• No results found

Systeemidentifikatie/parameterschatten

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Systeemidentifikatie/parameterschatten"

Copied!
47
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Systeemidentifikatie/parameterschatten

Citation for published version (APA):

van Heck, J. G. A. M. (1983). Systeemidentifikatie/parameterschatten. (DCT rapporten; Vol. 1983.046). Technische Hogeschool Eindhoven.

Document status and date: Gepubliceerd: 01/01/1983

Document Version:

Uitgevers PDF, ook bekend als Version of Record

Please check the document version of this publication:

• A submitted manuscript is the version of the article upon submission and before peer-review. There can be important differences between the submitted version and the official published version of record. People interested in the research are advised to contact the author for the final version of the publication, or visit the DOI to the publisher's website.

• The final author version and the galley proof are versions of the publication after peer review.

• The final published version features the final layout of the paper including the volume, issue and page numbers.

Link to publication

General rights

Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of accessing publications that users recognise and abide by the legal requirements associated with these rights. • Users may download and print one copy of any publication from the public portal for the purpose of private study or research. • You may not further distribute the material or use it for any profit-making activity or commercial gain

• You may freely distribute the URL identifying the publication in the public portal.

If the publication is distributed under the terms of Article 25fa of the Dutch Copyright Act, indicated by the “Taverne” license above, please follow below link for the End User Agreement:

www.tue.nl/taverne Take down policy

If you believe that this document breaches copyright please contact us at: openaccess@tue.nl

providing details and we will investigate your claim.

(2)
(3)
(4)

3

-~ ~ ~ . . . . . . . . . ___ . ---- - ~ - ----~----.--- ,

(5)
(6)
(7)

,

(8)

=

Y

(9)

-s

(10)

--I

!

(11)

. . . __ . . . . . . ... . ... ..--I- - . ... .. .. .. .. 2 ... . . . .. . .. . .. . .. .. .. . .. . .. . . .. .. .. .. .. .. .. .. .. .. .. . . . . . . . ... . . -. - - ... _ __ . .. .. ..

(12)
(13)

i

(14)
(15)

-E

1 -

# # # # ~ # # # # # # # ~ # # # ~ # # ~ # # # # # 3 ~ # # # # # # # # . . .

8 SYSTEEM IDENTIFIKATIE PROGRAMMA 3

# ~ # # # # 3 # ~ # # # # #

3 INFORFATIE #

# Rev 1 . 2 #

# # # # # # # # # # # # # #

Aanmaken van het programma: R HEKKIE>SYSID>SYSID Opstarten van het programma:

SEG SYSID

Het programma verwacht op DISK een file met invoergegevens.

13e naam van deze file wordt aan de gebruiker gevraagd. De

syntax van de invoergegevens is als volgt:

1. 2 . 3 . 4 . 5 . ( start block )

<

testidentifier block )

<

model definition block )

<

topology block

>

<

extra parameters block

>

<

dependent parameters block >*

( unknown parameters block )

<

system parameters block )

<

measurements block

>

<

weight unknowns block )

<

weight measurements block

>

<

criterion block

>

( maximum iterations block

>

<

damping Newton-Raphson block )

<

options block

>

<

watch block )

<

end block

>

*

*

De blocks die met een

*

gemarkeerd zijn kunnen weggelaten worden

in d e i:ivoer, het programma rekent in dat geval met defaull-waarden,

De delen 1 . . . 5 moeten in deze volgorde ingevoerd worden, de

biokken onder punt 4 mogen onderling verwisseld worden.

(16)

Xet start block bestaat uit een regel met het kommando: #START

Het kommando moet in de eerste kolom beginnen!

<

testidentifier block

>

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ - - - -

Het testidentifier block bestaat uit twee regels:

#TESTID

<<testidentifier>>

Hierin is <<testidentiÍier>> een tekst.

Ook dit kominando aoet gegeven worden voordat er berekeningen uit- gevoerd kunnen worden

~

Dit block bestaat uit twee regels:

I #MODEL

~ <<NDOF>>,<<NELEM>>,<<NUNKN>>,(<NMEAC>>,<(~DEPE~>>,(<NEXTRA>~

Met: <<NDOF>> : Aantal vrijheidsgraden van hst model. Aan

I

iedere vrijheidsgraad wordt later een nassa

toegekend.

kunnen veren of dempers optreden.

van een beginschatting en een aantal metingen bepaald moeten worden.

de reele enlof imaginaire delen van polen en residuen dienst doen.

<<NDEPEN>> : Actnkal afhankelijkheden in k e t model.

(<NEXTRRh;> : Aantal extra parameters die net b&xI.?

. .

<<€?ELEM>> : Aantal elzinenten in het model. Als elementen

!

<<NUNRE>> : Aantal onbekende parameters, dat aan de hand

~ <<NMEAS>> : aantal gemeten grootheden. Als meting kunnen

I

van ainankelijkheden verbonden z i ~ n m c t het

(17)

<

topology block ) _ _ _ _ _ _ _ . . . . - _ - _ _ _ - - - -

in het topology block wcrdt aangegeven hoe d e diverse elemezten

(veren en dempers) tussen de vrijheidsgraden (massa's) geplaatst zijn. De invoez beskaat uit:

#TOPOLOGY

en voor elk element:

(CELNR>>,<(ELTYPE>),((DO~l)>,~C~OF2>>

Met: < < E L N R > > : element nummer

((ELTYPE)) : element type:

<(ELTYPE>>=l : demper

((ELTYPE>>=S : veer

< < D O F ? )

>

: eers-te vrijheidsgraad 6.jaarr?.ee element vexbonden is

(<DOF2>> : tweede vrijheidsgraad waarmee deinent verbonden is

De waarde van <(ELNR)> m e t groter zijn dan nul en kleiner dan

< < N E L E M > > uit het model definition block. De waarde voor (CDOFl)) en

<(DOFS>> moet liggen tussen nul en ((NDOF)) uit C mode? definition block

) .

C extra parameters block )

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ - - _ _ _ _ _ _ _ _ - _ - - - -

Hierin kunnen extra parameter (massa's, veren e n Ùempers) gedefinieerd

worden. Er kunnen dan in het C dependent parameters block ) een aantal

parameters uit het model afhankelijk gemaakt worden van deze

extra parameters. De gedefinieerde extra parameters k u m e n als

onbekende ( C unknown parameters block ) ) gespecificeerd worden.

De invoer is als volgt:

#Eii;TRA

voor elke extra parameter:

( < E X T R A N R > > , C!EXTRATYLC)>, <<DOF /ELEM>> NET :

(18)

1

I

< < E X T R A N R > > : volgnummer van de extra param. ( I < . . . <(NEXTRA>>)

< < E X T R A T Y P E ? > : type van de extra parameter:

< < E X T R A T Y P E > > = O : massa

(<EXTRATYPE>>=? : demper

<(EXTRATYFE>>=2 : veer

<<DOF/ELEM>> : indien < < E X T R A T Y P E > > = O : nr van graad van vz;jke;d

indien I(E'XTRATYPE>>=1,2: nr van element

A . E . De nummers voor graad v. vrijheid of element

I . .

mogen nog niet in het mazel gebruikt z i j n .

<

dependent parameters block

>

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ - - _ _ - _ - _ -

Bierin kunnen de afhankelijkheden tussen de parameters in het model en de extra parameters gedefinieerd worden.

Er wor3t telkens een pararneter uit het model afhankelijk

van een extra parameter. (het type parameter moet uiteraard gelijk

zijn!) Door een aantal parameters uit het mode9 g s l i j k te maken

aan dezelfde extra parameter wordt geeist da-k deze paraneteïs

tijdens het iteratie-proces steeds dezelfde waarde hebben.

De invoer in dit blck is als volgt:

gemaakt

#O EPE!$DE??T

Voor elke afhankelijkheid:

< < D E P E N N R > ) , < < D E P E N T Y P E > > , < < D O F / E L E M > i , ( < ~ O F / ~ L E ~ . ~ T R > > , < < ~ ~ ~ ~ O R ~ > Met:

<

<DEPENNR>

>

: num;rer v.d. a f h n k e l i j k h e i d ( i < . . < N D E P E N )

<(DEPENTYPE>> : type van de parameters

< < D E P E R T Y P E > > = O : Xassa

< < D E P E N T Y P E > > = '! : Demper

(<DEPENTYPE>> = 2 : Veer

< < D O F / E L E M > > : dofnr, elementnr van afhankelijke parameter

<<DOF/ELEM.XTR?> dofnr, elementnr van extra parameter.

( < P A R T O R > > : faktor, Fiaarmee de waalde van de extra parameter

in het model.

vermenigvuldigd wordt voordat deze toegekend

wordt aan de afhankelijke variabele.

In dit blok worden de parameters gespecificeerd dis ir. principe

onbekend zijn en die aan de !lard van de metingen bepaald moeten

(19)

!

#UNXMCWN

En voor elke onbekende parameter:

((ONKNOWNNR>>,<<TYPE>>I<<DOF/ELEM>)

Xet: <<UPiXIU’OWNNR>> : nunmer van de onbekende par. ( 1

<

. . . . <NUNK>iW)

<<TYPE>> : type van de onbekende parameter <<TYPE>> = O : Eassa

:<TYPE>> = 1 : Demper <<TYPE>> = 2 : Veer

<<DOF/ELEW>> : indien unbekende parameter een massa is: het nummer aan de v r i j h e idsgrex?

veer is: het desbstre5fende element-nummer indien onbekende parameter een demper of een

<

system parameters block )

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ - _ - -

In dit blok wordt aan alle vrijheidsgraden een massa en

aan elk element een demping/stij€heid toegekend. Voor de

onbekende parameters moeten beginschattingen ingevoerd worden, voor de overige parameters de juiste waarden.

Se invoer in dit blok:

#! CYSTEX-PARAMETERS

Voor elke massa, demper en veer:

<tTfPE)>,<<DCF/ELEM>>,(<VALUE>>

Net: <<TYPE>> : type parameter:

< < T Y P E > > = O : Massa <<TYPE>> = I : Demper (<TYPE>> = 2 : Veer

<(DOF/EiEM>>:bij massa: nr v.d. vrijheidsgraad bij Veer/Cempef: Element nr

<<VALUE>> : bij massa: massa in [kg]

bij demper: demping in [Ns/m] bij Veer: Stijfheid in fN/m]

<

measurements block ’i _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ - - - -

In dit blok worsen de metinijen ir:?evoerd x ~ a a e e d t s y s < z e x ~ -

idenlifikatie uitgevoerd wordt. E i moeten (uiteraard) meer

meticye,-, worden ingevoerd dôn het aantal onkekendc ~ c L r x ì c L x s . De invoer is als volgt:

(20)

1

Met: <<MEASNR?> : nummer van de meting ( 1 (

. . .

(NMEAS)

((TY?E>> : type van <e meetwaarde:

<(TYPE>> = 1 : reeel deel van ee3 pool ((TYPE>> = 2 : imaginair deel van een pool

< < T Y P E > ) = 3 : reeel Geel van een residu

((TYPE)> = 4 : imaginair d e e l van een r t . - l d u (<MODEER>> : nummer van de mode behorende bij poolj'residu

< < D O F I > ) : Sij een pool: <(DûFÍ>>=O

<(DOF2>) : Bij een pool: ((DOF2))=0

((VALUE)) : De waarde van de gespecificeerde gemeten graotheid

Bij een residue: <<DGF?>!=excitatie viijheidsgr. Bij een residue: (<DOFS>>=respons vrijheidsgr.

In dit blok kunnen gewichtsfaktoren worden toegjekend aan de onbekende

parameters. De gebruiker kan aangeven welk belang hij hecht aan

bepaalde onbekende parameters.

De invoer:

#WEIûHTS-UNKNOWNS

Voor elke onbekende par. waar de gebruiker een grvichlsfaktor aan wil toekennen:

( (UNHNWNR )

> ,

( (WEIGHT

>

)

Net: < < U N K N W N R > > : nummer van d e onbekende paraneter

<<WEIGHT>> : gewichtsfaktor

In dit blok kunnen gewichtsfaktoren aan de metingen worden

toeuekend. Hiermee kan de gebruiker zij2 vertrouwen in de metingen uitdrukken.

De invoer voor dit blok:

#WEICHTS-MEASUREP?ENTS

En voor elke meting waaraan een gewicht toeg;-kesC mo?t ucr4e;i:

(21)

Met: <<MEASNR>> : nummer van de meting, waaraan de gebruiker een

gewicht wil toekennen. <<WEIGHT>> : Gewichtsfaktor

In dit blok kân de gebruiker de afslagkriteria specificeren. Er wordt gekeken naar de grootste relatieva afwijking voor convergentie en naar de grootste relatieve parameterverandering voor "significant parameterchange". De kritieke waarden

kunnen ingevoerd worden met :

. #CRITERION

en voor een of voor beide criteria: <(CODE>>,<<CRITERION>>

Met : < < C O D E > > : < < C O D E > > = 1 Konvergentiekriterium

<<CODE)> = 2 Parameterverandering <<CRITERION>> : Kriterium. (O< . . . ( 1 )

In dit blok kan de gebruiker het maximale aantal iteraties opgeven. De syntax hiervoor:

#MAX-ITERATIONS

<

<MAXITR

> >

Met: <<MAX:ITR>> : Maximum number of iterations

I n d i t "ulvh wori?t een f a k t i ; ~ g:?apecifice$rd waarmee !iet iteratie-

proces gedempt worilt. De parameterverandering die berekend

wordt in elke slag wordt met dit g e t a i vermenigvi.ilZic4 i a d i z n de veracdeiing Gxtc3r dan 5% bedraagt.

(22)

,

B

DA??lP I NG-XEWTONJ?APH S ON

<

(DAM?

> >

Met: < < D A M P > > = dempingsfaktor 0 0 )

hiermee kunnen een aantal opties gekozen worden waarmee

de gebruiker de gewenste uitvoer kan kiezen.

De gegevens worden ingevoerd volgens:

#OPTION

Voor elke optie die d e gebruiker wil verzetten:

<<OPTfONNR>>,<<O?TIONVbLUE)>

Net :

<

<OPTIONNX>> : nummer van de o-tie die een nieuwe waarde toegekend moet worden.

<<OPTIONVALUE>> : Nieuwe waarde van de optie

De betekenis van enkele opties:

OPTION 1 = O : Er wordt geen modal data in outputfile geschreven

1 : Modal data met eigenvektoren wordt i n

outputfile weggeschreven

2

*

: Modal data met residuen wordt in de outputfile

weggeschreven

3 : Modal data met genormeerde eigenvektoren wordt in de outputfile weggeschreven. Bij de normering worden alle elementen van een eigenvektor d m r de komponent met de grootste absolute waarde gedeeld

OPTION 2 = O

*

: Er wordt geen modal data op het scherm geprint terminal scherm geprint.

1 : Modal data met eigenvektoren wordt op het

2 : Modal data met residuen wordt op het scherm geprint

3 : Modal data met genormeerde eigenvektoren worden

op het terminalscherm geprint. De normerin' wordt

uitgevoerd door alle komponenten van de eigenvektor

te delen door de komponent met de çrootste absolute waarde.

OPTION 3 = O : Geen echo van de invoergegevens

1

*

: Echo van Ue invoergegevens in de outputfile

2 : Echo van de invoergegevens op het terminalscherm

3 : Echc van de invccr a;, h e t scherm en in outputfile systeem

outputfile

OPTION 4 = O : Geen uitvoer v a n parmeters v m i;eidentificecïd

(23)

-. . ... .

-

I 2 : 3 " : OPTION 5 = O I : 2 : 3 " : OPTION 6 = O

*

: 1

Parameters van het geidentificeede systeem worden op

het terminal scherm geschreven

Parameters van het geidentificeerde syteem worden op het terminalscherm en in de outi;utfile gesckzeven

Er wordt geen watchlist afgedrukt, ook niet als er

een #WATCH-kommando in de invoerfile gegeven Is

De watchlist wordt in de outputfile geschreven

De watchlist woxdt op het terminalscherm geschreven

De watchlist wordt 0 9 het terminalscherm en in de

outputfile geschreven.

Standaard versie, waarbij alle invoer (uitgezonderd de naam v.d. invoerfile) uit de invoerfile gelezen wordt.

Na het kontroleren van de invoerfile en de echo van de invoergegevens (als de opties daarvoor ingesteld zijn!) gaat het programma in een

interaktieve mode, waarbij de volgende kommando's gegeven kunnen worden:

C - CONTIXUE : Programmaverwerking wordt norinaal

R - RESTART : Frogrammaverxerking begink opnieuw.

voortgezet

0- celrciker ken 02 e m andere terminal de invoerfile veranderen, omdat het programma deze weer gesloten heeft. Na het RESTART-kommando

wordt weer om een naam van de file

gevraagd.

Q - QUIT : Programma-verwerking wordt beeizdigd.

W - WATCH : Er wordt een regel met de waarde

van de variabelen in de watchlist

op het terminalscherm geschreven.

Deze regel wordt niet in de oatputfiie geprint en dient alleen ter informatie van de gebruiker.

2

De overgang naar de interaktieve mode wordt aangegeven met # ?

A l s de invoer var, een groot probleem gekontroleerd

moet worden is het nuttig deze optie aan te zetten, omdat het laden van het programma t2lkens veel rekentijd in beslag neemt.

interaktieve mode. Dit wordt weer aangegeven met

# ? . De gebruiker kan naar aanleiding van de

gegevens u i t de watchlist een file CïSI3. IF?TZRFEF.Z

aanmaken met kommandos om bepaalde parmeters uit

het programm te veranderen. Voor meer informatie

hierover wordt verwezen naar de pardgraaf " I ngr i j pen ti j dens de pr ogramaverwer king I'

parameterverandering wordt d s grootheid

: Na elke iteratieslag wordt overgegaan n&ar d e

(24)

,

d par Par max ( ---

1

vergeleken met de kriteria.

1 : De grootheid I OPTION I 1 I , OPTION 1 2 max { d par 1 max ( par 1 _ _ _ _ _ _ _ _ - - -

wordt met de afslagkriteria vergeleken. 2 : De grootheid

2

d par

Par

SQRT ( SOM ( ---j 1

wordt gebruikt bij de beoordeling op konvergentie

of signifikante parameterveranCering

Er wordt gebruik gemaakt van de grootheid

3 :

bij beoordeling op konvergentie of si3nifikânte

parameterverandering

: Indien er met balkelenenten gerekend vordt moet

optie 12 informatie krijgen over de massaverdeling van het balkelement. Optie 12 moet de waarde

krijgen .

Aierin i s : Ro = soortelijke massa [kg/(m**3)]

A = oppervlakte dwarsdsoxsnede [ m * * 2 ]

1

= lengte van balkelemcnt [ m l

Ra

*

A

*

1

*

39.0 / 105.0

: Indien option 12 ongelijk is aan 0 . 0 : w o x d i er bij de assemblage van de systeemmatrices overrjegaan

op balkelementen i.p.v. V C L ~ . De waa:-?e ?ie o g 5 - e 12 toegekend moet worden is gelij?< aan de l a g t e van een element. De "stijfheid" die via fCliCTE:4_i?fi~k:~ETERC aan de balkelementen toegekend wordt komt overeen met de grootheicl 12.0

*

E

*

I f (I**?)

Hierin is: E = elasticiteitsmodUlUs [N/(m**"

L.11

I = oppervlakte traaqheidsmoment [m**43

(25)

- 3 1 1 -

De met een l i * " gekenmerkte waarden zijn default waarden, die gebruikt

worden als d e optie niet verzet worden met het #OPTION-kommando.

I

I

<

watch block

>

_ _ - _ _ _ _ _ _ - - _ _ _ -

Het verloop van maximaal 13 grootheden tijdens het iteratieproces

kan bekeken worden vla het XWATCE-kommando. Als grootheid kan de

gebruiker een keuze mâken uit massa's, dempers, veren, polen, residaen

of cpu-tijd. Voor elke iteratieslag wordt een regel geprint in

outfile en/of terminalscherm (afhankelijk van de waarde van optie 5 )

met de waarde van de gekozen grootheden.

De invoer die hiervoor nodig is:

$WATCH

Voor elke variabele die de gebruiker wil "volgen":

<(KOLMB>>,!(WATCHCOCE>>r((DOF/ELEM/MOBE>>,<<~O~~>>,<<DOF2>>

Met:

<

<KOLNR

> >

< < W A T C H C O D E > >

: nummer van de kolcm waarin de variabele geprint

moet worden ( I < . . . . (731

: Code om aan te geven welk type grootheid gevolgd

moet worden:

<<WATCBCOZEi> = Û : Massa

<<WATCHCODE?> = 1 : Dempcr

< < W A T C H C O D E > > = 2 : Veer

< < W A T C H C O D E > ? = 3 : Reeel d z e l van een pool

<<WATCHCODE>> =

1

: TnìaGhair d e e i vm C ~ E pool

< < W A T C H C O D E > > = 5 : iieeel deel van een rcsiZ!u

< < W A T C H C O D E > > = 6 : Imaginair deel van een xesiilu

<<WATCHCODE)> = 7 : Cpu-tijd die g?.bruikt is.

<<DOF/ELEM/MODE>? : Als er een massa gevolgd wordt: nu:xmer van de

vrijheidsgraad.

Als er een demper of een veer gevolgd u o r d t : Zet

el emen tnummer

A l s er een Reeel/Imacinair deel var, eer* p c u i of een residu gevolgd wordt: het desbetreffende mode-nummer.

<

(DOF1

> >

: Als er een residu c;evolgd wordt dan is <!DOF1>>

de vrijheidsgraad <ie geexciteerd is. In alle

andere gevallen is < < D G F ? > > = O

<

(DOF2

> >

: Als er een iesidU gevolgd wcz8t d a n is < < D O F S > i

de vrijheidsgraad van de responsie. in andere gevallen moet <<00F2>>=0 gebruikt worden.

(26)

__ __ __ __ __ __ -

<

y30;q pua i 1 I , I

(27)

FILE SYCID ~ IXTERF'ERE: #MAX-ITERATIONS

? $END

o f het vergroten van de dempingfaktor in het iteratieproces:

FILE C Y 3 I D . INTERFERE:

# # # # # # # # # # # # # #

# OUTPUTFILE #

# # # ~ # # # ~ # ~ ~ ~ ~ ~

De outputfile is wegGeschreven c;p DISK onder de naam SYSID.DUT

Als het programma opnieuw gestart wordt, wordt een eventuele aanwezige file SYCID.OUT overschreven!

# # # # # # # # # # # # # # # # # # #

# default-waarden #

# # # # ~ ~ # # # # # # # ~ ~ # # # #

Gewichtsfaktoren voor onbekende parameters: 1

.o

Gewichtsfaktoren voor metingen 1 .O

Konvergentie-kriterium 0.001

Parameter verandering kriterium 0.001

Maximum aantal iteratieslagen 25

Demping in Newton-Raphson iteratieproces 0.5

Optie 1 2 Optie 2 O Optie 3 1 Optie 4 3 Optie 5 3 Optie 6 0

(modal data (residues) in file)

(geen modal data op terminal scherm)

(Echo v.d. invoer alleen in de file)

(parameters geidentificeerd systeem

in file en op het terminaischerm 1

(watchlist in file en op het scherm)

(28)

. .. l i I 1 I I

i

I j I

j:

I i , I I

-q

14 - c . . . . . . t maximale probleemgrootte #

Maximaal aantal vri jheidsgraden:

Maximaal aantal elementen

Maximaal aantal onbekende parameters Maximaal aantal metingen

Kaximaal aantal modes

Maxinaal aantal afhankelijkheden

Maximaal aantal extsa parameters

10 20 10 20 10 10 10

Deze parameters kunnen bij het aanmaken van het programma

gewijzigd worden indien dat nodig is.

Hiertoe dienen de PARANETER statements in de files

HEKRIE>SYSID>SENS .DIMENS en W E K X I E > S Y S I D > S Y S I D . C ~ ~ ~ gewijzigcl t e worden. # # # # # # # # # # # # # # VOORBEELD # # # # # # # # # # # # # #

Gevraagd wordt de veer in het onderstaande mode: te berekenen

als gegeven is dat de lenige) eigenfrequentie 100 rad15 bedraagt.

H 2 t mcdel bee:+ graad van vrijheid, met een massa van 1 kg.

Ce dempinc; is zeer klein, nl 0.0001 Ns/m

(29)

en een demper tussen vrijheidsgraad O en 1

De stijfheid wordt geschat op 100 N / m

W e willen het verloop van de stijfheid tijdens het iteratieproces

volgen, en moeten daartoe het #WATCH-kommando gebruiken.

De invoerfile ziet er i n het eenvoudigste geval zo uit:

#START #TESTID

vs

I #MODEL #TOPOLOGY 1 , 2 , 1 f ~ # O f 0 1,2,0,1 2 , 1 1 0 1 1 11251

o ,

I 1

.o

2'1 100.0 1 , 2 , 0 . 0 0 0 4 1,2,1,0,0,100.0 #UNKNOWN #SYSTEM-PARAMETERS #MEASUREMENTS #WATCH #END 4 , 2 , 1 r 0 1 0

Tijdens het berekeningen verschijnt de watchlist en tenslotte

d e parameterlijst van het geidentificeerde systeem o p het scherm.

De f i l e CYSID.OUT z i e t er a l s volgt U i t :

. . . . . .

# CYSTEN IDENTIFICATION PROGRAMME #

TESTID: VI31

# # ~ # # # # # # # # # # #

PROGRAMME SIZE:

*XAL NÜ!*îBER DEGREES OF FREEDOM 10

*MAX NUMBER OF ELEMENTS 20

*MAX NEPTEER O? UNXNVXNS

*MAX NUMEER O F XEACUREXENTC 150

*MAX NUMEE?, GF MODES 10

*MAX NUMBER OF DEPENDZNCIES 1 6

*MAX NUMBER O F EXTRA PARAMETERS 2

*NCTOT=NCDOF+NCELYM+NCE~TR 32

1

(30)

UOO? 'O 3I SM

io

300001'0 E 0 300001'0 L 1 I LH 31 3M [hI/N]SS3NS3IL+S ' IY I LI N I 8N M3 13 8NNMONXNn :S 3N I8 dS NMONXNn 1 OE o1 O1 UE

o2

- 9t

(31)

Z-- 3 1 7 -

RELATIVE ERROR I N PAIIAKETER CHANGE: 0.10COCE-02

MA'XIMüM ITERATIONS: 25

DANPING I N ITERATION PEGCES: 0.50000E $0

MODAL PARAMETERS O F SYSTEM

# # R # # # # ~ # # # # # # # # # # # # # # # # # #

POLES : MODE REAL I N A G 1-0.49812E-O4 G . 1 0 0 0 0 E O2 RESIDUES MODE XR: 1 1 1 1 - G . 1 8 4 8 E - 0 7 - 0 . 5 0 0 0 E - 0 1 VARIAELES, %O BE WATCHED: # # # # # # # # # # # 8 # # # ~ # # 5 # # # # # ELEMENT (SPRING) O . IOCE 03 G . 1 0 0 E O4 0 . 3 1 6 E 04 0.56LE O4 0.750E 0 4 0 . 8 6 6 E O4 0 . 9 3 1 E O4 0 . 9 6 5 6 O4 0 . 9 8 2 E 04 0 . 9 9 2 E 04 0 . 9 9 6 s 04 0 . 9 9 8 E O4 0 . 9 9 J E O ? 1 SYSTEM PARAMETEIIS

(32)

l

i

I

- D l S -

MASSES AT DEGREES OF FREEDOM:

DOFNR MASS [KC]

i 0 . 1 0 0 0 0 ~

e i

DAMPERS :

ELEMENTNR DOF? DOF2 DAEUIFING [NS/N]

2 O '1 O 10O00E-O3

SPRINGS :

ELYMENTKR DOF1 DOF2 CTIFFNESS [NIM]

4 1 0 . 9 9 S S S E O4

1 O

NODAL PARAMETERS UT CISTEM

. . . RESIDUES : RESIDUES MODE NR: 1 i 1 I 0 . 1 7 2 4 E - 0 8 - 0 . 5 0 0 3 E - 0 2 c CPU-TIME USED: 0 . 7 2 4 5 J E 01s

De g e z o c h t e stijfheid bedraagt dus 10000 N / m , zoals op grond

van eenvoudige vuistformules t e verwachten was.

. . .

# # # # ~ ~ # # # ~ # # # # #

# Wijzigingen #

# # # # # # # # # ~ # ~ # # #

(33)
(34)

_-_-

-

Ó p T - cc . .~ _ . . - . . .... -. . . ... ~ ... . . .. . ~.. . - -._- . .~ -.. . . ---- -

(35)
(36)

=#

(37)

I

I

I

6

(38)

C i m

n

tGCO'O'Z'1 L'G'L 'Z 'G'Z'L 1 'I ' O'OVi P

(39)

aNB# 1 '1

'

1 '9 '9 O'O'Z'L 'P 'B'Z 1 0' 0' O'O'L'E'1 H3iLVrn# O0 1 SNOILWXI-XY~I#

50000000~ o

'

z

50000'0'

1

3# Iü XL Iü NO \'O NOSHdYü-NO~m3N-3NIdwVa# SOO'O-' 1

'

1 I 1 'P' 1

sumzünsvw

0'001 ' Z' l 0'00001

'

1

'z

'0 '1 0'1 C~ B~ BW Y~ Yd -m ~s aC # ' L Z 'L 1 '0 '1

'z

'O'Z'C 1 0'0 '1

'

1

'z'

1

maow#

ammn#

NMONXNn# A3û?OdO&# CBh &8Y&S#

-

Z

(40)

E-i

(41)
(42)

_ ”

(43)
(44)
(45)

. . .. ., y : . -- Ac..-. . . ., , . _F

(46)
(47)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In 2014 is het aantal gereden kilometers voor het personenvervoer twee keer zo groot geworden als in 1990 en het aantal gereden kilometers voor het goederenvervoer drie keer

In dit onderzoek is bekeken welke factoren invloed uitoefenen op de activiteiten van burgers en of deze er wellicht voor zorgen dat een bepaalde mate van actief burgerschap

Uit de uitspraak volgt evenwel niet waarom de kwalificatie van de acti- viteiten van Uber als vervoersdienst meebrengt dat de Uber-app niet gekwalificeerd zou kunnen worden een

Nutriëntenbalans kg N/ha van het totale perceel voor de diverse breedtes van de onbemeste strook, namelijk 0 referentie, 1, 5 en 10 m breedte, en uitgesplitst naar nitraat en

2 De economische motivatie voor een lange hersteltermijn Door efficiënt gebruik te maken van hun collectieve buffers zijn pensioenfondsen in staat om risico’s door te schuiven

• Aftercare and reintegration services should ensure further “harm reduction with regards to providing a more holistic treatment of service users and their families, and

Als we daar jaarlijks om te beginnen een miljoen kunnen bespa- ren voor het gehele tulpenvak, dan doen we het goed.” Samen met Peter Knippels (BKD), Johan Kos (Proeftuin

Exponentiele en logaritmische ongel ijkheden hoef je alleen grafisch to kunnen