2 | Warm en koud |
Leerdoelen
§1 Fasen en fase-overgangen
Leerdoel A: Je weet welke fasen en welke faseovergangen er zijn en je kunt deze herkennen uit beschrijvingen en afbeeldingen.
Leerdoel B: Je kunt uitleggen wat wordt bedoeld met het molecuulmodel en welke twee eigenschappen dit model heeft.
Leerdoel C: Je kunt deze verschijnselen verklaren met het molecuulmodel: de fasen, de
faseovergangen, warmte-uitzetting, warmte-geleiding, luchtdruk, cohesie en adhesie, oppervlaktespanning, cappilaire werking.
§2 Smeltpunt en kookpunt
Leerdoel D: Je kunt m. b. v. het smeltpunt en kookpunt van een stof bepalen in welke fase een stof zal zijn bij een gegeven temperatuur.
Leerdoel E: Je kunt het temperatuurverloop bij het opwarmen van een vaste stof tot een gas beschrijven en verklaren.
§3 Temperatuur
Leerdoel F: Je kunt omrekenen tussen de Celsius-schaal en de kelvin-schaal voor temperatuur en je weet wat bedoeld wordt met het absolute nulpunt.
Leerdoel G: Je kunt een thermometer ijken en je kunt rekenen aan het ijken van thermometers.
§4 Luchtdruk
Leerdoel H: Je kunt deze luchtdrukverschijnselen verklaren met de concepten binnendruk en buitendruk: de maagdeburger halvebollen, het opzwellen van een ballon onder een stolp, het opzwellen van schuimgebak onder een stolp, de noodzaak van een
drukpak in de ruimte.
Leerdoel I: Je kunt rekenen aan luchtdruk met p = F/A.
§5 Energie
Leerdoel J: Je kunt deze vormen van energie herkennen uit beschrijvingen of
afbeeldingen: bewegingsenergie, hoogte-energie, elastische energie, elektrische energie, chemische energie en warmte.
Leerdoel K: Je weet welke vormen van warmtetransport er zijn en je kunt deze herkennen uit beschrijvingen of afbeeldingen.
