AFZETTINGEN WTKG26(1),2005 8
OPMERKELIJKE
VONDSTEN
Een curieus bot uit Ekeren een
bijdrage
van W.vanderBrugghen
Het is geen bulla
(gehoorbeen
van eenzeezoogdier)
ofeenrotsbeen
(ook
eenonderdeelvanhetgehoor)
vande-zelfde groep.
Vergelijk
ik de botstructuurmetde velevis-resten die ik in de
jaren tachtig
in hetAntwerpse gebied
heb verzameld danzouhet stukvan een grotebeenvisaf-komstig
kunnenzijn.
Ik hebeen
afgerond driehoekige
onder-ofbovenkaakvanMola mola
(de maanvis)
uit hetpostmiocene
basisgrind
dat
destijds regelmatig
ontslotenlag
onder in debouwput
van de 4e Havendokwerken. De structuur van het been vertoontovereenkomsten. Ik heb daarom
mijn
vondstver-geleken
met deafbeeldingen
vanmaanvisonderdelen inhet boek ‘Les Poissons
Néogènes
de laBelgique’
van Le-riche(1926).
De maanvis heeft velebenige huidplaten,
maargeenvan de
afbeeldingen
in Lerichelijkt
ookmaarenigszins
opmijn
fossiel.Wat
zijn
dan de anderemogelijkheden?
Hetzou eenon-derdeelkunnen
zijn
vande ‘schouderstreek’van eengrotebeenvis. Het Natural
History
Museum in Londen heeft éénvandegrootstecollectiesrecente- enfossiele visskeletten terwereld.
Eigenlijk
eenidealeplek
ommijn
raadselach-tige
vondst tevergelijken.
Eindjaren tachtig
heb ik datmuseum eenpaar keer bezocht om
mijn pliocene
vogel-botjes
vooronderzoek afte staan enfoto’stenemen van eenaantal fossiele vissen uit het Siluur. Helaas is het ech-ternooitbij mij opgekomen
omhet fossiel uitEkeren,tervergelijking,
meetenemen.Nog
eenmogelijkheid
is dat hetomkwaadaardig
been-weefsel gaat. Erzijn
namelijk
aanbeidezijden
van hetstuk geen
groeilijnen
waartenemen.Ikzouhet tenminste voor eendeelmoetendoorzagen
om nategaan ofermis-schien
inwendig
welgroeilijnen
tezienzijn.
Een x-ray opnamezou dezestructurenwaarschijnlijk
ook kunnenaantonen.
Tenslotte kom ik
bij
de‘hyperostoces’ (abnormale
been-groei)
in beenvissen terecht. Dezeobjecten
worden ookTilly
Bonesgenoemd
naarTilly Edinger
dieuitgebreid
aandeze
vergroeiingen
heeftgewerkt.
Dezehyperostoces
kunnen op verschillendeplaatsen
vanhet lichaamtotont-wikkeling
komen zoals: op dekop,
ofervlak achterenalsuitgroeisels
vande wervels. Zevertonen geen sporenvanspieraanhechtingen
endienen geenduidelijke
functie.Bij
sommige
vissen bestaan devergroeiingen
uitzeer com-pactbeenweefselenbij
andere uit lichtsponsachtig
been. Hoe dezevergroeiingen zijn
ontstaanschijnt
nietduide-lijk
tezijn. Enige vermoedelijke
oorzaken die ik in deli-Op
één van destorthopen
in de buurt vanEkeren(Ant-werpen)
vond ik in 1982eenbotmet eenapartuiterlijk
(afb.
laen1b).
Destorthoop
bestond uitbijna
zwartzandmet
glauconiet.
OuderdomzouMioceen kunnenzijn,
maardat is metmateriaal datvanelders
afkomstig
is nietmetzekerheidvast te stellen. De
gedeponeerde
zandenkwa-menuit
graafwerkzaamheden
tenbehoevevan een aanteleggen metrolijn
inAntwerpen,
werdmij
verteld. Ik benertot op heden niet achtergekomen
aanwelk dierdit bot ooit heeft toebehoordenwaar de
positie
in het lichaamgeweestzoukunnenzijn.
1a
1b
AFZETTINGEN WTKG 26(1), 2005 9
teratuurben
tegengekomen zijn: ziekte, vervuiling
vanhet waterengenetische achtergronden.
DeTilly
Bones wor-den, voor zover bekend, alleenbij
zoulwatervissenaan-getroffen.
Zeldzaam
zijn
ze niet. Ik ben zevrij regelmatig
ophet terreinvan de 4e Havendokwerkentegengekomen.
Hetging
vooralomwat in de literatuurstaataangegeven als‘fruit-shaped hyperostoses’ (vruchtvormig).
Hetzijn
ovale,ongeveer 2a3cm
lange, objecten.
Eenzijde
is licht con-vex. De anderezijde
is convexer en heefteenglanzend
oppervlak.
De licht convexezijde
toont eenfijne
com-pactebotstructuurmetgroeilijnen.
Ook heb iktweeovalevrij platte stukjes
botgevonden
metdaartusseneenverbin-Deze
hyperostoses
worden vanwege hunge-lijkenis butterfly
bones(vlinderbeentjes) genoemd.
Maar iets datlijkt
op het fossiel uit Ekeren ben ik nietmeertegengekomen.
Heeft iemandeensuggestie,
danverneem ik die graag.Geraadpleegdeliteratuur
Hewitt,
R.A. 1983. Teleosthyperostoses:
acaseofMio-cene
problematica
from Tunesia-Tertiairy
Research5(2).
Leriche,M. 1926. Les Poissons
Néogènes
de laBelgique
-
Verhandelingen
vanhetKoninklijk
MuseumvanNa-tuurlijke
HistorievanBelgië,
Nr 32.Konnerth,A. 1966.
Tilly
Bones-Oceanus 12(2).
W. vander