• No results found

De werkzaamheden van de schenker, als vermeld in de Deir el- Medina Database

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "De werkzaamheden van de schenker, als vermeld in de Deir el- Medina Database"

Copied!
43
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

De werkzaamheden van de schenker, als vermeld in de

Deir el-Medina Database

BA- scrip*e van Johan Oos*ng, s0555029

Universiteit Leiden,

Faculteit Geesteswetenschappen,

Oude Culturen van de Mediterrane Wereld,

Maart 2019

Begeleider: Dr. B.J.J. Haring

Tweede lezer: Dr. R.J. Demarée

(2)
(3)

Inhoudsopgave

Op de titelpagina is een stele afgebeeld van de schenker 4tX-Hr-wnm=f, Allard Pierson Museum Amsterdam, inventarisnummer 9114.

1.

Inleiding

2

2.

De ontwikkeling van het ambt van de schenker

4

2.1

De beide titels

4

2.2

Werkzaamheden van de schenkers

6

2.2.1 Oorspronkelijke werkzaamheden

6

2.2.2 Uitbreiding van de werkzaamheden

7

2.3

Positie

10

3.

Teksten

14

4.

Samenvatting

30

5.

Conclusies

35

6.

Literatuurlijst

37

7.

Lijst van afkortingen

41

(4)

1. Inleiding

In het bestuursapparaat van de koningen van Egypte kwamen verschillende ambten voor, 1 2

waarvan het ambt van schenker er één was. Over de organisatie van dit apparaat is veel bekend 3

en gepubliceerd en van veel hogere ambtenaren zijn de namen en titels bekend. 4 5

De titel “schenker” doet vermoeden dat deze personen zich bezighielden met het serveren van dranken. Echter, de werkzaamheden van de schenkers die in deze scriptie worden besproken, betreffen niet het serveren van dranken en het bedienen van personen, maar hebben betrekking op het uitvoeren van (staats)taken in opdracht van de koning. In de literatuur wordt gesteld dat de hier bedoelde schenkers oorspronkelijk de koning hebben bediend , maar het is de vraag of 6 deze schenkers daarnaast ook nog de oorspronkelijke werkzaamheden uitvoerden . 7 In de Egyptische teksten wordt de schenker aangeduid als wdpw of wbA, waarbij diverse schrijfwijzen voorkomen. Gedurende achttiende dynastie en nadien wordt vaak de toevoeging n(i)-sw.t aan de titel verbonden. 8 Het ambt, zoals dat in dit werkstuk wordt besproken, wordt voor het eerst genoemd gedurende de eerste helft van de achttiende dynastie. Een aantal schenkers en de werkzaamheden die zij voor de koning hebben uitgevoerd, is bekend door de vondst van hun graven en door de teksten die daarin en op steles werden aangetroffen. Deze werkzaamheden hielden bijvoorbeeld in het vergezellen van de koning op buitenlandse veldtochten, het innen van oorlogsbuit en het toezien op de bouwactiviteiten van de koning. In Deir el-Medina hielden zij namens de koning onder meer toezicht op het bouwen van de koninklijke graftombe. Tijdens en na de regering van Ramses II werden ook buitenlanders in dienst genomen als schenker. Aan het einde van de Uit de literatuur blijkt dat over het onderwerp van deze scrip9e de nadruk wordt gelegd op hetgeen bekend is 1 uit het Oude Rijk, Middenrijk en Nieuwe Rijk. N. Strudwick, The Administra.on of Egypt in the Old Kingdom:The Highest Titles and their Holders, (Londen, 2 1985). Van Dale Groot Woordenboek van de Nederlandse Taal, Twaalfde druk in de nieuwe spelling, (Utrecht,1995), 3 173: defini9e van ambt: “openbare betrekking waarin men door de overheid of enig erkend gezag benoemd wordt”. W. Grajetzki, Court officials of the Egyp.an Middle Kingdom, (Londen,2009). 4 A.R. Al- Ayedi, Index of Egyp.an Administra.ve, Religious and Military Titles of the New Kingdom, (Ismailia, 5 2006). J. Malek, “The Royal Butler Hori at Northern Saqqara”, JEA 74 (1988), 134, alsmede A.R. Schulman, “The Royal 6 Butler Ramessesemperre”, JARCE XIII (1976), 123. M. Gregersen, “Butler, Cupbearer, L’échanson or Truchsess”, in J-C. Goyon en Chr. Cardin (eds), Proceedings of 7

the Ninth Interna.onal Congress of Egyptologists, (Grenoble,2007), I, 849, stelt dat de wbA n(i) sw.t nooit als

bediende kan hebben gewerkt, maar toezicht houdende taken en staatstaken heec uitgevoerd. W. Helck, “Titel und Titulatoren”, in W. Helck und E. Oeo (eds), LÄ VI (Wiesbaden,1986), 596, stelt dat 8 ambts9tels onder meer betrekking kunnen hebben op een in de bureaucra9e verankerd ambt met een kantoor en ondergeschikten. Bij de onderhavige bespreking van het ambt van schenker is de 9tel eveneens dezelfde, waardoor verwarring kan ontstaan tussen de begrippen “ambt” en “9tel”. Uit de context kan echter blijken in welke gevallen het ambt en in welke andere gevallen de 9tel wordt bedoeld. In het volgende hoofdstuk zal voornamelijk het ambt worden besproken. In de daarop volgende hoofdstukken zullen zowel de 9tel als het ambt worden besproken.

(5)

twintigste dynastie hadden sommige van deze schenkers ook andere ambten en titels , zoals die 9 van hoofd van het schathuis. Er bestaat informatie over verschillende personen die het ambt van schenker hebben uitgeoefend . Het is echter niet mogelijk een objectief beeld te krijgen van de persoonlijke 10 eigenschappen, bekwaamheden en omstandigheden van de diverse schenkers en de redenen van de koningen om hen bepaalde opdrachten te geven . Immers, de autobiogra\ieën van de 11 schenkers zelf geven niet per sé een objectief beeld van hun kwaliteiten. Wel bestaat er informatie over de verschillende werkzaamheden die door de schenkers worden uitgevoerd. In diverse bronnen kan deze informatie worden gevonden, zoals de teksten en a\beeldingen in hun graven en op hun steles, alsmede in administratieve teksten . Vervolgens kunnen de teksten 12 worden genoemd die zijn verzameld in de Deir el-Medina Database , waarin het ambt en 13 verschillende schenkers diverse malen voorkomt en de werkzaamheden van de verschillende schenkers in Deir el-Medina worden vermeld. Deze teksten uit de Database zijn niet eerder bestudeerd over dit onderwerp, zodat het interessant zou zijn dit onderzoek te doen. De onderzoeksvraag kan als volgt worden geformuleerd: wat waren de werkzaamheden van de schenkers in Deir el-Medina, zoals die zijn beschreven in de teksten die zijn opgenomen in de Deir el-Medina Database? Daaraan is gekoppeld de subvraag: kan enige conclusie worden getrokken omtrent de rangorde van de schenkers enerzijds en de overige ambten anderzijds en over de onderlinge rangorde tussen de verschillende schenkers. Allereerst zal worden besproken wat bekend is over het ambt in het algemeen, waarna het tekstmateriaal wordt besproken. Tot slot zullen de uitkomsten van het onderzoek worden gepresenteerd en zullen de bovengestelde vragen worden beantwoord. In het volgende hoofdstuk worden de beide 9tels besproken en de ontwikkeling van het ambt. 9 A.R. Schulman, “The Royal Butler Ramsessessamiaon”, CdÉ LXI (1986), 199-202 en in een Addendum, CdÉ LXV 10 (1990), 12-20, die een lijst heec opgesteld van schenkers in de Ramessiden9jd. J. Vergote, Joseph en Égypte: Génèse, chap. 37-50 à la lumière des études égyptologiques récentes, (Leuven, 11 1959), 37-38, die ook voorbeelden uit andere culturen en periodes noemt, waar bedienden een rol in het staatsapparaat van een absolute monarchie hebben bekleed. Zie eveneens Nehemia 1:11 en Nehemia 2:1, waar blijkt dat Nehemia aan het hof van de Perzische koning Arthahasta als schenker optrad. Hierbij kan worden gedacht aan de verslagen van de haremsamenzweringen ten 9jde van Ramses III en de 12 grafroverprocessen ten 9jde van Ramses XI.

The Deir el-Medina Database<hep://www.dmd.wepwawet.nl> geraadpleegd 18 maart 2019. 13

(6)

2. De ontwikkeling van het ambt van de schenker

Gedurende de Late Pre-dynastieke en Vroeg-dynastieke Periode hebben schenkers mogelijk gewerkt als bedienden aan de hoven van de koningen, maar daarover bestaat geen informatie. De titel wordt wel genoemd in het Oude Rijk . 14 In het Middenrijk wordt de titel eveneens vermeld en zelfs is een enkele schenker bij naam bekend. Gedurende de eerste helft van de achttiende dynastie komen titel en ambt vaker voor en worden dan ook meer personen, die dit ambt uitoefenden, bekend . 15 2.1 De beide titels Alvorens op de ontwikkeling van het ambt in te gaan, zullen eerst de beide titels waaronder het 16 ambt bekend staat, namelijk wdpw en wbA, worden besproken. In het Wörterbuch wordt wdpw vertaald met “Aufwärter” en “Diener im Haus”, met de 17 aantekening dat deze titel in het Oude Rijk en het Middenrijk voorkomt. Beide titels kunnen worden vertaald met “bediende”. Ook komt de betekenis “Truchsess” voor die als “hofmeester” of “hofmaarschalk” kan worden vertaald. In het Engels wordt “butler” of “cupbearer” gebruikt als vertaling. In de schrijfwijze van wdpw komt in veel gevallen het hiëroglief voor, de bierpul, afgewisseld met het hiëroglief , de kruik met handvatten, die beide een duidelijke relatie hebben met dranken . 18 WbA wordt in het Wörterbuch op dezelfde wijze vertaald, met daarbij de opmerking dat deze 19 titel sinds het Middenrijk voorkomt. Het werkwoord wbA heeft daar onder meer de betekenis van “schenken van een drank”, “boren” en “openen”. WbA wordt in veel gevallen geschreven met gebruikmaking van het hiëroglief , de boor . 20 Gardiner stelt dat wdpw het oudere woord is en de betekenis van “butler” en ook die van “kok” 21 heeft. Hij vervolgt dat wbA de betekenis heeft van “servant/attendant”, ofwel “bediende”, met dien verstande dat de wbA betrokken is bij de bereiding en het opdienen van voedsel, speciaal van wijn en bier, bestemd voor de koning. Vooral de toevoeging “wab a.wi”, rein van handen, heeft daarop betrekking. Strudwick, Administra.on of Egypt, vermeldt het ambt van schenker niet. M. Gregersen, in J-C. Goyon en Chr. 14 Cardin (eds), Proceedings, 839-50 noemt een aantal vermeldingen in het Oude Rijk en Middenrijk, echter zonder bronvermelding. W. Helck, Zur Verwaltung des Mi_leren und Neuen Reiches, (PdÄ 3; Leiden, 1958), 269-78. 15 S. Quirke, Titles and bureaux of Egypte 1850- 1700 BC, Egyptology I (Londen,2004), die een beschrijving geec 16 van de vele 9tels aan het hof van de koning en bovendien stelt dat men voorzich9g moet zijn met het gebruik van dit begrip. Wb II, 388. 17 Gregersen, in Goyon en Cardin (eds), Proceedings, 839-41, respec9evelijk A.H. Gardiner, Egyp.an Grammar, 18 third edi9on, revised, (Oxford,1973), 530, tekenlijst W22, respec9evelijk W23. Wb II, 290-2. 19 Gregersen, in Goyon en Cardin (eds), Proceedings, 840 en Gardiner, Egyp.an Grammar, 519, tekenlijst U26. 20 A. H. Gardiner, Ancient Egyp.an Onomas.ca, Text Volume I, (Londen,1947), Autographed Text, A122, 43-4. 21 4

(7)

Helck noemt beide titels eveneens, zonder te vermelden of sprake is van eerder of later 22

gebruik. Hij voert overigens aan dat er een hiërarchisch verband bestaat, waarbij de wdpw 23

onder leiding van de wbA het eigenlijke werk in de voorraadkamers in het paleis doet en daarbij wordt geassisteerd door de jongere bedienden, de iHms.w. Quirke vermeldt dat de wdpw 24

degene is die het voedsel naar de tafel brengt en dat de wbA dezelfde taak heeft, maar mogelijk juist een lagere status heeft.

Vergote stelt dat de eerste betekenis van wdpw “kok” is, maar wijst ook op een passage in De 25

Welsprekende Boer waar het gaat om de wdpw die dieren slacht in de context als 26

keukenactiviteit. Daarnaast betrekt hij de term wdpw ook op het personeel dat aan tafel bedient aan het hof van de koning en beschouwt hij de wbA als de “schenker” . Lichtheim en Simpson 27 28 29

vertalen in de hierboven genoemde passage overigens wdpw met “slager”. Gregersen heeft een overzicht samengesteld waaruit blijkt dat wdpw en de vrouwelijke variant 30 wdpw.t vooral voorkomen in het Oude Rijk, Eerste Tussentijd, Middenrijk en Tweede Tussentijd. Deze titel komt sporadisch voor in het Nieuwe Rijk om ten slotte in de Late Tijd weer enigszins in gebruik te raken. Zij stelt voorts dat de titel wbA niet voorkomt in het Oude Rijk en de Eerste Tussentijd en pas in het Middenrijk verschijnt en vooral in het Nieuwe Rijk wordt gebruikt. Daarnaast meldt zij dat de toevoeging n(i)-sw.t in het Nieuwe Rijk, in de achttiende dynastie, in gebruik komt, met dien verstande dat wdpw n(i)-sw.t sporadisch voorkomt in de achttiende en negentiende dynastie. Vergote meldt overigens dat “wdpw” nog regelmatig wordt gebruikt in de 31 achttiende en negentiende dynastie. Het lijkt er dan ook op, dat wdpw de oudste titel is en dat wbA daarna in gebruik raakt. Beide termen kunnen niet los worden gezien van de begrippen “voedsel” en “drank”, waarbij het dan vooral gaat om degenen die met het voedsel en drank te maken hebben in de zin van bereiding 32 en bediening. Gelet op het Wörterbuch is een vertaling als “schenker” te prefereren boven die van bediende of butler. Deze vertaling past beter bij de vertaling van het werkwoord wbA en kan dan als imperfectief actief deelwoord worden vertaald: “hij die schenkt”. Ook Vergote gebruikt dit Helck, Verwaltung, 269. 22 ibid., 257. 23 Quirke, Titles, 66. 24 Vergote, Joseph en Égypte, 32-3. 25 ibid., 32, waar hij verwijst naar tekstpassage B 1,176 van de Welsprekende Boer. 26 ibid., 36. 27 M. Lichtheim, Ancient Egyp.an Literature, The Old and Middle Kingdoms, I, (Berkeley,2006),176. 28 W. K. Simpson, The literature of Ancient Egypt, An Anthology of Stories, Instruc.ons, Stelae, Autobiographies 29 and Poetry, (Cairo,2003),35. Gregersen, in Goyon en Cardin (eds), Proceedings, 840-1. 30 Vergote, Joseph en Égypte, 34-35 met bronvermelding in de noten 1 en 2. 31 ibid., 36-37; hierbij kan worden gedacht aan het uitpersen van druiven en rozijnen in een beker. 32

(8)

argument . “Butler” suggereert een functie en positie in een huishouding die niet gebruikelijk 33 was in een Egyptische setting, waar in dat geval eerder de term imi-rA pr zou worden gebruikt . 34 In het vervolg zal dan ook de term “schenker” worden aangehouden, waar het gaat om de wdpw/ wbA. Beide titels worden gebruikt in dezelfde context als het gaat om de werkzaamheden van de betreffende personen, zodat dit argument ervoor pleit om dezelfde vertaling te gebruiken. 2.2 Werkzaamheden van de schenkers Alvorens nader in te gaan op de werkzaamheden van de schenkers, als bedoeld in dit werkstuk, wordt allereerst een beeld gegeven van de oorspronkelijke werkzaamheden van een schenker. Daartoe kan de navolgende a\beelding van een banketscene dienen uit het graf van PAHri . 35 2.2.1 Oorspronkelijke werkzaamheden Een schenker heeft in zijn rechterhand een kom met drank en biedt deze aan de gasten aan en in zijn linkerhand heeft hij twee drinkbekers waaruit de gasten kunnen drinken. In de tekst wordt de schenker omschreven als de wbA n pA HAti-a PA-bHT . Uit andere graven zijn eveneens 36

a\beeldingen bekend die inzicht geven in het oorspronkelijke schenkersambt. Figuur 1: Banketscene uit het graf van PAHri Vergote, Joseph en Égypte, 36-7, waar hij uitgaat van de betekenis “ openen”, dan wel “doorboren”. 33 Wb II, 514, waarin deze term wordt vertaald met “Hausverwalter” ofwel huismeester, intendant. 34 J.J. Tylor F.S.A. and F.Ll. Griffith B.A., F.S.A., The tomb of Paheri at El Kab (Londen,1894), 1-24 en pl.VII. 35 36 ibid., 24: “de schenker van de HAti-a PA-bHT”.

(9)

In het graf TT 110 van de schenker 9Hwty , die werkte voor zowel Hatsjepsoet als voor 37 Toetmoses III, zijn teksten en a\beeldingen opgenomen die inzicht geven in het schenkersambt. Personen en grote hoeveelheden drinkbekers, vaten en schalen van allerlei afmetingen zijn afgebeeld. Sommige personen staan in vaten, gieten vloeistoffen over in andere vaten en gebruiken waaiers om vloeistoffen te koelen of om vliegen te verjagen. 2.2.2 Uitbreiding van de werkzaamheden Gregersen heeft de verschillende functies en werkzaamheden van de wdpw/wbA gedurende het 38 Oude Rijk, Middenrijk en Nieuwe Rijk schematisch weergegeven. Uit haar onderzoek blijkt dat de wdpw voornamelijk in het Oude Rijk, Eerste Tussentijd, Middenrijk, Tweede Tussentijd en het Nieuwe Rijk vooral wordt vermeld in relatie tot het brengen van offers, bedienen, slachten, brouwen, bereiden van voedsel en het verrichten van tempeldiensten. De wbA wordt voornamelijk in het Nieuwe Rijk vermeld waarbij het vooral gaat om het brengen van offers, bedienen, brouwen, verrichten van tempeldiensten en het verlenen van juridische diensten. Deze laatstgenoemde activiteit is een duidelijke uitbreiding van de werkzaamheden van de schenkers. Schmitz vermeldt dat schenkers vanaf het Middenrijk toezicht hebben over de keuken en 39 vooral over de voorraden in de privé- huishoudens en sinds de achttiende dynastie ook in het koninklijk paleis deze taken uitoefenen en de koning bedienen. Gregersen vermeldt vervolgens dat de titel wordt uitgebreid met de toevoeging n(i)-sw.t gedurende de achttiende dynastie. Tijdens de regering van Toetmoses II komt deze titel voor in relatie tot paleis- en tempeladministratie, in een sacrale context, bouwactiviteiten en militaire activiteiten. Tijdens de regering van Ramses II en daarna worden deze werkzaamheden uitgebreid met juridische werkzaamheden, terwijl deze titel in de twintigste dynastie voornamelijk voorkomt in relatie tot de paleisadministratie. Malek verklaart de uitbreiding van 40 deze werkzaamheden als een gevolg van hun positie als vertrouweling in het directe gezelschap van de koning. Deze vertrouwenspositie stelde deze schenkers in de gelegenheid andere

werkzaamheden en taken uit te voeren voor de koning . Davies stelt dit eveneens en voegt 41 42

daaraan toe dat zij als gevolg daarvan belangrijke ambten konden bekleden en de daaraan N. De G. Davies, “6eHuti:Owner of Tomb 110 at Thebes”, in Studies presented to F.Ll.Griffith,(Londen,1932), 37 279-290 die vermeldt dat de a\beeldingen in het graf zwaar zijn beschadigd; zie ook Helck, Verwaltung, 269. Dit graf wordt onderzocht en gerestaureerd door ARCE; zie hiervoor <hep://e110erfs.blogspot.nl>, geraadpleegd 10 januari 2017. Gregersen, in Goyon en Cardin (eds), 842-8. 38 B. Schmitz, “Truchsess”, in W. Helck en E. Oeo (eds), LÄ VI, 771-2 39 Malek, JEA 74, 134. 40 Ook andere schrijvers wijzen op deze vertrouwensband tussen de koning en de schenkers, zoals B. Schmitz, 41 “Truchsess”, 771-2. De G. Davies, in Studies presented to F. Ll. Griffith, 279-290. 42

(10)

verbonden inkomsten konden verwerven . Erman meent dat de koning ertoe werd gebracht 43 44 door een wantrouwen tegen de eigen onderdanen en dat zich onder de schenkers veel buitenlanders bevonden. Een andere verklaring die wordt gegeven voor de uitbreiding van hun werkzaamheden ligt in de vertrouwenspositie van de schenkers als gevolg van hun gemeenschappelijke opvoeding als pages aan het hof, de Xrd.w n kAp . 45 Ter illustratie van bovenstaande zal hierna een aantal schenkers en hun werkzaamheden worden besproken. In de autobiogra\ie in zijn graf beschrijft 9Hwty zichzelf onder meer als “degene die het vertrek van de koning met giften binnengaat, degene aan wie de geheimen van het hart worden verteld, de goede vriend van degene die zijn hart opent voor hem, rein van gezicht en handen als hij de rituelen van[Amon]in Karnak uitvoert, hij die een vooraanstaande plaats in het paleis inneemt en op ieder uur wordt geroepen, hij die zijn gedachten bedekt in een situatie die daar om vraagt en de orders van de goede god uitvoert” . 9Hwty had verschillende titels, zoals onder meer: iri-pa.t HAti-a imi-46 47 ib nTr nfr Smsw sw.t r nmt.wt=f wa mnx ib n nb tA.wi wdn […] ATp xAw.t n nb […] wHmw- n(i)-sw.t mr=f 9Hwtj mAa-xrw . Ook voerde hij de titel wbA n(i)-n(i)-sw.t. Uit het feit dat hij een tombe 48

bezat met prachtige reliefs die hem tonen, onder meer, bij het bewijzen van eer aan zowel Hatsjepsoet als Toetmoses III en uit bovenvermelde titels en teksten, blijkt dat 9Hwty niet meer (uitsluitend) een schenker/bediende was, maar een vooraanstaande positie aan het koninklijke hof bekleedde.

Een andere schenker die kan worden genoemd, is Mnw-msw, die werkte voor Toetmoses III en Amenhotep II. Op zijn beeld worden de volgende titels vermeld: [iri-pa.t HAti-a smr wa] sr n n(i)-49 sw.t aA n biti HAti-a imi-rA Hm.w-nTr n MnTw nb WAs.t imi-rA kA.wt m rA-pr.w nw nTr.w [5maw MHw

In dit verband is interessant: N. Elias, De hofsamenleving, Een sociologische studie van koningschap en 43 hofaristocra.e, (Amsterdam,1997). De auteur bespreekt het hof van Lodewijk XIV vanuit een sociologische invalshoek en stelt onder meer dat iemands posi9e aan het hof werd bepaald door twee factoren, namelijk de officiële rang, maar vooral de feitelijke (machts)posi9e (p.132). De meest private verrich9ngen ten behoeve van de koning werden gebruikt om rangverschillen aan het hof te scheppen, hetgeen illustra9ef is voor de verdeel- en heerspoli9ek van de koning (p. 255). De gunst van de koning is uiteindelijk leidend (p. 283). A. Erman, nieuw bewerkt door H. Ranke, Aegypten und Aegyp.sches Leben im Altertum, (Hildesheim, 1981), 44 117-9 Schmitz, LÄ VI,772 noemt een aantal schenkers die tezamen met de familieleden van de koninklijke familie 45 werden opgevoed en ook Gregersen, in Goyon en Cardin (eds), Proceedings, 849, heec een klein aantal schenkers met deze 9tel gevonden. De G. Davies, in Studies presented to F.Ll. Griffith, 287. 46 Deze beide 9tels tezamen worden wel vertaald als Prins-regent en Rijksgraaf, Erfvorst; zie R. Hannig, Grosses 47 Handwörterbuch Ägyp.sch-Deutsch (2800-950 v. Chr.), (Mainz,2006), 95. Deze 9tels staan dermate ver van de Egyp9sche werkelijkheid dat ervoor is gekozen deze beide 9tels niet te vertalen. De G. Davies, in Studies presented to F.Ll. Griffith, 285 en pl. 44e: “de iri-pa.t HAty-a, vertrouweling van de 48 goede god, begeleider van de koning op zijn reizen, de enige die loyaal is aan de heer van de Twee Landen, hij die offert voor […] , hij die draagt de offertafel van de heer […], de heraut van de koning die hem lieleem, 9Hwtj, oprecht van stem”. Urk.17, 1441-1448. 49

(11)

sXA n(i)-sw.t Mnw-msw] . Hij vergezelde Toetmoses III op diens veldtochten naar het huidige 50 Syrië en naar Nubië, was betrokken bij het verzamelen van oorlogsbuit en was verantwoordelijk voor het innen van het jaarlijkse tribuut. Hij leidde de legers van de koning en voerde daarbij de titel van schenker . Hij hield in opdracht van de koning toezicht op het bouwen van een aantal 51 tempels in het land, waarna hij werd aangesteld als Wabpriester in die tempels. Een schenker die eveneens leefde en werkte ten tijde van Toetmoses III was MnTw-iiwi. Op zijn stele wordt ook een aantal titels vermeld, zoals [iri-pa.t xtmw- biti] smr wa mnx n nb=f Hsi n nTr nfr

[wbA n(i)-sw.t wab a.wi MnTw-iiwi] . Hij vermeldt vervolgens dat hij een bAk n ip.t n(i)-sw.t is en 52 53

dat hij de koning op diens veldtochten vergezelde, zonder daarbij de speci\ieke werkzaamheden daarbij te vermelden. Hij deelt wel mede dat hij tijdens de regering van Amenhotep II boven alle ambtenaren aan het hof werd geplaatst. Uit voorstaande blijkt dat er in ieder geval ten tijde van Toetmoses III minimaal twee schenkers aan het hof werkzaam waren, die verschillende publieke staatstaken uitvoerden. Tijdens de regering van Amenhotep II is de schenker 4w-m-niw.t bekend, die, volgens de teksten in zijn graf in Thebe , onder meer tot taak had het “toezicht houden op de maaltijd en het drinken 54 in het paleis dat voor de koning wordt klaargemaakt en dat is voorzien van alle goede dingen“ . 55 Hij was onder meer opperstalmeester van de koninklijke stal en opzichter van de koninklijke schepen en voerde onder andere de navolgende titels: iri-pa.t HAty-a xtmw-biti smr-wa Smsw n(i)-56 sw.t [r] nmt.wt=f Hr xAs.wt rsi.wt mH.wt wa mnx wbA n=f ib mn-Hs.wt aA-mr.wt wbA n(i)-sw.t wdn [n Imn 4w]-m-nw.t mAa- xrw . Uit de titels van zijn vader IAmw-nfr, blijkt dat deze onder meer 57 58

“burgemeester van Nfr-wsi en hoofd van de priesters van Thot, de heer van Hermopolis” was en derhalve een belangrijke positie bekleedde. Dit is een interessant gegeven nu Helck stelt dat de 59 ibid.,1441, regel 11-13: [de iri-pa.t, HAty-a, de enige vriend], de Ambtenaar van de Koning, de Grote van de 50 Koning van Beneden-Egypte, de HAty-a en hoofd van de priesters van Montu, heer van Thebe, hoofd van de werken in de tempels van de goden [van Boven-en Beneden Egypte, de koninklijke schrijver Mnw-msw]”. Gregersen, in Goyon en Cardin (eds), 849 en Urk.17, 1442 regel 20. 51

Urk.17,1466, regel 11-12: [iri-pa.t en zegelbewaarder van de Koning van Beneden-Egypte], de enige vriend, 52 efficiënt voor zijn heer, de geprezene van de goede god, [de schenker van de Koning, rein van handen, MnTw-iiwi]. ibid.,1466, regel 13. Wb, 67: dienaar van de koninklijke harem. 53 TT 92; W. Wreszinski, Atlas zur Altaegyp.schen Kulturgeschichte (Leipzig,1923), 295-7, met o.a. aweeldingen 54 van de voorbereidingen van een maal9jd in het paleis, waarop 4w-m-nw.t toezicht houdt. Urk.,17,1449, regel 5-7, alsmede W. Helck, Urkunden der 18. Dynas.e, Übersetzung zu den Hemen 17-22, 55 (Berlijn,1961) 103. Urk.,17, 1452, regel 6. 56 Urk.,17, 1449, regel 15-19: de iri-pa.t, burgemeester, de zegelbewaarder van de Koning van Beneden-Egypte, 57 de enige vriend, begeleider van de koning [op] zijn reizen naar de zuidelijke en noordelijke landen, de enig efficiënte, aan wie iets toevertrouwd werd, blijvend van lof, groot van geliefdheid, de schenker van de koning, rein van handen, [de offerpriester van Amon, 4w]-m-nw.t, oprecht van stem. Urk.,17, 1452, regel 20. 58 Helck, Verwaltung, 271. 59

(12)

schenkers meestal uit de lagere sociale kringen a\komstig waren, maar 4w-m-niw.t was dan in ieder geval de uitzondering. Helck bespreekt nog andere schenkers en hun werkzaamheden, zoals de schenker Nb-Imn, die 60 onder Toetmoses II “hoofd van de hal van de koning” was en onder Toetmoses III “hoofd van 61 het huishouden van de vrouw van de koning en hoofd van alle schepen van de koning” was . Uit 62 het voorgaande blijkt overigens dat Nb-Imn, evenals Mnw-msw en 9Hwty onder opvolgende koningen werkzaam waren, een gegeven dat erop zou kunnen wijzen dat hun ambt niet a\hankelijk was van de gunst van één koning, maar een gevestigde status had. Het beeld dat zo in de loop van de 18de dynastie ontstaat, is dat de schenkers de koning op krijgstocht vergezellen en daarbij krijgsbuit ontvangen. Ze hebben diverse publieke 63 staatstaken in het overheidsapparaat en aan het hof. Uit deze periode is een aantal rijk geïllustreerde graven bekend , uit welk gegeven eveneens kan worden geconcludeerd dat deze 64 schenkers een vooraanstaande positie hebben bekleed. Nader onderzoek naar de schenkers die thans bekend zijn, kan wellicht inzicht geven in hun a\komst en de de loop van hun carrière. 2.3 Positie Helck stelt dat al gedurende de Amarnatijd het ambt van schenker dermate in aanzien was 65 gestegen dat het ambt werd genoemd in een opsomming van de verschillende rangen en standen, zij het nog na de generaals der strijdwagens, van de infanterie en van de huurlingen. De aanname daarbij is dat de plaats in de rangorde de importantie en de mate van invloed aangaf die een bepaald ambt en de houder van dat ambt had; hoe eerder genoemd, hoe belangrijker het ambt en de ambtshouder waren . Zoals ook uit de in het volgende hoofdstuk te bespreken 66 teksten zal blijken, was de gebruikelijke rangorde onder de hoge functionarissen, met een enkele uitzondering, die waarbij eerst de vizier werd genoemd, daarna de hogepriester van Amon en vervolgens de schenkers. Echter, de door Helck gebruikte tekst noemde niet de schenkers. De tekst op dat punt is niet meer aanwezig, maar het determinatief is nog wel leesbaar en is het hiëroglief dat niet als 67 determinatief voor schenkers werd gebruikt. Er moet op die plaats dan ook een ander woord zijn ibid., 270- 272. 60 K. Sethe, Urkunden der 18. Dynas.e, Historisch- Biografische Urkunden,Band 1, (Urk., Leipzig,1906) 150 regel 61 13. Voor een beschouwing over de koninklijke harem, voor wat betrec de indeling en func9e, is van belang: D. 62 O’Connor, “The King’s Palace at Malkata and the Purpose of the Royal Harem”, in Z.A. Hawwass, J. Houser Wegner, D.P. Silverman, Millions of Jubilees: studies in Honor of David P. Silverman, II (Cairo,2010), 55-80. Zie hiervoor de biografie van Mnti-iiwi en het testament van Nfr-pr.t, als genoemd in Helck, Verwaltung, 270 63 e.v. Zie bijvoorbeeld de hiervoor genoemde graven. 64 Helck, Verwaltung, 272 nt.5. 65 S. Häggman, Direc.ng Deir el-Medina:The external Administra.on of the Necropolis, (USE 4; Uppsala, 2002), 66 11-2 en 181. Gardiner, Egyp.an Grammar, 457, tekenlijst D54. 67

(13)

vermeld . Gessler-Löhr stelt dat enkele schenkers uit de Post-Amarna-tijd hun titel als 68 69 schenker combineerden met andere titels, waaruit bleek dat zij een aanzienlijke maatschappelijke positie bekleedden, die nog werd benadrukt door de aanwezigheid van hun graven in Saqqara. De hiervoor genoemde schenkers lieten eveneens zien dat sommige schenkers al eerder een aanzienlijke positie bekleedden. Helck stelt vervolgens dat de schenkers gedurende de regering van Ramses II en diens opvolgers in overwegende mate buitenlanders waren, met name uit een bepaald gebied in het huidige Syrië, Krk . Schulman komt gedurende de gehele Ramessidentijd tot een aantal van 65 70 71

bekende schenkers, waarvan 35 zeker een Egyptische achtergrond hadden en van de overige 30 schenkers is het zeker dat 14 een buitenlandse achtergrond hadden en van de resterende 16 is dat niet zeker. Uit deze aantallen kan niet worden afgeleid dat de buitenlandse schenkers in de meerderheid waren. Ook de in het volgende hoofdstuk te bespreken teksten ondersteunen de stelling van Helck niet. De schenkers treden na de regering van Ramses II onder meer op als inspecteurs die het overheidsapparaat controleerden en slechts aan de koning zelf verantwoording schuldig waren . In Deir el-Medina vervullen zij meerdere taken, waarbij zij rapporteren aan en optreden 72

namens de koning . Helck wijst op de schenker Pn-rnw.t ,die samen met de vizier PA-NHsi en de 73 74

Hoofdbewaarder van het Schathuis 7Ai erop toezien dat de sarcofaag van Merenptah diens graf wordt ingedragen en meent dat Pn-rnw.t in rang boven de vizier staat . Uit de betreffende tekst, 75 Ostracon O. Cairo CG 25504, die hierna wordt behandeld, blijkt echter, dat de gebruikelijke rangorde wordt vermeld, waarbij de vizier als eerste wordt genoemd. Ook onder Ramses IV houden de schenkers zich onder meer bezig met inspectie-taken in het Dal der Koningen en worden zelfs eenmaal vier schenkers tegelijk genoemd. N. De G. Davies, The Rock Tombs of El Amarna, Part VI- Tombs of Parennefer, Tutu and Ay, (Londen,1908), 68 10-11 en Plate XVII voor een aweelding van het relief en de tekst. B. Gessler- Löhr, “Bemerkungen zu einigen wbA.w njs.wt der Nach- Amarnazeit” GM 112 (1989), 27- 34. Zij 69 noemt daarbij PA-Itn-m-Hb en Ipi. Helck, Verwaltung, 273. Hij baseert zijn stelling op de samenstelling van de namen van de schenkers, waarbij 70 zowel de namen van de koningen alsook het substan9ef HoA in hun namen voorkwamen. Schulman, CdÉ LXV (1990), 12-20, die als criterium voor het hebben van een buitenlandse achtergrond de 71 aanwezigheid van een koningsnaam neemt in de naam van de schenkers en dit ziet als teken van loyaliteit. Hij stelt daarnaast dat niet iedere naam die op die wijze is samengesteld, ook automa9sch een buitenlandse azomst suggereert, omdat ieder geval op zijn eigen merites dient te worden beoordeeld. Van bepaalde buitenlandse schenkers is echter hun oorspronkelijke naam bekend. Ook Schulman, CdÉ LXI (1986), 197-199, verklaart deze ontwikkeling als een gevolg van hun 72 vertrouwensposi9e in de huishouding van de koning enerzijds en het teruglopende vertrouwen van de koningen in de geves9gde ambten en vertrouwelingen anderzijds. Häggman, Direc.ng Deir el-Medina, 11, 110 en 175-6 die stelt dat ook anderen als vertegenwoordigers van 73 de koning in Deir el-Medina optrsden, zoals ambtenaren van de Graanschuur en van het Schathuis van de koning. Helck, Verwaltung, 274, vermeldt hier abusievelijk de naam Pn-tA-wr.t. KRI IV, 155 regel 5 vermeldt de 74 correcte naam Pn-rnw.t. ibid., 274. 75

(14)

Helck stelt dat onder Ramses III de rangorde is “prinsen, ambtenaren, schenkers en wagenstrijders”, terwijl deze onder Ramses IV is geworden: schenkers en andere ambtenaren . 76 De teksten die hij daarbij aanhaalt, geven dit wel aan, maar de kanttekening dient te worden gemaakt bij de laatstgenoemde bron dat de betreffende opdracht wordt gegeven door de hogepriester van Amon, die dan ook in rang boven de schenkers staat. Weliswaar worden de schenkers dan als eerste genoemd, maar hun collega-functionarissen zijn dermate laag in rang dat het niet opmerkelijk is dat zij als eerste werden vermeld . 77 In dit verband moet de Juridische Papyrus Turijn worden genoemd die een verslag bevat van 78 de processen tegen de verdachten van de samenzwering tegen Ramses III. De Buck gaat ervan uit dat Ramses IV de opdracht heeft gegeven tot de berechting van de verdachten en dat de tekst uit zijn regeringsperiode stamt. De tekst noemt allereerst de leden van het gerecht dat de verdachten gaat berechten. Dat college bestaat uit 12 functionarissen, waarvan de eerste twee de

imi-rA pr-HD MnTw-m-tA.wi en de imi-rA pr-HD PAf-rw waren. Vervolgens wordt een waaierdrager

genoemd, waarna een vijftal schenkers volgt, te weten Pbs, Qdndnn, Bar-mhr, PA-ir-swn en

9Hwti-rx-nfr. Daarna wordt een heraut van de koning genoemd, gevolgd door een tweetal schrijvers en tot slot wordt een standaarddrager genoemd. De hoogste en eerstgenoemde functionaris is MnTw-m-tA.wi, die ook in de hierna te behandelen teksten een aantal malen voorkomt. Twee zaken vallen op. De schenkers worden niet als eerste genoemd en daarnaast is sprake van niet minder dan 5 schenkers die optreden in dit college. Dit aantal en hun aanwezigheid in het college geven niet alleen aan dat hun functie aan het hof belangrijk genoeg was voor een dergelijke opdracht, maar ook dat er ten tijde van Ramses IV al een betrekkelijk groot aantal schenkers werkzaam is aan het hof. Uit het vervolg van het verslag blijkt overigens dat zich ook onder de verdachten een aantal schenkers bevindt. Het lijkt er op dat de positie en invloed van de schenkers aan het einde van de Ramessidentijd toeneemt, hetgeen blijkt uit een toename van hun titels. Helck noemt in dit verband de 79 schenker Ns-Imn, die leeft en werkt ten tijde van Ramses IX en door hem als de secretaris van de koning wordt aangeduid. In de betreffende passage wordt hij genoemd: wbA n(i)-sw.t Ns-Imn sXA

n pr-aA . Helck wijst er vervolgens op dat dezelfde schenker enige jaren later in de papyrus 80

Leopold II de titel voert: aA-n-pr n pr Imn-Ra n(i)-sw.t-nTr.w en nog weer later als beheerder van 81

het schathuis van de koning optrad. Het voeren van de laatstgenoemde titel wijst er wel op dat 82 deze schenker een zeer belangrijke positie had aan het hof en blijkbaar een aantal functies ibid., 275. 76 J. Couyat en P. Montet, Les inscrip.ons hiéroglyphiques et hiéra.ques du Ouadi Hammamat, (Cairo,1912),31- 77 39 en J.H. Breasted, Ancient Records of Egypte,I, The first to the seventh dynas.es,( Chicago, 1927), 225-226. A.de Buck, “The Judicial Papyrus of Turin”, JEA XXIII (1937), 152- 164 en Kitchen, Ramesside Inscrip.ons V, 78 350- 363. Helck, Verwaltung, 275. 79 H. Brugsch, Historisch-Biographische Inschrimen Altaegyp.scher Denkmaeler, band V (Leipzig,1891), 80 1318-1319. Hannig, Grosses Handwörterbuch, 758 vertaalt de tweede 9tel als: “schrijver aan het hof”. Ofwel: “majordomus van het huis van Amonrasonter”. Zie: J. Capart, A.H. Gardiner en B. van de Walle, “New 81 light on the Ramesside Tomb-robberies”, JEA 22 (1936),169-193. Helck, Verwaltung,275. 82

(15)

tegelijkertijd, dan wel na elkaar vervulde. De laatstgenoemde bron wordt hierna besproken en 83 dan blijkt dat deze schenker weliswaar die titels had, maar nog steeds wordt vermeld na de vizier en de hogepriester van Amon. Ns-Imn bekleedde dan ook een zeer belangrijke positie aan het hof. Hij staat echter niet aan de absolute top, omdat hij wordt genoemd na beide andere aldaar genoemde functionarissen. Na hem zijn overigens nog andere schenkers bekend als beheerder van het schathuis van de koning, zowel ten tijde van Ramses IX als ook tijdens de regering van Ramses XI. Gedurende de tweede helft van de 20ste dynastie is sprake van een zwakker wordende positie van de koning, waarbij de toenemende corruptie van het ambtenarenapparaat, hongersnoden en oplopende graanprijzen bijdroegen aan de wanorde . Sommige schenkers behoren tot de top 84 van het overheidsapparaat. Zij staan echter niet aan de absolute top, want die is en blijft voorbehouden aan de vizier en de hogepriester van Amon. Helck en Malek verklaren deze 85 86

situatie vanuit de wanorde van het ambtenarenapparaat, waarbij steeds meer een beroep werd gedaan op ambtenaren die speciale opdrachten ontvangen . De vraag is of dat juist is. Immers, 87 uit bovenstaande blijkt dat sprake is van een ontwikkeling die eerder is ingezet, namelijk in de 18de dynastie. De chaotische tijden en het inadequate ambtenarenapparaat kunnen hierbij een rol hebben gespeeld. Helck en Malek gaan echter te gemakkelijk voorbij aan de ontwikkeling die eerder is ingezet juist in tijden van stabiliteit en een sterk centraal gezag. Het lijkt er dan ook meer op dat de opkomst van de schenkers in het ambtenarenapparaat is te danken aan hun vertrouwenspositie aan het hof en dat zij die positie hebben kunnen uitbreiden, althans sommigen onder hen, in de chaotische tijden aan het einde van de 20ste dynastie. In het volgende hoofdstuk zullen de teksten uit de Deir el-Medina Database worden besproken en zal worden bekeken welke werkzaamheden werden genoemd. Papyrus P. Turin Cat. 1945. F. Rossi en W. Pleyte, Papyrus de Turin, ( Leiden, 1869-1876). 83 K.A. Kitchen, The Third Intermediate Period in Egypt (1100- 650 B.C), (Warminster, 1986), 242- 54. 84 Helck, Verwaltung, 276. 85 Malek, JEA 74,134. 86 Gregersen, Butler, 848, vermeldt nog dat de bekende wdpw/wbA n(i)-sw.t die iets vermeldden over hun 87 werkzaamheden, niet praatten over werkzaamheden als bediende.

(16)

3. Teksten

De eerste stap van het onderzoek bestond uit het scannen van de Deir el-Medina Database op 88 de titel wbA en dat onderzoek leverde 33 vermeldingen op , waarvan één ten onrechte is 89 vermeld . Van de overblijvende 32 teksten zijn vervolgens de parameters benoemd die van 90 belang waren voor het verkrijgen van een antwoord op de onderzoeksvraag. Deze parameters zijn de volgende: “Datering”, “Beschrijving Werkzaamheden” en “Schenker en Titel”. Deze categorieën zijn verwerkt in de bespreking per tekst. Er is gekozen voor een chronologische behandeling van de teksten, ten einde te onderzoeken of ook een bepaalde ontwikkeling in de werkzaamheden kan worden gezien. In de Database wordt per tekst relevante informatie vermeld over onder meer vindplaats, relevante literatuur en datering, welke gegevens in de onderstaande teksten dan ook niet worden vermeld. Voor wat betreft de datering wordt deze hieronder summier besproken, vanwege het belang voor het onderzoek en wordt hierop niet uitputtend ingegaan, zoals in de literatuur in een enkel geval is gebeurd.

The Deir el-Medina Database <hep://www.dmd.wepwawet.nl> geraadpleegd 18 maart 2019. 88 De database maakt geen onderscheid tussen wbA en wdpw en geeft slechts vermeldingen op de titel wbA. 89 Het betrec P. Turin Cat. 1945 + P. Turin Cat. 2073 + P. Turin Cat. 2076 + P. Turin Cat. 2082 + P. Turin Cat. 2083 90 verso. In kolom V, regel 54 zou volgens de Deir el-Medina Database mogelijk een wbA zijn vermeld, maar G. Bo| en T.E. Peet, Il Giornale della Necropoli de Tebe, I Papiri Iera.ci del Museo di Torino, (Turijn, 1928), pl. 36, geven aan dat op de betreffende plaats de tekst is verdwenen.

(17)

1. Ostracon O. Cairo CG 25504

Datering

In deze tekst komen dateringen voor in jaar 7 en 8 van Merenptah.

Beschrijving Werkzaamheden

Van belang voor dit onderzoek is het verslag van het vervoer van een aantal godenbeelden naar het graf van Merenptah in jaar 7. Enkele ambtenaren, de imi-rA niw.t TAti PA-nHsy,

de wbA Pn-rnw.t, de imi-rA pr-HD 7Ay, de sXA Knr en de imi-rA Hmw.w Rm , zien erop toe dat de beelden 91 92

worden aangevoerd. ongeveer twee weken later worden de beelden vervolgens in het graf geplaatst onder toezicht van de vizier. Ongeveer acht maanden nadien verlangt de vizier de aanwezigheid van de wbA Ra-ms-sw-m-pr-Ra en de sXA Pn-pA-mr ten einde samen met hem erop toe te zien dat de doodskisten in het graf worden geplaatst, hetgeen op de daarop volgende dag ook gebeurt. Vijf dagen later delen laatstgenoemde ambtenaren eten en drinken uit aan de arbeiders, zoals broden, rundvlees, bier en groente, alsmede stof voor kleding, waarna zij de volgende dag vertrekken naar de Delta . 93

Schenker en Titel

Twee schenkers worden genoemd, namelijk de wbA Pn-rnw.t en de wbA Ra-ms-sw-m-pr-Ra.

2. Ostracon O. Cairo CG 25766

Datering

Černý 94 en Kitchen dateren dit ostracon tijdens de regering van Seti II, omdat de schrijver 95

ervan zichzelf noemde sXA n(i)- sw.t wbA n(i)-sw.t BAy n n(i)-sw.t 4ti-mry-n-PtH . 96

Beschrijving Werkzaamheden

De tekst vervolgt dan: “ hij (BAy) zegt tegen Amon-Ra, de koning der goden: kom naar mij, Amon en red mij. Ik ben een bezoeker uit het Noorden (de Delta). Kom en laat mij Thebe zien, de mooie stad, terwijl ik haar vrouwen zie” . 97

Schenker en Titel

De wbA n(i)-sw.t BAy wordt genoemd als enige schenker.

Een naam van Lybische herkomst, zie W.A. Ward, “ Foreigners Living in the Village”, in L.H. Lesko (ed.), 91

Pharaoh’s Workers, The Villagers of Deir el Medina, (Ithaka, 1994), 75.

“De burgemeester en vizier PA-nHsy, de schenker Pn-Rnw.t, het hoofd van het schathuis 7Ay, de schrijver

92 Knr en het hoofd van de handwerkslieden Rm”; zie KRI IV, 155 regel 5-7. KRI IV, 156, regel 3- 16 en W.Helck, Die da.erten und da.erbaren Ostraka, Papyri und Graffi. von Deir el-93 Medineh, Bearbeitet von A. Schlo_-Schwab, (ÄA 63, 2002), 87-88. J. Černý, A note on the chancellor Bay, ZÄS 93 (1966), 35-9. 94 KRI IV,286. 95 De koninklijke schrijver en schenker BAy van koning 4ti-mry-n-PtAh, ofwel Se9 II; KRI IV 286, regel 4. 96 Černý, ZÄS 93, 37. 97

(18)

3. Ostracon O. DeM 40 + O. Strasbourg H. 42 Datering Beide fragmenten worden gedateerd in jaar 1 van Ramses IV en vormen samen één tekst. De tekst begint op O. Strasbourg H.42 en wordt vervolgd op O. DeM 40 . 98 Beschrijving Werkzaamheden De tekst beschrijft voornamelijk een aantal leveranties aan de werklieden en vermeldt het transport van een aantal canopen, die dan moeten toebehoren aan Ramses III. Voor dit onderzoek is van belang een passage in de eerste regels van O. Strasbourg H.42, waar met de nodige vraagtekens wordt gesproken over “het komen van een koninklijke schenker”. Immers, 99

Kitchen transcribeert de betreffende passage niet en reconstrueert deze als [wdpw] n(i)-sw.t, 100

terwijl Helck in de vertaling deze titel tussen accolades plaatst . Volgens de passage overigens 101 komt de betreffende persoon naar de arbeidsplaats om de werkploeg te laten aantreden. Schenker en Titel Een naam wordt niet vermeld en mogelijk is sprake van een [wdpw] n(i)-sw.t. 4. Ostracon O. Cairo CG 25580 Datering

De datering varieert van Ramses IV tot jaar 1-3 van Ramses IV en ten slotte jaar 2 van 102 103

Ramses IV . Probleem bij de datering is dat de tekst zelf geen datering vermeldt. 104

Beschrijving Werkzaamheden

De gehele werkploeg van Deir el-Medina legt de sDfA tryt- eed af die wordt afgenomen door de 105 HAty-a Imn-ms, TAy-sryt wbA n(i)-sw.t Nxt-Imn en TAty Nfr-rnp.t . 106

K. Donker van Heel and B.J.J. Haring, Wri.ng in a workmen`s village, scribal prac.ce in Ramesside Deir el-98 Medina, Nederlands Ins9tuut voor het Nabije Oosten, (Leiden,2003), 72-6, voor een nadere beschrijving van de beide ostraca. KRI VI, 106-7. Zie voor O DeM 40 KRI VII, 329-30. W. Helck, Die da.erten und da.erbaren Ostraka, Papyri und 99 Graffi. von Deir-el-Medineh, Bearbeitet von Adelheid Schloe, (Wiesbaden,2002), 354-5. KRI,VII, 330, regel 2. 100 De database spreekt van een wbA n(i)-sw.t. 101 J. Cerny, Catalogue général des An.quités Égyp.ennes du Musée du Caire, Ostraca Hiéra.ques, (Cairo, 102 1935), L’ Ins9tut Français d’Archeologie Orientale, no. 25501- 25832, no. 25580 voor een beschrijving en transcrip9e van de tekst. KRI VI, 150 met een transcrip9e van de tekst. 103 Helck, Die da.erten und da.erbaren Ostraca, 383, die overigens een vraagteken plaatst bij deze datering en 104 een afwijkende vertaling produceert, nu hij als handeling ziet het “ bezorgen van kleurstof”. McDowell, Jurisdic.on, 207-8, voor een uitgebreide verhandeling over deze eed, alsmede Häggman, 105 Direc.ng Deir el-Medina, 113-6.

“De HAty-a Imn-ms, de standaarddrager en schenker van de koning Nxt- Imn en de vizier Nfr-rnp.t”. 106

Häggman, Directing Deir el-Medina, 181, geeft aan dat deze tekst de enige is waarbij deze volgorde is gebruikt en waarbij de vizier zelfs als laatste wordt vermeld, zonder dat duidelijk is of sprake is van opzet of onzorgvuldigheid.

(19)

Schenker en Titel

De TAy-sryt wbA n(i)-sw.t Nxt-Imn wordt genoemd als standaarddrager en schenker van de koning.

5. Ostracon O. DeM 45

Datering

In deze tekst komen verschillende dateringen voor van jaar 2 van Ramses IV en van belang voor dit onderzoek is een passage van maand 2 Ax.t dag 17.

Beschrijving Werkzaamheden

De imi-rA niw.t TAti Nfr-rnp.t,vergezeld door de wbA n(i)-sw.t 1r en de wbA n(i)-sw.t Imn-xaw, de zoon van 6xy,zijn gekomen. Op de volgende dag “ gingen zij naar het Veld om een locatie te zoeken voor de aanleg van het graf van Wsr-mAa.t-[Ra]-stp-n-Imn”, de troonnaam van Ramses IV . 107

Schenker en Titel

Er is sprake van twee schenkers , namelijk de wbA n(i)-sw.t 1r en de wbA n(i)-sw.t Imn- xaw, de 108

zoon van 6xy,

6. Ostracon O. DeM 46

Datering

In deze tekst worden diverse data en maanden van jaar 2 Ax.t genoemd. Černý , Helck en 109 110

Kitchen dateren dit ostracon gedurende de regering van Ramses IV. 111

Beschrijving Werkzaamheden

Het overgrote deel van de tekst vermeldt de leveranties van brood, bier, diverse soorten groente en hout. Op maand 3 Ax.t dag 23 volgt dan de mededeling dat de wbA aHa naar de werkploeg komt, omdat de schrijver Imn-nx.t hem meldt, dat de voormannen van de werkploeg hem geen arbeiders ter beschikking stellen. De schenker zegt daarop dat hij opdraagt de mannen wel ter 112

beschikking te stellen.

Schenker en Titel

Er is sprake van één schenker, namelijk de wbA aHa, hoewel er onduidelijkheid bestaat over zijn naam en zelfs zijn bestaan . 113 Pas in het tweede regeringsjaar van de koning werd begonnen met het bouwen van zijn tombe en dat kan 107 als redelijk laat worden beschouwd. McDowell, Village Life, 207 nr. 156, suggereert dat dit mogelijkerwijs te maken kan hebben gehad met de onrust die in deze regeringsperiode optrad, toen de arbeiders in Deir el-Medina in opstand kwamen wegens het ontbreken van voldoende rantsoenen. A.J. Peden, The Reign of Ramesses IV, (Warminster, 1994), 15 voegt daaraan toe dat Ramses IV zijn naam wijzigde in HqA-mAat-Ra in de loop het tweede jaar van zijn regering. Beide schenkers komen ook voor in ostrakon O. Nicholson Museum R.97, zie hierna blz. 34. 108 J. Cerny, Catalogue des Ostraca Hiéra.ques non li_éraires de Deir El Médineh 1-113, 12-3. 109 Helck, Die da.erten und da.erbaren Ostraca, 372- 4. 110 KRI VI, 121. 111 ibid., 123 regel 10; Kitchen transcribeert de naam als aHa met daarbij twee vraagtekens, terwijl Helck de 112 naam ziet als 4tXj met een vraagteken. Zie eveneens Schulman, CdÉ LXV (1990), 15, nt. 5. Malek, JEA 74, 134. 113

(20)

7. Papyrus Turin Cat. 1891 recto Datering Deze tekst vermeldt een datering van jaar 2 maand 3 Ax.t dag 28 van Ramses IV. Beschrijving Werkzaamheden Een aantal hoge ambtenaren inspecteert de arbeiders en vult hun aantal aan tot een totaal van 120 man. Deze inspectie wordt uitgevoerd door de volgende ambtenaren: allereerst de vizier

Nfr-rnp.t, vervolgens de wbA n(i)-sw.t 4tX-Hr-wnm=f, imi-rA pr-HD Mntw-m-tA.wi, wbA 1r, de idnw MnnA, en de wbA Itm-nx.t. 114

Schenker en Titel Drie schenkers worden genoemd, namelijk de wbA n(i)- sw.t 4tX-Hr-wnm=f, de wbA 1r en de wbA

Itm-nx.t.

8. Ostracon O. UC 39661

Datering

De datering is een probleem, omdat de tekst een beknopte aanduiding gaf. Zo wordt gesproken over maand 2 Ax.t dag 16 en over maand 1 Ax.t, zonder verdere vermelding. Wel worden de naam van een schrijver genoemd, 1r, en die van een poortwachter, 2a-m-WAs.t . 115 Beschrijving Werkzaamheden Van belang is de melding van de poortwachter 2a-m-WAs.t dat de “wbA zegt dat hij komt om de voeten van jullie….. te beschermen”. De naam van de schenker wordt niet genoemd. Schenker en Titel Slechts de titel wbA wordt genoemd zonder naamsvermelding. 9. Ostracon O. Cairo CG 25565 Datering

Dit ostracon wordt gedateerd in jaar 5 van Ramses IV door Kitchen en door Helck . In de 116 117

tekst komen voor: jaar 5 maand 3 Ax.t dag 21 en maand 4 Ax.t dag 7.

Beschrijving Werkzaamheden

De tekst vermeldt dat op de eerstgenoemde dag “de wbA n(i)-sw.t 4tX-Hr-wnm=f komt om een

“Plaatsvervanger”, Hannig, Grosses Handwörterbuch, 130. 114 Helck, Die da.erten und da.erbaren Ostraca, 318, dateert deze tekst vanwege de laatstgenoemde naam in 115 jaar 30 van Ramses III, omdat deze naam en persoon niet later voorkomen. KRI VI, 170, houdt het op Ramses IV, zonder verdere argumenta9e. Davies, B.G. Davies, Who’s Who at Deir el-Medina, A Prosopographic Study of the Royal Workmen’s Community, (Leiden,1999), 282 noemt een aantal schrijvers 1r die door hem geplaatst worden ten 9jde van Ramses III, Ramses IV en Ramses V tot en met Ramses IX. De poortwachter 2a-m-WAs.t komt niet bij Davies voor, zodat een datering niet echt mogelijk is. KRI VI, 142-3. 116 Helck, Die da.erten und da.erbaren Ostraka, 394-5. 117

(21)

beloning te geven aan de arbeiders van Deir el-Medina”. Op de laatstgenoemde dag komt de vizier en imi-rA niw.t Nfr-rnp.t vanwege een ontwerp voor het (konings)graf . 118

Schenker en Titel

Er is sprake van één schenker, te weten de wbA n(i)-sw.t 4tX-Hr-wnm=f.

10. Ostracon O. Berlin P 9906

Datering

In deze tekst wordt de datering genoemd jaar 6 maand 1 Ax.t dag 15. De Deir el-Medina database dateert deze tekst gedurende de regering van Ramses IV . 119

Beschrijving Werkzaamheden

De tekst geeft een verslag van het bezoek van een schenker, wdpw n(i)-sw.t, aan Deir el- Medina, waar hij een inspectie uitvoert en zevenentwintig mannen uitkiest en hen toespreekt.

Schenker en Titel

Er is sprake van een wdpw n(i)-sw.t, terwijl een naam ontbreekt.

11. Ostracon O. Cairo CG 25251

Datering

Het ostracon wordt gedateerd in de 20ste dynastie ten tijde van Ramses IV . In de tekst zelf 120

komt geen datering voor.

Beschrijving Werkzaamheden

De tekst bevat slechts vcvcxsde aanhef van een brief van de wbA n(i)-sw.t 4tX-Hr-wnm=f die gericht is aan de schrijver Pn-tA-wr.t . 121 Schenker en Titel Er is sprake van de wbA n(i)-sw.t 4tX-Hr-wnm=f . 122 In een andere tekst, O. DeM 45, hierboven besproken op blz. 18, zoekt dezelfde vizier, in gezelschap van 118 twee andere schenkers, een loca9e voor de tombe van Ramses IV. Laatstgenoemde tekst wordt gedateerd in jaar 2, zodat de onderhavige tekst waarschijnlijk erop duidt dat de vizier komt kijken naar de voortgang van de werkzaamheden. Dat zou in ieder geval passen in het 9jdverloop tussen beide teksten. <hep://dem-online.gwi.uni-muenchen.de>, als geraadpleegd op 19 maart 2019. 119 KRI VI, 152 en KRI VII, 456, waar overigens geen argumenta9e voor de datering wordt opgenomen. Malek, 120 JEA 74,135 noot 44 en 45, meldt dezelfde datering . Davies, Who is who, 283-284, kent een schrijver met deze naam die hij dateert in de periode van jaar 6 van 121 Se9 II tot en met jaar 2 van Ramses IV, die mogelijk deze schrijver is. Malek, JEA 74,135, is van mening dat de schenker die hier wordt genoemd dezelfde is als 4tX-Hr-wnm=f die in 122 andere teksten regelma9g wordt genoemd.

(22)

12. Ostracon O. Cairo CG 25277

Datering

Deze tekst noemt als datering jaar 6 maand 2 Ax.t dag 19. Zowel Kitchen als Helck dateren 123 124

dit ostracon tijdens de regering van Ramses IV.

Beschrijving Werkzaamheden

De tekst vermeldt dat de [wbA] n (i)-sw.t 4tX-Hr-wnmy=f vraagt om twee houten kisten . 125 Schenker en Titel

De titel is deels weggevallen en de naam is 4tX-Hr-wnm=f. 13. Ostracon O. Cairo CG 25274

Datering

In deze tekst komt de datering voor jaar 6 maand 1 Ax.t dag 12. Helck en Kitchen dateren 126 127

het ostracon tijdens de regering van Ramses IV.

Beschrijving Werkzaamheden

De tekst vermeldt het komen van de wbA n(i)-sw.t 4tX-Hr-wnm=f in gezelschap van de vizier en

imi-rA niw.t Nfr-rnp.t ter bezichtiging van het Werk, waarmee wordt bedoeld het graf van de 128

koning.

Schenker en Titel

De tekst vermeldt de wbA n(i)-sw.t 4tX-Hr-wnm=f,

wiens naam hier wordt geschreven als 4ti-Hr-wnmy=f.

14. O. Cairo CG 25283

Datering

In deze tekst komt als datering voor jaar 6 Ax.t maand 4 dag 21. Zowel Helck als Kitchen 129 130

dateren het ostracon tijdens de regering van Ramses IV. KRI VII, 337. 123 Helck, Die da.erten und da.erbaren Ostraca, 400. 124 ibid., 400. Hannig, Grosses Handwörterbuch, 671, geec andere vertalingen, zoals “stok” en “staf”. 125 Helck, Die da.erten und da.erbaren Ostraka, 399. 126 KRI VI, 145. 127 Deze tekst sluit goed aan bij O. Cairo CG 25565 en bij O. DeM 45. Immers, in laatstgenoemde tekst wordt 128 beschreven dat dezelfde vizier een loca9e zoekt voor het graf van Ramses IV, in gezelschap van twee andere schenkers, terwijl in eerstgenoemde tekst dezelfde vizier in gezelschap van 4tX-Hr-wnm=f naar de voortgang van de werkzaamheden komt kijken. Dezelfde twee func9onarissen komen vervolgens blijkens de onderhavige tekst nogmaals kijken naar de voortgang van de werkzaamheden aan het koninklijke graf en wel binnen één jaar. McDowell, A.G. McDowell, Village Life in Ancient Egypt, Laundry Lists and Love Songs, (New York, 2010), 216-217, vermeldt dat er periodieke controles plaatsvonden op de voortgang van de werkzaamheden aan het koninklijke graf, waarvan de frequen9e niet echt bekend is. Helck, Die da.erten und da.erbaren Ostraca, 402. 129 KRI VII, 453, die “gevolmach9gden”, rwDw.w, tussen brackets plaatst, op sugges9e van Daressy 130

(23)

Beschrijving Werkzaamheden

De tekst vermeldt dat de [ ] n(i)-sw.t StX-Hr-wnmy naar het noorden reist en dat hij de [beambten] die bij hem waren, vrijlaat , waarna een passage volgt waarin iets wordt 131

opgedragen aan de tekenaars.

Schenker en Titel

Er is sprake van een [ ] n(i)-sw.t StX-Hr-wnmy. 15. Ostracon O. Cairo CG 25309

Datering

In deze tekst komt het jaar 6 als datering voor. Zowel Kitchen als Helck dateren dit ostracon 132 133

in jaar 6 van Ramses IV. Jansen stelt dat het waarschijnlijk is dat deze tekst tijdens Ramses IV 134

moet worden gedateerd, zelfs nu een precieze datering ontbreekt.

Beschrijving Werkzaamheden

De tekst vermeldt wel de wbA n(i)-sw.t 4tX-Hr-wnm=f , maar door het ontbreken van bepaalde tekstdelen is de context onduidelijk. Er wordt gesproken over het komen door de werkman Imn-nxt en het gaan van de schrijver Imn-tekstdelen is de context onduidelijk. Er wordt gesproken over het komen door de werkman Imn-nxt naar Deir-el-Bahri, samen met twee tekenaars. Schenker en Titel De tekst vermeldt de wbA n(i)- sw.t 4tX-Hr-wnm=f . 16. Ostracon O. Berlin P 12286 Datering Deze tekst bevat niet een duidelijke datering, maar op grond van de personen die worden genoemd, kan de tekst worden gedateerd gedurende de regering van Ramses IV en het eerste jaar van Ramses V . 135 Beschrijving Werkzaamheden

De tekst beschrijft dat de vizier Nfr-rnp.t in gezelschap van de wbA n(i)-sw.t Nfr-swnw en de wbA

Helck, Die da.erten und da.erbaren Ostraca, 402, vertaalt rwDw.w met “gevolmachtigen”. De database 131 gebruikt de term “administrators” die beter past in dit verband. De context en verdere toelich9ng ontbreekt in de tekst. KRI VI, 148 en KRI VII, 454 met een aangepaste transcrip9e, waarbij overigens de datering tussen brackets is 132 geplaatst. Helck, Die da.erten und da.erbaren Ostraca, 400. 133 J.J. Jansen, Village Varia, Ten studies on the History and Administra.on of Deir el-Medina, (Leiden,1977), 134 166-7. Hij baseert zich op het gegeven dat de genoemde schrijver Imn-nxt is gestorven in jaar 1 van Ramses VII, zodat deze tekst daarvoor speelde. Het regeringsjaar van Ramses VI komt dan in aanmerking, maar hij acht het waarschijnlijk dat deze tekst speelt 9jdens Ramses IV, zonder hiervoor overigens een argumenta9e te geven. <hep://dem-online.gwi.uni-muenchen.de>, geraadpleegd op 10 mei 2017: de vizier, de hogepriester en de 135 schenker PA-Ra-nxt komen gezamenlijk voor 9jdens de regering van Ramses IV tot het eerste jaar van Ramses V. Schulman, CdÉ LXV (1990), 16 plaatst laatstgenoemde schenker 9jdens de regering van Ramses IV, maar vermeldt de eerstgenoemde schenker niet in zijn overzicht van Ramesside schenkers. Gelet op de vermelding van Schulman wordt deze tekst dan ook geplaatst in de regering van Ramses IV in de overzichten.

(24)

n(i)-sw.t PA-Ra-nx.t en de hogepriester van Amon [Ra]-ms-sw-nx.t een wateroffer brengen 136 137

aan de koning.

Schenker en Titel

Twee schenkers worden genoemd, te weten de wbA n(i)-sw.t Nfr-swnw en de wbA n(i)-sw.t PA-Ra-nx. 17. Ostracon O. Nicholson Museum R. 97 Datering De datering in deze tekst is zwaar beschadigd, maar dit ostracon wordt gedateerd vanaf het einde van de regering van Ramses III tot aan Ramses IX . 138 Beschrijving Werkzaamheden De tekst meldt de aankomst van de hogepriester van Amon- Ra en een aantal hoge ambtenaren betreffende de klachten van de arbeiders, die honger hadden en klaagden over het gebrek aan rantsoenen. De arbeiders worden vervolgens in het gelijk gesteld. Degenen die werden genoemd waren de Hm-nTr tpi Imn- Ra n(i)- sw.t nTr.w [Ra-ms]-sw-nx.t, vervolgens de wbA n(i)-sw.t Imn-xa.w en de wbA n(i)-sw.t 1r, daarna de HAti-a n niw.t, de sXA-n-tmA 1r n niw.t, de sXA-n-tmA PA-sr, de 139 idnw-n-tA-5nw.t Mri-PtH en tenslotte de sm n tA Hw.t n(i)-sw.t bit Wsr-MAat-Ra-mri-Imn 9Hwti-140 ms . 141

Schenker en Titel

Twee schenkers worden genoemd, namelijk wbA n(i)-sw.t Imn-xa.w en de wbA n(i)-sw.t 1r.

D. Polz, “The Ramsesnakht Dynasty and the Fall of the New Kingdom: A New Monument in Thebes”, SÄK 25 136 (1998), 257-93, voor een beschrijving van deze hogepriester en zijn nakomelingen. Gelet op de handelingen en de deelnemende func9onarissen wordt deze tekst in de overzichten geplaatst in de categorie “leiding geven”. K. Donker van Heel, “Use and Meaning of the Egyp9an Term wAH mw” in R.J.Demarée en A.Egberts ( eds), 137 Village Voices, Proceedings of the symposium “Texts from Deir el-Medina and their interpreta.on”, Leiden, may 31- 1 june 1991, (Leiden,1992), 19-30, voor een uitvoerige beschrijving van dit ritueel. KRI VI 151- 2 noemt een datering 9jdens Ramses IV en Helck, Die da.erten und da.erbaren Ostraca, 514 138 plaatst deze tekst in jaar 16 van Ramses IX, met een vraagteken bij het jaar, vanwege het ontbreken van de tekst. Beide schenkers zijn ook bekend uit ostrakon O. DeM 45 dat wordt gedateerd ten 9jde van Ramses IV, zodat de datering van deze tekst eerder wijst op de regeringsperiode van Ramses IV dan op die van Ramses IX. Ook de hogepriester van Amon is bekend uit deze periode. B.Haring, “De schrijver van de Mat van Thebe”, in R.J. Demarée en A.Egberts (eds), Deir el-Medina in the 139 Third Millennium AD, A Tribute to Jac.J. Jansen, (Egyptologische Uitgaven XIV; Leiden,2000), 129-58, voor een uitgebreide verhandeling over dit ambt. “Het plaatsvervangend hoofd van de graanopslag van Thebe”, Hannig, Grösses Worterbuch, 896. 140 “De Sempriester van de dodentempel van Ramses III 9Hwti-ms”. 141

(25)

18. P. Turin Cat. 2002

Datering

In de tekst komen diverse dateringen voor, waarbij voor dit werkstuk van belang is de datering in jaar 1 maand 2 Smw dag 7 van een niet met name genoemde koning . 142

Beschrijving Werkzaamheden

Het van belang zijnde tekstgedeelte bevat een verslag van gebeurtenissen rond de begrafenis van Ramses IV. De vizier Nfr-rnp.t, de hogepriester van Imn-Ra Ra-ms-sw-nx.t, de wbA n(i)-sw.t

4tX-Hr-wnm=f, de wbA n(i)-sw.t PA-Ra-nx.t, het hoofd van het schathuis Mntw-m-tA.wi, de wbA n(i)-sw.t Itm-nx.t, de wbA n(i)-sw.t 4bk-Htp en de overste van de boogschutters PA-iri, komen naar het

koningsgraf om toezicht te houden op het plaatsen van verschillende inventarisstukken in het koningsgraf. Vervolgens worden teksten of a\beeldingen daarop aangebracht onder toezicht van een andere wbA n(i)-sw.t, Imn-xaw, die vervolgens vier steenhouwers laat komen met twee anderen om gedurende de gehele nacht de buiten- en de binnenzijde van de albasten schrijn te bewerken.

Schenker en Titel

In dit tekstgedeelte worden de namen van vijf schenkers vermeld, te weten de wbA n(i)-sw.t 4tX-Hr-wnm=f, de wbA n(i)-sw.t PA-Ra-nx.t,de wbA n(i)-sw.t Itm-nx.t, de wbA n(i)-sw.t 4bk-Htp en tot

slot de wbA n(i)-sw.t, Imn-xaw. 19. Ostracon O. Cairo CG 25247

Datering

Voor wat betreft de datering zijn er twee meningen. De tekst zelf vermeldt enkele data

gedurende jaar 4. Kitchen , McDowell en Schulman houden het op jaar 4 van Ramses IV, 143 144 145

zonder nadere argumentatie, evenals Cerny . Helck stelt dat het jaar 4 van Ramses IX moet 146 147

M. Gutgesell, Die Da.erung der Ostraka und Papyri aus Deir-el-Medineh und ihre ökonomische 142 Interpreta.on, Teil I, Band I, (Hildesheim,1983), 226-7, dateert dit gedeelte van de tekst 9jdens de regering van Ramses IV. Echter, zowel Kitchen, KRI VI, 244-5, Helck, Die da.erten und da.erbaren Ostraca, 418 als McDowell, McDowell, Village Life, 222-3 dateren dit gedeelte van de tekst 9jdens de regering van Ramses V, waarbij Helck een plausibele verklaring geec. De tekst doet verslag van de begrafenis van een koning in jaar 1. Uit O. DeM 45 is bekend, dat de werkzaamheden aan het graf van Ramses IV pas zijn begonnen in jaar 2 van zijn regering. E.F. Wente, “ A Prince’s tomb in the Valley of the Kings”, JNES 32 (1973), 229 voegt hieraan nog toe dat de vizier Nfr-rnp.t voor het eerst wordt genoemd in jaar 2 maand 2 van Ax.t dag 17 van Ramses IV en wel in het hierboven besproken ostracon O. DeM 45. De onderhavige tekst kan dan ook niet kan worden gedateerd ten 9jde van Ramses IV, maar wel 9jdens de regering van Ramses V. De tekst geec dan een verslag van de begrafenis van Ramses IV. KRI VII, 334-5. 143 McDowell, Village Life, 212-3. 144 Schulman, CdÉ LXV (1990), 16. 145 J. Cerny, A Community of Workmen at Thebes in the Ramesside Period, (Cairo,1973), 353. 146 Helck, Die da.erten und da.erbaren Ostraca, 475-6. 147

(26)

zijn. Janssen motiveert uitvoerig dat deze tekst tijdens de regering van Ramses V moet worden 148 gedateerd, zodat deze datering zal worden aangehouden. Beschrijving Werkzaamheden De tekst doet verslag van de voortgang van de werkzaamheden aan het koningsgraf en vooral waar het betreft het schilderwerk in het koningsgraf op een aantal locaties. Vervolgens worden gedetailleerd de verschillende leveranties van grondstoffen voor verf beschreven en worden de schilders genoemd die de verf gaan verwerken. Van belang voor dit onderzoek is de vermelding in de derde zin van de tekst, waar na de datering van jaar 4 maand 2 Smw dag 23 wordt 149

gesproken over het “terugkeren naar [ … ] van de wbA n(i)-sw.t Ra-ms-sw-nfr”. 150

Schenker en Titel

Er is sprake van de wbA n(i)-sw.t Ra-ms-sw-nfr . 151 20. Ostracon O. BTdK 659

Datering

In deze tekst wordt jaar 1 maand 2 AX.t dag 22 genoemd. Dorn meent dat de beschreven 152

gebeurtenis speelt tijdens de regering van ofwel Ramses V, dan wel Ramses VI of Ramses VII. Hij acht een datering tijdens de regering van Ramses VI waarschijnlijk, op grond van de naam van één van de genoemde schenkers.

Beschrijving Werkzaamheden

Op de genoemde dag komen de wbA n(i)-sw.t Nb-MAa.t-Ra-pr-nb-Ra [..] en de wbA n(i)-sw.t KAr naar het Dal der Koningen ter inspectie en om aan de koning een wateroffer te brengen.

Schenker en Titel

Er is sprake van twee schenkers, te weten de wbA n(i)-sw.t Nb-MAa.t-Ra-pr-nb-Ra [..] en de wbA

n(i)-sw.t KAr. 21. Papyrus P. Bibliotheque Nationale 237, Carton 1 Datering De datering van deze papyrus is geen probleem, omdat in de tekst een aantal data wordt vermeld tijdens de regering van Ramses VI. Voor dit onderzoek is van belang de passage die een 153 datering noemt van jaar 3 maand 1 Ax.t dag 18 van Ramses VI. J. J. Janssen, “A Draughtsman who became scribe of the tomb: Harshire, son of Amennakhte”, in R.J. 148 Demarée en J.J. Janssen (eds), Gleanings from Deir el-Medina, (Leiden,1982), 149-53. KRI VII, 334, transcribeert de dag 23 met een “sic”- opmerking, terwijl Helck zonder opmerking uitgaat van 149 deze dag. ibid., regel 6, waar wordt getranslitereerd: hAi Hr […], nu dit tekstgedeelte blijkbaar is weggevallen.Helck, 150 Zur Verwaltung, 475, vult in “ reis naar Boven-Egypte”. Helck, Verwaltung, 273, die deze naam ziet als een bewijs van buitenlandse azomst en Schulman, LXV 151 (1990),40 een vraagteken plaatst bij na9onaliteit van deze schenker. A. Dorn, Arbeiterhü_en im Tal der Könige, Ein Beitrag zur Altägyp.schen Sozialgeschichte aufgrund von 152 neuen Quellenmaterial aus der Mi_e der 20. Dynas.e (ca 1150 v. Chr.), (ÄH 23,Basel,2011), 410-11. KRI VI, 340, regel 2-4. 153

(27)

Beschrijving Werkzaamheden

Op die dag komt de Hm-nTr tpi n Imn, wiens naam niet wordt vermeld, in gezelschap van de wbA

n(i)-sw.t Qdrn en de imi-rA pr-HD MnTw-m-tA.wi, naar Thebe. Vervolgens wordt vermeld dat de god

verscheen. Schenker en Titel Er is sprake van één schenker en wel de wbA n(i)-sw.t Qdrn. 22. Papyrus P. Turin Cat. 2013, P. Turin Cat. 2050, P. Turin Cat. 2061 Datering In deze tekst worden dateringen genoemd uit jaar 6 en 7 van Ramses IX. Voor dit onderzoek is van belang een vermelding in jaar 6 maand 2 Ax.t dag 30 . 154 Beschrijving Werkzaamheden De tekst doet voornamelijk verslag van leveranties en de verdeling van graanrantsoenen uit Thebe en Edfu, waarbij diverse ambtenaren, waaronder een schenker, zijn betrokken. Op de genoemde dag geeft de sXA n tmA 1r het rantsoen voor deze tweede maand uit, bestaande uit twee zakken gerst die via de nA wbA.w n pr aA, de TAi-xw n pr aA en de imi-rA Snw.t n pr aA zijn afgeleverd.

Schenker en Titel

Er is sprake van meerdere schenkers en wel de nA wbA.w n pr aA,waarbij opvalt dat er een afwijkende titel werd gebruikt en dat hun namen niet worden vermeld. 23. Papyrus P. Turin Cat. 1900, P. Turin Cat. 2048, P. Turin Cat. 2088, P. Turin Cat. 2093, P. Turin Cat. 2097, P. Turin Cat. 2101 Datering In deze tekst komen verschillende dateringen voor, namelijk jaar 4, 5 en 9 van Ramses IX en jaar 1 van Ramses X. Voor dit onderzoek is van belang een passage uit jaar 9 maand 3 Ax.t dag 8 van Ramses IX. Beschrijving Werkzaamheden De tekst vermeldt hoofdzakelijk diverse leveringen van o.a. mirre en jaspis. In de betreffende passage wordt gesproken over een wbA [….] die moet komen vanwege het stopzetten van de 155 leveranties. Schenker en Titel De naam van de betreffende schenker wordt niet vermeld en als titel wordt wbA [….] vermeld. 24. Papyrus Turin Cat. 1881 en P. Turin Cat. 2080 en P. Turin Cat. 2092 Datering Deze tekst noemt dateringen in jaar 6, 7, 8 en 17 van Ramses IX. Beschrijving Werkzaamheden De tekst vermeldt diverse leveranties van voedsel, kleding en andere goederen aan de arbeiders, waarbij verschillende schrijvers, een schenker en andere ambtenaren betrokken zijn. Van belang voor dit onderzoek is een aantal passages. De eerste is een vermelding in jaar 7 maand 4 Ax.t dag KRI VI, 601 regel 16- 602 regel 4. 154 KRI VI,623 regel 2. 155

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In de eerste twee bijdragen gaan Cyrille Fijnaut en Jan Wouters in op de crises waarmee de Europese Unie momenteel wordt geconfronteerd en op

Deze middelen worden ingezet voor het integreren van de sociale pijler (onder andere wonen – welzijn – zorg) in het beleid voor stedelijke vernieuwing en voor

Uit het onderhavige onderzoek blijkt dat veel organisaties in de quartaire sector brieven registreren (van 51% in het onderwijs tot 100% of bijna 100% in iedere sector in het

Deze organisaties kunnen niet zonder meer doorsnee overheidsorganisaties worden beschouwd en een aantal karakteristieken van de marine (wereldwijde karakter van de

[r]

Dergelijke inbedding (a) onderstreept de relevantie van integriteit in het dagelijkse werk, (b) draagt bij aan verdere normalisering van het gesprek over integriteit, (c) kan

de voorgenomen werkzaamheden van het afkoppelen van regenwaterriool en het vervangen van de bestrating die voor het najaar van 2017 in de planning staan.. Het graven van

Niet door men- sen te pas en te onpas van discriminatie te beschuldigen, maar door te berichten over de vele initiatieven waar autochtonen en allochto- nen wél met elkaar het