TJ. BOXEM
DE BRUIKBAARHEID VAN VERSCHILLENDE STIKSTOFSOORTEN
OP GRASLAND IN HET VOORJAAR
Fig. 3. ds 24 22 20 18 16 14 lOO k g / h a o - " ^
•
1 1963 - 0~" ^-'" i i 1964 --? 1965•—
0 + - • kas -o za -+ ur i5/
3 i/4
7 i4 v
3 i/4
Droge-stofopbrengsten bij 70 kg N per ha, geoogst in weidestadium (1963 bij 60 kg N)
Vi y
3 i/4
Tijd van N-toediening
Wanneer wij echter uitgaan van het meest juiste tijd-stip van stikstofaanwending, dus omstreeks 1 april, dan blijkt dat de stikstofverliezen bij kas en ur rela-tief gering zijn, waardoor het opbrengstvoordeel ten gunste van za niet meer aanwezig is.
In figuur 4 zijn bij 140 kg N per ha (1963 bij 120 kg N) de opbrengsten bij de verschillende aanwendings-tijden en stikstofsoorten weergegeven.
Uit figuur 4 blijkt dat bij 140 kg N per ha eenzelfde tendens aanwezig is als bij 70 kg N per ha. De stik-stofverliezen bij ur zijn weer het grootst, terwijl bij een za-bemesting —• vooral bij de tweede aanwen-dingstijd — het risico van verbranding zeer duidelijk aanwezig is. Ook komt naar voren dat indien 140 kg N per ha in de vorm van kas op het meest juiste tijdstip is gegeven, deze meststof in het algemeen de hoogste opbrengst heeft gegeven en dus uit oogpunt van opbrengst en risico het meest aantrekkelijk is.
Bij een gift van 70 kg N per ha komt het opbrengst-voordeel van kas minder sterk naar voren. Maar ook hier geldt dat, indien op het juiste tijdstip w o r d t mest, er geen reden behoeft te zijn om van een be-mesting met kas over te gaan op een za-bebe-mesting.
De minerale samenstelling van het gras
In tabel 1 en 2 zijn bij de verschillende aanwendings-tijden en stikstofsoorten de gemiddelde ruw-eiwit (re)-en mineral(re)-engehalt(re)-en van de jar(re)-en 1964 (re)-en 1965 bij resp. 70 en 140 kg N per ha weergegeven. Het jaar 1963 is buiten het gemiddelde gehouden, daar in dit jaar ur niet in het onderzoek was betrokken. De re-en mineralre-engehaltre-en hebbre-en zowel bij 70 als 140 kg N per ha betrekking op weidegras. Bij 70 kg N zijn de grasmonsters genomen op de oogstdata, terwijl ze bij 140 kg N per ha reeds v ó ó r de oogst zijn geno-men, nl. zodra het gras het weidestadium had bereikt.
Droge Fig ds 28 26 24 22 20 stofopbrengsten bij 140 kg .4. lOOkg/ha 1963 i i > 15
/
374 7 4
N per ha (1963 bij 120 kg N) 0 .|
y
2 0 1y
3 1964- - - " V
1'A
1965 . . kas o o za + + ur 0y
+ -r l ly
2y
3%
Zwavelzure ammoniak kan bij zeer vroege aanwending in het voorjaar wat de opbrengst betreft in het voordeel zijn. Een nadeel is, dat deze
meststof de pH verlaagt en verbranding van de grasmat kan veroorzaken
Ureum; van de drie vergeleken Produkten geeft ureum in het voorjaar de meeste verliezen
Kalkammonsalpeter is een meststof die ook in het voorjaar de voorkeur verdient