• No results found

Het Jonkershof te Jonkershove (Houthulst)

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Het Jonkershof te Jonkershove (Houthulst)"

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

HET JONKERSHOF TE JONKERSDOVE (HOUTHULST)

Van februari tot april 1982liep op het site van het Jonkershof te Houthulst de tweede en laatste camapgne, die ook nu het resultaat was van een samenwerking tussen de gemeente Houthulst en de Nationale Dienst voor Opgravingen.

Het Jonkershof, een site met walgracht met duidelijke opperhof-neerhof-structuur, gaat terug tot omstreeks 1300. Bij de eerste campagne verkregen we gegevens omtrent de datering, de inplanting en de opwerpingstechniek van het wooneiland. Deze bevindingen werden bevestigd en waar nodig aangevuld tijdens de tweede campagne. Toen kwamen ook resten van enkele bakstenen gebouwen vrij. Bij deze campagne werd dan ook getracht een beter beeld te krijgen van het uitzicht en de evolutie van het gebouwenbestand op het wooneiland.

Op de westhelft van het plateau, tegen de walgracht troffen we een ruim rechthoekig woonhuis van uitwendig 10,5 op 6,5 m aan dat Noord-Zuid georiënteerd was (fig. 61 ). De bewaarde fragmenten van de fundering waren opgetrokken met een lichtrode baksteen van 28 X 13,5 X 6,5/7 cm (staandver-band). Tegen de westmuur, ingeplant op de rand van de walgracht was even voor de N.W.-hoek een brede steunbeer aangebouwd. Binnenin bleek de woning door een brede muur in twee nagenoeg gelijke ruimten opgedeeld. In de zuidelijke helft, een kelder, was de oorspronkelijke aangestampte kleivloer bewaard gebleven. Uitgaande van het baksteenformaat en het materiaal in de kleivloer kunnen we de bouw in de eerste helft van de 14de eeuw situeren. Het gaat hier dan ook naar alle waarschijnlijkheid om de eerste solide constructie op het plateau opgericht. De muurdikte (ca. 75 cm) en de steunbeer laten zeker twee bouwlagen toe. Deze gesloten hoge constructie ingeplant op de rand van de gracht zal dan ook een monumentale aanblik hebben geboden en dit hielp, samen met het complexe wallenpatroon, de status van het hof als kern van een heerlijkheid benadrukken. Bovendien bleek de toegang reeds in deze periode door een poort benadrukt. Op de noordoever van de gracht, in het verlengde van de gesloopte houten brug legden we de onderbouw vrij van een zuil, die opgetrokken was met resten van dezelfde baksteen als het woonhuis.

Een 2-tal m ten oosten van en in een L-vormige opstelling met dit eerste woonhuis was een kleine constructie (4,5 X 5,5 m) met halfverdiepte kelder opgebouwd (fig. 67). De keldermuren, opgebouwd met een rode baksteen van 26/26,5 X 12,7 X 6 cm (staandverband) waren tegen de wand van de funderings-kuil opgemetst. Steunend op het materiaal en het schervenmateriaal onderaan de funderingskuil kunnen we een datering in de tweede helft van de l4de eeuw vooropstellen.

Op de zuidhelft van het wooneiland sneden we een derde constructie aan, waarvan enkel het uitbraakspoor te volgen was. Dit ruim gebouw, buitenwerks

(2)

HET JONKERSHOF TE JONKERSHOVE (HOUTHULST) 115

Fig. 61. Microtopografische kaart (partim) met aanduiding van het oorspronkelijk oppervlak van het wooneiland en van het 14de-eeuwse gebouwenbestand.

(3)

116 HET JONKERSHOF TE JONKERSHOVE (HOUTHULST) - - - 1 ---, I I I I . l I I I I I I I I I I I I I I I I

3

E:SJ

I I I I I f2777] 4L222]

Fig. 62. Grondplan van het 14de-eeuwse woonhuis. I : uitbraak, 2 : in situ bewaarde funde-ringen, 3 : post-middeleeuwse constructies, 4 : keldervloer.

(4)

HET JONKERSHOF TE JONKERSHOVE (HOUTHULST) 117

ongeveer 6,25 m breed en minstens 11 m lang, bleek onderkelderd en in een drietal ruimten onderverdeeld. Onder de gedeeltelijk bewaarde baksteenvloer van een van deze ruimtes stak nog een afloop. De datering van dit vermoedelijke woonhuis kan slechts ruim gesteld worden : de rode baksteen van 26 X 12,6 X 6,5 cm wijst uiter-lijk naar de 14de eeuw, terwijl het materiaal in de uitbraak een opgave in de 17de of

18de eeuw laat vermoeden. Die baksteenroof en een nivellering van de westhelft van het plateau had heelwat funderingen uitgewist, waardoor de verdere recon-structie fel werd bemoeilijkt.

Enkele elementen wijzen erop dat het gebouwenbestand omstreeks 1600 een belangrijke wijziging onderging waarbij de oude funderingen evenwel in belang-rijke mate herbruikt werden. Van een van deze nieuwe constructies kregen we een beter beeld. Het betrof een rechthoekig Noord-Zuid gericht woonhuis van 7,5/8 op 6/5,9 m dat het kleine 14de-eeuwse gebouw verving en tot de opgave van het site in gebruik bleef. De muren van de halfondergrondse kelder bleken goed bewaard en waren opgetrokken met een gele baksteen van 23 X 11 X 6 cm. Niet minder dan drie opeenvolgende bevloeringen werden teruggevonden. Tegen de zuidmuur bleven de onderbouw van twee schouwwangen bewaard. Het gelijkvloers was via een aanbouw tegen de noordmuur toegankelijk (fig. 62).

Een laatste belangrijke wijziging onderging het site in de eerste helft van de 19de eeuw. Nadat reeds in de loop van de tweede helft van de 18de eeuw de houten toegangsbrug naar het wooneiland door een aarden dam was vervangen, werd het plateau in noordelijke richting over de walgracht heen uitgebreid. Hierop verscheen een gebouw dat echter niet naar onderzocht werd.

De eerste wereldoorlog bezegelde definitief het lot van de hoeve. Verlaten door haar bewoners werd het woonhuis door de Duitsers tot een bunker omgebouwd, die echter na de oorlog grondig gesloopt werd. Het nieuwe landbouw-bedrijf verrees een 200 m noordwaarts op de drogere gronden van de valleirand.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Hier legde ik de meege- brachte bloemen in de Israëlische kleu- ren blauw-wit, versierd met de Israëlische vlag, als groet van het verre en toch voor hen en mij

dat als daaraan niet zoveel aandacht besteed was, er binnen het bestuurlijke en ambtelijke kader niet zo'n draagvlak zou zijn ontstaan als er op dit moment aanwezig is. Maar

Het onderzoek van Filip Dewallens naar het statuut van de ziekenhuisarts kon niet op een beter moment komen. Het statuut bestaat nu bijna 30 jaar, maar grondig juridisch onderzoek

Daarbij koppelt de auteur de eigendomsexclusiviteit voor het eerst zeer expli- ciet aan de (actieve) elasticiteit van het eigendomsrecht. Hierdoor komen een aan- tal paradigma’s op

Hij schrijft er onder andere dit van: "eerst heeft hij gehandeld over Psalm 22, 69, 72; voorts over Jesaja 53; Zacharia 3 en 9:9-11, Micha 5:1, Deuteronomium 18:15-22 en nog

De lieden van de wereld, van welken hun deel in dit leven is, zijn met de eerste ingenomen; maar de wezenlijk bekeerden of de ware gelovigen met de laatste, volgens dat

[r]

7 ideeën over schoonheid in kunst herkennen en deze beschrijven, mede in relatie tot de historische context.. Hij kan verbanden leggen tussen deze ideeën