• No results found

Reconstructie van laat-pleistocene en vroeg-holocene fauna's aan de hand van de Zandmotorcollectie van Henk Mulder en de eerste vondst van een phalangette van de wolharige mammoet

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Reconstructie van laat-pleistocene en vroeg-holocene fauna's aan de hand van de Zandmotorcollectie van Henk Mulder en de eerste vondst van een phalangette van de wolharige mammoet"

Copied!
12
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

85 AFZETTINGEN WTKG 39 (4), 2018

Reconstructie van laat-pleistocene en vroeg-holocene fauna's

aan de hand van de Zandmotorcollectie van Henk Mulder en de

eerste vondst van een phalangette van de wolharige mammoet

Dick Mol 1 en Bram Langeveld 2

Inleiding

6LQGVGHRSHQVWHOOLQJLQYDQGH=DQGPRWRU ¿J 1), een kunstmatig schiereiland voor de kust tussen Ter Heijde en Kijkduin, Zuid-Holland, hebben velen hun geluk beproefd met het verzamelen van fossiele overblijfselen van het leven op de Noordzeebodem uit het late Pleistoceen en het vroege +RORFHHQ'DDUPHHLVGH=DQGPRWRUHHQEHODQJULMNHYLQG-plaats geworden voor pleistocene en holocene zoogdierresten, maar ook voor overblijfselen van de avifauna, insecten, mol- OXVNHQYLVVHQHQ]HOIVYHJHWDWLHUHVWHQ'HYDQGH1RRUG]HH-bodem opgebaggerde en gesuppleerde sedimenten blijken vol WH]LWWHQPHWGHUJHOLMNHIRVVLHOHQ(U]LMQGHDIJHORSHQMDUHQ YHOHLQWHUHVVDQWHHQRPYDQJULMNHYHU]DPHOLQJHQRSJHERXZG Al deze fossiele resten kunnen, als zij eenmaal op naam ge-bracht zijn, samen met geologische gegevens dienen voor de reconstructie van het landschap en de aankleding daarvan met SODQWHQHQGLHUHQ(HUVWLQKHWODWH3OHLVWRFHHQRSGHNRXGH en droge mammoetsteppe, en dan later, aan het begin van het Holoceen, in een kustnabij gelegen landschap waar bomen welig tierden en de mens actief was (Mol et al $DQGH hand van de omvangrijke Zandmotorcollectie van Henk Mul-GHUXLW0RQVWHU ¿J2, 9) willen wij laten zien hoe een derge-lijke verzameling bijdraagt aan een goed inzicht van het land-schap en haar bewoners in het late Pleisto ceen en het vroege

DE

ZAN

DMOTO

R

Fig.2. Henk Mulder in zijn collectie. Foto Hans Wildschut. Fig. 1. De Zandmotor, een kunstmatig schiereiland.

Fig. 3. Henk op excursie op de Zandmotor.

(2)

Fig. 4. Voor determinatie van vogel- en visresten zijn goede

verge-lijkings collecties onontbeerlijk. Hier wordt een fossiel coracoid van een eenden-soort vergeleken met dat van een recente eend uit een lade met vergelijkings-materiaal in het Groninger Instituut voor Archeo logie (GIA) van de Rijksuniversi-teit Groningen. Foto's Bram Langeveld.

T A B E L 1

Avifauna collectie Henk Mulder. Laat-pleistoceen en holoceen materiaal door elkaar, omdat dit niet betrouwbaar te scheiden bleek (Langeveld et al., 2017)

Eend cf. Anas sp.

Zomertaling / wintertaling

Anas querquedula Linnaeus, 1758 / Anas crecca Linnaeus, 1758 Brilduiker Bucephala clangula (Linnaeus, 1758) IJseend Clangula hyemalis (Linnaeus, 1758) Ganzen,

drie grote groepen

Anser spp. / Branta spp.

‘Uitgestorven gans’ Anser cf. djuktaiensis Zelenkov & Kurochkin, 2014

Kip Gallus gallus domesticus (Linnaeus, 1758)

Moerassneeuwhoen Lagopus lagopus (Linnaeus, 1758) Parelduiker Gavia arctica (Linnaeus, 1758) Roodkeelduiker Gavia stellata (Pontoppidan, 1763)

Pijlstormvogel sp.

Fuut Podiceps

Puffinus sp.

Reiger Ardea sp.

Jan van Gent Morus bassanus (Linnaeus, 1758) Grote roofvogel(s) Accipitridae indet.

Meerkoet Fulica atra Linnaeus, 1758 Kanoetstrandloper Calidris canutus (Linnaeus, 1758) Watersnip Gallinago gallinago (Linnaeus, 1758) Bokje Lymnocryptes minimus (Brünnich, 1764)

Meeuw Laridae indet.

Kokmeeuw Chroicocephalus cf. ridibundus (Linnaeus, 1766) Grote mantelmeeuw Larus marinus Linnaeus, 1758

Alk Alca torda Linnaeus, 1758

Kleine alk Alle alle (Linnaeus, 1758)

Reuzenalk Pinguinus impennis (Linnaeus, 1758)

Zeekoet Uria sp.

T A B E L 2

Ichtyofauna collectie Henk Mulder. Laat-pleistoceen en holoceen materiaal door elkaar, omdat dit niet betrouwbaar te scheiden bleek (Langeveld et al., 2016)

ZO E T W A T E R V I S S E N

Karperachtige(-n) Cyprinidae indet.

Winde Leuciscus idus

Perca fluviatilis

Platichthys flesus

(Linnaeus, 1758) Meerval Silurus glanis Linnaeus, 1758 Snoek Esox lucius Linnaeus, 1758

Baars Linnaeus, 1758

AN A D R O M E V I S S E N

Europese steur Acipenser sturio Linnaeus, 1758 Atlantische steur Acipenser oxyrinchus Mitchill, 1815 Zalm en/of

zeeforel

Salmo salar Linnaeus , 1758 en/of Salmo trutta Linnaeus, 1758 KA T A D R O M E V I S S E N

Paling Anguilla anguilla (Linnaeus, 1758)

Bot (Linnaeus, 1758)

MA R I E N E V I S S E N

Ruwe haai Galeorhinus galeus (Linnaeus, 1758) Witte haai Carcharodon carcharias

Melanogrammus aeglefinus

(Linnaeus,1758) Zee-engel Squatina squatina (Linnaeus, 1758) Stekelrog Raja clavata Linnaeus, 1758 Kabeljauw Gadus morhua Linnaeus, 1758

Schelvis (Linnaeus, 1758)

Geep Belone belone (Linnaeus, 1761)

Zeebaars Dicentrarchus labrax (Linnaeus, 1758) Goudbrasem Sparus aurata Linnaeus, 1758 Ombervis Argyrosomus regius (Asso, 1801) Harderachtige Mugilidae indet.

Tonijn Thunnus thynnus (Linnaeus, 1758) Tarbot Psetta maxima (Linnaeus, 1758) Schol Pleuronectes platessa Linnaeus, 1758 Schar Limanda limanda (Linnaeus, 1758)

(3)

87 AFZETTINGEN WTKG 39 (4), 2018

+RORFHHQ,QGH]HFROOHFWLHWURIIHQZLMRRNYRRUKHWHHUVWHHQ voor Nederlandse begrippen onbekend skeletdeel aan van de wolharige mammoet, een zogenoemde phalangette, een laat-ste teen- of vingerkoot die nog nooit eerder uit Nederlandse ERGHPKHUNHQGLV'H]HWHHQRIYLQJHUNRRWEHVSUHNHQZLM hier uitvoerig en beelden die af in de hoop dat deze gegevens OHLGHQWRWPHHUYDQGHUJHOLMNHYRQGVWHQ SDJ 

De verzameling van Henk Mulder

,QPDDNWH+HQN0XOGHUXLW0RQVWHUGHHOXLWYDQHHQ onderzoeksexcursie op de Zandmotor (Van der Valk et al  +LMYRQGWRHQHHQIUDJPHQWYDQHHQRQGHUNDDNPHW gebitselementen van een reuzenhert, Megaloceros giganteus %OXPHQEDFK 'LHGDJLQVSLUHHUGHKHPGH=DQGPR- WRUHHUVWPHWHHQVSHFLDOHRQWKHI¿QJHQGDDUQDQDRSHQVWHO-OLQJYRRUSXEOLHNYHHOYDNHUWHEH]RHNHQ0HHUGDQGXL]HQG EH]RHNHQODWHU ¿J KHHIWKLMHHQRQJHNHQGRPYDQJULMNH verzameling, hoofdzakelijk fossiele landzoogdierresten, op- JHERXZG+HWEHWUHIWYHOHGXL]HQGHQVNHOHWUHVWHQHQIUDJPHQ- WHQGDDUYDQ$OOHVLVDINRPVWLJXLWKHW]DQGZDDUXLWGH=DQG-motor is opgebouwd (Van der Valk et al 

'HYRQGVWHQZHUGHQHHUVWRQW]LOWLQ]RHWZDWHUHQYHUYROJHQV ODQJ]DDPJHGURRJG(HQPDDOJHGURRJGZHUGHQGH]HGRRU RQVDDQHHQRQGHU]RHNRQGHUZRUSHQ(QHU]LMGVRPYDVWWH stellen of het fragment wel de moeite waard is om te bewa-ren en anderzijds om vast te stellen met welk skelet element YDQZHONHGLHUVRRUWZHWHPDNHQKHEEHQ=RDOVGHPHHVWH verzamelaars wil Henk Mulder zijn collectie zo goed moge-OLMNGRFXPHQWHUHQ,QWRWDDOEHVWHHGGHQZLMUXLP]HVYROOH dagen aan het sorteren en determineren van de landzoog-dierresten uit deze collectie ten huize van Henk Mulder te 0RQVWHU ¿JHQ 'DDUQDDVWKHEEHQZLMLQ geval van twijfel, verschillende skeletelementen vergele-ken met recente zoogdieren in de verzamelingen van het

Natuurhistorisch Museum Rotterdam (NMR) om een soort YDVWWHVWHOOHQ ¿J 2RNDQGHUHQKHEEHQQDGDWGH]HDOV ‘voorlopig’ door ons gedetermineerd waren, naar bepaalde onderdelen van de collectie gekeken en hun determinaties JHJHYHQ5HVWHQYDQYRJHOVHQYLVVHQZHUGHQJHOHHQGHQ vergeleken, onder andere in de vergelijkingscollectie van KHW*URQLQJHU,QVWLWXXWYRRU$UFKHRORJLH 58**URQLQ-JHQ  WDEHOHQ¿JHQ 'HGHWHUPLQDWLHVYDQ de skeletelementen (de tanden, kiezen en botten) leverden zeker twee verschillende fauna gemeenschappen op: een uit KHW/DDW3OHLVWRFHHQHQHHQXLWKHW9URHJ+RORFHHQ (HQJURRWGHHOYDQGHYHU]DPHOGHVNHOHWUHVWHQKHEEHQZLM op basis van fragmentatie en het ontbreken van belang-rijke kenmerken zoals gewrichten of grootte als van geen ZHWHQVFKDSSHOLMNHZDDUGHJHwGHQWL¿FHHUG:HKHEEHQKHW dan over enkele tientallen bananendozen vol onherkenbare IUDJPHQWHQYDQ]RZHOWHUUHVWULVFKHDOVPDULHQH]RRJGLHUHQ 'H]H]DNHQ]LMQQLHWRSJHQRPHQLQGHFROOHFWLH0XOGHU

Fig.6. Determinatiesessie in Monster. Foto Friedje Mol.

(4)

Een land- en zeezoogdierfauna uit het Laat Pleistoceen

,QWDEHO]LMQODQG]RRJGLHUVRRUWHQRSJHQRPHQGLHGRRUPLG-del van gebitselementen dan wel skelet,QWDEHO]LMQODQG]RRJGLHUVRRUWHQRSJHQRPHQGLHGRRUPLG-delen in de collectie van +HQN0XOGHUYHUWHJHQZRRUGLJG]LMQ2SEDVLVYDQJHJHYHQV van andere Noordzeevindplaatsen plaatsen wij de vondsten van GH]HGLHUVRRUWHQYDQGH=DQGPRWRULQKHW/DDW3OHLVWRFHHQ 'HERVQHXVKRRUQStephanorhinus kirchbergensis en de bo-solifant, Elephas antiquus]RDOVRSJHQRPHQLQWDEHO]LMQ diersoorten die algemeen beschouwd in een interglaciaal thuis-horen (Mol et al 0RJHOLMNEHWUHIWKHWKLHUXLWRXGHUH

DI]HWWLQJHQRPJHZHUNWHUHVWHQ'H]H]RXGHQDINRPVWLJNXQ-Fig. 12. De wilde ezel, een indicator voor een koud en vooral droog klimaat. Reconstructie Remie Bakker.

Fig. 11. Eerste phalangen van paardachtigen. Het grote wilde paard is een zwaar gebouwd dier geweest watgoed tot uitdrukking komt in de bouw van de eerste phalange. Het exemplaar rechtsonder is een eerste phalange van een wilde ezel, die is veel slanker van bouw. Door vergelijkin-gen kunnen dergelijke zeldzame fauna-elementen makke-lijk herkend worden. Foto Friedje Mol.

Fig. 10. De daadwerkelijke vergelijking van een astragalus van een wolf in het Natuurhistorisch Museum Rotterdam. Foto Bram Langeveld.

Fig. 9. Lade met overblijfselen van fossiele runderen (steppenwisent) in de collec-tie Henk Mulder. Foto Hans Wildschut.

(5)

89 AFZETTINGEN WTKG 39 (4), 2018

QHQ]LMQXLWKHWODDWVWHLQWHUJODFLDDOKHW(HPLHQ9RRUZDWEH-treft Elephas antiquus zijn overblijfselen van de Noordzee-ERGHPEHNHQGGLHLQKHW:HLFKVHOLHQJHGDWHHUG]LMQ5HVWHQ van de reuzenbever, Trogontherium cuvieri)LVFKHUYRQ:DOG-KHLPRRNDDQZH]LJLQGHFROOHFWLH0XOGHU]LMQVFKDDUV RSGH=DQGPRWRU=H]LMQDINRPVWLJXLWKHW9URHJRI0LGGHQ 3OHLVWRFHHQ+HWJDDWKLHURPXLWRXGHUHODJHQRPJHZHUNWH UHVWHQ /DQJHYHOG 

,QWDEHO]LMQ]HH]RRJGLHUVRRUWHQRSJHQRPHQGLHGRRUPLG-del van gebitselementen, dan wel skelet,QWDEHO]LMQ]HH]RRJGLHUVRRUWHQRSJHQRPHQGLHGRRUPLG-delen in de collectie van Henk Mulder vertegenwoordigd zijn en die door ons ge-SODDWVWZRUGHQLQKHW/DDW3OHLVWRFHHQ

T A B E L 4

Zeezoogdieren in de collectie Henk Mulder die wij plaatsen in het Laat Pleistoceen

Walrus Odobenus rosmarus (Linnaeus, 1758) Beloega Delphinapterus leucas (Pallas, 1776) Grijze zeehond Halichoerus grypus (Fabricius, 1791) Baardrob Erignathus barbatus (Erxleben, 1777) Ringelrob Pusa hispida (Schreber, 1775)

Zadelrob Pagophilus groenlandicus (Erxleben, 1777)

T A B E L 3

Landzoogdieren in de collectie Henk Mulder die wij plaatsen in het Laat Pleistoceen

Wolharige mammoet

Mammuthus primigenius (Blumenbach, 1799)

Wolharige neushoorn

Coelodonta antiquitatis (Blumenbach, 1799)

Wild paard Equus caballus Linnaeus, 1758 Wilde ezel Equus hydruntinus Regalia, 1907 Steppenwisent Bison priscus Bojanus, 1827

Muskusos Ovibos moschatus (Zimmermann, 1780) Reuzenhert Megaloceros giganteus (Blumenbach, 1799) Rendier Rangifer tarandus (Linnaeus, 1758) Grottenleeuw Panthera leo spelaea (Goldfuss, 1810) Grottenhyena Crocuta crocuta spelaea (Goldfuss, 1823)

Wolf Canis lupus Linnaeus, 1758

Vos Vulpes vulpes (Linnaeus, 1758)

Haas cf. Lepus europaeus Pallas, 1778

Bosneushoorn Stephanorhinus kirchbergensis (Jäger, 1839) Bosolifant Elephas antiquus (Falconer & Cautley, 1847)

Fig. 13. Phalangen (teenkoten) van wilde paarden. Worden vaak compleet ge-vonden: klein en compact. Wilde paarden, steppenwisenten en wolharige mam-moeten vormen de top drie van de fauna-elementen van de mammoetsteppe uit het Laat Pleistoceen. Foto Friedje Mol.

Fig. 14. Laat-pleistocene wilde paarden. Kwamen in grote kudden voor en zijn een zeer algemene verschijning geweest op de kale droge en koude mammoetsteppe. Reconstructie Remie Bakker.

(6)

Een reconstructie van de mammoetsteppe en mammoetfauna

:HNXQQHQGXVVWHOOHQGDWGHODQGHQ]HH]RRJGLHUHQGLH KLHULQGHWDEHOOHQHQ]LMQRSJHYRHUGYULMZHOJHOLMNWLM- GLJYRRUNZDPHQWLMGHQVKHWODDWVWHJODFLDDOKHW:HLFKVH-OLHQ'HPHHVWHC dateringen duiden op een voorkomen WXVVHQUXZZHJMDDUHQRXGHUGDWZLO]HJJHQGDW GLWRRNURQGELMYRRUEHHOGMDDUYRRUKHGHQNDQ]LMQ JHZHHVW'RRUJDDQVLVHHQ&GDWHULQJWRWYRRU heden betrouwbaar (Mol et al $OVZHGDQHHQUH-constructie willen maken van het landschap en de fauna- JHPHHQVFKDSYDQELMYRRUEHHOGRQJHYHHUYRRUKH-GHQGDQ]RXGDWHUDOVYROJWXLWNXQQHQ]LHQ

'HXLWJHVWUHNWHODDJYODNWHWXVVHQZDWQXGH%ULWVH(LODQGHQHQ Nederland is waarop landzoogdieren zoals wolharige mam-moeten, wolharige neushoorns, groepen wilde paarden en enorme kuddes steppenwisenten zich te goed doen aan har-GHHQKRJHJUDVVHQLVNRXGHQGURRJ ¿JHQ +LHU HQGDDUHHQNOHLQHNXGGHZLOGHH]HOV5DQNJHERXZGHSDDU-dachtigen die goed tegen de droogte van de mammoetsteppe NXQQHQ0DDUYHHOPLQGHUDOJHPHHQGDQGHJURWHHQ]ZDDU JHERXZGHZLOGHSDDUGHQ'HYOHFKWHQGHXLWORSHUVYDQGH HQRUPEUHGHGHOWDYDQGH2HU5LMQHQ2HU0DDVYRHUHQRQ- RSKRXGHOLMNVHGLPHQWHQXLWKHWDFKWHUODQGDDQ,QGHULYLH-UHQ ]ZHPPHQ EHORHJD¶V VWURRPRSZDDUWV YLVVHQ DFKWHUQD (HQDDQWDOZDOUXVVHQOLJWYHUYHHOGRSGHRHYHUYODNODQJVGH

ZDWHUUDQG6RPPLJHQGDDUYDQZRUGHQODVWLJJHYDOOHQGRRU EDDUGUREEHQ HQ ULQJHOUREEHQ 2S GH GURRJJHYDOOHQ RHYHU van een dode rivierarm ligt een karkas van een van ouder-GRPJHVWRUYHQZROKDULJHPDPPRHW+HWNDUNDVPHWQDPH GHYRHWHQHQGHEXLN]LMQDDQJHYUHWHQ(ULVQRJHHQDDQ-tal grottenhyena’s druk bezig zich een weg naar het binnen- VWHYDQKHWNUHQJWHYUHWHQ(UEOLMIWYDQKHWGRGHGLHUYULM-ZHOQLHWVPHHURYHU(HQHLQGYHUGHURSRSHHQVWRI¿JGHHO van de mammoetsteppe liggen een paar grottenleeuwen ver-veeld voor zich uit te staren terwijl in de lucht een groep grote JDQ]HQLQ9YOXFKWRYHUWUHNW+HWJDDWRPHHQXLWJHVWRUYHQ soort, groter dan de moderne ganzen, AnserFIdjuktaiensis =HOHQNRY .XURFKNLQ2SGHJURQGHHWHHQJURHSMH PRHUDVVQHHXZKRHQGHUVYDQGZHUJZLOJHQ

Voor wat betreft de aankleding van het landschap, de vege-tation cover, daar is ook het een en ander van bekend en niet in de laatste plaats van fossiele resten die verzameld zijn uit de sedimenten waaruit de Zandmotor is opge-ERXZG,QGLHSHSORRLHQYDQNLH]HQYDQJURWHJUD]HUVHQ mixed feeders zoals bijvoorbeeld het reuzenhert, zijn di-eetresten voor wetenschappelijk onderzoek veiliggesteld (Van Geel et al 

Kortom, de verzameling van laat-pleistocene fossielen, zoals bijeengebracht door Henk Mulder, leent zich uitstekend voor KHWUHFRQVWUXHUHQYDQSDOHRIDXQDJHPHHQVFKDSSHQ ¿J 

Fig. 15. Reconstructie van de mammoetsteppe zoals die er in het Laat Pleistoceen moet hebben uitgezien. Wolharige mammoeten en steppenwisent in overvloed. Reconstructie: Remie Bakker.

(7)

Dick Mol

Tijdens de determinatiesessie in Monster op zondag 3 september 2017 lag er een bijzonder-heid in een van de vele dozen met skeletresten die op naam gebracht zouden worden. Tussen de vele onooglijke fragmenten lag daar plotse-ling een skeletdeel, helemaal compleet, dat ik nog nooit eerder van Nederlandse bodem of uit de Noordzeebodem gezien had. Een eindpha-lange, een teenkoot waarmee de nagel van een teen of vinger verbonden is, van een wolharige mammoet, Mammuthus primigenius (Blumen-bach, 1799). Van deze mammoetsoort kennen we inmiddels vele honderdduizenden overblijf-selen uit Nederland en de aangrenzende Noord-zee. Vrijwel alle skeletelementen van de wol-harige mammoet zijn al wel een keer herkend. Van onderdelen van het tongbeenapparaat (os hyoid eum) tot en met de vele verschillende grote en kleine sesambeentjes (os sesamoides). Ook van het hand- en voetskelet kennen we vrijwel alles en is het wel eens opgevist of opgeraapt van het strand. Maar de allerlaatste, eindteen- en eindvingerkoten, phalangette genoemd, die door de Franse onderzoeker Henry Neuville in 1935 beschreven zijn van recente olifanten en andere grote dikhuiden, waren tot op dat mo-ment van de wolharige mammoet uit Nederland onbekend.

De eerste en tweede phalanges van de tenen en de vingers van de wolharige mammoet zijn goed ILRLUKLUTHRRLSPQR[LOLYRLUULUÄN16). Van het deelskelet van de wolharige mammoet van Borne, beschreven door Akkerman (1996), is er ook een aantal teruggevonden. Deze van de mammoet van Borne bekende teen- en vinger-koten vertonen wel vraatsporen van hyena’s. Van hyena’s in Afrika is bekend dat zij graag vreten aan de voeten en handen van olifanten en daar-bij niet alleen het zachte materiaal van de nagels en weefsel maar ook de skeletdelen niet schu-wen. Dat is ook het geval geweest bij de mam-moet van Borne.

Overblijfselen van de voor- en achterpoten van mammoeten hebben altijd al mijn belangstel-ling gehad. In 1984 beschreef ik al een bijzon-der middenhandsbeen van de wolharige mam-moet en gaf daarbij een aantal bijzonderheden over de samenstelling van de handen (carpi) en voeten (tarsi) van mammoeten. De tenen en vin-gers (digiti) bij mammoeten worden gevormd door een aantal koten waarvan de eerste norma-liter het grootst is. Deze eerste phalange schar-niert tegen het middenhandsbeen (de carpale) respectievelijk het middenvoetsbeen (de meta tarsale). Deze eerste phalange wordt doorgaans gevolgd door een en soms twee daaropvolgende phalanges. Dit betekent dat in de voorvoet (carpus) phalange 3 van de derde straal de top van de middel-vinger is en de metacarpale (III) van die straal soms dus drie koten draagt. Voor de mens met een vijfstralige hand (penta-dactiel) luidt de phalange-formule 2,3,3,3,3. Het getal twee staat hierbij voor de rechterduim, ge-rekend vanuit de as (axis) van het lichaam. Bij olifanten, en ook bij mammoeten, is deze phalange-formule niet constant. Bij sommige wolharige mammoeten hebben we vastgesteld, op basis van het ontbreken van een gewrichts-ronding aan de eerste metacarpale en metatar-sale dat zij maar viervingerig c.q. viertenig ge-weest zijn. Dat is onder anderen bekend bij de zogenoemde Yukagir Mammoet (Mol et al., 2006) waarvan de voorvoet in zijn geheel gemummi-ÄJLLYKIL^HHYKPZNLISL]LU,LU*;ZJHU]HU deze voorvoet in het ziekenhuis van Yakutsk, Ja-koetië, Rusland, leverde indertijd ongekend goe-de gegevens, ongoe-der angoe-deren dat goe-deze Yukagir Mammoet duimloos is geweest.

De phalangette die Henk Mulder opraapte van het strand van de Zandmotor is een bijzonder stuk. Het is 68 mm breed en 22 mm hoog en 22 mm lang. Het heeft niet de vorm van een phalange zo-als we die van de eerste en tweede koten kennen. Het skeletdeel is enigszins symmetrisch en loopt UHHYKLI\P[LUaPQKLUZWP[Z[VLÄN(HUKL proximale zijde, de bovenzijde, lijkt een zeer klein cirkelvormig facet aanwezig te zijn waarmee deze

phalangette in contact is geweest met een voor-liggende phalange. Op basis van de grootte in combinatie met de breedte en de symmetrie van deze phalangette schrijf ik deze toe aan de mid-delste vinger, de derde straal van de linker of rech-ter voorvoet van de wolharige mammoet. In een doorsnede van de middelste vinger van een oli-fant, waarvan ook deze phalangettes bekend zijn en door Neuville (1935) beschreven, is de posi-tie van deze, als het ware verschrompelde, teen-RVV[NVLK[LaPLUÄN18). De oppervlaktestruc-tuur is zeer ruw hetgeen duidt op de aanhechting van keratine (nagelstof) dat ik als een kenmerk van een phalangette beschouw. Aan de distale zijde, de onderzijde, is geen aanhechtingsfacet te her-kennen hetgeen zou duiden op de aanwezigheid van een nog kleinere phalangette die ook van re-cente olifanten bekend zijn (Neuville, 1935). Der-gelijke phalangettes zijn bekend van onder andere de zogenoemde Lang-Furguson Mammoet die in Zuid-Dakota is opgegraven en waarvan de com-plete voeten teruggevonden zijn, inclusief de pha-langettes. Dit nagenoeg complete skelet van de Lang-Furguson Mammoet wordt bewaard in de :JOVVSVM4PULZ9HWPK*P[`A\PK+HRV[HLUOLI ik aan het einde van de vorige eeuw bestudeerd.

Fig. 17. Tekening van de phalangette van de wolha-rige mammoet van de Zandmotor: Van boven naar beneden: aanzicht van boven; aanzicht van voren en aanzicht van onderen. *VSS. Dick Mol. Tek. Kees van der Kraan.

Fig. 18. Dwarsdoorsnede door de voorvoet, de mid-delste vinger, van een recente Afrikaanse olifant. III = Metacarpale III; 1 = Phalange I; 2 = Phalange II; 3 = Phalangette en 4 = miniscuul kleine Phalangette. Naar Neuville, 1935. 17 18 1 2 3 4 III

Fig. 16. Samengestelde voorvoet (hand) van een wolharige mammoet (Mammuthus primigeni-us). Alle skeletdelen in deze compilatie zijn op-gevist van de bodem van de Noordzee. Goed zichtbaar zijn de teenkoten (phalange I en II) die met de midden handsbeenderen articuleren. *VSS. History land, Hellevoetsluis. Foto Hans Wildschut. A F Z E T T I N G E N W T K G 39 (4), 2018 : P . 91

metacarpale 1e phalange (I) 2e phalange (II)

Een eindteen- of eindvingerkoot

(8)

Fig. 19. De megafauna van het Laat Pleistoceen heeft ook zijn grote predatoren gekend: de grottenleeuw, Panthera leo spelaea (Goldfuss, 1810). Reconstructie Remie Bakker.

Fig. 20. Daar waar de Oer-Rijn zijn delta heeft gehad, circa 40.000 jaar geleden leefden beloega’s, bruine beren, walrussen en hyena’s. Beeld ontstaan op basis van vondsten van fossiele zoogdieren uit het sediment dat afgezet is tijdens het Laat Pleistoceen. Reconstructie Remie Bakker.

(9)

93 AFZETTINGEN WTKG 39 (4), 2018

Naarmate het Pleistoceen verstrijkt, verdwijnt deze karak-teristieke faunagemeenschap die zo kenmerkend is voor het QRRUGHOLMNHKDOIURQGYDQGH%ULWVH(LODQGHQLQKHWZHVWHQ WRWHQPHWKHWQRRUGHQYDQ1RRUG$PHULNDXLWGH]HUHJLR 5RQGMDDUYRRUKHGHQLVKHWLQQRRUGZHVW(XURSD]R extreem koud vanwege de enorme landijsuitbreidingen rich-ting het zuiden, dat (menselijk) leven nauwelijks mogelijk LV:HVSUHNHQGDQYDQKHW/DVW*ODFLDO0D[LPXP /*0  0DDUGDDUQDURQGMDDUYRRUKHGHQWUHGHQHUGUDPD- WLVFKHNOLPDDWYHUDQGHULQJHQRS+HWZRUGWZDUPHU'DDU-door smelt veel ijs en wereldwijd stijgt de zeespiegel ruim KRQGHUGPHWHU+HWJHELHGGDWHHUGHUGHPDPPRHWVWHSSH KHUEHUJGHGHFLPHHUW+HWRFHDDQRSSHUYODNZRUGWDDQ]LHQ-OLMNJURWHU/DDJJHOHJHQJHELHGHQORSHQRQGHUHQGHKRJHUH tempraturen veroorzaken meer verdamping en meer neer- VODJ2SKHWODQGNULMJHQERVVHQGHNDQVHQQLHXZHGLHU-soorten dringen Noordwest- (XURSDELQQHQ'HXLWJHVWUHN-te, koude en droge mammoet steppe en de daaropvolgende poolwoestijnen en toendra’s maken plaats voor beboste ge-ELHGHQPRHUDVVHQHQGUDVVLJHJUDVODQGHQ0HWQRJVWHHGV GH2HU5LMQHQ2HU0DDVDOVEHODQJULMNRQGHUGHHOYDQKHW ODQGVFKDS1X]LMQKHWHFKWHUJHHQYOHFKWHQGHULYLHUHQPHW enorme piekafvoeren meer, maar traag meanderende rivie-UHQPHWHHQYHHOFRQVWDQWHUHZDWHUDIYRHU

Een land- en zeezoogdierfauna uit het Vroeg Holoceen

,QWDEHO]LMQGHGLHUVRRUWHQRSJHVRPGGLHZLMKHEEHQNXQ-nen determineren in de Zandmotorcollectie van Henk Mul-der die veel minMul-der (of nauwelijks) gefossiliseerd zijn dan GLHXLWKHW3OHLVWRFHHQ2SEDVLVYDQGHPRUIRORJLHYDQVNH-letelementen, soms in combinatie met hun fossilisatiegraad, hebben wij deze landzoogdieren, inclusief de moderne mens,

Homo

sapiens/LQQDHXVYDVWJHVWHOGDOVKRORFHQHEH-woners van de bodem van de huidige Noordzee voor de kust van de provincie Zuid-Holland, uit een periode dat de 1RRUG]HHQRJQLHW]LMQKXLGLJH]HHVSLHJHOVWDQGKDGEHUHLNW :DWKLHUQLHWRQYHUPHOGPDJEOLMYHQ]LMQGHUHVWHQYDQGH (XURSHVHPRHUDVVFKLOGSDGEmys orbicularis (Linnaeus,   ,Q GH FROOHFWLH +HQN 0XOGHU NRPHQ YHHO VFKLOG- IUDJPHQWHQYRRUPDDURRNHHQGLMEHHQWMH'H]HVFKLOGSDG-GHQ]LMQNOLPDDWLQGLFDWRUHQ=HNXQQHQ]LFKLPPHUVDOOHHQ voortplanten vanaf een bepaalde zomertemperatuur die tij-GHQVKHWKRORFHQHNOLPDDWRSWLPXPEHUHLNWZHUG'DDUQDDVW moeten er geschikte plaatsen zijn voor het zonnen (het dier LVLPPHUVNRXGEORHGLJ HQKHWEHJUDYHQYDQGHHLHUHQ'H]H plaatsen mogen dus niet te dicht begroeid zijn, maar ook weer niet te open, omdat de schildpadden daar te kwetsbaar ]LMQ'HGLHUHQOHYHQLQHQRPODQJ]DDPVWURPHQGWRWVWLO-staand matig diep water (Langeveld et al 

Veel menselijke resten, Homo sapiens, van de bodem van de Noordzee zijn gedateerd in het Vroeg Holoceen, ruw-ZHJWXVVHQHQMDDUYRRUKHGHQ1DDVWGH]H menselijke resten is de mens ook aangetoond op basis van EHZHUNWHEHHQGHUHQHQYXXUVWHQHQDUWHIDFWHQ

,Q WDEHO  ]LMQ ]HH]RRJGLHUVRRUWHQ RSJHQRPHQ GLH GRRU middel van gebitselementen, dan wel skeletdelen in de col-lectie van Henk Mulder vertegenwoordigd zijn en die door RQVJHSODDWVWZRUGHQLQKHW9URHJHQ0LGGHQ+RORFHHQ

T A B E L 6

Zeezoogdieren in de collectie Henk Mulder die wij plaatsen in het Holoceen

Grijze zeehond Halichoerus grypus (Fabricius, 1791) Gewone zeehond Phoca vitulina Linnaeus, 1758 Griend Globicephala melas (Traill, 1809) Tuimelaar Tursiops truncatus Montagu, 1821

T A B E L 5

Landzoogdieren in de collectie Henk Mulder die wij plaatsen in het Holoceen

Bever Linnaeus, 1758

Bruine beer Ursus arctos Castor fiber

Linnaeus, 1758

Hond Canis familiaris Linnaeus, 1758

Wilde kat Felis silvestris Schreber, 1777 Wild zwijn Sus scrofa Linnaeus, 1758 Oeros Bos primigenius Bojanus, 1827,

mogelijk Bos taurus Linnaeus, 1758 Eland Alces alces (Linnaeus, 1758)

Edelhert Cervus elaphus Linnaeus, 1758

Ree Capreolus capreolus (Linnaeus, 1758)

Schaap / geit Ovis aries Linnaeus, 1758 / Capra hircus Linnaeus, 1758

Mens Homo sapiens Linnaeus, 1758

Bunzing Mustela putorius Linnaeus, 1758

Das Meles meles (Linnaeus, 1758)

Marter Martes sp.

Otter Lutra lutra (Linnaeus, 1758)

Fig. 21. Onderkaak van een bunzing vergeleken met de literatuur. Foto Hans Wildschut.

(10)

Fig. 22. Een scene uit het begin van het Holoceen op basis van vondsten in de Zandmotorcollectie van Henk Mulder: vissende bruine beren. Reconstructie Remie Bakker.

Fig. 23. Reconstructie van de bewoning van de zuidelijke bocht van de Noordzee, ergens tussen 11.700 en 7.000 jaar geleden. Reconstructie Remie Bakker.

(11)

95 AFZETTINGEN WTKG 39 (4), 2018

Naast de laat-pleistocene en deze holocene zeezoogdieren is er nog een soort gevonden: de kleine zeehond,

Phoca-nella

minor9DQ%HQHGHQ'H]HGHWHUPLQDWLHLVJH-baseerd op een compleet skeletdeel dat mogelijk van ter-WLDLUHRXGHUGRPLV:DWIRVVLOLVDWLH JLW]ZDUWYDQNOHXUHQ zwaar gemineraliseerd) betreft, kan dit skeletelement niet aangemerkt worden als afkomstig uit het Laat Pleistoceen RI+RORFHHQ+HWEHWUHIWHHQGLHUVRRUWGLHEHVFKUHYHQLV RSEDVLVYDQUHVWHQXLWKHW3OLRFHHQYDQ$QWZHUSHQ:DDU-schijnlijk is dit fossiel door rivieren verspoeld en in pleis-WRFHQHVHGLPHQWHQDIJH]HW RPJHZHUNW 

Een reconstructie van de fauna-associatie in het Vroeg-Holoceen

Langs een rustig kabbelend riviertje staat een grote eland- VWLHUPHWHHQLPSRVDQWJHZHL5HXVDFKWLJHQLQGUXNZHN-NHQG+HWGLHUVWDDWRSKHWSXQWRPKHWULYLHUWMHRYHUWH VWHNHQ 0DDU DDQ GH RYHU]LMGH YDQ KHW VWURRPSMH LV KHW ZDWRQUXVWLJHHQDDQWDORWWHUVUHQWGRRUHONDDU'HRRU-]DDN ZRUGW VQHO GXLGHOLMN 8LW GH RHYHUEHJURHLLQJ NRPW HHQHQRUPHEUXLQHEHHUWHYRRUVFKLMQJHZDJJHOG'HRW- WHUVGXLNHQKHWZDWHULQHQ]LMQZHJ:DWJDDWGDWRQJH- ORRÀLMNVQHO=HVFKHUHQGRRUKHWZDWHUHQ]LMQYHUGZH-QHQ6WURRPDIZDDUWVULFKWLQJKHWEHERVWHJHELHG(HQERV ZDDUHGHOKHUWHQHQUHHsQ]LFKJUDDJRSKRXGHQ2P]LFK te verstoppen voor de jagers die zich graag verschansen in de begroeiingen van de bosrand om met hun pijlen en bo-JHQWHMDJHQRSNOHLQZLOG]RDOVKD]HQHQYRJHOV'DW]LMQ YRRUGLHPHQVHQPDNNHOLMNHSURRLHQ-D]HVFKLHWHQUHJHO-matig naast hun prooi en verliezen daarbij hun pijlen en, KHHOEHODQJULMNHHQRQGHUGHHOYDQHHQSLMOGHEHQHQVSLWV Als die in het water terecht komt is de kans heel erg klein GDW]HKHPWHUXJYLQGHQ'DQPRHWHQHUPHWJURWHSUHFL-sie weer nieuwe pijlspitsen gesneden worden uit been en YDDNRRNXLWJHZHL'HJHZHLHQYLQGHQGHPHQVHQLQKHW ERVHQVRPVRSGHRSHQJHYDOOHQSOHNNHQ'DW]LMQGHDI-JHZRUSHQJHZHLVWDQJHQYDQGHHGHOKHUWHQ(QGLHNXQQHQ VRPVRQYRRUVWHOEDDUJURRW]LMQ0DDUKHHOPDNNHOLMNWHEH-ZHUNHQ'DDURPXLWHUPDWHJHVFKLNWYRRUKHWPDNHQYDQ SLMOVSLWVHQYRRUGHMDFKW

Het kabbelende riviertje smelt samen met een veel grote- UHVWURRP,QGLHULYLHUOHYHQGLYHUVHVRRUWHQYLVVHQ]R-DOVVQRHNHQHQEDDU]HQ=HZRUGHQEHMDDJGGRRUYRJHOV DOVDDOVFKROYHUVHQIXWHQ(HQJURWHGLYHUVLWHLWYDQHHQ-den- en ganzensoorten vindt een biotoop in het waterrij- NHJHELHG+HWNOHLQHULYLHUWMHGRRUVQLMGWHHQJURRWERV-gebied en hier en daar zijn er wilde zwijnen die het zoete ZDWHUGULQNHQ+HWOHVWGHGRUVWYDQGHGLHUHQ3ORWVHOLQJ VWXLYHQGHZLOGH]ZLMQHQZHJ1HHQLHWYRRUGLHZLOGH kat die op een boomtak van de zon geniet maar er komt een grote hond aan en dat betekent dat er waarschijnlijk MDJHUVLQGHEXXUW]LMQ'HKRQGEODIWHHQSDDUNHHUPDDU KHWJHOXLGYHUVWRPW(HQVFHQHGLH]RJHSODDWVWNDQZRU-GHQRPVWUHHNVMDDUJHOHGHQ ¿J HQ (QGDW op basis van fossiele resten verzameld door Henk Mulder op het strand van het kunstmatige schiereiland dat wij de

=DQGPRWRUQRHPHQ'H=DQGPRWRUGLHRQ]HNXVWOLMQPRHW YHUVWHUNHQWHJHQHHQVWLMJHQGH]HHVSLHJHO

Dankwoord

:LM]LMQ+HQNHQ:LO0XOGHU 0RQVWHU GDQNEDDUYRRUKHW ter beschikking stellen van hun verzameling voor onder-zoek, voor de genoten gastvrijheid tijdens de soms lang-durende determinatiesessies en het kritisch lezen van een HHUGHUHYHUVLHYDQGLWPDQXVFULSW'LFN0ROLV+HQN]HHU erkentelijk om de in dit artikel beschreven eerste vondst van de phalangette van de wolharige mammoet te mogen opnemen in zijn verzameling mammoetresten van Neder-ODQGVHERGHP'DQN]LMQZLMRRNYHUVFKXOGLJGDDQ+DQV :LOGVFKXWHQ)ULHGMH0RO +RRIGGRUS YRRUKHWPDNHQYDQ de foto’s die in dit artikel zijn opgenomen en aan Kees van der Kraan (Kwintsheul) voor het vervaardigen van de te-NHQLQJHQYDQGHSKDODQJHWWH'HUHFRQVWUXFWLHWHNHQLQJHQ en kleurenplaten bij dit artikel zijn van de hand van Remie %DNNHU 5RWWHUGDP $DQKHP]LMQZLMYHHOGDQNYHUVFKXO-digd voor het opnieuw toestemming verlenen om deze te PRJHQJHEUXLNHQRPGLWDUWLNHOWHYHUOXFKWLJHQ

L i t e r a t u u r

$NNHUPDQ+'HYRQGVWYDQGHPDDQG'HRSJUD-YLQJYDQGHPDPPRHWYDQ%RUQH±&UDQLXP   

/DQJHYHOG%Trogontherium cuvieri Fischer (Cas-toridae) van het strand van Hoek van Holland en de =DQGPRWRU =XLG+ROODQG ±&UDQLXP   /DQJHYHOG%'0RO+0XOGHU-6WUHXWNHU0HHU

GDQDOOHHQVFKLOGIUDJPHQWHQHHQIHPXUYDQHHQ(XURSH-se moerasschildpad Emys orbicularis /LQQDHXV  YDQ GH =DQGPRWRU ±$I]HWWLQJHQ YDQ GH:HUNJURHS YRRU7HUWLDLUHHQ.ZDUWDLUH*HRORJLH   /DQJHYHOG % - 6WUHXWNHU  '& %ULQNKXL]HQ 

)RVVLHOHYLVUHVWHQYDQGH'HOÀDQGVH.XVW (XURJHXO-JHELHG ±$I]HWWLQJHQ:7.*  

/DQJHYHOG%:-6WUHXWNHU :3UXPPHO/DDW SOHLVWRFHQH HQ KRORFHQH YRJHOV $YHV  YDQ GH 'HOI-ODQGVH.XVW (XURJHXOJHELHG PHWHHQLQYHQWDULVDWLH van vogelresten van andere Nederlandse stranden en GHDDQJUHQ]HQGH1RRUG]HH±&UDQLXP  

0RO'2YHUGHKDQGYDQGHPDPPRHWHQHHQELM-]RQGHU PLGGHQKDQGVEHHQ YDQ GLW GLHU ± &UDQLXP  (1): 11-19

0RO'-6KRVKDQL$7LNKRQRY%YDQ*HHO66DQR 3 /D]DUHY * %RHVNRURY  /'$JHQEURDG  7KH<XNDJLU0DPPRWKEULHIKLVWRU\&GDWHVLQGL-vidual age, gender, size, physical and environmental FRQGLWLRQVDQGVWRUDJH±6FLHQWL¿F$QQDOV6FKRRORI *HRORJ\$ULVWRWOH8QLYHUVLW\RI7KHVVDORQLNL6SHFLDO 9ROXPH

0RO'-GH9RV5%DNNHU%YDQ*HHO-*OLPPHU- YHHQ-YDQGHU3OLFKW .3RVW.OHLQHHQF\-clopedie van het leven in het Pleistoceen - Mammoeten, QHXVKRRUQVHQDQGHUHGLHUHQYDQGH1RRUG]HHERGHP 8LWJHYHULM9HHQ0DJD]LQHV%9'LHPHQ

(12)

1HXYLOOH+6XUTXHOTXHVFDUDFWqUHVDQDWRPLTXHV GHSLHGGHVpOqSKDQWV&RQWULEXWLRQjO¶pWXGHGHODIRU-PDWLRQGHVSKDQqUHVXQJXpDOHV±$UFKLYHVGX0XVpXP G¶+LVWRLUH1DWXUHOOHH6pULH7RPH;,,,

9DQGHU9DON%'0RO +0XOGHU0DPPRHWERW-ten en schelpen voor het oprapen: verslag van een onder-]RHNVH[FXUVLHQDDUIRVVLHOHQRSµ'H=DQGPRWRU¶YRRUGH NXVWWXVVHQ7HU+HLMGHHQ.LMNGXLQ =XLG+ROODQG ±$I-]HWWLQJHQYDQGH:HUNJURHSYRRU7HUWLDLUHHQ.ZDUWDLUH *HRORJLH   9DQ*HHO%-6HYLQN'0RO%:/DQJHYHOG5:-0 YDQGHU+DP&-0YDQGHU.UDDQ-YDQGHU3OLFKW-6 +DLOH$5H\OJOHVLD ('/RUHQ]HQ*LDQWGHHU (Megaloceros giganteus GLHWIURP0LG:HLFKVHOLDQGH-posits under the present North Sea inferred from molar-HPEHGGHGERWDQLFDOUHPDLQV±-RXUQDORI4XDWHUQDU\ 6FLHQFHKWWSVGRLRUJMTV

1

Dick Mol, e-mail: dickmol@telfort.nl 2

Bram Langeveld, Natuurhistorisch Museum Rotterdam Westzeedijk 345, 3015 AA Rotterdam,

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Primary school teachers perceptions of inclusive education in Victoria, Australia. Implementing inclusive education in South Africa: Teachers attitudes

In het begin van de jaren negentig vreesden velen dat ‘Lean Production’ tot een enorme vermindering van werkgelegenheid en een daling van de kwaliteit van de arbeid in de

Aangezien er niet genoeg tomatenplantjes waren, werden er voor de groepen van 10 en 12 dagen inwerkingstijd planten uit de Mokkas gehaald, die veel kleiner waren dan die van

Die hoeveelheid 6-&lt;:1odeseenwat gevorm het, was baie laag by beide temperature met PCY3as ligand en 'n RU:PCY3-molverhoudingvan 1:2.5. Uit hierdie resultate is dit egter nie

• To measure the DNA copy number of the Microcystis specific 16S rDNA and microcystin producing genes, mcyB as well as mcyE in order to shed more light on toxin production in

Dit onderzoek heeft opgeleverd dat Oriëntals heel goed een warmwaterbehandeling bij 41°C kunnen verdragen mits de bollen gedurende 4 dagen bij 20°C worden bewaard voor en na de

L'itinéraire de la chaussée romaine que l'on suivait de Reims à Warcq et à laquelle les premiers inventeurs déjà prêtaient Cologne comme destination, n'avait été jusqu'à

Zijn voorkeur voor den piraat en den desperado, zijn haat jegens het burgerlijke leven, zijn hang naar het ‘verboden rijk’ China, dat de vreemdeling niet straffeloos betreedt,