H .3 3 4 3 3 0 .0621
Beenmergonderzoek
Pagina 2 van 4
Inleiding
U heeft met uw arts besloten om een beenmergonderzoek te ondergaan. Het onderzoek vindt plaats in dagbehandeling.
Wat is beenmerg
In het beenmerg worden de bloedcellen aangemaakt. Bloedcellen ontstaan uit stamcellen. Stamcellen rijpen uit tot verschillende bloedcellen.
Bloedcellen bestaan uit drie grote groepen:
1. rode bloedcellen, die voor zuurstoftransport zorgen; een tekort aan rode bloedcellen leidt tot bloedarmoede; 2. witte bloedcellen, die verantwoordelijk zijn voor de afweer
tegen infecties;
3. bloedplaatjes die verantwoordelijk zijn voor de bloedstolling.
Doel van het onderzoek
Er zijn veel redenen om beenmerg te onderzoeken.
Een tekort of juist teveel aan bloedcellen kan betekenen dat er op het niveau van de aanmaak iets mis is.
Veel goedaardige en kwaadaardige bloedziekten starten in het beenmerg, wat ook de reden is om daar te kijken. Zeldzame redenen om een beenmergonderzoek te doen
zijn verdenkingen van infecties die alleen daar aangetoond kunnen worden.
Voorbereiding thuis
Voor het onderzoek mag u eten en drinken zoals u gewend bent.
In het ziekenhuis wordt een beenmergonderzoek bij voorkeur dinsdag ochtend gedaan tussen 08.30 en 10.00 uur. Het onderzoek vindt plaats op de dagbehandeling op de tweede verdieping van het ziekenhuis.
Pagina 3 van 4
Wat neemt u mee
Geldig legitimatiebewijs (paspoort, rijbewijs of ID kaart).
Waar meldt u zich
U meldt zich op de tweede verdieping bij de secretaresse balie.
Plaats van het beenmerg
Beenmerg zit in de mergholtes van de botten. Om beenmerg te onderzoeken zijn de achterzijde van het bekken (via een
zogenoemde cristapunctie) en het borstbeen (een sternumpunctie) de gemakkelijkste en veiligste plaatsen om het te verkrijgen. Het liefst wordt het bekken gebruikt. Een enkele keer kan niet in het bekken worden geprikt, omdat een patiënt daar bijvoorbeeld in het verleden op bestraald is of omdat het onmogelijk is op de zij of buik te liggen.
Het onderzoek
De arts voert het onderzoek uit, daarbij zijn ook een verpleegkundige en een laboratoriummedewerker aanwezig.
U gaat op uw linkerzij liggen, met de knieën opgetrokken en de rug gebogen. De arts brengt een plaatselijke verdoving aan op de plaats waar geprikt gaat worden.
Dit kan een branderig, zwaar gevoel geven. Daarna prikt de arts met een naald in het bot van het bekken en zuigt via de naald wat
beenmerg op. Ondanks de verdoving kan dit kortdurend (enkele seconden) een pijnlijke scheut door uw bilstreek en been
veroorzaken. Ook wordt zo nodig met dezelfde holle naald een stukje bot weggenomen. Als de arts de naald heeft verwijderd, wordt het wondje met een gaasje verbonden. Om nabloeden te voorkomen moet u ongeveer 15 minuten plat op de rug blijven liggen met een opgerold matje op de plek van de punctie. Na afloop wordt er vaak bloed afgenomen uit uw arm.
Duur van het onderzoek
Het beenmergonderzoek zelf duurt 10 tot 15 minuten, in totaal bent u ongeveer één uur op de dagbehandeling.
Pagina 4 van 4
Na het onderzoek
Na het onderzoek kan de plek beurs aanvoelen, zoals een flinke blauwe plek. Als u pijn heeft in de bekkenstreek, kunt u één of twee tabletten paracetamol innemen. Thuis kunt u na 24 uur het gaasje verwijderen.
Bijwerkingen en mogelijke complicaties
Ondanks alle zorg die er aan het onderzoek wordt besteed, kunnen er toch bijwerkingen en complicaties optreden.
In uitzonderingsgevallen kunnen klachten optreden als pijn, koorts of bloedverlies.
Tijdens kantooruren kunt u hierover contact opnemen met de dagopname.
(0523) 27 68 42
Buiten kantooruren kunt u contact opnemen met de huisartsenpost. (0900) 333 63 33
Uitslag en afspraak
Het beenmerg en eventueel een stukje bot worden in een
laboratorium onderzocht. De uitslag hiervan is ongeveer een week na het onderzoek bekend.
Uw behandelend arts zal de uitslag met u bespreken. Hiervoor is met u een afspraak gemaakt of u krijgt een afspraak mee.
Vragen
Als u nog vragen heeft dan kunt u contact opnemen met de
verpleegkundige van de dagbehandeling van maandag t/m vrijdag van 08.00 uur - 17.00 uur.
(0523) 27 68 42
Internist-oncologen/hematologen
dhr. R. Blankenburgh, internist-oncoloog dr. S.M. Kemme, internist-oncoloog mw. Y. Tromp, internist-hematoloog