• No results found

Wijkkrant Langer thuis wonen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Wijkkrant Langer thuis wonen"

Copied!
7
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Barbara de Groen

Hoewel de meeste ouderen gezond oud worden en zich goed redden, neemt met het stijgen van de leeftijd de zelfredzaamheid af en de zorgafhankelijkheid toe. Veel ouderen willen in hun woning en in hun wijk blijven wonen, óók wanneer zij minder mobiel en vitaal worden en de behoefte aan zorg toeneemt. Deze woningen zijn alleen niet altijd geschikt om oud in te worden.

Daarnaast is het ook van belang dat de wijk prettig en toegankelijk is voor de oudere bewoners. Denk hierbij aan voldoende bankjes om even (in de schaduw) uit te kunnen rusten, goede verlichting en een brede stoeprand. Ook zijn er voldoende voorzieningen op loopafstand nodig zoals een

LANGER THUIS WONEN

Editie 2021 / jaargang 3

DE

WIJK

KRANT

supermarkt, apotheek, huisarts, fysiotherapeut en ov-haltes. Een groot deel van de zorgvraag van ouderen hangt samen met eenzaamheid. Het is dan ook belangrijk dat er een bibliotheek of een andere plek is waar ouderen elkaar kunnen ontmoeten en activiteiten kunnen ondernemen. De vraag is hoe jij kunt bijdragen in deze opgave, als zorgprofessional, als lid van een sociaal wijkteam of als oudere zelf. Hoe kunnen we met passende zorg en ondersteuning het ‘thuis wonen’ zo goed en lang mogelijk blijven faciliteren? Op welke manier en op welk moment ga je het gesprek aan met een oudere over zijn woonwensen? Met welke personen of organisaties kun je kennismaken en samenwerken? Ook willen we een paar mooie voorbeelden laten zien; inspirerende wooninitiatieven waar mensen er goed in slagen een inclusieve wijk te creëren met voorzieningen dichtbij. Wijken waar je graag oud wilt worden. Doe ideeën op en ga aan de slag. Veel plezier met het lezen van deze derde editie van de Wijkkrant.

Programmamanager

Ank Braspennink

‘Studenten kunnen

hier goedkoop

wonen en leveren

een tegenprestatie

aan de bewoners’

Wooncoach Karin

Huizinga

‘Je moet ouderen

niet gedwongen

laten verplaatsen’

Directeur van het

landelijk kenniscentrum

voor woningcorperaties

gaat langs de deuren

‘Wat betekent thuis

voor u?’

Gezond oud worden

Hoe voer je het gesprek?

Waarom deze krant?

www.vilans.nl

De huidige tijd plaatst ons voor een grote uitdaging. Dit door de vergrijzende samenleving

en de wens van mensen om zelfstandig oud te worden en te wonen in een passende

thuisomgeving. Er moet veel gebeuren en ook mensen zoals jij en ik kunnen hier een rol

in spelen. In deze krant lees je verhalen die inspireren om hier zelf ook mee aan de slag te

gaan.

Wat doet jouw gemeente

om langer thuis wonen

makkelijker te maken?

De gemeente speelt een belangrijke

rol bij het langer zelfstandig wonen,

bijvoorbeeld door het toekennen van

hulpmiddelen, het organiseren van zorg

en ondersteuning vanuit het wijkteam.

Ook zorgt de gemeente voor een

goede informatievoorziening en/of het

beschikbaar stellen van bouwgrond voor

nieuwe woonvormen.

De initiatieven die het langer thuis wonen voor

de inwoner vergemakkelijken verschillen echter

per gemeente. Wij zijn daarom erg benieuwd

naar wat jouw gemeente doet om het voor de

(oudere) inwoner makkelijker te maken langer

zelfstandig te wonen.

Heb jij een goed voorbeeld dat je graag wil

delen? Bijvoorbeeld omdat andere gemeenten

ervan kunnen leren en/of omdat je er gewoon

erg trots op bent? Neem dan contact met

ons op! Stuur jouw voorbeeld naar Barbara de

Groen van Vilans.

b.degroen@vilans.nl

‘Hoe kunnen we met passende

zorg en ondersteuning het ‘thuis

wonen’ zo goed en lang mogelijk

(2)

Vijf trends in het wonen

voor ouderen

Woonvormen die een zekere mate van beschutting en bescherming bieden zijn hard

nodig om het langer zelfstandig wonen van ouderen mogelijk te maken. Het landelijke

platform ZorgSaamWonen ziet hierin vijf trends ontstaan.

We zien een groei van allerlei vormen van collectief wonen. Soms nemen ouderen zelf het initiatief voor het opzetten van een woongemeenschap, zoals de bewoners van het Boekhuis in Amersfoort. Soms is het een andere partij zoals projectontwikkelaar Blauwhoed die Park Entree in Schiedam realiseerde of corporatie Waterweg Wonen die in Vlaardingen een bruisend wooncomplex voor 55-plussers creëerde.

Ten tweede zien we meer woonvormen ontstaan waar mensen niet meer voor hoeven te verhuizen. Zo is Stichting Statiegeld op Jeugd in het vergrijsde dorp Son en Breugel bezig met het idee om grote woningen kadastraal te splitsen. De ouderen blijven op de benedenverdieping wonen en de jongeren boven. Denk ook aan het gespikkelde wonen zoals woongroep Couwenhoven in Zeist doet. Twintig bewoners wonen verspreid over zes verdiepingen van een flat en vormen een woongroep met elkaar.

Gemengde woonvormen zijn met een opmars bezig. Zoals het woonproject DeBuurt in Utrecht waar maatschappelijk gebiedsontwikkelaar AM samen met andere organisaties werkt aan een complex met 343 huurwoningen van middeldure huur voor starters en ouderen met en zonder zorgvraag. Het wordt een plek waar mensen kunnen wonen, werken, ontmoeten en ontspannen. In het complex zijn woningen voor een diverse groep variërend van ouders met kinderen met autisme tot woningen voor ouderen met een migratieachtergrond en dementie. In Utrecht zijn veel gemengd-wonen-projecten te vinden zoals MIXIT en LIVIN van corporatie Mitros en Place2BU van corporatie Portaal. In deze projecten krijgen kwetsbare mensen de mogelijkheid om,

Als vijfde trend zien we verfrissende concepten ontstaan zoals het Butterfly effect waarbij kleine huisjes, de ‘tiny houses’ verhuurd worden aan vrijwilligers, familieleden, cliënten en zorgverleners op het terrein van de zorginstelling. Zo bouwen ze aan zorgzame gemeenschappen. Of de ontwikkeling van de empathische woning waarbij het huis de taken van de mantelzorger overneemt door technische snufjes. Projecties, licht- en geluidssignalen helpen ouderen met dementie in zulke woningen met hun ritme.

Wat voor de meeste woonvormen geldt: ze vergen in alle opzichten onderhoud. Soms is professionele begeleiding nodig om de community levendig te houden. Contacten gaan namelijk niet altijd vanzelf. Ook is het belangrijk om teleurstellingen te voorkomen door goede voorlichting en het helder krijgen van verwachtingen. We moeten zorgen dat er meer woonvormen komen. Hierbij vormen geschikte locaties en financiering de twee grootste knelpunten. Gelukkig is daar vanuit de landelijke Taskforce Wonen en Zorg aandacht voor. Initiatiefnemers laten zich verder hierdoor niet afschrikken, want er ontstaan al veel mooie woonvormen. Wel is het nodig dat het bijbehorende proces in de nabije toekomst wat makkelijker gaat. Want de urgentie is er!

We zien diverse woonvormen waarbij het omzien naar elkaar een grote rol speelt. Bewoners wonen niet zomaar in het complex en zijn meer dan goede buren. LIFE in Amsterdam is daar een voorbeeld van. In LIFE zijn 59 vrije sector huurappartementen voor betrokken 50-plussers te huur. Als je er wilt wonen, is het belangrijk dat je open-minded bent naar andere culturen en ook bijdraagt aan de sociale cohesie. Bijvoorbeeld door anderen te helpen met klusjes, het geven van taalles aan de buurvrouw of tekenles geven als vrijwilliger bij Cordaan.

Over ZorgSaamWonen

ZorgSaamWonen is het landelijke platform voor

de maatschappelijke opgaven op het gebied

van wonen, zorg en welzijn. Denk hierbij aan

ontwikkelingen als het groeiende aantal ouderen,

het oplopende personeelstekort in de zorg en de

afname van de beschikbaarheid van mantelzorgers.

ZorgSaamWonen verbindt hierbij het fysieke en het

sociale domein.

Meer weten?

Kijk op

www.zorgsaamwonen.nl

Daniëlle Harkes en Yvonne Witter

Trend 1

collectief wonen

Trend 2

aanpassingen in eigen

omgeving

Trend 4

gemengde woonvormen

Trend 5

verfrissende concepten

Trend 3

omkijken naar elkaar

‘Thuisge-voel is de

rode draad

voor

inte-grale zorg’

‘Wat betekent thuis voor u?’ Met die vraag

ben ik als directeur van KWH, het landelijk

kenniscentrum voor woningcorporaties,

langs de deuren van sociale huurders

gegaan.

Ik merkte dat mensen het een heel

belangrijke en mooie vraag vinden. Het

is ook een heel inclusieve vraag. Iedereen

heeft daar namelijk ideeën bij. Het

thuisgevoel vinden we allemaal belangrijk.

Sven Turnhout

Ik heb deze vraag gesteld voor het sectoronderzoek Thuis. Met een camperbusje heb ik daarvoor de ‘Van Huis naar Thuis Tour’ uitgevoerd. Daar kwamen hele mooie verhalen uit. Ik was vooral benieuwd naar de stille huurders. Dat zijn de mensen die niet direct naar bijeenkomsten van een corporatie komen, maar die je wel degelijk wilt horen. Daarvoor moest ik bij ze langs. Ik kwam zo ook in gesprek met oudere bewoners.

Bijvoorbeeld Bert, 72 jaar, die in Overijssel woont. Hij vertelde mij: ‘Ik woon hier ongeveer 30 jaar. Dit is de plek waar ik vroeger voetbal speelde en vuurwerk afstak. Daarom ken ik de mensen hier, ik ben hier geworteld. De buurt voelt als een soort thuis, er is sociale binding. Ze houden me hier goed in de gaten en we helpen elkaar.’ Of Tilly, 87 jaar, uit Zeeland: ‘De buurt en vooral de buren horen bij een goed thuisgevoel. Ik ken hier alle mensen, de meesten al van lang geleden. Het lijkt me verschrikkelijk als je niemand kent.’ Al deze verhalen heeft het KWH gebundeld in het fotoboek ‘Van huis naar thuis’ dat op onze website is te bestellen.

Uit het sectoronderzoek Thuis blijkt dat 61 procent van onze huurders zich thuis voelt als zij bijvoorbeeld in een veilige, geïsoleerde woning wonen die bij hun levensfase past. Zij voelen zich nog meer thuis als hun woning staat in een buurt

waar sprake is van saamhorigheid en ‘zorgen voor elkaar’. Dan voelt ruim 90 procent van de mensen zich thuis. Dat is 30 procent meer. Als wijkverpleegkundige kun je naast de medische handelingen dus ook bijdragen aan het thuisgevoel van bewoners.

Het zorgvraagstuk van de toekomst

De sociale cohesie begint steeds meer een noodzaak te worden. In de buurt ligt het potentieel van de toekomst. Momenteel werkt één op de zeven mensen in de zorg. Als we de zorg op dezelfde manier als nu organiseren, dan hebben we door de vergrijzing over twintig jaar één zorgmedewerker op vier mensen nodig. Daar hebben we de financiële middelen en de mensen niet voor. Daarom moeten we kijken hoe we zorg anders kunnen organiseren. Zeker nu mensen ook langer thuis wonen. Dit zie ik dan ook als het belangrijkste zorgvraagstuk van de toekomt, waar we vandaag al stappen in

moeten zetten. Als wijkverpleegkundige besteed je wellicht twee tot drie uur per week aan een oudere bewoner. De vraag is hoe je in deze tijd niet alleen kan doen wat nodig is vanuit zorg, maar ook kan werken aan het vergroten van het thuisgevoel van de bewoner. Misschien is het uitnodigen van een onbekende buurman op de koffie dan wel heel logisch om te doen.

Ook een goede samenwerking kan hier iets in betekenen. Het gaat dan om het samenspel tussen formele, informele netwerken en professionals vanuit verschillende domeinen. In de praktijk wordt er vanuit professionals al steeds vaker breder dan het eigen domein gekeken. Door het thuisgevoel-perspectief te omarmen, zouden we dat nog beter kunnen doen. Juist omdat het alle domeinen omvat. Als KWH hebben we voor verschillende woningcorporaties het thuisgevoel onder onze huurders onderzocht en ook binnen welke complexen het thuisgevoel onder druk staat. Dat is een mooi begin. Ook als zorgprofessional kun je bijdragen. Al is het maar door gewoon eens te vragen aan je cliënt wat het thuisgevoel voor hem/haar betekent.

‘Dit is de plek waar ik

vroeger voetbal speelde en

vuurwerk afstak.’

‘Als wijkverpleegkundige die

onbekende buurman ook op de

koffie uitnodigen, kan heel logisch

zijn om te doen.’

onder begeleiding, te wonen met mensen die niet tot de kwetsbare doelgroep behoren.

(3)

‘Je moet ouderen niet

ge-dwongen willen verplaatsen’

Karin Huizinga is voor !WOON wooncoach in Amsterdam Noord en voert zo’n vier à vijf

huisbezoeken per maand uit. Karin: ‘Ik kom daarbij ook oudere mensen tegen die heel

erg eenzaam zijn. Of mensen die graag willen verhuizen naar een seniorenwoning, maar

helemaal niet staan ingeschreven.’

Lian Stouthard

Karin gaat op huisbezoek bij de oudere bewoners van Amsterdam Noord en staat voor hen klaar als ze vragen hebben over alles wat met wonen en het huis te maken heeft. Karin: ‘De functie van wooncoach is een vrijwilligersfunctie, maar ik zou er eigenlijk een voltijdbaan van willen maken, zodat ik iedere dag bij deze mensen op bezoek kan gaan.’

!WOON is een onafhankelijke stichting voor huurders, eigenaar-bewoners en woningzoekenden in Amsterdam. Bewoners kunnen bij de 110 medewerkers en 150 vrijwilligers informatie en advies inwinnen over huren, kopen, energie, organisatie en participatie. Amsterdam Noord is een stadsdeel dat bekend staat om de gentrificatie. Dit betekent opwaardering van een buurt door het mede aantrekken van kapitaalkrachtige bewoners. Er wonen oorspronkelijke bewoners, maar ook veel mensen met een niet-westerse migratieachtergrond. De bewoners worden onder andere door Combiwel (welzijn) en Doras (maatschappelijke dienstverlening) doorverwezen naar !WOON.

Verschillende soorten problemen

‘Tijdens mijn huisbezoeken zie ik veel verschillende dingen,’ vertelt Karin. ‘Soms willen mensen alleen maar een nieuwe buitenlamp of hebben ze een vraag over onderhoud van hun woning. Maar ik kom ook grotere dingen tegen, bijvoorbeeld mensen die heel erg eenzaam zijn of mensen die graag willen verhuizen naar een seniorenwoning maar niet zijn ingeschreven. De eerste groep is vaak geholpen met een telefoontje naar de woningbouwvereniging of wat praktische tips, maar voor de groep met grotere problemen moet we meer doen.’ Bij ongeveer één op de vier huisbezoeken komt Karin problemen als ernstige eenzaamheid of GGZ-problematiek tegen. ‘Als ik zie dat iemand erg eenzaam is, probeer ik die bewoner wel de deur uit te krijgen. Ik stuur ze bijvoorbeeld door naar wijklunches in de hoop dat ze daar dan weer iets van een sociaal netwerk gaan opbouwen.’

De huisbezoeken die Karin aflegt duren ongeveer een uur. Daarin loopt ze samen met de bewoners een vragenlijst door en probeert ze zo veel mogelijk bespreekbaar te maken. In haar rol als wooncoach probeert Karin zo veel mogelijk door te verwijzen, bijvoorbeeld naar het sociaal

wijkteam. Het Leger des Heils kan weer helpen met praktische zaken rondom een verhuizing. Vaak legt ze ook een lijntje naar de voedselbank of naar initiatieven van stichting MEE tegen eenzaamheid. Dat Karin in haar eigen woorden ‘een heel sociaal type is’ helpt haar bij dit werk.

Wat haar opvalt is dat mensen vaak niet weten wat ze zelf kunnen doen

in huis, of waar ze recht op hebben en waar ze dan moeten zijn. Karin geeft een voorbeeld van een oudere vrouw wiens man na een ziekte in een revalidatiecentrum is opgenomen. Hij moet eigenlijk naar huis, maar dat gaat niet omdat ze op drie hoog wonen. ‘Ik zie dan dat alle hulpverlening stokt en die mensen zitten dan echt met de handen in hun haar. Daar moet echt iets gebeuren. Dus dan gaan wij vanuit !WOON maar alle deuren naar de zorg en ondersteuning opengooien zodat er wat beweging in de zaak komt.’

Doorstroom op de woningmarkt

Karin vertelt dat ze vaak ziet dat ouderen alleen of met z’n tweeën in de eensgezinswoning blijven wonen waar hun kinderen opgroeiden. Terwijl er een tekort is aan dit soort woningen voor jonge gezinnen. Het is echter vaak erg emotioneel om de gezinswoning achter te laten, vooral als de partner ook niet meer leeft. Daarnaast gaat de huur vaak met een paar honderd euro per maand omhoog. Ouderen die in een grote eengezinswoning wonen kunnen in de gemeente Amsterdam aanspraak maken op de ‘van groot naar beter’ regeling. Deze regeling laat mensen die in een vijf-kamer-woning wonen met behoud van de huidige huur binnen het stadsdeel verhuizen naar een geschiktere woning. Hetzelfde geld voor de regeling ‘van hoog naar laag’ waarmee ouderen van een bovenwoning naar de begane grond kunnen verhuizen.

Als mensen bereid zijn om te verhuizen is er vaak binnen een half jaar wel een plek vrij in een seniorenwoning. Toch valt niet iedereen onder een van deze regelingen van de gemeente. Voor deze groep blijft geld vaak het grootste knelpunt. Karin. ‘Ik probeer deze mensen wel een zetje te geven, want is het nou echt zo erg dat je wat meer huur gaat betalen als je dik in de zeventig bent? En in een seniorenwoning hebben ze vaak toch wel wat meer comfort en sociale contacten, dat kan ook de investering waard zijn.’

‘Als ik zie dat iemand erg eenzaam

is, probeer ik die bewoner wel de

deur uit te krijgen.’

‘Het stokt heel vaak op geld,

mensen zijn bang dat ze veel

meer moeten gaan betalen na een

verhuizing.’

‘Ik ben een heel sociaal type, ik

maak alles bespreekbaar.’

Benieuwd naar wat !WOON verder nog

doet? Kijk op:

www.wooninfo.nl

Op welk moment beginnen ouderen na

te denken over gezond oud worden en

prettig blijven wonen? De praktijk wijst uit

dat dat meestal te laat is. Mensen hebben

de neiging de lastige onderwerpen vooruit

te schuiven. En dit is er één van.

Barbara de Groen

Verschillende hulpverleners kunnen het gesprek aangaan over gezond oud worden met een oudere, zoals een wijkverpleegkundige, ouderenadviseur, welzijnscoach, sociaal werker, medewerker van het sociaal wijkteam, de huisarts of de praktijkondersteuner. Als verschillende professionals het onderwerp ter sprake brengen, is het wel belangrijk dat jullie daar lokaal afspraken over maken. Wie is verantwoordelijk, wie betrek je bij het gesprek en wat kún je doen? Bijvoorbeeld het contact leggen met een woningcorporatie, of het aanvragen van specifieke ondersteuning.

Gezond oud worden:

Wanneer en hoe voer je het gesprek?

Meer inspiratie?

Bekijk dan eens het dossier ‘Goed in gesprek’

(

www.zorgvoorbeter.nl/communiceren-in-de-zorg

) op Zorg voor Beter.

Op zoek naar het juiste moment?

Tips voor het voeren van het gesprek

• Bij een (eerste) Wmo-aanvraag. Bijvoorbeeld als een oudere een taxipas, traplift of rolstoel aanvraagt.

• Na een eerste valincident. Is de woning nog steeds geschikt?

• Op het moment dat een oudere moet stoppen met een activiteit door een mobiliteitsbeperking.

• Bij een eerste zorgmoment van de wijkverpleging. Je kunt bij de intake aftasten of je ook over dit onderwerp het gesprek kunt voeren.

• Na het overlijden van een partner. Uiteraard voer je dit gesprek niet direct na het overlijden. Wanneer er meer ruimte voor is, sta je met de oudere stil hoe het leven verandert en of de woning nog past bij deze nieuwe fase.

Weet dat er niet één goede manier is. Het blijft altijd maatwerk.

Toch kunnen de volgende tips je wellicht helpen:

• Ga het gesprek open in. Geef niet direct je mening of advies. Stel open vragen. Luister, vat samen en vraag door.

• Pols in het begin van het contact of iemand prettig woont in de huidige woning of vraag of men al eens heeft nagedacht over hoe te wonen in de (nabije) toekomst. In het begin gaat het voornamelijk om bewustwording en om te laten zien dat mensen voor het thema wonen bij jou terecht kunnen.

• Stel later wat specifiekere vragen zoals: Zou u alleen willen blijven wonen? Zou u samen met andere leeftijdsgenoten willen wonen? Wat mist u aan uw huidige woning of wijk? Heeft u al eens met naasten of anderen uit uw sociaal netwerk gesproken over wonen en wat uw wensen zijn? Bent u al ingeschreven voor de woonvorm die u aanspreekt of kan ik daarbij helpen?

• Noteer wat de acties zijn uit het gesprek en wie die opvolgt. Kom daar in een volgend gesprek op terug.

• Haal uit elkaar wat er op korte en lange termijn moet/kan gebeuren. Breng zo orde in de vragen die mensen hebben.

• Maak contact met andere hulpverleners (of organisaties) die de inwoner mogelijk verder kunnen helpen met zijn woonwensen. Verwijs niet zomaar door, maar zorg voor een warme overdracht.

• Realiseer je dat je een probleem niet alleen hoeft op te lossen, samenwerking helpt.

‘Zou u alleen willen

blijven wonen?’

‘Wat mist u aan uw

huidige woning of wijk?’

‘Mensen blijven wonen in grote

eengezinswoningen en willen niet

weg. Ik ga ze niet dwingen, mensen

hoeven niet. Je wil ouderen niet

gedwongen verplaatsen, dan

worden ze ongelukkig.’

‘Zou u samen met andere

leeftijdsgenoten willen

wonen?’

(4)

De Klinkenberg: het voordeel van

naamsbekendheid in de buurt

De nieuwe locatie van De Klinkenberg is gericht op interactie met de wijk. Bianca van Dijk,

teamcoach en Eva Westerink, verzorgende op de somatische afdeling, vertellen: ‘Tijdens

de eerste corona-lockdown kregen we cadeaus en baksels vanuit de wijk aangeboden. En

scholen lieten hun klassen stoepkrijten op ons plein.’

Noor Weelink

Al veertig jaar bestaat De Klinkenberg in Ede als onderdeel van zorgorganisatie Vilente. De iconische hoge toren in het centrum van de stad is vrijwel geen stadsbewoner onbekend. Zowel bewoners als personeel komen veelal uit de omgeving. Sinds mei 2018 is de derde locatie van De Klinkenberg geopend. Bianca is hier sinds ruim anderhalf jaar werkzaam op de somatische afdeling. ‘We bieden hele diverse zorg op deze nieuwe locatie: somatische, eerstelijnszorg en overbruggingszorg voor psychogeriatrie. Dit maakt dat we een grote mix van bewoners op de locatie hebben. De somatische en psychogeriatrische afdelingen zijn wel gesplitst. Er is bij deze locatie ingezet op kleinschalig wonen zodat zoveel mogelijk bewoners zich thuis voelen.’

Eva, schetst het beeld: ‘De locatie is opener en gezelliger dan de oude locatie. De bewoners hebben hier echt hun eigen plekje.’ Bianca: ‘Op de vorige locatie hadden we één grote gemeenschappelijke ruimte voor alle bewoners. Dat past niet bij het kleinschalig wonen dat we hier nastreven. We hebben hier dan ook per afdeling een gezamenlijke huiskamer. Doordat bewoners een eigen appartementje hebben, voelen ze zich meer thuis bij ons.’

Integratie met de wijk

De locatie is erop gericht om te integreren met de wijk. Bianca legt uit: ‘We hebben twee welzijnscoördinatoren in dienst die de wijk moeten betrekken. Zo hebben we tijdens de jaarlijkse Heideweek in Ede een markt in de binnentuin van De Klinkenberg gehouden. Ook bij het ontwerp

‘We zijn natuurlijk een

verpleeghuis, maar het moet niet

als verpleeghuis aanvoelen.’

van de locatie is er rekening mee gehouden. Het terrein van de locatie is namelijk open en is er naast de woningen een dierenweide ingericht. We zien dat sommige bewoners graag bij die dierenweide gaan zitten en een gesprekje aanknopen met mensen die langslopen. Op die manier zie je direct het contact met de wijk en tussen verschillende generaties.’

Verbinding tijdens corona

‘De komst van corona was uiteraard niet bevorderlijk voor het krijgen van verbinding,’ vervolgt Bianca. ‘Tijdens de eerste golf was ons terrein helemaal afgesloten en lag dat proces volledig stil. Inmiddels gaat het meer de goede kant op. Toch merkten we ook tijdens die strenge lockdown dat de wijk echt betrokken is met de bewoners hier. We kregen ongelooflijk veel aangeboden vanuit de wijk.’

Wijkpunt

Om de verbinding met de wijk laagdrempelig te houden heeft De Klinkenberg in samenwerking

met Malkander, een stichting die zich inzet voor mantelzorg en vrijwilligerswerk aan huis, een wijkpunt ingericht. Bianca: ‘Voor het wijkpunt Bunschoterhof huren we een appartement in een 55-plus-woongebouw in de wijk. Op deze manier kunnen we blijven verbinden met de wijk en de bewoners van het appartement. Bewoners uit de wijk kunnen hier aankloppen met hun zorgvraag en er wordt ook wekelijks een koffiemoment

georganiseerd.’ De financiering probeert De Klinkenberg zo veel mogelijk neutraal te houden. Het appartement wordt tegen een gereduceerd tarief gehuurd van de woningstichting en bewoners betalen alleen een kleine bijdrage voor koffie en activiteiten. ‘Vanuit dat wijkpunt hebben wij instroom voor thuiszorg en wijkverpleging. Daarnaast worden mensen op de hoogte gebracht dat we ook intramurale zorg leveren, zowel langdurige als kortdurende zorg. Zo proberen we een spin in het web te zijn in de wijk en er te zijn voor bewoners die behoefte hebben aan ondersteuning.’

Integrale blik naar de toekomst

Er wordt bij De Klinkenberg steeds meer toegewerkt naar wonen in de eigen omgeving en een soepel verloop bij het vervullen van de zorgvraag. ‘Ik weet niet of echt alle bewoners uit deze wijk komen, maar in ieder geval vaak uit Ede’, vertelt Bianca. ‘We zien dat wanneer cliënten vanuit eerstelijns-verblijf doorstromen naar het verpleeghuis, ze graag in de eigen omgeving blijven. Ook de kinderen hebben dat liever. Het zou helemaal mooi zijn wanneer we vanuit De Klinkenberg alle zorg in de wijk kunnen leveren, zodat de overstap kleiner is. Vanuit Vilente bieden we al wel thuiszorg, dat kan wel meehelpen, omdat de cliënt vertrouwd is met de organisatie.’ Eva voegt toe: ‘Je merkt wel dat het meespeelt dat we als De Klinkenberg een gevestigde naam zijn. Familie kent het of heeft er andere bekenden wonen, dat maakt het verhuizen naar hier laagdrempeliger.’

‘Je merkt echt dat bewoners

bewust bij de dierenweide gaan

zitten en een praatje maken met de

mensen die daar langskomen.’

Inspirerende organisatie

Bianca en Eva zijn het erover eens dat De Klinkenberg een prettige plek is om te werken. ‘Ik kwam als 17-jarige hier werken, ontzettend jong dus!’, vertelt Eva. ‘Ik heb hier heel erg de ruimte gekregen om een groei door te maken.’ Bianca beaamt: ‘We hebben hier veel stagiaires en leerlingen lopen, veelal uit de buurt. Ook daar merk je dat De Klinkenberg is ingebed in de omgeving.’

Het wijkpunt helpt ons om een

laagdrempelig aansluiting met de

wijk te vinden.’

circa

1,2 mln

circa

2,6 mln

2015

2040

Bevolking nodig werkzaam in ouderenzorg (%)

2016

2040

0 1 2 3 4 5 6 7

Aantal FTE naar branche (CBS)

Huisartsen en gezondheidscentra Sociaal werk

Universitair medische centra

Ziekenhuizen en overige med. spec. zorg

Uitgaven ouderenzorg (in miljarden)

Zorgkosten per persoon per jaar:

2018

2040

0 5 10 15 20 25 30 35 40 45

in 2040

De groep 65 + in Nederland neemt

tussen 2020 en 2040 zowel in

absolute (+1,5 miljoen mensen)

als relatieve (+6%) zin toe.

+ 1,5 miljoen

1,4 miljoen

436.000

Het aantal eenpersoonshuishoudens

(65+) stijgt van 9.000 naar 1,7 miljoen

Eén op de drie van de 85+’ers

voelt zich eenzaam

Het aantal mensen met

dementie verdubbeld

tot 330.000 in 2040

Toename aantal thuiswonende

ouderen (2015 v.s. 2040)

2015

2040

900.000

1.700.000

2015

2040

165.000

330.000

mensen zijn er

werkzaam in de sector

zorg en welzijn

mensen zijn er

werkzaam in de

branche verpleging,

verzorging en

thuiszorg

65-75 jaar

75-85 jaar

85+

5.050

9.750

22.950

Geestelijke gezondheidszorg Gehandicaptenzorg Revalidatiecentra Jeugdzorg

(5)

De Posten: ‘Een onsje welzijn, scheelt

een kilo aan zorg’

Ouderenzorgorganisatie De Posten biedt meer dan alleen zorg. Door samen te werken met woon- en welzijnsorganisaties én met de

bewoners uit de wijk zelf, proberen Ank Braspenning en Brenda van Hardeveld de wijk De Posten in zijn geheel te faciliteren. ‘We willen

integraal werken en door bestaande organisaties en financieringsstructuren heen kijken.’

Noor Weelink

Ank Braspenning werkt als programmamanager bij De Posten. Ze merkt dat de organisatie al lang de focus heeft op de buurt. ‘We hebben dan ook nauwe contacten met andere organisaties. We voeren gesprekken voor het volgen van een gezamenlijke koers. De vergrijzing die in deze wijk extra speelt vraagt om aandacht. De aanleiding om nadrukkelijk met woningbouwverenigingen en de gemeente in gesprek te gaan, was dat wij nieuwbouw op de planning hadden staan. Door capaciteitstekorten in Wlz-zorg (Wet langdurige zorg), zullen ook mensen met een grote zorgvraag langer thuis blijven wonen. Om die mensen te kunnen ondersteunen, moeten wij gezamenlijk acties ondernemen in de wijk.’

Onze buurt De Posten

Onder de naam ‘Onze buurt De Posten’ werken daarom Zorgcentrum De Posten, woningcorporaties Domijn en Woonzorg Nederland en Gemeente Enschede samen aan een wijk die klaar is voor de toekomst. ‘Sinds twee jaar zijn we bezig onder deze titel,’ vertelt Ank. ‘We zijn met elkaar gaan praten over hoe we de nieuwbouw van De Posten voor de hele buurt kunnen laten werken. Daarvoor zijn we eerst het gesprek met de wijk aangegaan om behoeftes op te halen. Met die input hebben we een visie geschreven die zich richt op samenredzaamheid.’

Partner Domijn beaamt het belang van die gedeelde visie. ‘Zoals Ank het terecht verwoordt hebben we in de buurt De Posten te maken met een sterk vergrijzende bevolking en steeds meer kwetsbare bewoners die zelfstandig wonen’ schrijven Daphne Toorman en John Lammers.

‘We zien het als partners binnen Onze Buurt De Posten als onze gezamenlijke opgave om de buurt, samen met haar bewoners, zo vorm te geven dat het voor iedereen prettig wonen is.’

‘Die samenwerking kan ook voor ons als zorgverleners ontzettend veel bijdragen,’ gaat Brenda verder. Brenda werkt als wijkverpleegkundige en is vanuit haar rol als casemanager dementie nauw betrokken bij klanten die dementie hebben. Ze legt uit: ‘Een woningcorporatie merkt bijvoorbeeld dat een huurder meerdere malen diens sleutel kwijtraakt. Wij kunnen daar met een zorgperspectief naar kijken. Wellicht komt die vergeetachtigheid door beginnende dementie. Met de samenwerking is het mogelijk die vroegsignalering te ondervangen. Hierdoor kunnen we beter inspelen op wie iemand is en wil zijn, dat we ons moeten richten op het ziektebeeld en op wat niet meer gaat.’

Ook meer samenwerking tussen zorgorganisaties onderling kan voordelen bieden. Brenda: ‘Soms wil een oudere verhuizen naar een locatie die bijvoorbeeld dichter bij een van de kinderen ligt. In zo’n geval is het fijn wanneer er over zorgorganisaties heen wordt samengewerkt. Binnen De Posten is het mogelijk om betrokken te blijven bij de klant, maar wanneer een klant naar een ander zorgcentrum gaat lukt dat nog niet. Daar

valt dus nog winst te behalen. Als casemanager ondersteun je namelijk het liefst iemand vanaf het moment voor de diagnose ‘dementie’ tot eind.’

Betrekken van bewoners

Belangrijk binnen de samenwerking is om altijd de visie van de bewoner in het achterhoofd te houden. Ank: ‘De vraag van een buurtbewoner gaat altijd om zorg, wonen en welzijn. Wanneer we een passende woonvorm willen inrichten, moeten we dus aandacht hebben voor al deze drie gebieden.’ Daarnaast is het ook belangrijk om aan te haken bij wat er al in de wijk is. ‘Wanneer er bijvoorbeeld al een actief bewonerscollectief bestaat, sluiten we liever bij hen aan ter ondersteuning, dan dat we zelf zoiets gaan oprichten.’

Als wijkverpleegkundige is Brenda ook veel bezig met de behoefte van bewoners. ‘We nemen interviews af en werken casussen uit, om te achterhalen wat de reden is dat iemand meer zorgbehoevend werd en een Wlz-indicatie voor het verpleeghuis moest worden aangevraagd. De vraag die we ons hierbij stellen is wat we hadden kunnen doen om dat uit of af te stellen. Het liefst investeren we als wijkverpleging dan ook voldoende tijd in de ‘oude’ S1 (de wijkgerichte) taken. Door op tijd in te grijpen op welzijn, kan daarmee zorg worden bespaard. Het is dan wel nodig dat daarvoor voldoende uren beschikbaar worden gesteld. Dat neemt wel steeds meer af merk ik.’

‘Vragen van de oudere bewoners

gaan altijd over zorg, wonen en

welzijn. Je wil het niet volledig

aanvliegen vanuit de professionele

hoek, maar juist vanuit wat de

bewoner wil.’

‘Studenten kunnen hier

goedkoop wonen en leveren een

tegenprestatie aan de andere

bewoners.‘

Jong en oud samen

Vanuit ‘Onze buurt De Posten’ wordt ook ingezet op de verbinding tussen jong en oud. ‘We zorgen voor interacties tussen bewoners en de school die achter ons is gevestigd’, vertelt Ank. ‘Daarnaast zijn we bezig om een sterkere binding te vinden met studenten. Zij wonen in flats in en rond het zorgcentrum voor een lage prijs. Als tegenprestatie leveren zij bijvoorbeeld ondersteuning aan een bewoner of de wijk in het algemeen.’

Fysieke inrichting van de wijk

‘Ook de fysieke inrichting van de wijk proberen we geschikt te maken voor zijn bewoners’, vervolgt Ank. ‘Uit rondvraag onder bewoners in de wijk is gebleken dat voor veel kwetsbare bewoners de oversteek naar het winkelcentrum een struikelblok is. We zijn bezig om deze oversteek veiliger en ook dementievriendelijk te maken. Daarnaast proberen we de fysieke ruimte mee te nemen in de upgrade van de wijk. Denk daarbij aan ontmoetingsplekken, groen, beweging en veiligheid.’ Brenda geeft een voorbeeld: ‘We hebben stroken groen in de wijk laten aanleggen. Vervolgens zijn bepaalde bewoners verantwoordelijk voor het onderhoud ervan. Dit zorgt ervoor dat ze binding hebben met de wijk en tegelijkertijd elkaar ontmoeten op een laagdrempelige manier.’

Brenda houdt zich veel bezig met het dementievriendelijk maken van de wijk. ‘Daarvoor hebben we onder andere personeel van het winkelcentrum geschoold over hoe om te gaan met mensen met dementie. Daarnaast hielden we spreekuren in winkels. Dat werkt erg laagdrempelig en op die manier kom je ook in contact met mensen die zelf geen hulp komen vragen.’

De verbinding aan durven gaan

Als wijkverpleegkundige is het volgens Brenda dan ook belangrijk om contact te durven leggen in een wijk. Ze vertelt: ‘Ik had altijd een koffieafspraak met een woonzorgconsulent uit de buurt die goed wist hoe het met alle buren ging. Ze vertelde dat het met een van de buren niet goed ging. Alleen hield deze buurvrouw alle zorg af. De mevrouw in kwestie had een hond en ik wist wanneer ze die uitliet. Ik ben toen dikke vrienden geworden met haar hond en op die manier mocht ik op een goed moment toch naar binnen. Ik kon haar nu helpen en heb gezorgd dat ze in het woonzorgcentrum kwam te wonen. Ze bloeide daar helemaal op en heeft nog een paar hele fijne jaren gehad. Je mag je

Lees meer over De Posten in het artikel:

www.waardigheidentrots.nl/praktijk/de-posten-samenwerking-huisarts-so/

er als wijkverpleegkundige dus best wel even mee bemoeien.’

Voor zowel Brenda als Ank is de nauwe en goede samenwerking met de andere partijen van grote waarde. ‘In die samenwerking is het belangrijk om transparant te zijn en langetermijnplannen met elkaar te delen’, zegt Ank. Voor Brenda is het van grote meerwaarde dat veel mensen aansluiten bij wijkoverleggen. ‘We werken dan ook samen met de huisarts, praktijkondersteuners en specialisten ouderengeneeskunde en bespreken samen cliëntsituaties.’ De kracht ligt grotendeels in het durven vertrouwen op elkaar. ‘Ik heb laatst voor het eerst meegemaakt dat vragen die een partij had aan een cliënt, door een andere partij werden meegenomen die al een bezoek had staan. Dat lukt alleen als je elkaar kent en samen casussen bespreekt.’

Tot slot geven beiden aan dat je om tot een netwerksamenwerking in de wijk te komen, een stukje lef moet tonen. ‘Een werkgever als De Posten die je de ruimte geeft wanneer je iets signaleert helpt daar enorm bij’, geeft Brenda mee. ‘De open houding van onze organisatie biedt veel mogelijkheden om dit werk te kunnen doen.’

‘De kracht ligt grotendeels

in het durven vertrouwen

op elkaar.’

(6)

Hoe deze krant tot stand kwam

Projectredactie Vilans

Deze krant is het resultaat van een verkenning, een deskresearch en gesprekken met kennispartners in ons netwerk. We zijn knelpunten tegengekomen in passende woningen voor ouderen, locaties die er niet zijn, projectontwikkelaars die ouderen nog niet betrekken bij nieuwe woonvoorzieningen. Wijken zonder aantrekkelijke voorzieningen om het gezond oud worden te stimuleren, maar bovenal hebben we bevlogen mensen gesproken die volop bezig zijn om het wonen, zorgen en welzijn van ouderen met elkaar te verbinden. Ook zijn we veel inspirerende nieuwe woonvormen

Colofon

Deze krant is ontwikkeld door Vilans, kenniscentrum voor de langdurende zorg. Vilans heeft als missie: ‘samen zorgen dat zorg beter werkt’ en doet dat door kennis te verzamelen, verrijken, valideren en te verspreiden. Deze publicatie kwam tot stand met kenniscentrumsubsidie van het Ministerie van VWS.

Auteurs: Barbara de Groen, Lian Stouthard en Noor Weelink Eindredactie: Marit van der Meulen

Vormgeving: Lisa Winters Met dank aan:

Yvonne Witter, Daniëlle Harkes, Karin Huizinga, Sven Turnhout, Ank Braspenning, Brenda van Hardeveld, Bianca van Dijk, Eva Westerink, Marloes Berkelaar.

Contact

b.degroen@vilans.nl www.vilans.nl

en initiatieven tegengekomen die heel erg tegemoetkomen aan het langer thuis wonen en die hopelijk ook anderen uitnodigen om anders te denken en te doen.

Veel experts zijn betrokken geweest bij de totstandkoming van deze krant en die bedanken we voor hun bijdrage.

Uiteraard komen uit deze verkenning weer nieuwe vragen opborrelen. Want wij hebben nu slechts een handjevol mensen uit het zorg- welzijns- en woonveld gesproken. Waar loop jij tegenaan in de praktijk? Wat zou jou kunnen helpen om nog meer integraal te werken aan langer thuis wonen in de

wijk? En wat kunnen wij vanuit Vilans samen met andere kennispartners doen om je beter te helpen en het thema goed op de kaart te zetten?

Wij komen dan ook graag met jou in contact (zie colofon voor mailadres) als je actief met langer wonen in de wijk bezig bent of ideeën hebt over de aanpak van dit thema. Samen zoeken naar antwoorden maakt het werk immers zo veel leuker.

Kun jij alle verborgen woorden vinden in deze woordzoeker?

Welke boodschap is te lezen?

Horizontaal / verticaal / diagonaal:

Zoek de weg door het huis en vind de verborgen tekst:

S O B F Q P G F W W H K Z N W P U Y

E G J I B L L E F O N J I Z L E W D

J H B M G G K I E L N D Q F G G J N

F Q G A G F H T I N R E G O H J P O

O N N A L S C A T N N P N K N G J J

H J I Z A N S I A D C O D Y U O E H

Y U G D H C R T I E Y O L I L W V P

R J E E U O E I T E V C N J T Q P E

M O L R I R O N I N E Q M R R C Y B

O R P F Z P L I N Z R J G A E H G Q

B N R L E O V S I A G Q H G D A U J

I X E E N E K R N A R G U U E X S D

L G V Z M A J E O M I Z N K N J C A

I F K O A T I N O H J E M K J I W J

T B J U R I L O W E Z C O N T A C T

E H I T K E E W K I I K R K Q X M R

I Q W V T T G E J D N G Q O C E S R

T O S Z O R G B V G G T H U I S U L

• Bewonersinitiatief

• Contact

• Corporatie

• Eenzaamheid

• Gelijkvloers

• Hofjes

• Huizenmarkt

• Mobiliteit

• Nultreden

• Thuis

• Vergrijzing

• Welzijn

Barbara de Groen Lian Stouthard Noor Weelink

• Wijk

• Wijkverpleging

• Wonen

• Wooninitiatief

• Zelfredzaam

• Zorg

t h e m a s o p u i s b v o e g n u i c f l e s ij m n i p e r s n d o o r v e c h s y t a k a n t i e r w a m p o a s u c h t i b i n g s q v d t i n p s z a g f

De Taskforce Wonen en Zorg jaagt

nieuwe initiatieven aan

‘Het is niet mogelijk om voor iedereen

de juiste woning te bouwen. Dus hoe

worden de meeste mensen veilig oud

in hun eigen woning?’

Marloes Berkelaar

De Taskforce Wonen en Zorg is een gezamenlijk initiatief van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), Aedes, ActiZ en de ministeries van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties (BZK). De gemeenten maken een analyse van de lokale opgaven. De Taskforce maakt aan de hand daarvan met alle gemeenten prestatieafspraken over lokale projecten. De Taskforce jaagt aan en biedt partners concrete hulp bij het maken van een woonzorganalyse en -visie

Eerste meetmoment legt knelpunten bloot

In juli 2020 heeft de Taskforce in kaart gebracht waar gemeenten samen met woningcorporaties en zorgorganisaties staan in het maken van de woonzorganalyse, de woonzorgvisie en prestatieafspraken over wonen, welzijn en zorg. Hiermee is inzicht verkregen in toonaangevende voorbeelden van woonzorginitiatieven. Ook werd

Een gezamenlijke aanpak voor de uitdagingen op het gebied van wonen, welzijn, zorg

en leefbaarheid voor mensen met een ondersteuningsbehoefte. Daarvoor hebben

verschillende partijen de handen ineen geslagen in de Taskforce Wonen en Zorg. Hun

ambitie? Het realiseren van lokale projecten die inspelen op deze uitdagingen.

Meer weten?

Lees hier over de Taskforce Wonen en Zorg:

www.taskforcewonenzorg.nl

OPROEP GEMEENTE

Gemeente met grond zoekt woonzorg initatief met visie.

WOONOMGEVING

Bewegelijke 65+’er zoekt woonomgeving met vitaliteit.

Contact advertenties

GEZOCHT: WONINGBOUW

Wijkverpleging zoekt woningbouw om de fundamenten voor verbinding te leggen.

AANGEBODEN

Huisje, boompje beestje en thuiszorg. duidelijk welke knelpunten partners ervaren en

welke hulpvragen zij hebben bij de realisatie van duurzame woonzorgoplossingen.

Uit de eerste meting blijkt dat bijna de helft van de ondervraagde gemeenten beschikt over een woonzorganalyse, ongeveer een derde heeft een woonzorgvisie opgesteld en bij twee derde van de ondervraagde gemeenten zijn er tussen de gemeenten en de woningcorporaties afspraken gemaakt over wonen, welzijn en zorg.

Wat is de waarde van ouder

worden voor jou?

Kijk voor inspiratie op

wwww.dewaardevanouder

worden.nl

De volgende knelpunten zijn in de nulmeting in kaart gebracht:

• Er is een tekort aan passende woonzorgvormen.

• Er bestaat onvoldoende inzicht in de vraag naar woonzorgvormen.

• Samenwerken is noodzakelijk, maar blijkt ingewikkeld.

• Er zijn te weinig locaties beschikbaar.

(7)

Oud en zelfstandig

in 2030

Een reisadvies

Commissie Toekomst zorg thuiswonende ouderen

Hoe is de zorg voor thuiswonende ouderen in de toekomst op peil te houden? In dit advies geven wij antwoord op die vraag. Niet met panklare oplossingen en kiezelharde garanties; als die te geven zouden zijn, had de vraag niet aan ons gesteld hoeven te worden. Wel met perspectieven en oplossingsrichtingen, aansluitend bij initiatieven en bewegingen die nu al zichtbaar zijn.

Samenvatting van het advies ‘Oud en zelfstandig in 2030. Een reisadvies’

www.rijksoverheid.nl/tzto

De derde

levensfase:

het geschenk van de eeuw

Download de publicatie via www.raadrvs.nl

Achter de op het eerste gezicht drie onschuldige woorden zorg, wonen en ouderen gaat een wereld aan grote ontwikkelingen, uitdagingen en behoeften schuil. De groei van het aantal ouderen, de stijging van de zorgvraag, het tekort aan zorgpersoneel en de behoefte aan nieuwe woonzorgvormen voor ouderen. Ze maken het onderwerp zorg, wonen en ouderen buitengewoon actueel én explosief.

Zorg, wonen en ouderen:

actueel én explosief

www.actiz.nl/publicaties

https://www.kbo-pcob.nl/nieuws/samen-voorbereiden-op-ouder-worden/

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Jeugdoverl ast..

Wanneer jouw gemeente beleid heeft over mantelzorgwoningen en woonvormen voor beschermd of beschut wonen, zijn deze ook van belang?. toelichting voorbeeldtekst

Bij de start van elk proefproject werd de interRAI­vragenlijst afgenomen bij elke

Ouderen die zorg aan huis krijgen en of ondersteuning en die (veel) medicijnen gebruiken vinden het moeilijk om in te schatten of ze op den duur nog wel in het eigen huis

Wanneer u als huurder vanwege ziekte of handicap een aanpassing in uw huis nodig heeft, kunt u mogelijk in aanmerking komen voor een vergoeding vanuit de Wet

Wonen met begeleiding of zorg voor personen met een verstoorde zelfregulering is een gezamenlijke opdracht voor gemeenten, zorgorganisaties en corporaties.. Veel

Bij scenario 3, waarbij we uitgaan van een sterke extramuralisering, neemt deze groep sterker toe dan in scenario 1, doordat er dan minder ouderen dan nu een indicatie krijgen

Minder inwoners dan twee jaar geleden vinden dat de gemeente luistert naar haar inwoners, ze betrekt bij de plannen of voldoende ruimte geeft om initiatieven te realiseren.. Bergen