• No results found

Professionals in de wolken met open AHN!

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Professionals in de wolken met open AHN!"

Copied!
65
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

w w w .g eo -in fo .n l • V ak bla d v an G eo -In fo rma tie N ed er lan d 20 16 • j aa rg an g 1 3 • N um m er 5

Eerste 3D registratie in Nederlands Kadaster

GeoBuzz

Een nieuw soort geschiedenis-atlas:

De Bosatlas online 1877 - 1939

Professionals in de wolken

met open AHN!

(2)

Trimble 3D Scanning Solutions

Trimble

®

scanning solutions deliver uncompromised

performance both in the field and office. Learn how to

create amazing deliverables you can trust.

Find out more at

www.trimble.com/3Dscanning

Visit us at

Intergeo Hall A4, Booth # E4.045

Capture and deliver

precise data—faster

© 2 01 6. Trimble Na vig ation Limit ed. All right s r es er ved. GE O-109 (08/1 6)

(3)

Redactioneel

Welkom in de realiteit. Of toch niet? Het ene ogenblik jaag je op Pokémon

in augmented reality, het volgende moment sla je met een hamer op je

duim tijdens het klussen. Wat is echt? En wat betekent dit voor de GIS-er?

Daar moest ik aan denken toen ik enkele weken geleden met de Ocular Rift

door een virtuele wereld van het Kadaster doolde. Gemaakt met 3D-geodata

en streetview foto’s.

Het is Luilekkerland op (geo)datagebied: open, 3D, 4D, linked, smart, big,

virtueel, augmented... Wat een feest, of is het meer een rovershol van Ali Baba? 

Als ik kijk naar wat mij persoonlijk bezighoudt de afgelopen maanden, dan

kom ik uit op een aantal thema’s: Hoe interesseren we (jonge) mensen

voor de geo-wereld? Wat zijn de (visualisatie)mogelijkheden van al die

data? Waar zijn de grenzen of problemen van open en linked data?

Dat ik niet de enige ben die hier over nadenkt, blijkt ook uit de Geo-Info

die u voor u hebt liggen. De datavisualisatie neemt een vlucht dankzij

Open AHN, waardoor 3D ingezet kan worden om de vastgoedsector van

de toekomst in GIS te overtuigen. Of waarmee de kadastrale rechten beter

zichtbaar worden. En natuurlijk komt die realiteit dan weer om de hoek

kijken, met virtual reality projecten en natuurlijk Pokémon, dat opduikt als

inzet bij de agri-sector.

Ook de mooie term PokéGeografie heb ik gespot. Wie weet kunnen we

meer jongeren voor ons vakgebied interesseren als het vak Aardrijkskunde

voortaan ‘PokéGeografie & GeoCraft’ gaat heten. Biologie, scheikunde

en natuurkunde kan ‘Meten = weten’ worden, waarbij proefjes en

onderzoeken met apps in het veld worden uitgevoerd. Gaming en

programming combineren met online atlassen en meten met apps.

Verslagen maken met maptooling en 3D-visualisatietechnieken...

Revolutie! Maar misschien draaf ik wat door...

Het leven als GIS-er lijkt soms wel een sprookje. Alice (AlGis?) in Wonderland.

Daar moeten we toch mensen mee kunnen betoveren, doe je mee?

Jonna Bosch

Trimble 3D Scanning Solutions

Trimble

®

scanning solutions deliver uncompromised

performance both in the field and office. Learn how to

create amazing deliverables you can trust.

Find out more at

www.trimble.com/3Dscanning

Visit us at

Intergeo Hall A4, Booth # E4.045

Capture and deliver

precise data—faster

© 2 01 6. Trimble Na vig ation Limit ed. All right s r es er ved. GE O-109 (08/1 6)

(4)

Agenda GIN

Colofon

Partners Geo-Informatie Nederland

Uitgever Geo-Informatie Nederland www.geo-info.nl Redactieadres Redactie Geo-Info Postbus 1058, 3860 BB Nijkerk Telefoon: (033) 247 3415 Fax: (033) 246 0470 E-mail: gi@geo-info.nl Hoofdredacteur Roelof Keppel Redacteuren

Adri den Boer, Rob Kromwijk, Ferjan Ormeling, Eric Hagemans, Sytske Postma, Frans Rip, Jonna Bosch, Felix van Veldhoven

Bladmanagement

MOS bv, Nijkerk

Inzenden kopij

Indienen en publiceren van artikelen en berichten in overleg met de redactie. Zie ook www.geo-info.nl onder ‘Geo-Info’.

Advertentie-exploitatie

MOS bv Jan van de Vis Telefoon: (033) 247 3415

E-mail: acquisitie@mos-net.nl of gi@geo-info.nl Advertentietarieven op aanvraag

Vormgeving en druk

VdR druk & print, Nijkerk www.vdr.nl

Abonnementen/inlichtingen

Postbus 1058, 3860 BB Nijkerk Telefoon: (033) 247 3415 Fax: (033) 246 0470

E-mail: administratie@geo-info.nl Het doorgeven van adreswijzigingen uitsluitend schriftelijk of via e-mail. Een abonnement of lidmaatschap kan op elk gewenst moment ingaan en wordt voor een jaar aangegaan. Een abonnement of lidmaatschap wordt automatisch verlengd, tenzij dit minimaal twee maanden voor de verlengingsdatum schriftelijk of per e-mail wordt opgezegd.

Abonnementsprijzen per jaar voor 2016

Persoonlijk lidmaatschap: € 65,- incl. 6% btw. Abonnement op Geo-Info: € 120,- incl. 6% btw. Organisatielidmaatschap: € 260,- incl. 6% btw. Leden in het buitenland betalen extra kosten voor het toezenden van Geo-Info: binnen Europa € 30,- (excl. 21% btw) en buiten Europa € 55,- (excl. 21% btw).

Kijk voor meer informatie op de website www.geo-info.nl.

Bij automatische incasso krijgt u een korting van € 2,- per jaar.

© 2016. Het overnemen evenals het vermenigvuldigen uit dit tijdschrift is slechts toegestaan na schriftelijke toestemming van redactie en auteur.

ISSN 1572-5464 (print), ISSN 2211-0739 (online) IBAN: NL55RABO0395278430

Geodesign Summit Europe 2016

Datum: 31 oktober - 2 november Locatie: Delft University of Technology, Faculty of Architecture and the Built Environment Meer info: www.bk.tudelft.nl/nl/over-faculteit/ afdelingen/otb-onderzoek-voor-de-gebouwde-omgeving/actueel/agenda/

Nationaal 3D Symposium

Datum: 15 november 2016 Locatie: provinciehuis Utrecht Meer info: www.geonovum.nl

GeoBuzz

Datum: 22 en 23 november 2016 Locatie: Congrescentrum 1931, Den Bosch Meer info: www.geobuzz.nl

Geo-BIM event

Datum: 24 en 25 november 2016 Locatie: Novotel Amsterdam Meer info: www.geo-bim.org/europe/

NCG Symposium

Datum: 30 november 2016 Locatie: Faculteit ITC Enschede Meer info: www.ncgeo.nl

FLAGIS studiedag

Datum: 6 december 2016 Onderwerp: Ruimte en Tijd

Locatie: Mecatormuseum - Sint-Niklaas (B)

AGILE Conference 2017

Datum: 9-12 mei 2017 Locatie: Wageningen

Meer info: www.agile-online.org/index.php/ conference/conference-2017 w ww .g eo -in fo .n l • V ak bla d v an G eo -In fo rma tie N ed er lan d 20 16 • j aar gan g 1 3 • N umm er 5

Eerste 3D registratie in Nederlands Kadaster GeoBuzz

Een nieuw soort geschiedenis-atlas: De Bosatlas online 1877 - 1939 Professionals in de wolken met open AHN!

Foto cover: Aandachtig speurend naar sensoren (GIN bijeenkomst Zuid)

(5)

...en verder

4

De Blinckhorst in dynamische 3D

16

Verslag Common Vision

Conference 2016

19

Column - Theo Thewessen

21

GeoBuzz

26

Eerste 3D registratie in Nederlands

Kadaster

30

In Memoriam - ir. Willem Berends

31

Open Kaart

34

Een nieuw soort geschiedenis-atlas:

De Bosatlas online 1877 - 1939

49

Column - Hildegard Schulte

53

Column - Jeroen van Winden

54

Verslag -

Maptime Summercamp 2016

In dit nummer ...

46

Gaat Geo-ICT het

voedselsysteem fixen?

50

Verslag - Duizenden

supporters PSV bij

regiobijeenkomst GIN Zuid

42

Professionals in de wolken

met open AHN!

8

2016: International Year of

Global Understanding en

International Map Year

| 25

2016-5 | Geo-Info

Vacature Coördinator Themagroepen

Geo-Informatie Nederland

Geo-Informatie Nederland zoekt een geschikte kandidaat voor de functie van Coördinator Themagroepen binnen het bestuur van Geo Informatie Nederland (GIN). GIN kent diverse groepen op een bepaald thema. Daarnaast worden er per regio activiteiten georganiseerd. De verbinding met het bestuur en met alle groepen is de belangrijkste taak van de Coördinator Themagroepen.

Bestuursfunctie Coördinator Themagroepen:

• De Coördinator zorgt voor agendering van de Themagroepen op de bestuursagenda;

• De Coördinator stimuleert de Themagroepen in het organiseren van bijeenkomsten, evenementen, presentaties en voordrachten;

• De Coördinator stemt de agenda’s tussen de Themagroepen onderling af en met overige GIN-activiteiten; • De Coördinator ondersteunt de Themagroepen bij de promotie van de georganiseerde bijeenkomsten, evenementen,

presentaties en voordrachten; 

• De Coördinator ondersteunt de Themagroepen in het zoeken naar actieve GIN-leden voor deze Themagroepen; • De Coördinator is de linking pin voor de contacten en samenwerking met en tussen Themagroepen.

Gewenst profiel

• Lid van GIN of bereid dat te worden. • Ervaring met het stimuleren van mensen is een pré. • Actieve belangstelling voor het verder ontwikkelen van GIN. • Een ‘doener’.

• Kennis van en ervaring met verenigingswerk is een pré.

• Bereid om een eigen rol te vervullen in het bestuur en actief bij te dragen aan de teamontwikkeling.

Condities

• Aan een bestuursfunctie is geen vergoeding verbonden. • Er is een onkostenregeling voor reis- en verblijfkosten. • De functie wordt voor een periode van ten minste vier (4) jaar vervuld.

• Wij zoeken iemand die zich ten minste 2 dagen (vier dagdelen) per maand kan vrij maken voor de uitoefening van zijn/ haar bestuursfunctie. 

Wat krijg je er voor terug?

• Inzicht in de GIN community • Plezierige werkomgeving

Procedure

Personen die geïnteresseerd zijn in deze bestuursfunctie worden verzocht zich te kandideren. Ook kunnen GIN-leden het bestuur attenderen op mogelijke kandidaten. Kandidaatstellingen dienen voor 1 november 2016 schriftelijk bij het bestuur van GIN te worden ingediend. Dit kan per e-mail aan info@geo-info.nl. Het bestuur beoordeelt de binnengekomen aanmeldingen en zal deze in de periode van 02 t/m 15 november beoordelen. Geschikt geachte kandidaten zullen worden uitgenodigd voor een kennismakingsgesprek. Het bestuur doet statutair een bindende voordracht aan de Algemene Leden Vergadering die gehouden wordt tijdens de GeoBuzz 2016. Tijdens deze ALV kunnen ook nog tegenkandidaten aangemeld worden. De ALV beslist over de voordracht(en). Voor meer informatie kunt u terecht bij de secretaris Mark Verlaat (m.verlaat@geo-info.nl of 06-23544653).

25

(6)

3D en de Omgevingswet

In een drietal artikelen in dit vakblad gaf Jan-tien Stoter een prachtig overzicht van de stand van zaken rond de 3D-informatievoorziening voor onze leefomgeving [1]. In het licht van de Omgevingswet beschrijft zij de noodzaak van actuele 3D-informatie om de impact van veranderingen in onze leefomgeving te voorspellen en het complexe beheer van deze omgeving te analyseren. Veel vraagstukken eisen een benadering in drie dimensies: denk aan geluidsbelasting rond drukke infrastruc-tuur, de potentie van zonnepanelen op onze woningen of de verspreiding van fijnstof door onze woonwijk. In haar analyse stelt zij de vraag hoe deze sterk van elkaar verschillende 3D-gegevens straks kunnen worden geïnte-greerd. Na implementatie van de Omgevings-wet, naar verwachting begin 2019, is dat de modus operandi: geïntegreerde 3D-data, in sommige gevallen wellicht realtime, beschik-baar voor iedereen als basis voor beslissingen over omgeving. Op de route naar dat moment zijn goede voorbeelden nodig. In haar eigen woorden: “stap voor stap zal via use-cases be-keken moeten worden welke aspecten in 3D mogelijk zijn, wenselijk zijn én daadwerkelijk meerwaarde bieden” [2].

Gemeente Den Haag als pionier

Die noodzaak wordt ook gevoeld door de Gemeente Den Haag. Als antwoord op de ontwikkelingen rond de Omgevingswet en het door het rijk te ontwikkelen Digitaal Stelsel

Omgevingswet, uitte de gemeente de ambitie om te werken met een dynamisch 3D-model. In een dergelijk model worden uiteenlopende databronnen gekoppeld, waaronder geo-informatie en modellen voor verkeer, geluid, externe veiligheid en milieu. De gemeente heeft verschillende pilots gestart om inzicht te krijgen in de mogelijkheden van zo’n mo-del en te ervaren welke veranderingen dit

vraagt in de werkwijze binnen de organisatie. Op de Provada, het jaarlijkse ontmoetingspunt van de vastgoedbranche dat afgelopen juni plaatsvond in Amsterdam, werd een volledig werkend model gepresenteerd.

Steeds meer partijen maken plannen die kun-nen bijdragen aan de ontwikkeling van de

Op de Provada, de jaarlijkse

vastgoedbeurs in de Rai, werd

afgelopen juni door de gemeente

Den Haag een werkend, dynamisch

3D-model gelanceerd, gerealiseerd

door Geodan. Ontwikkelaars,

adviseurs en ontwerpers

reageerden enthousiast op het

concept, waarmee zij in 3D door

een voor hun welbekende locatie

konden navigeren: voormalig

industrieterrein de Binckhorst in

Den Haag.

Door Felix van Veldhoven

in gesprek met Hanke Nijman

De Binckhorst in dynamisch 3D

Figuur 1 - Het dynamisch 3D-model van de Binckhorst.

Het Omgevingsplan

geeft ruimte: meer

vrij-heid, minder onderzoek

en een langere termijn

(7)

stad. De gemeente Den Haag wil het voor die partijen én voor zichzelf makkelijker maken om de haalbaarheid en impact van die plannen te checken. Zij vroeg zich af hoe het zou zijn als ini-tiatiefnemers in Den Haag alle benodigde infor-matie digitaal voor handen zouden hebben, en hun initiatieven zelf in een 3D-omgeving zou-den kunnen toetsen. Tygron, een spin-off van de Technische Universiteit Delft, maakte een filmpje waarin deze toekomstvisie werd uitgebeeld [3]. Tegelijkertijd is de gemeente Den Haag door het ministerie van Infrastructuur & Milieu benaderd om een pilot-omgevingsplan op te stellen, om te ervaren hoe de nieuwe wet in de praktijk uitpakt. De Binckhorst, een voormalig bedrijventerrein langs de A12 op de grens met Voorburg, werd vooruitlopend op de Omgevingswet aangemeld voor een ‘pilot-omgevingsplan’. In dit gebied ging de gemeente van gedetailleerde bestemmingen naar het definiëren van gebiedskwaliteit: een goede kwaliteit van de leefomgeving als over-koepelend concept.

De Binckhorst

De Binckhorst kent een rijke geschiedenis en een grote variatie aan bedrijvigheid met een industrieel karakter. Dit geeft het gebied veel potentie tot transformatie en ontwikkeling. Ook de komst van de Rotterdamsebaan, een nieuwe ontsluiting van Den Haag die begint bij knoop-punt Ypenburg en in de Binckhorst boven de grond zal komen, wordt gezien als motor voor nieuwe ontwikkelingen. De gemeente Den Haag heeft de ambitie om het gebied gelei-delijk te transformeren tot een woon-werkwijk met ca. 5.000 woningen. Vanwege de milieu-wetgeving en de aanwezige bedrijvigheid is woningbouw in het gebied een uitdaging. Het omgevingsplan geeft daarvoor de ruimte: meer

vrijheid, minder onderzoek vooraf en een lan-gere termijn als uitgangspunt.

Tegen deze achtergrond vroeg de gemeente Den Haag aan Geodan om een dynamisch 3D-model voor de Binckhorst te ontwikkelen, om de mogelijkheden van deze tool te de-monstreren. De ambitie van de gemeente Den Haag is dat initiatiefnemers met het model al tijdens de ontwerpfase van een initiatief een beeld van de impact op de leefomgeving krijgen. Het model kan worden gezien als motiveringstool: de mogelijkheden die het omgevingsplan biedt kunnen in de toekomst vanuit een 3D-omgeving met initiatiefnemers en ontwikkelaars worden gedeeld.

Een initiatief als een nieuwe parkeergarage leidt bijvoorbeeld tot meer verkeer, meer geluid en meer fijnstof. Het model moet straks inzichtelijk maken hoe de wettelijke kaders voor deze en

andere criteria straks integraal kunnen worden afgewogen. Door een initiatief in een vroeg stadium aan de verschillende criteria te toetsen ontstaat de mogelijkheid van informatie-gedre-ven ontwerpen. Dit leidt idealiter tot een betere aanvraag voor de benodigde omgevingsver-gunning en daardoor tot minder

onderzoek-slasten. Door te kiezen voor een makkelijk te bedienen en eenvoudig te delen model, mikt de gemeente op een grotere betrokkenheid van burgers en bedrijven. Met het model van de Binckhorst ontstond een demo die het nadenken over 3D, het Omgevingsplan en de filosofie van het Digitaal Stelsel Omgevingswet weer een stap verder brengt.

Figuur 3 - Gemodelleerde schaduwwerking van een fictieve woontoren. Figuur 2 - Gemodelleerde geluidsintensiteit voor een initiatief in de Binckhorst.

Er ontstond een demo

die nadenken over 3D,

het Omgevingsplan

en het Digitaal Stelsel

Omgevingswet een stap

verder kan brengen

(8)

Een dynamisch 3D-model

Het resultaat, een proof of concept van een dynamisch 3D-model, werd op 7 juni tijdens de Provada gelanceerd [4]. Het model werd met standaard software gebouwd en bevat verschillende 2D- en 3D-informatielagen, rekenmodellen en fictieve initiatieven die, als vereenvoudigde BIM-modellen, in de context van de Binckhorst kunnen worden geplaatst. De gemeente Den Haag stelt veel van haar gegevens beschikbaar als open data. Geodan integreerde verschillende van deze datasets, inclusief het als open data beschikbare 3D-model in CityGML [5]. Aan 2D-ondergronden (bestaande WMS-services van de Gemeente, de Provincie en het Rijk), werd 3D-data van de omgeving van de Binckhorst toegevoegd. Deze 3D-data bestond uit verschillende categorieën: het eerder genoemde open 3D-stadsmodel, in 3D gemodelleerde omgevings-factoren als geluidsintensiteit en luchtkwaliteit, fictieve 3D-initiatieven zoals een woontoren, parkeergarage en appartementencomplex en tot slot de gemodelleerde 3D-impact van deze initiatieven op de omgeving (denk aan het schaduweffect van een woontoren). Verschillende fictieve vastgoedinitiatieven kunnen in het model worden geplaatst en eventueel ook verplaatst, waarmee de globale effecten op bijvoorbeeld luchtkwaliteit, ge-luidsoverlast en bezonning inzichtelijk kunnen worden gemaakt. Door het combineren van verschillende (open) datasets en het hieraan koppelen van vereenvoudigde rekenmodellen voor luchtkwaliteit en geluidshinder kan voor de verschillende vastgoedinitiatieven worden bekeken wat de te verwachten impact op de omgeving is. Op deze manier brengt het dynamisch 3D-model het idee van integrale

toetsing van een ontwerp over. In de toekomst volgt hierop het indienen van de (veel beter geïnformeerde) Omgevingsvergunningaan-vraag. Om deze ontwikkeling mogelijk te ma-ken zoekt de gemeente Den Haag landelijke samenwerking op.

De gemeente uitte de wens om het 3D-model

met standaard software te laten bouwen. Het samenstellen van het model gebeurde om die reden in bestaande Esri-applicaties: ArcGIS Pro en CityEngine. Door slim gebruik te maken van open data, konden in CityEngine-texturen worden gegenereerd voor de 3D-panden uit het stadsmodel van de gemeente. Door het model te publiceren naar een CityEngine-webviewer, kunnen gebruikers in een browser door de Binckhorst navigeren en kan het mo-del eenvoudig met anderen worden gedeeld.

Lancering op de vastgoedbeurs

The proof of the pudding is in the eating. Op 7, 8

en 9 juni 2016 werd tijdens de Provada het dy-namisch 3D model van de Binckhorst getoond. Boudewijn Revis, wethouder BSKB (Binnenstad, Stadsontwikkeling, Kerngebieden en Buiten-ruimte) van de gemeente Den Haag, lanceerde het model op de stand van Metropoolregio Rotterdam Den Haag. De gemeente had een

tweeledige doelstelling met haar aanwezigheid op de beurs: vastgoedontwikkelaars interesseren voor het gebied de Binckhorst en het dynamisch 3D-model introduceren in de vastgoedwereld om de ontwikkeling van het model verder vorm te geven. Het model trok veel bekijks; er waren veel geïnteresseerden vanuit de verschillende gemeenten, maar ook veel ontwikkelaars, advi-seurs en ontwerpers die graag van gedachten wisselden over de Omgevingswet, de plannen in de Binckhorst en het 3D-concept.

Jantien Stoter schreef eerder dat er stap voor stap, met proof of concepts zoals deze, zal moe-ten worden gekeken welke aspecmoe-ten van de Omgevingswet daadwerkelijk meerwaarde bieden in 3D. De vele enthousiaste reacties van initiatiefnemers op de Provada laat zien dat er veel animo is om hier aan mee te werken. Dat er maar veel voorbeelden mogen volgen.

Hanke Nijman is adviseur Smart City bij Gemeente Den Haag. Zij is bereikbaar via  hanke.nijman@denhaag.nl.

Felix van Veldhoven is adviseur geo-informatie bij Geodan. Hij is bereikbaar

via  felix.van.veldhoven@geodan.nl.

Referenties

[1] Mede gebaseerd op de ideeën van de inspiratiegroep “3D en de Omgevingswet”. Zie J. Stoter, Geo-informatie in 3D: wat moet je ermee?, in: Geo-Info 2014-5, p. 4-9, J. Stoter, 3D en de Omgevingswet, in: Geo-Info 2015-6, p. 38-41 en J. Stoter, 3D en de Omgevingswet - deel 2, in: Geo-Info 2016-1, p. 4-8. [2] J. Stoter, 3D en de Omgevingswet - deel 2, in: Geo-Info 2016-1,

p. 8.

[3] “Stip op de horizon: Dynamisch 3D-model”, te zien via bit.ly/1Uoh2ko.

[4] Een filmpje van het dynamisch 3D-model Binckhorst - Den Haag kan worden bekeken via bit.ly/2aHAQBo.

[5] Zie data.overheid.nl/data/dataset/3d-model-den-haag.

The proof of the

pud-ding is in the eating

(9)

WITH YOU ALL THE WAY

PLANNING > SURVEY > DESIGN > LAYOUT > EXECUTION > INSPECTION

Elk type project, elke bedrijsomvang, elke toepassing - Wij bieden een volledig programma met zeer nauwkeurige meet- en positioneringsoplossingen die aan al uw behoeften voldoen.

Ervaar net als andere professionals zelf onze technologie.

topconpositioning.nl

GEODESIE OPLOSSINGEN

Object 34 op Cartographiae

Het Belgische leger heeft vier schitterende Afrikaanse campagnes achter de rug

Papier, quadrichromie, 122 x 101 cm, collec-tie KMMA HO.1981.1.148

Dit affiche werd in het eerste semester van 1919 door het Comité de politique nationale uitge-geven en door Charles Bulens in Brussel gedrukt. Ze past volledig binnen de nationalistische propagandastrategie van deze drukkingsgroep. Het Comité werd namelijk in december 1918 bij het vooruitzicht van de onderhandelingen van de Vrede van Parijs door verschillende katho-lieke, liberale en socialistische figuren opgericht en streefde naar een “groter België”. De groep gaf grote kaarten in levendige kleuren uit om de bevolking voor zijn doel te winnen en de politieke autoriteiten onder druk te zetten opdat die in Parijs, zowel wat Europa als Afrika betreft, onredelijke territoriale aanspraken zouden verde-digen. Het Comité eiste immers niets minder dan het Groothertogdom Luxemburg, Nederlands Limburg, het Rijnland en Duits Oost-Afrika op. De kaart biedt een overzicht van de grenzen tussen de diverse koloniale rijken, net als het

tracé van de spoorwegen. Bovenaan rechts geeft een legende meer uitleg. De gekleurde zones gaan België aan: in het geel de kolonie Belgisch-Congo, in het rood de Duitse kolonies die de Belgische troepen, samen met de Franse en Britse geallieerden, bezetten. Je vindt er ook

enkele opmerkingen over de rol van de Belgi-sche troepen en de slagvelden (zoals Tabora en Mahenge). De troepenbewegingen worden er niet op weergegeven. Het gaat duidelijk om een zicht op de verdeling tussen de diverse koloniale rijken en de territoria die België op het oog heeft. Een tekst van het Comité de politique nationale neemt het onderste derde van het affiche in beslag. Hij licht de diverse militaire campagnes van de troepen van de Openbare Weermacht in Afrika toe. Daarbij vermeldt hij onder andere die van Rhodesië, die niet als dusdanig op de kaart staat. De campagnes worden naar voren geschoven om de daaropvolgende territoriale aanspraken te legitimeren. Die worden verder onderbouwd door de potentiële rijkdom aan mineralen en vee in Duits Oost-Afrika te ver-melden, net als door het feit dat het gebied door Europeanen bevolkt kan worden.

Eén van de 40 objecten van de tentoonstelling Cartographiae, die tot 4 september was te bezoe-ken in een zaal van het Koninklijk Paleis te Brussel, www.cartographiae.be.

(10)

1. Wat kaarten en atlassen wel en niet vertellen

Het jaar 2016 is uitgeroepen tot het International

Year of Global Understanding (IYGU). Waarom?

Om mensen overal in de wereld te stimuleren na te denken over duurzaamheid en globali-sering in hun eigen leefomgeving. En ook om mensen oog te laten krijgen voor de invloed van hun doen en laten op de leefomgeving van andere mensen. Duurzaamheid betekent zo met de wereld omgaan dat ook volgende generaties er goed kunnen leven.

Het jaar 2016 is ook uitgeroepen tot het

International Map Year. Waarom? Om mensen te

laten zien hoe kaarten en atlassen helpen om de wereld beter te begrijpen.

Vraag 1: Wat zie jij van globalisering in jouw leefomgeving?

Vraag 2: Kun je een voorbeeld noemen van een kaart die je helpt de wereld beter te begrijpen? Mensen kijken allemaal op hun eigen manier naar de wereld waarin ze leven. Maar dat rea-liseren we ons niet altijd. Hoe mensen kijken is voor een belangrijk deel aangeleerd op school. En daar hebben schoolatlassen een rol bij gespeeld. Aan de hand van schoolatlassen leer je de wereld kennen en in te delen en ook je een mening te vormen over allerlei dingen. Ook over duurzaamheid en globalisering. Schoolatlassen zijn niet neutraal. Dat blijkt uit de onderwerpen die wel of niet aan de orde komen zoals klimaatverandering, verkeersdrukte, criminaliteit, armoede en milieuvervuiling. De ene atlas besteedt meer aandacht aan bepaalde onderwerpen dan de andere. Niet alleen de onderwerpen verschillen per atlas, ook wat de kaarten in een atlas vertellen. De atlasmakers bepalen wat je in een kaart te zien krijgt. We starten met je eigen schoolatlas om te zien hoe die in elkaar zit en hoe de atlasmaker aankijkt tegen de wereld en tegen duurzaam-heid en globalisering. Daarna kijken we naar een buitenlandse schoolatlas om te zien hoe die verschilt van onze eigen versie.

2. Het verhaal van een atlas

In een verhaal gebeurt er altijd wat en gebeur-tenissen worden in een bepaalde volgorde verteld. Sommige gebeurtenissen krijgen meer

aandacht dan andere, omdat de verteller ze belangrijker vindt. Een atlas vertelt ook een ver-haal. Een verhaal over hoe gebieden op aarde verschillen in natuur (hoogte, klimaat, planten-groei) en cultuur (taal, godsdienst, gewoonten). Een verhaal ook over hoe mensen in die gebie-den leven. In de atlas staan natuurlijk ook de namen van de gebieden, plaatsen, rivieren en bergen die in het verhaal belangrijk zijn. Al die namen samen noemen we topografie (topos betekent plaats en grafie betekent schrijven). Een atlas begint meestal met de dingen die heel belangrijk zijn zoals het eigen land. In figuur 1 zie je welke kaarten van Europese gebieden in de eerste Bosatlas uit 1877 stonden. De pijltjes geven de volgorde aan. Die atlas begon met Nederland, dan de Alpen, dan Duitsland, et cetera.

Een tweede ding dat opvalt is dat landen die volgens de atlasmakers belangrijk zijn, op een grotere schaal zijn afgebeeld of meer kaarten hebben. Figuur 2 laat zien dat er in de Bosatlas van 2001 veel kaarten van Nederland stonden en maar weinig van Azië. In figuur 2 kun je ook zien dat Nederland verhoudingsgewijs minder kaarten had in 1877 dan in 2001.

Vraag 3: Wat is de volgorde van de afgebeelde gebieden in jouw schoolatlas? Welke landen in Europa komen eerst en welke laatst? Vind je dat logisch?

Vraag 4: Hoeveel van de kaartbladen in je schoolatlas zijn aan Nederland gewijd? Hoeveel % is dat van je hele atlas?

Om mensen te laten zien hoe

kaarten en atlassen helpen om

de wereld beter te begrijpen,

hebben kartografen en geodeten

wereldwijd 2016 uitgeroepen tot

International Map Year. Ook voor

geografen is 2016 een speciaal

jaar; zij hebben wereldwijd 2016

uitgeroepen tot International

Year of Global Understanding

om mensen na te laten denken

over duurzaamheid en over de

invloed van hun doen en laten

op de leefomgeving van anderen.

Om die twee initiatieven te

combineren, is deze les ontwikkeld

voor scholieren van 3 havo/vwo.

Door Ferjan Ormeling &

Joop van der Schee

2016: International Year of Glob al Understanding

en International Map Year

De rol van atlassen bij beeldvorming; een denkoefening voor 3 havo/vwo

Figuur 1 - De volgorde van de kaarten van Europese gebieden in de eerste Bosatlas uit het jaar 1877.

(11)

Of een atlasmaker iets belangrijk vindt, kun je ook zien aan de schaal van de kaarten. Belang-rijke gebieden worden groter afgebeeld, dus op een grotere schaal, zodat er meer van te zien is.

Als je gebieden wilt vergelijken moeten de kaarten van die gebieden dezelfde schaal hebben.

Vraag 5: Vergelijk de schaal van de kaart van Nederland en de kaart van Australië in je schoolatlas. Kun je die twee kaarten vergelij-ken? Hoe kun je deze landen wel vergelijvergelij-ken? Vraag 6: Om kaarten van gebieden te mogen vergelijken moet niet alleen de schaal gelijk zijn. Wat nog meer?

3. De volgorde van het verhaal

Wanneer je de onderwerpen van de kaarten van Nederland in de Bosatlas bekijkt, zie je dat er na de overzichtskaarten eerst landschappen (hoe ziet het land er uit?) en reliëf (hoogtelig-ging en hellingen) worden behandeld. Daarna komen grondsoorten, klimaat en water, voordat we aan de mensen toekomen. Dat begint dan met de bevolking en daarna komt het werken: landbouw, industrie en diensten-sector. Tot slot is er verkeer, energie, ruimtelijke ordening, toerisme en milieu. Die volgorde is eigenlijk een erfenis uit de 19e eeuw, toen

men dacht dat de natuurlijke omgeving bepaalde hoeveel mensen ergens konden wonen. Inmiddels weten we dat gebieden met een vergelijkbare natuurlijke omgeving door verschillende groepen mensen verschil-lend ingericht worden, wat tot verschillen in welvaart kan leiden. En we weten ook dat landbouw, industrie en verkeer een invloed kunnen hebben op onze leefomgeving, en dat die invloed in sommige landen groter is dan elders. Om dat te laten zien, plaatsen de makers van sommige schoolatlassen kaarten van de natuurlijke omgeving en van de inrich-ting van een gebied naast elkaar (zie figuur 3).

Figuur 2 - Aandeel van de kaarten voor de verschil-lende werelddelen in de Bosatlas, nu en in 1877.

Figuur 3 - Natuurlijke omgeving naast de inrichting door de mens van hetzelfde gebied. C Hölzel - Weltatlas für die Oberstufe, 2003.

2016: International Year of Glob al Understanding

en International Map Year

(12)

Soms is er sprake van een vaste combinatie van thema’s die bij elk land of werelddeel wordt afgebeeld (bijvoorbeeld neerslag - plan-tengroei - bevolkingsdichtheid - industrie en mijnbouw, zie figuur 4), en soms worden per

land of werelddeel alleen díe onderwerpen in kaart gebracht die heel erg kenmerkend zijn voor die landen, dus bij voorbeeld bij IJsland vulkanisme en visvangst, bij Duitsland autoproductie en de consumptie van bier en

worstjes en bij Chili de wijnproductie en de winning van salpeter voor kunstmest.

4. Ieder zijn eigen verhaal

Atlassen gebruiken vaak ook hun eigen taal. Dat blijkt niet alleen uit begrippen als boomgrens en waterscheiding, maar ook uit namen die atlasmakers gebruiken. Voorbeelden van dat soort namen zijn: Iberisch schiereiland, Fins Merenpla-teau, Kleine Soenda-eilanden. Niemand op het eiland Bali weet dat hij of zij op de Kleine Soenda-eilanden woont. Zulke namen staan in schoolatlas-sen om de aardrijkskundige informatie te ordenen, en zo makkelijker te kunnen onthouden.

Vraag 7: In welk land kun je een boomgrens tegen-komen?

Vraag 8: Heeft Nederland ook een waterscheiding? Vraag 9: Ben je wel eens op het Iberisch schierei-land geweest?

Atlassen gebruiken soms eigen begrippen en namen maar er valt nog meer op als je goed kijkt. Elke schoolatlas wordt vanuit een bepaalde plaats gemaakt, en de mensen voor wie de atlas bedoeld is zullen zal die plaats of hun land als het middelpunt van de wereld beschouwen. Amerikaanse kaartenmakers plaatsen Amerika in het centrum van hun wereldkaarten (figuur 5) en Chinese kiezen voor China in het midden van de kaart. Wij zelf zijn Europa-centrisch!

In sommige landen vindt men dat men erg goed is in gezondheidszorg of scholing Dat zal de atlas-maker dan ook willen laten zien in de schoolatlas. Andersom werkt dat ook: als men vindt dat het eigen gebied niet zo best scoort, bijv. op het gebied van het gemiddelde inkomen per hoofd van de bevolking, dan komt dat onderwerp niet aan de orde bij de wereldkaarten in de school-atlas van dat land. Sri Lanka hoort niet bepaald tot de rijkste landen, maar het deel van de inwoners dat kan lezen en schrijven is wel hoog. In de schoolatlas van dat land staat dus geen wereldkaart met het gemiddelde inkomen, maar wel met het percentage alfabeten (zie figuur 6) Vraag 10: Wat valt je op aan het percentage mensen dat kan lezen en schrijven in Sri Lanka en Suriname in figuur 6?

Soms probeert een schoolatlas bewust of onbewust de eigen prestaties in een beter daglicht te plaatsen. Dat zie je als je kaarten heel precies bekijkt. In figuur 7 wordt de dichtheid van het verkeersnetwerk getoond, aan de hand van tintverschillen. Hoe donkerder de tint, hoe groter het aantal km verkeersweg per 100km2.

Althans, dat is de bedoeling. De donkerste tint is de klasse van 5-50km verkeersweg per 100km2.

Maar dat is niet de hoogste waarde – dat is die met meer dan 50km per 100km2, en die is in de

lichtere kleur oranje aangegeven. Laat daar nou net West-Europa en de VS in vallen. Toeval?

Figuur 4 - Vaste volgorde van kaartonderwerpen voor elk gebied (hier Spanje: neerslag, grondgebruik, mijn-bouw en energie, bevolkingsdichtheid) uit de 44e druk van de Grote Bosatlas (C Wolters-Noordhoff 1966).

(13)

Figuur 5 - Wereldkaart uit een Chinese schoolatlas (C Diti Chubanse 1984).

(14)

De atlasmakers bepalen niet alleen wat er aan kaarten in de schoolatlas komt. In sommige lan-den wordt dat door het ministerie van onderwijs bepaald. Elders is er een commissie die de eind-examen-onderwerpen aardrijkskunde vaststelt, en daar kiest de atlasredacteur dan passende kaarten bij uit. Er kunnen bepaalde denkbeelden leven in de maatschappij, zoals over milieu of over een gewenste verdeling van welvaart, waar de atlasredacteur rekening mee houdt. Er kun-nen actuele vraagstukken spelen, zoals de komst van vluchtelingen of de stijgende zeespiegel, of of meisjes wel dezelfde kans krijgen om onderwijs te volgen als jongens. Maar daarbin-nen is er nog genoeg speelruimte voor eigen inbreng van de atlasmakers. Dus samengevat: elke schoolatlas vertelt een verhaal:

• Met behulp van bepaalde begrippen en namen; • Vanuit een bepaald geografisch standpunt; • Zich al of niet afzettend tegen de buren; • Vanuit zijn positie op de wereldranglijst; • Vanuit een bepaald ideologische of politieke

standpunt.

Tot slot, sommige landen laten in hun school-atlassen ook negatieve dingen zien, zoals milieu verontreiniging, in de hoop dat dat tot de oplossing bijdraagt; anderen doen dat niet omdat ze zich ervoor schamen.

Vraag 11: Welke kaarten in jouw schoolatlas heb-ben negatieve onderwerpen? Zijn die kaarten van Nederland, van (landen in) Europa of van de wereld?

Vraag 12: Wanneer er wereldkaarten met een milieuonderwerp in je schoolatlas staan, welke landen doen het dan goed (top 3) en welke slecht (top 3)? Is de bevolking in die landen gemiddeld armer of rijker dan in Nederland?

5. Global understanding: begrip voor elkaar

Wat op de ene plek gebeurt, heeft vaak effect ergens anders. Oorlog in Syrië leidt tot veel vluchtelingen in Griekenland. Tegelijkertijd leidt rijkdom in Nederland ertoe dat Grieken verdienen aan Nederlandse toeristen. Als een bedrijf in Zwit-serland, Frankrijk of Duitsland giftige stoffen loost in de Rijn, sterven niet alleen vissen in de Rijn, maar hebben ook tientallen miljoenen mensen stroomafwaarts problemen met hun drinkwater-voorziening. Alles wat we doen, heeft effecten zowel in onze eigen omgeving maar vaak ook verder weg. De moderne technologie maakt het mogelijk snel en goedkoop producten, mensen en informatie over de wereld te verplaatsen. Dat heeft grote voordelen en ook grote nadelen. Vraag 13: Heeft de “plastic soep” in de oceanen te maken met globalisering?

Vraag 14: Is de aanleg van een groot park met zon-nepanelen in Zuid-Marokko een voorbeeld van duurzaamheid of van globalisering of van beide? Vraag 15: “Think global, act local”. Wat betekent deze kreet? Ben je het er mee eens?

Je hebt je een beetje een idee kunnen vormen van het verhaal van je eigen schoolatlas. Realiseer je dat we bepaalde dingen over het hoofd zien, omdat we er teveel aan gewend zijn. Daarom kun je op de volgende pagina’s aan de hand van vragen je eigen schoolatlas vergelijken met een schoolatlas uit een ander land. Dat is moeilijk, omdat die in een andere taal is. Ook is de vraag hoe je aan zo’n atlas komt. We helpen je door scans van schoolatlassen uit andere landen beschikbaar te stellen en de thema’s van de daarin voorkomende kaarten te vertalen. Veel succes!

6. Verdieping: vergelijking van schoolatlassen

Vraag 16: Waarop is de wereldkaart uit de schoolatlas die je ziet in figuur 8 gecentreerd? Wat zijn de bezwaren daarvan?

Vraag 17: Wat is de volgorde van de gebieden in de atlas die je ziet in figuur 9? Op de oranje bladzij in figuur 9 gaat alles over Brazilië, op de groene over de wereld. Van pagina 82-102 worden daar de werelddelen behandeld, erna komen allemaal wereldkaarten.

(15)

Figuur 8 - Stedelijke bevolking in 2007 in een Braziliaanse schoolatlas (C Atlas geografico escolar, 2010).

(16)

Vraag 18: Hoeveel procent van de kaarten gaat over het eigen land in de atlas van figuur 9? Vraag 19: Worden er bij de behandeling van het eigen land in de schoolatlas van figuur 9 andere onderwerpen behandeld dan in jouw schoolatlas?

Op de oranje bladzijde in figuur 9 betekent ambiente natural natuurlijk milieu, Populacao bevolking,, Recursos energeticos energiehulp-bronnen, Problemas ambientais milieuproble-men, en Desigualdades sociais e economicos betekent ongelijkheid op sociaal of econo-misch gebied.

Bestudeer figuur 9 t/m 13.

Vraag 20: Welke thema’s mis je in deze school-atlas? Ga daarvoor de inhoudsopgave in je eigen schoolatlas na. Hoe zou dat komen?

Vraag 21: Welke thema’s die hier wel worden behandeld mis je in je eigen schoolatlas? Kun je dat verklaren?

Vraag 22: Komen er in deze Braziliaanse schoolatlas ook negatieve onderwerpen aan de orde? Zo ja, welke?

Vraag 23: Welke milieu-onderwerpen worden er in de Braziliaanse schoolatlas behandeld? Vraag 24: Kan je nu je de vorige vragen hebt beantwoord, iets zeggen over de keuzes van de maker van de atlas?

Vraag 25: Ben je anders gaan denken over je eigen schoolatlas en de onderwerpen die de atlasmaker heeft uitgekozen?

Vraag 26: Denk je dat je nu meer weet over de mensen uit het land waar je de schoolatlas van hebt bekeken en de manier waarop zij tegen de aarde aankijken?

Links

Op de volgende website biblioteca.ibge.gov.br/index.php/ biblioteca-catalogo?acervo=livro&campo=titulo&opeqry= &texto=atlas%20geogr%C3%A1fico%20escolar&digital= false&fraseexata= kan je de andere kaarten uit deze Brazili-aanse atlassen vinden, met een vertaling van hun titel.

Bronnen

• Atlas geografico escolar. Ensino Fundamental do 6°ao 9° ano. Rio

de Janeiro: IBGE 2010.y

• Atlas geografico escolar. 6° edição. Rio de Janeiro: IBGE 2012

• Lukas Birsak (2003) Hölzel Weltatlas für die Oberstufe. Wien: Verlag Ed.Hölzel.

• Agnes Simonova (1994) Atlas geografija za 8. klas. Ikonomičeska i

socialna geografija na sveta i stranite. Moskva: Kartografija.

(geo-grafische schoolatlas voor de 8e klas. Economische en sociale geografie van de wereld en van landen)

• Kanthi M.Vitarana and Kumudini Dias Haputhanthri (2004) Sarasavi School atlas. Colombo: Sarasavi (Ceylonese school atlas) • Zhongguo Zirandili Tuji. Beijing: Diti Chubanse 1984 (Atlas van

de fysische geografie van China). Figuur 10 - Analfabetisme per ras (C Atlas geografico escolar, 2012).

(17)

Figuur 12 - Ondervoeding (C Atlas geografico escolar, 2012).

Prof. dr. Joop van der Schee is hoogleraar Geografie voor educatie en communicatie aan de faculteit Geowetenschap-pen van de Universiteit Utrecht en bijzonder hoogleraar onderwijsgeografie namens het Koninklijk Nederlands Aard-rijkskundig Genootschap bij de Faculteit Aard- en Levenswe-tenschappen van de Vrije Universiteit te Amsterdam.

Em. professor Ferjan Ormeling was hoogleraar Kartografie aan de Universiteit Utrecht en is nu als onderzoeker verbon-den aan het Explokart-project, Universiteit van Amsterdam. Ferjan is bereikbaar via f.j.ormeling@uva.nl.

(18)

Verslag

Van 5 tot en met 7 juni is in het Barbizon Palace Hotel in Amsterdam de eerste Common Vison Conference

gehouden, georganiseerd door het Kadaster in samenwerking met vijf Europese organisaties op het gebied van

land- en geo-info en landmeetkunde: PCC, EULIS, CLGE, ELRA & EuroGeographics. Het doel van de conferentie

was om te komen tot gemeenschappelijke visievorming en daarmee de onderlinge samenwerking te

verbeteren. Hendrik Westerbeek opende de conferentie op 6 juni, die is opgebouwd rondom een vijftal thema’s.

Maandag 6 juni, welkomstsessie, eerste dag

Frank Tierolff, lid van de Raad van Bestuur van het Kadaster, heette de aanwezigen welkom namens het Kadaster en gaf een speech waarin hij het belang van samenwerking benadrukte in deze snel veranderende tijden. De rol van kadasters en landregistraties is aan het veranderen en samen staan we sterker. Daarbij legde hij een analogie met teampres-taties in de sport.

Hans Mommaas (Planbureau van de leefom-geving) presenteerde een verhaal over de bijdrage van (Smart) data aan onze verbeel-ding. Hij nam het publiek mee in de dringende behoefte aan het verkennen van nieuwe wegen door gebruik te maken van de informa-tie-explosie aan nieuwe experimentele open platforms. Hij stelde dat monitoring gegevens een hoeksteen zijn voor de beleidsevaluaties en vooruitzichten van planbureaus.

Sessie 1: Smart cities, het einde van eenvoudige registratie?

Deze sessie geeft een brede blik op het thema “Smart cities” en de effecten op kadasters, de keuze tussen individuele projecten of netwerk van partnerships. Het ging over betrokken-heid van de samenleving met behulp van bijvoorbeeld crowd sourcing en de impact op de kwaliteit van de registers en de daarmee samenhangende privacy-risico's. Arnold Bregt (WUR), noemde in zijn lezing “NMA in the city” de echte honger die er binnen steden bestaat naar ruimtelijke data. Martin Dubbeling (ISO-CARP) sprak namens de international society of city and regional planners. Hij noemde uiteen-lopende voorbeeld van mensen die in slumps in Nairobi grond huren tot de ontwikkeling van kabelbanen in steden.

Walter Dresschers sprak van het ontwerpen van onze eigen toekomst in plaats van het voorspellen daarvan, Martin Rijsdijk (Kadaster)

gaf een presentatie over zelfrijdende auto’s en de positieve rol die actieve GPS-referentienet-werken daarbij spelen.

Bij de afsluitende discussie werd via een app reacties uit de zaal opgehaald op een originele wijze (zie figuur). De discussie ging onder andere over het prijskaartje achter accurate en betrouwbare gegevens die ook open en vrij moeten zijn. Bij de herinrichting van gebieden in Nieuw-Zeeland na de aardbevingen van enkele jaren geleden werden burgers nadruk-kelijk bij de plannen betrokken en is de inbreng van zeer veel burgers gebruikt om richting te geven aan de herinrichting (Tierolff). Het gaat daarbij vooral over de vraag hoe de samen-werking georganiseerd kan worden. In grote steden is de bereidheid om deel te nemen vaak groter dan in landelijke gebieden.

Sessie 2: Laten we praten over marine kadaster

Deze sessie richt zich op de resultaten van een marinekadasterproject dat door enkele part-ners werd uitgevoerd: 'Marine Kadaster: een ondersteuning voor de blauwe economie?' Wat is het verband met blauwe economie en blauwe groei? Wat zijn de gevolgen van het VN-verdrag van de Wet op de zee (UNCLOS) en de mariene politiek van de EU? Wat zijn de effecten van het waterbeheer op het kadaster en landregistraties?

We maakten kennis met de status van marine kadasters in Europa en er waren voorbeelden uit andere landen, waaronder de VS en Canada. Aus-tralië en Amerika hebben geavanceerde mariene planning informatiemanagementsystemen. Meer dan 70 procent van het aardoppervlak is bedekt met water, de meerderheid daarvan in de zeeën en oceanen van de wereld. De helft van de wereldbevolking leeft binnen 60 km van de zee, en driekwart van alle grote steden zijn gelegen aan de kust. 23 van de 28 EU-landen hebben een kustlijn, terwijl de kustlijn van de EU is 7 keer zo lang als de Verenigde Staten 'en 4 keer zo lang als Rusland (Evangelia Balla).

Europa heeft een potentiële blauwe econo-mie van meer dan 500 miljard euro per jaar. Voor Kadasters is het belangrijk de krachten te bundelen om te profiteren van deze ontwikke-lingen, omdat de rechtszekerheid een belangrijk element is voor de ontwikkeling van de blauwe economie. De zee van de VN-wet staat bekend als de UNCLOS. De huidige wetgeving moet worden geharmoniseerd voor Europa en mis-schien is er wel nieuwe wetgeving nodig en is onze terminologie nog onduidelijk (Guido de Latte). We zouden kunnen suggereren dat een marine kadaster component wordt toegevoegd aan de nationale ruimtelijke data-infrastructuur. Interessante situaties in Frankrijk en Zweden werden getoond met het idee om de kust mariene gegevens toe te voegen aan de Franse 3D Geo land Portal (Nicolas Smith) en een database voor de afwikkeling van de rechten op de particuliere en publieke water die er bestaan voor onder andere vissen. Met het oog op het creëren en onderhouden van een sterke werking van een maritiem SDI zijn partijen echt nodig om samen te werken (Magdalena Andersson). In juli 2014 heeft de Raad van de EU zijn goedkeuring gegeven aan de creatie van een gemeenschappelijk kader voor mariene ruimtelijke ordening in Europa. Elk land kan zijn eigen ruimtelijke ordening-kader vormen en

Common Vision Conference 2016

Amsterdam, 5 tot en met 7 juni 2016

(19)

er zijn minimale gemeenschappelijke planning principes voor interregionale zeeën.

Sessie 3: Wat hebben we nodig voor slimme interoperabiliteit?

Deze sessie richt zich op de volgende gebieden: harmonisatie, semantiek en standaardisatie. Hoe kunnen we het stimuleren van politici om juridische kaders tussen de landen te harmo-niseren, zodat grensoverschrijdende transactie in vastgoed en de uitwisseling van relevante informatie effectiever kan zijn?

“We kwamen erachter dat een holistische aanpak nodig is voor interoperabiliteit tussen overheden, bedrijven en burgers. De burgers zijn de meesters van de sociale onderneming, tijdens de Franse Revolutie hadden we het ook al over open data” aldus Abecasis. In 2010 is het European Interoperability Framework (EIF) gecreëerd en herzien in 2016. Vierentwintig landen hebben EIF al in de openbare diensten ingevoerd. De ISA is het EU-programma (2016-2020) voor het bereiken van INTEROPERABILITEIT frameworks en oplossingen voor het Europese publiek, nationale instanties, ondernemingen en burgers (ISA2). Dit programma bevat 9 arrange-menten inclusief geo-spatial oplossingen. Het Europese Location Framework (ELF) is bedoeld om de toegang tot pan-Europese kaarten en grensoverschrijdende informatie te verbeteren. Het doel van ELF is iedereen aan te sluiten op geo-informatie. De kracht van geo-informatie wordt ontketend als nooit tevoren. ELF is een gateway die voldoet aan INSPIRE-eisen. Tijdens de afsluitende discussie wordt door Barbieri betoogd dat we moeten kijken naar de behoeften van de markt. Voor een lange termijn strategie en wetenschappelijke theoretische informatie is geen tijd voor. Onze gemeenschap kan alleen slagen als we handelen en stoppen met praten. Er is een kern van drie landen die hoog scoren op digitale openbare diensten (NL, DK, ES). Men concludeerde dat de basisregisters de versnellers zijn van de openbare moderni-sering en het is onze taak dit aan de burgers te garanderen. Openbare raadplegingen onthullen veel gebrek aan vertrouwen (Arvanitis).

Dinsdag 7 juni, welkomstsessie, tweede dag

Joep Cromvoets presenteert "Smart Gover-nance voor het migreren naar een Smart World". Het publiek heeft een Smart World nodig om welvaart voor iedereen in de wereld te kunnen stimuleren en iedereen beter met elkaar te kunnen verbinden. Daarom is het nodig dat we beter definiëren wat bedoeld wordt met smart voordat we kunnen beginnen te begrijpen hoe we moeten migreren naar een Smart World. Een Smart World is geen utopie, noch een denkbeeldige plek en het is zeker haalbaar. Het is een wereld waarin alles met elkaar verbonden is. Het bestaat uit innovatieve en interactieve technologieën en/of het internet der dingen. De wereldbevolking creëert meer en meer data elke dag. Denk aan tweets, Facebook-berichten, LinkedIn-verhalen evenals geplaatst foto's, video's en eindeloze andere online opmerkingen. Er wordt geschat dat elke persoon 300MB aan data per dag produceert.

Er zijn veel mensen op sociale media aan-gesloten en overheden investeren meer in cloud-oplossingen.

Microsoft investeert zwaar in onderzoek en ontwikkeling van "cloud-technologie en veilig-heidsdiensten". Slechts 0,5% van de gegevens worden geanalyseerd. Sociale media staat eigenlijk nog in de kinderschoenen. Overhe-den hebben een belangrijke rol te spelen in deze ontwikkelingen. De criteria voor goed bestuur zijn performance, verantwoordelijk-heid, verantwoordingsplicht, transparantie, het

beleid voor het waarborgen van de resultaten, rechten en plichten. Maar er is nog steeds een knelpunt voor de ontwikkeling van een Smart Wereld. Om een Smart World met zo veel verbindingen en data te ontwikkelen, is er een sterke behoefte aan duidelijke wetten en regels, een gezonde concurrentie en markt en een diepgaande samenwerking nodig.

Sessie 4: De toekomst van de locatie-infrastructuur

Kadasters , openbare registers en topografische diensten zijn meer en meer belangrijke spelers in de nationale infrastructuur voor ruimtelijke gege-vens geworden. Is dat het einde van ouderwetse land registratie? Interoperabiliteit zal zegevieren in het kadastrale domein. Denk na over kabels en leidingen portals, 3D-kadasters en geodata-win-kels, zoals het Nederlandse PDOK dat landelijke datasets voor en door overheidsorganisaties ont-sluit. Wat is de impact van ELF, EULIS en Inspire en hoe kunnen we de toegevoegde waarde van deze kaders optimaliseren.

Wij hebben gesproken over de ontwikkeling van het Europese Locatie kader (ELF) als gevolg van de langdurige Europese samenwerking. Reeds in 1992 vond in Amsterdam een bijeenkomst plaats: GIS Europa. Deze eerste gesprekken gingen over lagen op de kaart en naadloze data die leidde tot de realisatie van ELF. We moeten deze dialoog (Pauknerova) voort zetten. ELF is daarmee een sterk voorbeeld van samenwerking tussen overheidsinstanties..

De Europese Location Service (ELS) begon in 2013 en bestaat tegenwoordig uit 12 functies uit-gevoerd op authentieke topografische gegevens en biedt zoekmogelijkheden via een interactieve kaart. De dekking van Europa is minimaal, maar wel groeiende. ELS zou enorm zijn. Met de hulp van de EG en EuroGeographics voor de technische infrastructuur, kunnen we op lange termijn ons doel bereiken: het verkrijgen van een volledige Europese dekking (Mick Cory). Het Nederlandse systeem PDOK is kosteneffec-tief, gebruiksvriendelijk en een goed voorbeeld van samenwerking tussen de verschillende over-heden en overheidsinstanties. PDOK ontvangt

Deelnemers aan sessie 2 over mariene Kadasters.

Common Vision Conference 2016

(20)

zes miljoen hits per maand met een grote vraag naar authentieke kadastrale gegevens. Samen-werking voor het uitwisselen van standpunten en het vinden van gemeenschappelijke grond tussen de landen is al begonnen.

Een 3D kadastraal perceel is moeilijk te beschrij-ven in een akte, maar een 3D-visualisatie maakt de situatie duidelijker, hetgeen tijd en kosten bespaart. Het Delftse stationsgebied, de eerste Nederlandse 3D kadastrale registratie, werd getoond. Het werd gerealiseerd door middel van een succesvolle samenwerking met TU Delft, kadaster en het notariaat. Alle betrokken partijen zagen de voordelen van deze 3D-oplossing, die landregistratie veel gemakkelijker maakt. De Rot-terdamse spoorlijn die in 2D werd geregistreerd, nam vele weken in beslag. Een 3D-visualisatie kost een fractie van die tijd.

Een ander voorbeeld over verschillen tussen volume percelen in Queensland werd genoemd. De combinatie van bouwkundige gegevens (BIM) en juridische ruimtes toonde daar de toe-gevoegde waarde. Research blijft echter nodig, ondanks de suggestie van een Nederlandse krant dat het Nederlandse Kadaster klaar is om volledig 3D te gaan. Daar is naar verwachting echter nog veel tijd voor nodig.

In de afsluitende discussie is met name over 3D-kadasters gesproken en zijn er via de eerder genoemde app zaalraadplegingen gedaan. Dat bleek ook hier een krachtig hulpmiddel om op overzichtelijke wijze de meningen te peilen en weer te geven. De volgende twee statements vielen op:

1. Geïntegreerde en onderling afgestemde portals zijn de beste manier om informatie open te stellen en daarmee de samenleving te dienen

2. De belangrijkste beperking voor de toekomst van een volwaardige 3D-kadaster-implemen-tatie is juridisch en niet technisch.

Sessie 5: Kadaster in het kader van e-Government

Kadasters hebben het in zich een gewaardeerd onderdeel van de e-overheid te worden. We zijn getuige van een voortdurende ontwikkeling naar i-Government en i-Society. Kadastrale informatie maakt deel uit van de informatie-suite die de samenleving nodig heeft in de ruimtelijke en juridische domeinen. We werken steeds meer in netwerken, wordt de informatie in toenemende mate met elkaar verbonden wordt en alle par-tijen in het netwerk actief betrokken raken. Een nieuwe Europese justitieportaal zal worden uitgevoerd vóór 2018. Het is de bedoeling om elk nationaal kadaster in heel Europa aangesloten te krijgen. Het project kadasters Interconnection

(LOI) zal DG Justitie fondsen te geven aan meer landen aangesloten te krijgen. Het is niet duide-lijk wat er zal gebeuren met de huidige European Land Information Services (EULIS)-portal. Deze portal zal worden overgenomen door de DG Justitie. Er zijn op dit moment 6 landen aange-sloten op de EULIS-portal. De verwachting is dat door gebrek aan belangstelling vanuit de Europese Commissie het initiatief zal overgaan in het nieuwe Europese justitieportaal.

Het bouwen van bouwstenen is de core business van CEF (Connecting Europe Facility). De bekende bouwstenen zijn eID, e-leverings-diensten, e-handtekeningen, e-facturatie en Automated Translation. Ze zijn het resultaat van een aantal grote pilot projecten tussen verschil-lende beleidsniveaus. De boodschap die CEF aan de nationale kadasters en cartografische bureaus wil (her)gebruik maken van deze bouwstenen en daarbij de gebruiker in het centrum plaatsen. Wat nu al op de plank ligt moet opnieuw worden gebruikt. Het Litouwse geval vertoont een imple-mentatie van de Europese verordening inzake elektronische identiteiten en Trusted Services. Zij maken gebruik van de bouwstenen in hun eGovernment gateway. We vonden elkaar toen we problemen ondervonden, zoals bijvoorbeeld inter connectie tussen landen die voor internatio-nale rechters werden uitgevochten (Knevel). Het Estse geval toonde het belang van steun van de overheid voor de e-services-initiatieven

voor hun kadastersystemen. Dit systeem werd opgezet na de hervorming in 1992 met IT. Estland heeft 1,3 miljoen mensen en kent twee afzon-derlijke instellingen. Er is een sterke relatie tussen kadaster en het bevolkingsregister. De bevolking en het kadaster geven elke burger een unieke code. Het is allemaal digitaal in Estland en werkt goed; er is geen fraude (Vali). Estland is een goed voorbeeld van een goed functionerende e-overheid, die gebruik maakt van de bouwste-nen (Salzmann).

Het geval van het kadaster in Engeland maakte duidelijk dat lange tijd traditionele diensten geen last hoefden te zijn, maar kunnen worden omge-zet in klantgerichte land elektronische diensten gekoppeld aan webbased-zoekmachines met landkaart oplossingen. Ordnance Survey speelt in op de behoeften van de gebruiker in wat zij noemen "Geo - vatie". Belastingheffing is in Groot-Brittannië niet op het Kadaster gebaseerd. Het is gebaseerd op de eigendom van gegevens die kadasters bieden binnen de Ordnance Sur-vey. Het kadaster is bezig met het opzetten van eID, e-handtekeningen en maakt al het gebruik van bouwstenen. Vandaag is er een vraag van de burgers om processen eenvoudiger en daarmee digitaal te maken.

Er zijn belangrijke juridische aspecten bij de inrichting van een Smart World, bijvoorbeeld de vraag "wie bezit de gegevens?". Slimme en juri-dische oplossingen gaan daarbij hand in hand. eConveyencing is het proces van de overdracht van eigendom op een digitale wijze en dit opent mogelijkheden voor diefstal. Hier speelt het pro-bleem een andere kwestie; de taal van de wet is niet de taal van de nullen en ééntjes. Het is heel lastig om dit te vertalen naar een digitale Smart World. Het advies aan bewaarders is daarom zich te realiseren dat hun input zal veranderen en daarmee hun, maar dat ze nog steeds een rol blijven spelen (Van Erp).

Tot slot werden door Jacques Vos de huidige blockchain-principes met goede mogelijkheden voor meerdere doeleinden en toepassingen geïntroduceerd. Er is een analogie met de Bitcoin die overigens zeer omstreden is!

Het publiek is van mening dat binnen 20 jaar de rol van Kadaster organisaties verandert en onderdeel wordt van de eGovernment-infrastructuur. In Estland is kadaster- en GIS-informatie openbaar. Iedereen kan de kaart op het internet zien zonder enige beperking, evenals informatie over eigendom en hypothe-ken. "Wij hebben geen fraude als gevolg van deze werkwijze", aldus Vali.

Eric Hagemans, redacteur Geo-Info

Verslag

Na een rondvaart een gezellig diner aan het Rem-brandtplein.

(21)

Er is in onze sector al heel wat af gejubeld over het succes van Pokémon GO – eindelijk weer een killer-app die gebruik maakt van ‘onze’ Geo concepten. Ga maar na: buf-fering, tracking/tracing, mapping, geo fencing, volunteered geographic information (VGI), … Bekende technieken in een nieuw jasje. Wat zijn we goed bezig!

Maar dan toch even met de beentjes op de grond. De kern van het succes van deze game zit hem niet primair in Geo maar komt toch echt vanuit de gamewereld. Het zit hem vooral in ‘game mechanics’, of spelmechanismen die in deze apps worden toegepast. Nu ben ik geen gaming-expert, maar mijn collega (en ‘game-guru’) Ed Fennema heeft me dit een keer haarfijn uitgelegd. Goede games bevatten een aantal op elkaar afgestemde game-mechanics die spelers letterlijk het spel inzuigen. Denk hierbij aan elementen zoals competitie, scores, navigeren, vinden/ vangen, ‘voorraad’, intelligentie, samenwerken, fantasie/fictie enzovoort.

Toen ik Ed leerde kennen, zo’n 4 jaar geleden, heeft hij bovendien voorspeld hoe het eerste succesvolle real life GeoGame eruit zou zien – juist ja: een Pokémon GO-achtig spel. Ik ben helemaal niet vies van innovatie maar denk dat ik hem destijds nog wat glazig heb aangekeken – vast leuk voor een verdwaalde game-addict….

Mijn eigen (serious) real life GeoGame-ervaring ging destijds (2012 ongeveer) nog niet veel verder dan het heel aardige ‘sociale navigatieprogramma' Waze, waarbij deelne-mers realtime actuele informatie over mobiliteit verzamelen en delen binnen de Waze-community. Zo kon je punten verzamelen en opklimmen op de sociale ladder: van baby-wazer (met speen), via ridder (met schild) en waze-krijger (met zwaard) naar de top 1%, de koninklijke wazer.

En ja, het was een beetje gênant om als baby-wazer met fopspeen rond te rijden….

Ed ging later nog verder in zijn betoog: de ‘virtual live’ gaming-wereld en de ‘real live’ Geo-wereld worden uitein-delijk twee kleuren in één ‘integrale werkelijkheid’. Oké, dat is supergaaf (we praten intussen over 2013), en 3D in Geo wordt volwassen. We konden al hele steden in 3D weer-geven. Volgens Ed is er nog meer: “Game-mechanics gaan binnenkort een rol spelen bij professionele besluitvorming-processen. Spelers (beslissers) bewegen zich in zo’n integrale werkelijkheid”. Dit is zo realistisch dat een toekomstscenario intens beleefd en gevoeld wordt. Door spelers in zo’n arena met en tegen elkaar te laten spelen ontstaat een geheel nieuwe dynamiek, communicatie en begrip. Vast(geroeste) verhoudingen, vooroordelen, rangen en standen worden in de hitte van de strijd losgelaten. En dat leidt tot verrassende nieuwe inzichten….en betere besluitvorming. Als dat eens zou kunnen…

Voor mij persoonlijk was game en Geo nog geen blijver-tje. Eind 2013 ben ik afgehaakt als actieve Wazer – ik was nog maar net de Baby Waze-status ontgroeid. Blijkbaar was ik wat te nuchter voor GeoGames in mijn real life en waren de ‘game mechanics’ niet sterk genoeg om me te binden. Een directe aanleiding was ook het feit dat Waze door Google werd overgenomen. Hoe zat dat met de Waze-community?

Zomer 2016, we zijn weer enkele jaren verder, is de voorspelling van Ed over de Pokémon-achtige game letterlijk uitgekomen en worden we op een vrijdagmiddag door zijn team uitgenodigd om proefkonijn te zijn voor de bètaversie van zijn droom.

We gaan wandelen in een toekomstige 3D-wereld, gemengd met een actuele real life 3D-GIS-omgeving. Een deel van ons kantoor is hiervoor als gamelab, een soort van virtuele ‘cave’, ingericht. We mogen ons tooien met een nieuw soort VR-bril en twee draadloze wonderstaafjes. We zijn nog wel bekabeld, alsof we een ruimtewandeling gaan maken. De eerste stappen:

we mogen één van de virtuele deuren openen die ons toegang verschaft tot verschillende werelden en zo kom ik (à la Henny Huisman) plots terecht in de binnenstad van Oss. Ik schuifel wat onwennig rond en mag van ontwerper Steven even uitrusten in de schaduw van een boom. Hij laat en pas-sant de zon even ondergaan en voilà, ik zit onder een sterren-hemel. Doe een poging om zonder kleerscheuren een drukke weg over te steken. Voorts zie ik de eerste concepten waarbij spelers met de wonderstaafjes samen in 3D kunnen bouwen en ontdek dat dezelfde staafjes me kunnen ‘teleporteren’ naar een ander deel van de stad. “Beam me up Scotty!”

Enigszins puzzled koppel ik me af van de devices en ben zwaar onder de indruk. Wat is dit? Waar gaat de combinatie geo en games ons brengen? Als nuchtere geo-adept krijg je het gevoel dat je niet meer echt ‘in the lead’ bent en dat de toekomst van ons vakgebied wordt aangejaagd door een geheel andere wereld. Misschien is daar helemaal niets mis mee toch? “Baby Waze forever!”

Theo Thewessen

Lector Location Intelligence, HAS Hogeschool Directeur Geodan theo.thewessen@geodan.nl

Column

Theo T

he

w

essen

Baby

Waze

(22)

Leica Geosystems B.V. 088-0018000

www.leica-geosystems.com

Leica Viva GS16

Ervaar de innovatie in 3D

Maak kennis met de zelflerende GNSS-ontvanger en

de nieuwste generatie Captivate software De nieuwe

robuuste rekenmodule met 555 kanalen selecteert dankzij

RTKplus de meeste optimale GNSS signalen en gaat

verder bij instabiele RTK-communicatie dankzij SmartLink.

Ervaar zelf hoe prettig werken, hoge productiviteit en

zeer betrouwbare en precieze 3D-positiebepaling hand in

hand gaan.

(23)

1931 IN ‘S-HERTOGENBOSCH

22 & 23 NOVEMBER

uzz

Geo

GEOBUZZ 2016

WWW.GEOBUZZ.NL

VOLG ONS:

De leefomgeving verandert.

Geo maakt het verschil. Hoe?

Kom dat beleven en beluisteren!

Organisatie:

Leica Geosystems B.V. 088-0018000 www.leica-geosystems.com

Leica Viva GS16

Ervaar de innovatie in 3D

Maak kennis met de zelflerende GNSS-ontvanger en

de nieuwste generatie Captivate software De nieuwe

robuuste rekenmodule met 555 kanalen selecteert dankzij

RTKplus de meeste optimale GNSS signalen en gaat

verder bij instabiele RTK-communicatie dankzij SmartLink.

Ervaar zelf hoe prettig werken, hoge productiviteit en

zeer betrouwbare en precieze 3D-positiebepaling hand in

hand gaan.

(24)

Bedrijfs

presentaties

BGT

programma

Kadaster

programma

Data-kwaliteit

programma

uzz

Geo

uzz

Geo

VOLG ONS:

GEOBUZZ VOOR ONS ALLEMAAL

Onze leefomgeving verandert: de inrichting van ons landschap, de politieke structuren, het

klimaat, de landbouw, de zorg, veiligheid, de communicatie, de logistiek, het vervoer en wat al niet

meer… Op 22 en 23 november worden ontwikkelingen die leiden tot deze veranderende

leefomge-ving belicht.

Inspirerende presentaties & workshops, demonstraties op de beurs en in het innovatielab tonen de

belangrijke rol van geografische informatie, systemen en processen. Maak kennis met de

innova-ties, ideeën en toepassingsmogelijkheden die de veranderingen in onze leefomgeving nog verder

versnellen.

Leer, ervaar en beleef; pak na 23 november goed geïnformeerd en geïnspireerd uw werk weer op.

Wees erbij!

VOOR WIE?

ONAFHANKELIJK CONGRES

GeoBuzz 2015 kende 2.400 deelnemers.

Vertegen-woordigers uit bedrijfsleven, overheden, onderwijs-

en kennisorganisaties. Deskundigen en

geïnteresseer-den, managers en studenten ontmoeten elkaar in

workshops, op de beurs en tijdens de vele

netwerk-momenten.

Herhaling van de hoge waardering voor het leerzame

aanbod en de vraag naar een bredere beurs, zijn het

doel voor 2016.

TOEGANG TEGEN AANTREKKELIJKE PRIJS

Toegang is

€ 25 per dag voor congres en beurs.

Indivi-duele GIN-Leden, bedrijfsleden (3 personen per

organi-satie) van GIN en Geobusiness Nederland en studenten

hebben

vrij toegang. Catering is voor eigen rekening.

Vrij toegang op 22 november van 16:00 – 19:00 uur

Op de eerste dag - 22 november - is deelname aan een

netwerkdiner tegen € 45 meerprijs te bestellen. Het is

niet mogelijk om diner-deelname op de dag zelf te

bestellen.

KOMT U OOK?

BEURS |

VEEL RUIMTE VOOR ONTMOETING

Alle standhouders staan vermeld op de beursplattegrond op de GeoBuzz

web-site. U ontmoet bedrijven, samenwerkende organisaties, onderwijs- en

kennisin-stellingen. Er is op de beurs veel ruimte om te netwerken en een groot deel van

het programma vindt er plaats.

Heeft u nog geen beursplaats?

Bedrijven en organisaties die actief zijn in het Geodomein of gebruik maken van

geografische informatie kunnen via de GeoBuzz website een plaats reserveren.

De Ronde

Tafel

GeoTalks

OS-Geo

bijeen-komst

Omgevings-wet

Studenten-

bijeen-komst

OGT-Awards

Participatie-theater

Innovatie

& StartUp

Arena

Onderwijs

debat

Inspiratie

verhalen

ONTDEK HET PROGRAMMA

Informeer u over het programma via het programmaoverzicht en de beursplattegrond op de website of de

GeoBuzz app, die u kunt ophalen in de Apple store of Google Play.

BREED CONGRES MET THEMAPROGRAMMA’S

Provero

programma

GIN

programma

DataLand

programma

Computer

zaal

Inwin/

Grondradar

programma

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

David Cutler en Nikhil Sahni (2013) kwamen onlangs in Health Affairs tot de conclusie dat de huidige snelle afname van de groei van de zorguitgaven in de Verenigde

Een voorbeeld hiervan is ouderenzorg die bewust in lage kwaliteit wordt aangeboden; die zorg is daardoor niet aantrekkelijk voor hogere inkomens maar wel voor

Maar ook de markt voor de basispolis gaat minder goed functioneren als steeds meer zorg wordt overgeheveld naar de aanvullende polis.. De reden hiervoor is dat sprake is van

Voor planbare zorg die gevoelig is voor moreel gevaar aan de vraagkant (behandeling is gewenst door de zorgvrager) of aan de aanbodkant (behandeling is lucratief voor

Wanneer de betalende partij volledige informatie heeft over alle aspecten van de behandeling, zoals de kwaliteit, productiekosten en de kosteneffectiviteit van

Wan- neer het aantal behandelingen in een ziekenhuis per patiënt groter is ten opzichte van andere (vergelijkbare) ziekenhuizen, kan dit een reden zijn voor nader onder- zoek door

De invoering van gereguleerde marktwerking, de decentralisatie van de extramurale langdurige zorg en de sterke nadruk op individuele verantwoordelijkheid zijn alle bedoeld

Veel effectiever voor het terugdringen van de collectieve lasten zou bijvoorbeeld zijn om 25% eigen bijdrage te heffen voor behandelingen waar- aan in Nederland