• No results found

Het hoe en waarom van een fokprogramma

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Het hoe en waarom van een fokprogramma"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

10 ZeldzaamHuisdier

Het hoe en waarom van

een fokprogramma

Voor velen van u zal het herkenbaar zijn: verknocht zijn aan een dier om zijn of haar uiterlijk en gedrag. Juist deze kenmerken die horen bij een bepaald ras, wilt u behouden en optimaliseren wanneer u gaat fokken. Verstandig fokken binnen een ras vraagt naast enige kennis van erfelijkheidsleer om het systematisch nalopen van een aantal fok-technische stappen. Deze stappen, die samen het fokprogramma bepa-len, komen vanaf dit nummer van Zeldzaam Huisdier in 2015 aan bod.

‘Een groep dieren behoort tot één ras wan-neer deze zich onderscheidt van andere (groepen) dieren door een aantal erfelijke en lichamelijke overeenkomsten.’

Zo definieert de Van Dale het begrip ‘ras’. Dit bepaalt waarom u wel voor het ene dier kiest om ermee te fokken en niet voor het andere. In verreweg de meeste gevallen is in het verleden vastgesteld welke dieren bin-nen de groep vallen en welke erbuiten en wordt nog uitsluitend gefokt met de dieren die binnen de groep horen.

Voor het fokken met een gesloten popula-tie worden alleen ouderdieren gebruikt die tot die populatie behoren. Soms is het gewenst of mogelijk om een dier/dieren van buiten de populatie via een ‘hulpboek’ erbij te betrekken.

Gebruik van het ras

Voor veel zeldzame rassen geldt dat ze uit-sluitend hobbymatig worden gehouden. Dit is een ruim begrip. Moet het dier vooral mooi zijn of worden er ook heel andere eisen aan gesteld, zoals het kunnen lopen van behendigheidsparcoursen of het dra-gen van een ruiter? Sommige rassen heb-ben ook nog een (sociaal-)economische

Tekst: Myrthe Maurice-van Eijndhoven en Kor Oldenbroek

functie, zoals het begrazen van natuurge-bieden, het produceren van melk of het helpen bij de jacht.

Het gebruik kan dus uit verschillende onderdelen bestaan. Bij het opstellen van een fokprogramma moet het ‘gebruik’ van het ras helder zijn en dit staat dan ook in stap 1 van de illustratie. Als duidelijk omschreven is waar de dieren van het ras voor gebruikt worden, kan een passend fokdoel worden opgesteld.

Fokdoel opstellen

‘Fokkerij is het verbeteren van aanleg van dieren door steeds alleen de beste dieren te gebruiken als ouderdieren.’ Maar welke die-ren zijn ‘de beste’? Welke diedie-ren represente-ren het beste het ras? Om dat duidelijk te maken is het opstellen van een goed gedefi-nieerd fokdoel noodzakelijk.

In het fokdoel worden verschillende ken-merken van het dier beschreven die als ideaal worden gezien. Een fokdoel bestaat meestal uit meerdere onderdelen, afhankelijk van het gewenste gebruik van het ras. Hieronder wordt een aantal (moge-lijke) onderdelen van het fokdoel kort beschreven.

Kenmerken

Voor de meeste fokkers is het uiterlijk (ook wel bekend als de rasstandaard) van het dier erg belangrijk. Dat is het eerste waar-aan het ras te herkennen is. Bij het uiterlijk gaat het om een beschrijving van onder andere de bouw (zoals rug, beenwerk), de grootte, de kop – veelal redelijk gedetail-leerd omschreven – en overige kenmerken (zoals kleur en behang).

De beweging van het dier is ook vaak een onderdeel van het fokdoel. Beweging moet voor sommige rassen vooral functioneel zijn. Het dier moet zich gemakkelijk en zon-der problemen kunnen verplaatsen over grote afstanden in natuurgebieden. Voor andere rassen is het een belangrijk onder-deel voor het gebruik: bepaalde hondenras-sen moeten zich gemakkelijk en met veel coördinatie kunnen bewegen tijdens de jacht of paarden moeten zonder problemen hun ruiter kunnen dragen of kunnen sho-wen voor de wagen.

Het karakter is ook een belangrijk aspect dat eigenlijk voor alle rassen een punt van aandacht hoort te zijn. Het karakter is bepa-lend of het dier geschikt is voor het beoogde Opeenvolgende stappen in een

(2)

ZeldzaamHuisdier 11

gebruik. Is het ras geschikt als huisdier of moet het juist zichzelf kunnen redden in de natuur (maar waar het wel weer achter een omheining moet blijven)?

Gezondheid en vruchtbaarheid (vitaliteit) krijgen de laatste tijd steeds meer aandacht en zijn daarmee zeker een essentieel onder-deel van het fokdoel. Om dit meetbaar te maken kan men denken aan bijvoorbeeld levensduur of het aantal dekkingen dat nodig is om een dracht te bereiken. Daar-naast kan het afnemen van het aantal lij-ders van specifieke erfelijke ziekten binnen een ras als doel worden gesteld en/of het terugdringen van het aantal dragers. Andere onderdelen van het fokprogramma kunnen bijvoorbeeld zijn: melkproductie, sportprestatie of vleeskwaliteit.

Langetermijndoel belangrijk

Voor het bepalen van het fokdoel is het uiteraard handig om een ideaalbeeld te hebben, maar dat kan voor iedere individu-ele fokker wat verschillen. Zo is voor de één een mooie kop het allerbelangrijkst, terwijl voor de ander bijvoorbeeld meer de nadruk ligt op een sterk gebouwde rug of het karak-ter. Het is dus voor een rasvereniging belangrijk om bij het opstellen van het fok-doel de focus te leggen op het gemiddelde dier in de populatie.

Daarnaast is bij het bepalen van het fokdoel een langetermijndoel belangrijk: ‘over tien jaar willen we dat bereikt hebben’.

En als laatste dient een fokdoel vaak om zó te kunnen selecteren dat alle nakomelingen gemiddeld beter zijn dan hun ouders. Zeker

als men denkt aan dieren in de voedselpro-ductieketen is dit essentieel. Bij zeldzame landbouwhuisdieren geldt dat het behoud van de (genetische) kenmerken van het ras bepalend is voor het fokdoel. Daarmee wor-den de mogelijkhewor-den voor ‘rasverbetering’ beperkt.

Het is in ieder geval belangrijk om een fok-doel te definiëren dat realistisch is, dus een doel dat haalbaar is wat het aantal en de aard van de kenmerken betreft.

Conclusie: het fokdoel wordt bepaald door het gebruik van het ras. Als het consequent over een aantal generaties wordt gehan-teerd, worden uiteindelijk verbeteringen zichtbaar.

Myrthe is blij met het veulen van een van de Friese paarden

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In veel begeleidingsprogramma’s staan de behoeften van de startende leraar centraal: het begeleidingsprogramma moet geen schools karakter hebben, maar leraren moeten zelf

Er is (de laatste tijd) steeds vaker sprake van gevaar door agressieve

Door dit bord wordt in één oogopslag voor u, uw bezoek en zorgverleners duidelijk wat u qua bewegen nog zelf kunt.. Als het aangeraden wordt dat bezoek ook een stukje met u loopt,

Hieruit is gebleken dat beweging tijdens de dialyse een gunstig effect heeft op het verloopt van de dialysebehandeling en zodoende de kwaliteit van de dialysebehandeling

 Een deel van het bestuur en van de medewerkers is van oordeel dat de afdeling Onderzoek de criteria voor ontvankelijkheid van onderzoek te strikt (juridisch) interpreteert en

AB-leden die de volgende aspecten hebben aangegeven als reden voor kandidaatstelling, hebben in meerderheid een positief oordeel over de mate waarin ze deze aspecten in hun werk

Nederland maar te zwijgen: veel verder dan sympathieke initi- atieven als de Noord-Nederlandse oliemolen zijn we nog niet.’ Inmiddels heeft het ministerie van VROM bekendgemaakt

Er zijn tijdens de survey 2 mosselstrata (M1 & M2) en 3 kokkelstrata (K1 t/m K3) onderscheiden met ieder een andere verwachting voor het aantreffen van de mosselen en