard.

Biggenopfok

Om tot een overzicht te komen van de energie-besparing en de kosten-baten verhouding voor alle diercategorieën is het energieverbruik voor de biggenopfok berekend. Uitgangspunten hier-bij waren een effectiviteit van de grondbuizen van 80% en 5% leklucht. Ook is gebruik ge-maakt van de klimaatgegevens van een gemid-deld jaar, gedefinieerd door het KNMI. Uit de berekeningen blijkt dat er een kleine energiebe-sparing mogelijk is. In de winterperiode kan er vrij veel bespaard worden, maar in de zomerpe-riode moet er juist meer verwarmd worden in de afdeling met grondbuizen. Dit laatste wordt veroorzaakt doordat de grondbuizen niet kun-nen worden afgesloten. Bij warm weer wordt de lucht in de grondbuizen afgekoeld. Vetvol-gens moet de lucht weer worden opgewarmd voordat deze de afdeling in kan.

Economische beschouwing

Alleen de meerkosten voor het toepassen van grondbuizen ten opzichte van de kosten voor een ventilatiesysteem zonder grondbuizen zijn in de economische beschouwing meegenomen. Bij berekening van de investeringskosten is

(2)

gegaan van een vermeerderingsbedrijf met 160 zeugen en een vleesvarkensbedrijf met 1800 dieren. Uitgaande van gelijkblijvende produktie-resultaten is alleen de besparing op energiekos-ten als “baenergiekos-ten” meegenomen bij de economi-sche analyse. Hierbij is uitgegaan van een gemid-delde prijs van f O,I8 per kWh (KWIN, 1994). De kosten per kWh verwarming, bij toepassing van indirecte verwarming met gas, bedragen f 0,08. Hierbij is uitgegaan van een totaal ren-dement van de verwarmingsinstallatie van 70% en een aardgasprijs van f 050 per m3 (KWIN, 1994). De jaarlijkse kosten voor grondbuizen zijn opgebouwd uit de afschrijvingskosten (afschrijven in 20 jaar): 5,0%, de kosten voor onderhoud: I ,2% en de kosten voor rente: 7% van het gemiddeld extra investeringsbedrag.

Conclusies

Tijdens het onderzoek is bij alle diercategorieën grondbuisventilatie in combinatie met een venti-latieplafond toegepast. Uit het onderzoek is gebleken dat de gekoelde lucht uit de grondbui-zen behoorlijk wordt opgewarmd boven het ventilatieplafond. Het koelend effect van de grondbuizen kon hierdoor niet goed benut wor-den, Door gebruik te maken van een directe luchtinlaat of van een kanaal onder de voergang in combinatie met grondbuisventilatie kan de effectiviteit van de koeling worden vergroot. Het blijkt dat grondbuizen in de gekozen proef-opzet alleen economisch rendabel zijn bij guste en dragende zeugen, In de biggenopfok is het verschil tussen de baten en de kosten zeer klein. Door gebruik te maken van een andere staluit-voering, of door verbetering van de technische resultaten, kan de kosten-baten verhouding bij deze diercategorie al omslaan. I

Tabel I : Kosten - baten analyse grondbuizen (per dierplaats per jaar)

vlees-varkens guste en dragende zeugen kraam biggen-afdeling opfok besparingenlbaten’ elektriciteit verwarming f 059 f OP47 f 4188

f

29,92

f 22,-

f 224

extra kosten extra investering jaarkosten

f

200,-

f

250,-

f

450,-

f

5Q-f

l9,40

f

24,25

f

43,65

f 485

verschil baten-kosten

-f

l3,73

+f

6,14

-f

21,65

-f

2,6l ’ De mogelijke positieve invloed van grondbuisventilatie op de technische resultaten is in deze

bere-keningen niet meegenomen.

_.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In de zomermaanden van 1969 t/m 1973 is in tien gebieden de verza­ digde horizontale doorlatendheid van diverse veensoorten gemeten, om meer inzicht in deze materie te

De volkjes werden vernietigd en de bodem werd behandeld met insecticiden (de kleine bijenkastkever verpopt zich in de bodem).. Op 11 september meldde het laboratorium dat het om

terwijl 4 plekken bemonsterd zijn op het Veerse Meer tussen de Haringvreter en de Piet (zie fig. Een technische voorwaarde bij de bemonstering was, dat de waterdiepte niet groter

In de verschillende jaren zijn er af en toe statistisch betrouwbare verschillen in opbrengst maar gemiddeld genomen zowel per locatie als over de locaties heen zijn er

4. Bieden van een eindbeeld voor 2030 van een robuust regionaal netwerk voor OV, fiets en auto. In het rapport wordt gesteld dat de bereikbaarheid van de regio onder druk staat.

vindt een intensievere botvorming plaats dan in het tweede deel, waardoor men zou verwachten, dat dan meer P nodig is Günther en Rosin (1970) kwamen echter op grond

Uit voorgaande komt het beeld naar voren (figuur 3) dat een veehouder die meer quotum heeft, met een grotere melkafzet per koe, die op zijn bedrijf een lager celgetal realiseert

Niet alleen fijne aggregaten, maar ook breedwerpig gestrooide zaden, granula- ten en kunstmest worden door herschikking in de grond gebracht.. Zaadonkrui- den kunnen worden