• No results found

Bedrijfsuitkomsten in de tuinbouw in de jaren 1960 t/m 1970 : met toevoeging van cijfers over 1971

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Bedrijfsuitkomsten in de tuinbouw in de jaren 1960 t/m 1970 : met toevoeging van cijfers over 1971"

Copied!
60
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

A. Holkamp

No. 4 . 5 6

BEDRIJFSUITKOMSTEN

IN DE T U I N B O U W

IN DE JAREN 1 9 6 0 t / m 1970

(Met toevoeging van c i j f e r s over 1971)

November 1972

' • , * , / > £? - j

Landbouw-Economisch Instituut

A f d e l i n g Tuinbouw

IU(L

^

(2)

Inhoud

Biz. WOORD VOORAF 5 ALGEMENE TOELICHTING 7 TOELICHTING OP DE TABELLEN 11 TABELLEN 1960 T/M 1970 21 A. Algemene gegevens (1 t / m 12) 21 B. Netto-overschot (13 t / m 23) 35 C. Kosten en opbrengsten (24 t / m 32) 47

D. Inkomen uit het bedrijf (33 t / m 38) 57

TABELLEN 1971 65 A. Glasbedrijven 65 B. Opengrondsbedrijven 65

(3)

Woord vooraf

Jaarlijks publiceert de afdeling Tuinbouw van het Landbouw-Econo-misch Instituut cijfers die een representatief beeld beogen te geven van de bedrijfsuitkomsten in een aantal belangrijke tuinbouwgebieden. Deze onderzoekingen hebben ten doel overheid en bedrijfsleven te informeren over het "wel en wee" van de tuinbouw.

In dit rapport zijn cijfers van de jaren 1960 t / m 1970 bijeengebracht. Eerder, in 1966, was reeds een verslag van de uitkomsten over de perio-de 1955 t / m 1965 verschenen (Verslagen No. 173). Tijperio-dens perio-de samenstel-ling van het rapport kwamen inmiddels ook de cijfers over 1971 beschik-baar. Overzichten hiervan werden afzonderlijk toegevoegd.

Het in dit rapport verzamelde cijfermateriaal is in hoofdzaak gericht op de gemiddelde bedrijfsresultaten en op de gemiddelde inkomens van de ondernemers. Gegevens over privé-onttrekkingen en besparingen kon-den, als gevolg van een veranderde werkwijze bij het onderzoek, ditmaal niet worden opgenomen.

Van een interpretatie van de cijfers moest worden afgezien. De in-vloed van de vele factoren op de kosten en de opbrengsten in deze dyna-mische periode van 11 jaren kon, in het kader van dit overzicht, niet worden nagegaan. De toelichting op de cijfers is in verband hiermee be-perkt tot notities voornamelijk over berekeningswijze en terminologie.

Het documentatiemateriaal is verzameld door de sectie Rentabili-t e i Rentabili-t s - en Financieringsonderzoek van de afd. Tuinbouw. HeRentabili-t rapporRentabili-t is opgesteld door A. Holkamp met medewerking van A. van Antwerpen en L. So lieve ld.

_lir6ctôur

Den Haag, november 1972 ' T "

(4)

Algemene toelichting

De gegevens voor dit verslag zijn verkregen uit rapporten en v e r s l a -gen van het LEI inzake bedrijfsuitkomsten van tuinbouwbedrijven in di-v e r s e gebieden di-van Nederland, betrekking hebbend op de jaren 1960 t / m

1970.

Deze rentabiliteitsrapporten geven jaarlijks een beeld van de bedrijfs-resultaten in de desbetreffende gebieden, met name van zuivere tuinbouw-bedrijven die ten minste aan één man emplooi verschaffen.

T e r bereiking van een zo goed mogelijke representativiteit is de keu-ze van de bedrijven voor dit onderzoek willekeurig geschied na inachtne-ming van de bestaande spreiding van de bedrijven naar de gezichtspun-ten: vestigingsplaats, bedrijfsvorm of bedrijfstype en bedrijfsgrootte. Aanvankelijk was deze keuze beperkt tot bedrijven die bij grotere admi-nistratiekantoren en boekhoudbureaus waren aangesloten. Sedert 1962 i s de medewerking van de boekhoudbureaus zonder meer afhankelijk van de bedrijven die in het onderzoek worden betrokken. Door deze kantoren worden jaarlijks afschriften van de fiscale v e r l i e s - en winstrekeningen verstrekt 1). Voor een bedrijfseconomische opstelling van de j a a r r e k e -ning worden de cijfers aangevuld met gegevens over de arbeidsbezetting, de bedrijfsuitrusting en het teeltplan, Voor de verzameling hiervan zijn de bedrijven door het LEI bezocht. De volgende gebieden waren in het tijdvak 1960 t / m 1970 in het onderzoek opgenomen (zie blz. 8).

Ten gevolge van de mutaties die zich in het onderzoek hebben voorge-daan waren van de 12 gebieden slechts 5 (belangrijke) gedurende de pe-riode van 11 jaren in het onderzoek vertegenwoordigd. Zoals uit de tabel kan worden geconstateerd zijn vervolgens 2 gebieden met 10, 2 gebieden met 8 en 1 gebied met 6 jaren in het overzicht opgenomen. Ten aanzien van enkele gebieden heeft in de loop van de verslagperiode een gebieds-verruiming plaatsgehad. (Venlo e.o. werd vanaf 1966 N.-Limburg, Aalsmeer e.o. werd vanaf 1969 aangevuld met T e r Aar e.o.). De boomkwekerij daarentegen was vanaf 1967 alleen met Boskoop vertegenwoordigd (in 1961 en 1962 met Boskoop en Hazerswoude).

Om redenen van capaciteit zijn de aantallen bedrijven waarop de uit-komsten zijn gebaseerd, in een aantal gebieden sterk verminderd. In het bijzonder voor steekproeven die tot kleine aantallen bedrijven zijn g e r e -duceerd, impliceert dit dat het onderzoek aan betrouwbaarheid heeft in-geboet. Dit neemt niet weg dat men toch over de orde van grootte van het rentabiliteitsniveau en over de ontwikkeling van de rentabiliteit

1) Deze werkwijze werd gevolgd over de jaren 1960 t / m 1966. In de daar-opvolgende jaren werden de betaalde kosten (veelal aan de hand van boeken en/of bescheiden) begroot en de opbrengsten o.m. opgaven van de veiling, r e s p . aan de boekhouding ontleend.

(5)

s

> •r« u •n < o JA freu -N S fi\ CD *• 'S ° 8 ? h p o S Vi 5 "o C<1 JS » O O I O «O i f l r - l O CO I C l O ' * « t - CN t > CO i H I M I i H I C- r-l rt« <M o o o m co m CT) ( M I I I I I in t-T)< CM r H CO H CO t > O » 0 0 r j l CM • * m Tjl i H CO in 05 LOiin oi CO I M I O i l o CO O l oi O T 3 ( O H M T j i ^ i o o i e o œ ® ' ) ' » x x x X X X X X X X j x CO CO O l 0 o o o CD CD CO CD 01 Ol Ol Ol h h h h O O O O o o o o > > > > i n O r - i c o o i - ^ o i m w o i CO C— CO CO CO CO CO CD CD CO OIOIOI Ol Ol 01 Ol Ol Ol Ol O O O t - O O O O O O C D O C D C O C O C O C O C O C O C O C O C O C O C O 0 1 O 1 O 1 0 1 0 1 O 1 O 1 O 1 O 1 G 1 O 1 0 1 fi fi fi o o o o o o > > > fi fi fi fi fi fi O O O O O O O O O O O O > > > > > > u o o > 0 OiOl t- co|co 01 Ol lOl V< o l >

1

N <0 CD CD I T3 bB g-5 'M W c f - H S m o « CO •a

H

5 (U

s

CD bO C a) i CD 'S m o Vi 3 3 bfl-p cet J2 CD

JB

e v T3 P m

1

fi fi T 3 T 3 CD a i

Su

o> m bBTD C § » S S J 3 u n i

1

ai S - l S CD bfi C

g |

i C T 3 bD O CD

'S

o

s

O bO V C T3 0) (1) > S

'2.5

•a ~* tä .• •° i .3.8 bo*s M « N bO fi" 9) S ß § £ . 5 3 5 B œ ci O 'C < ü ^ 2 « p q ö S TH CM co ni m H i r i n g œ « c S H-* H-t r * I—I oo oi S - " i J Vi i= b c <0 O fi C

&s>.g

to « ai tu O. fi O O B

°.|

a) °. filaJ « I f i .3 l u a j l c D < | H CMI "M CD 0) -M fi a> S

s

5

v i o o > CD CD CD CD CD *? CD <D S s CD CD O O fi O l CD O H C C O _ , O l

>

s-

1

i l . «

S

fi o o > 5 > CD c CD CD • f - t . Q CD bO CD • r - . * - i O > C31 ht. S r rH rH ffi fi fi • O T J B B CD CD CD a> .2 i5 fi fi CD CD CD CD e C - O T J .2 .2 e c .(_)+-> T-l TH %%J* JA T 3 "O CD CD a i Cd O O £2 ° fi fi r-* CD CD I M ' M ' O ' O CD CD C C 'r"1 ' S O O to CO w w fl 3 C C r-< •—. ç j CD a i j O ü TD £ § '5 'S ^ CD C ^ CD Äu ai n •r- S. N _ C D Î !

« B

e c i-i o PQ

(6)

wordt geïnformeerd.

De wijze waarop de bedrijf suit komsten zijn berekend is in de onder-scheiden verslagen en rapporten uitvoerig toegelicht. In de loop der ja-ren zijn in de normen voor de berekening van kosten veranderingen aan-gebracht. Deze en andere wijzigingen zijn vermeld in de toelichting op de tabellen.

Bij vergelijking van absolute bedragen in de tijdreeksen dient o.m. rekening te worden gehouden met de ontwaarding die de gulden geduren-de geduren-de periogeduren-de van 11 jaar heeft ongeduren-dergaan. Voor geduren-de mate waarin dit het geval was geven onderstaande indexcijfers van de koopkracht van de gul-den een aanwijzing.

Koopkracht van de gulden (indexcijfers, 1960 = 100)

1960 1961 1962 1963 1964 1965 1966 1967 1968 1969 1970 100 98 95 91 85 80 76 72 71 66 63 Bron: LEI; berekend uit CBS-gegevens over de prijsindexcijfers van het

Nationaal Inkomen (netto, marktprijzen).

Voor de keuze van de bedrijven is in eerste aanleg uitgegaan van g e -gevens van de landbouwtelling van het CBS. De daarbij gevolgde werk-wijze is voor alle gebieden in de desbetreffende rapporten vastgelegd, met name bij het samenstellen van een nieuwe steekproef. Een steek-proef wordt in beginsel gedurende 5 jaar gehandhaafd. Indien het onder-zoek wordt gecontinueerd wordt een nieuwe steekproef uit op dat mo-ment meest recente gegevens van de landbouwtelling getrokken.

Het spreekt vanzelf dat bij de overgang van de oude op de nieuwe steekproef een zekere mate van discontinuïteit niet kon worden voorko-men. Het "moment" waarop deze overgang plaatshad is in de tabellen van dit rapport weergegeven door een dikke verticale streep. Jaren waarin geen onderzoek plaatshad zijn aangegeven met een liggend streep-je.

In overeenstemming met de ontwikkeling van de tuinbouw, met name in het Grootslag dat zich meer en meer op bloembollenteelt toelegde en Venlo, waar de glasteelten meer en meer de plaats innamen van de open-grondsteelten, was ook het onderzoek aanvankelijk op "de tuinbouw" van deze gebieden gericht (t/m 1965), daarna op bloembollen-, r e s p . glas-teelten. In de vergelijking van de uitkomsten van deze teelten zijn voor de eerstbedoelde periode uiteraard alleen de zuivere bloembollen, r e s p . glasbedrijven betrokken. Daarbij konden, ten gevolge van het kleine aan-tal bedrijven, geen subgroepen worden gevormd (aanduiding met liggend streepje).

(7)

Toelichting op de tabellen

Tabel 1. Aantal onderzochte bedrijven

Het aantal onderzochte bedrijven bedroeg in 1960 rond 1000. Om organisatorische redenen is dit aantal in de daaropvolgen-de jaren gedaald tot ca. 500 bedrijven in 1965, een aantal dat zich daarna vrijwel niet meer heeft gewijzigd.

In de meeste gebieden i s de verhouding tussen het gekozen universum en de steekproef door één steekproefpercentage be-paald. Daarentegen werden in het Zuidhollands Glasdistrict - vanaf 1968 - en in de Bloembollenstreek - vanaf 1969 - de grotere bedrijven echter tweemaal zo sterk in de steekproef betrokken als de kleinere bedrijven. In Aalsmeer werden de - klein in getal zijnde - potplantenbedrijven in alle onderhavi-ge jaren van onderzoek sterker verteonderhavi-genwoordigd dan de snij-bloemenbedrijven. Daarbij werden de grotere potplantenbe-drijven eveneens met een hoger percentage in de steekproef opgenomen dan de kleinere potplantenbedrijven. Bij de uitbrei-ding van het onderzoek met de bloementeelt van T e r Aar e.o., met ingang van 1969, kon bovendien van de anjerbedrijven een groep worden gevormd door deze sterker in de steekproef te betrekken dan de overige snijbloemenbedrijven. Ten slotte zijn sedert 1968 een aantal additionele bedrijven in het onder-zoek van het Zuidhollands Glasdistrict betrokken, t.w. 12 kom-kommerbedrijven en 16 bloemisterijbedrijven. De cijfers van deze bedrijven zijn niet in dit rapport verwerkt, met uitzonde-ring van de bloemisterijbedrijven (groep "waarvan bloemen"). Tabel 2. Aantal onderzochte bedrijven in procenten

Aangezien derhalve de verhouding waarin de bedrijven van de steekproef in de subgroepen voorkomen in de genoemde g e -vallen - niet overeenkomt met die van het gekozen universum, zijn de absolute aantallen van tabel 1 in tabel 2 weergegeven door relatieve aantallen; deze laatste geven dus de - procen-tuele - verhoudingen aan overeenkomstig die van het gekozen universum. De verhoudingscijfers van tabel 2 waren maatstaf voor de berekening van de gemiddelde cijfers per bedrijf voor de onderscheiden groepen.

Tabel 3. Aantal ondernemers gemiddeld per bedrijf

De meeste tuinbouwbedrijven zijn eenmanszaken. Daarnaast komen echter bedrijven voor die voor gemeenschappelijke r e -kening (firma, maatschap e.d.) worden gedreven. Het inkomen dat uit deze laatste bedrijven wordt verkregen, wordt derhal-ve door 2 of meer ondernemers genoten.

(8)

In tabel 3 zijn de aantallen ondernemers vermeld zoals deze in het gekozen universum gemiddeld per bedrijf voorkomen. Voor de berekening van het arbeids-, het ondernemers- en het gezinsinkomen van de ondernemer zijn de cijfers welke gemiddeld per bedrijf werden berekend daarna derhalve g e -deeld door de in tabel 3 vermelde aantallen ondernemers per bedrijf.

Tabel 4. Aantal are glasoppervlakte gemiddeld per bedrijf Geen opmerkingen.

Tabel 5. Aantal are opengrondstuinbouw gemiddeld per bedrijf Geen opmerkingen.

Tabel 6. Geïnvesteerd vermogen aan begin van het jaar gemiddeld per bedrijf (x f 1000,-)

Dit vermogen is in principe per bedrijf bepaald door optelling van:

1. de geschatte verkoopwaarde van de grond 2. de kostprijswaarde van de plantopstand

3. de economische boekwaarde van de overige duurzame pro-duktiemiddelen

4. de normale behoefte aan vlottende middelen.

Tot en met 1962 is de economische boekwaarde van de slijten-de duurzame productiemidslijten-delen gemidslijten-deld per bedrijf gesteld op 60% van de nieuwwaarde. Van 1963 af is ten aanzien van de belangrijkste duurzame produktiemiddelen voor elk bedrijf de werkelijke boekwaarde in acht genomen, gebaseerd op af-schrijving tegen een vast percentage van de boekwaarde (1963 t / m 1967), daarna tegen een afnemend percentage van de nieuwwaarde (1968 t / m 1971), waarbij de levensduur van de objecten in het algemeen korter en de residuwaarde lager wer-den gesteld dan voorheen het geval was. Van de minder belang-rijke objecten (vnl. inventarisbestanddelen) werd de boekwaar-de van 1968 af gesteld op 50% van boekwaar-de nieuwwaarboekwaar-de.

De waarde van de bloembollenkraam werd van 1961 af afgeleid uit de opbrengst van het leverbare gedeelte. In 1960 werd uit-gegaan van de plantgoedprijzen van de desbetreffende soorten en rassen.

Behalve op het bedrag van het geïnvesteerde vermogen zijn deze wijzigingen in de berekeningswijze van invloed geweest op de bedragen van rente en afschrijving.

Het was niet mogelijk het effect van de veranderingen in de berekeningswijze op de becijferde uitkomsten tot uitdrukking te brengen.

In het geïnvesteerde vermogen zijn ook de objecten begrepen die door de ondernemer zijn gehuurd.

(9)

Tabel 7. Arbeidsbezetting in manjaren gemiddeld per bedrijf Voor de berekening van de arbeidsbezetting had een taxatie plaats van de arbeidstijd per arbeidskracht. De totale arbeids-tijd is vervolgens uitgedrukt in CAO-manjaren volwaardige arbeidskracht, waarbij voor arbeid door jeugdigen de volgende wegingscoëfficiënten werden toegepast: 14 jaar 30%, 15 jaar 45%, 16 jaar 65%, 17 jaar 80%, 18 jaar 90%, > 18 jaar 100%. Deze waarderingsnormen gelden voor arbeid verricht zowel door mannen als door vrouwen.

In verband met een vermindering van het aantal uren per manjaar is tevens aangegeven welk aantal uren een manmanjaar j a a r -lijks bevatte.

Tabel 9.

Tabel 8. Arbeid ondernemer + gezinsleden in % van de totale arbeids-bezetting gemiddeld per bedrijf

Door het hoge percentage arbeid dat door ondernemer en ge-zinsleden veelal wordt verricht kunnen de meeste bedrijven als gezinsbedrijven worden bestempeld. De mate waarin hier-in gemiddeld per groep van bedrijven sprake is komt tot uithier-ing in de percentages van deze tabel.

Arbeidsbezetting in manjaren per 1 000 m2 glas (glasbedrij-ven), r e s p . per ha(opengrondsbedrijven)

Uit de tabel blijkt de hoeveelheid arbeid die - in manjaren uit-gedrukt - van jaar tot jaar gemiddeld per eenheid van opper-vlakte wordt verbruikt. De produktiviteitswijzigingen kunnen beter worden onderkend wanneer daarbij ook het verloop van het aantal uren per manjaar in acht wordt genomen.

Tabel 10. Aantal m2 glastuinbouw, r e s p . aantal are opengrondstuinbouw per manjaar arbeidsbezetting

Deze tabel geeft dezelfde informatie als tabel 9, met dien v e r -stande dat hier de ontwikkeling van de oppervlakte per man-jaar is gegeven.

Tabel 11. Aantal m2 glastuinbouw r e s p . aantal are opengrondstuinbouw per 1000 manuren

Deze tabel geeft inzicht in het produktiviteitsverloop per een-heid van arbeidstijd.

Tabel 12. Jaarlonen (inclusief sociale lasten) voor de groenteteelt in de provincie Zuid-Holland voor werknemers van 23 jaar (m.i.v. 1964 tot 65 jaar) en ouder over de jaren 1960 t / m 1970

Deze tabel geeft een indruk van de sterke mate waarin het a r -beidsloon (incl. sociale lasten) op CAO-basis in de beschouw-de periobeschouw-de is gestegen.

(10)

Tabel 13. Nett o-over schot gemiddeld per bedrijf x f

1000,-Het economisch resultaat i s tot uitdrukking gebracht door middel van het begrip "netto-over schot". Het wordt gevormd door het verschil tussen de opbrengsten (tabel 30) en de kos-ten (tabel 24). De wijze van berekening van deze beide elemen-ten is derhalve van invloed op het resultaat. In dit verband dient er op te worden gewezen dat in de kosten geen bedrag is opgenomen als vergoeding voor de functie van leiding en toe-zicht van de ondernemer. Daar dit kostenelement nog in het netto-overschot aanwezig i s , mag dit laatste niet zonder meer worden aangezien voor de bedrijfseconomische winst.

Bij een verliesgevende exploitatie is het netto-overschot nega-tief. In dit geval wordt de waarde van de handenarbeid van on-dernemer en gezinsleden en de rente van eigen vermogen niet volledig door de opbrengsten vergoed.

Het netto-overschot is in tabel 13 uitgedrukt in een gemiddel-de per bedrijf. Met gemiddel-de verschillen in steekproefpercentage is hierbij - voor de desbetreffende gebieden - rekening gehouden. Tabel 14. Netto-overschot per f 100,- kosten (gewogen cijfers)

Voor de berekening van dit kengetal is het totale bedrag van het netto-overschot van alle bedrijven van een zelfde groep te zamen gedeeld door 1% van de kosten van die bedrijven. Met dit kengetal wordt de rentabiliteit van de totale produktie van de onderzochte bedrijven weergegeven.

Tabel 15. Netto-overschot per f 100,- kosten (ongewogen cijfers) Voor de berekening van dit kengetal is het netto-overschot van elk bedrijf van een zelfde groep gedeeld door 1% van de kosten van dat bedrijf. Het totaal van deze percentages van de groep is vervolgens gedeeld door het aantal bedrijven van de groep. Dit kengetal geeft een aanduiding van de gemiddelde rentabili-teit van de onderzochte bedrijven zonder invloed van de be-drijfsgrootte (alle bedrijven zijn even sterk in het gemiddelde opgenomen).

Tabel 16. Spreiding van de jaargemiddelden van het netto-overschot per f 100,- kosten van de jaren 1960 t / m 1970

De gemiddelden van het netto-overschot per f 100,- kosten lo-pen van jaar tot jaar min of meer sterk uiteen. Deze variabili-teit komt in deze tabel onder m e e r tot uiting in het verschil tussen de hoogste en de laagste waarneming van deze gemid-delden in de relevante periode (variatie-breedte).

(11)

Tabel 17. Procentuele verdeling van het aantal bedrijven over rentabili-teitsklassen voor de jaren 1960, 1965 en 1970

In deze tabel i s de variatie in winstgevendheid voor de desbe-treffende jaren tot uitdrukking gebracht.

Tabel 18. Gemiddelde rentabiliteit van de tuinbouw in de periode 1955 t / m 1959, 1960 t / m 1964 en 1965 t / m 1970

Voor de berekening van deze gemiddelde rentabiliteitscijfers over perioden van 5, r e s p . 6 jaar, zijn de gewogen jaargemid-delden gesommeerd en daarna gedeeld door het aantal jaren van de desbetreffende periode.

Tabel 19. Procentuele verdeling van het aantal bedrijven over rentabili-teitsklassen voor de perioden 1955 t / m 1959, 1960 t / m 1964 en 1965 t / m 1970

De variatie in winstgevendheid der bedrijven is in tabel 14 (voor dezelfde perioden als in tabel 18 genoemd) voorgesteld door een procentuele verdeling van het aantal bedrijven over klassen van rentabiliteit.

Tabel 20. Percentage winstgevende bedrijven in een vijftal gebieden in elk van de jaren 1960 t / m 1970

In deze tabel is van 5 belangrijke tuinbouwgebieden het percen-tage winstgevende bedrijven voor de achtereenvolgende jaren gegeven.

Tabel 21. Het procentuele aandeel van de winstgevende bedrijven in de produktiewaarde van alle onderzochte bedrijven (gewogen cijfers)

De belangrijkheid van deze categorie van bedrijven i s tot uit-drukking gebracht door het aandeel in de produktiewaarde van alle onderzochte bedrijven te zamen.

Tabel 22. Netto-overschot per f 100,- geïnvesteerd vermogen

Het netto-overschot i s hier gerelateerd aan het geïnvesteerd vermogen (zie toelichting tabel 6). De cijfers zijn gewogen ge-middelden.

Tabel 23. Het rendement van de vermogensinvestering (netto-overschot in procenten van het geïnvesteerd vermogen) in de perioden 1955 t / m 1959, 1960 t / m 1964 en 1965 t / m 1970

In deze tabel is het gemiddelde rendement van de vermogens-investeringen voor de eerdergenoemde perioden van r e s p . 5, 5 en 6 jaar, tot uitdrukking gebracht. Daartoe werd, evenals in tabel 22, het netto-overschot gerelateerd aan het geïnvesteerde vermogen. Een deel van dit vermogen is vreemd v e r

(12)

mogen. Door onvoldoende gegevens kon het netto-overschot niet aan het eigen vermogen worden gerelateerd. Wel is het bruto-rendement (netto-overschot + rentekosten in procenten van het geïnvesteerde vermogen) tot uitdrukking gebracht. Tabel 24. Kosten gemiddeld per bedrijf x f

1000,-De door het LEI toegepaste methode voor de berekening van de bedrijfsresultaten houdt o.m. in, dat de berekening van ren-te en afschrijving van de duurzame produktiemiddelen in hoofd-zaak i s gebaseerd op de nieuwwaarde en dat kosten welke niet tevens uitgaven zijn (handenarbeid van de ondernemer en zijn gezin, rente van eigen vermogen e.d.) zijn gewaardeerd. Voor deze kostenwaardering zijn de benodigde gegevens op het be-drijf verzameld.

Rente en afschrijving

In het kader van de algemene prijsstijging is ook het renteta-rief toegenomen. Tot 1964 werd 4% over het geïnvesteerde be-drag in rekening gebracht, daarna bedroeg dit percentage 5

(1964 en 1965), 6 (1966 t / m 1968), 6,5 (1969) en 7 (1970). Ten aanzien van 1971 (tabellen 39 en 40) werd 7,5% gecalculeerd. Het vermogen waarover deze percentages zijn berekend was zowel door kwantitatieve invloeden (capaciteitsvermindering resp. -vermeerdering) als door prijsoorzaken aan verande-ring onderhevig. Bovendien zijn in de loop van de beschouwde periode ook veranderingen in de berekeningswijze van het waardeverloop van het vermogen aangebracht (zie toelichting in tabel 6), in samenhang waarmee ook de afschrijvingsberekeningen zijn gecorrigeerd. Van 1969 af, ten slotte, zijn de r e n -t e - en afschrijvingskos-ten ook door de BTW beïnvloed. Gewaardeerde kosten van arbeid

De kosten van niet-betaalde arbeid zijn berekend op basis van een taxatie van de door deze personen (ondernemers en ge-zinsleden) verrichte hoeveelheid handenarbeid. Deze arbeid is gewaardeerd overeenkomstig het loon (incl. sociale lasten) volgens de CAO voor volwassen mannelijke en vrouwelijke a r -beiders en jeugdigen, met dien verstande dat voor overuren geen toeslag op het normale uurtarief is toegepast.

Op grond van deze CAO zijn, zowel voor de ondernemer als ook voor de gezinsleden toeslagen gecalculeerd (zie tabel 12). Betaalde kosten

De betaalde kosten zijn tot en met 1966 ontleend aan door ad-ministratiekantoren samengestelde winst- en verliesrekenin-gen. De periode waarop de kosten betrekking hebben is daar-bij afhankelijk gesteld van het boekingstijdvak van de admini-stratie. Van 1967 af zijn deze kosten begroot. Vanaf 1969 geldt dat betaalde kosten voor bedrijven die voor de BTW onder de "Landbouwregeling" vallen, inclusief omzetbelasting zijn

(13)

Tabel 25.

genomen. Voor bedrijven die onder de "Ondernemersregeling' vallen zijn de kosten exclusief omzetbelasting vastgesteld. Kosten per m2 glas, resp. per are opengrondstuinbouw Geen opmerkingen.

Tabel 26. Kosten van brandstoffen per m2 glas

In de brandstofkosten zijn mede begrepen de kosten welke voor toepassing van C02 zijn gemaakt. Voor zover het grondstomen niet door derden geschiedde zijn ook deze brandstofkosten in de in tabel 26 vermelde bedragen begrepen.

Tabel 27. Kosten van rente en afschrijving gemiddeld per m2 glas, r e s p . per are opengrondstuinbouw

Zie voor opmerkingen over deze kostensoorten de toelichting op tabel 24.

Tabel 28. Kosten van arbeid per m2 glas, resp. per are opengrondstuin-bouw

Zie voor opmerkingen over deze kostensoort de toelichting op tabel 24.

Tabel 29. Kostensoorten in procenten van de totale kosten in 1955, 1960, 1965 en 1970

Deze tabel geeft inzicht in de kostenstructuur van de tuinbouw in vier belangrijke gebieden en van de gespecialiseerde fruit-teeltbedrijven in Nederland voor de jaren 1955, 1960, 1965 en 1970.

Tabel 30. Opbrengsten gemiddeld per bedrijf x f

1000,-De opbrengsten hebben betrekking op de bruto-opbrengsten, onder aftrek van door de veilingen ingehouden verkoopkosten o.m. veilingkosten, fusthuur, eenmalige emballage, e.d.). Een uitzondering geldt voor de gespecialiseerde fruitteeltbedrijven, althans wat betreft de jaren 1968, 1969 en 1970, waarvan de ingehouden verkoopkosten niet op de opbrengsten in mindering werden gebracht, doch onder de kosten zijn verantwoord. De gegevens hiervoor zijn tot en met 1966 verkregen via de administratiekantoren. Daarna werden zij hoofdzakelijk aan de boekhouding en/of aan veilingopgaven ontleend. In gevallen waarin het oogstjaar niet samenvalt met het boekjaar zijn de opbrengsten over het oogstjaar genomen. Mutaties in de waar-de van plantopstanwaar-den zijn, hetzij positief (waarwaar-destijging van jonge beplantingen of uitbreiding van het areaal), hetzij nega-tief (afschrijving op volwassen plantopstanden dan wel inkrim-ping van het areaal), eveneens onder de opbrengsten verant-woord.

(14)

Tabel 31.

Tot de opbrengsten is ook de aanwas van de bloembollenkraam gerekend. De - positieve dan wel negatieve - aanwas werd

ge-constateerd door vergelijking van de waarde van de bloembol-lenkraam aan het begin met de kraamwaarde aan het einde van het teeltjaar. T.a.v. 1960 werd daarvoor uitgegaan van veiling-noteringen van plantgoedprijzen. Van 1961 af, dus praktisch gedurende de gehele beschouwde periode, werd het opbrengst-niveau per RR2 per bedrijf als maatstaf voor de waardering van de plantgoedkraam aangehouden.

Opbrengsten per m2 glasoppervlakte (glasbedrijven), resp. per are open grond (opengrondsbedrijven)

Zie voor opmerkingen de toelichting op tabel 30.

Tabel 32. Opbrengsten in gld. van kwekersbedrijven in de Bloembollen-streek gemiddeld per RR2 bloembollenteelt

De opbrengsten kunnen bij dit rentabiliteitsonderzoek in het algemeen niet per gewas worden gespecificeerd. Een uitzonde-ring geldt voor de belangrijkste bloembollensoorten, waarvan in tabel 32 een beeld van de ontwikkeling van de opbrengsten per oppervlakte-eenheid wordt gegeven.

Tabel 33. Totale arbeidsinkomen uit het bedrijf x f 1 000,-, gemiddeld per manjaar arbeidsbezetting

Onder het "totale arbeidsinkomen" i s verstaan het bedrag dat door hen die arbeid in het bedrijf hebben verricht, te zamen als inkomen i s genoten. Het is berekend door het nettooverschot te vermeerderen met het bedrag dat als kosten van a r beid is opgenomen. Na deling van dit inkomen door het aantal -tot volwaardige arbeidskrachten herleide - manjaren wordt het bedrag gevonden dat gemiddeld per manjaar als inkomen werd verkregen.

Tabel 34. Arbeidsinkomen van de ondernemer x f 1000,-, gemiddeld per ondernemer

Het arbeidsinkomen dat door de ondernemer uit het bedrijf wordt verkregen is gelijk aan het nettooverschot, v e r m e e r -derd met de vergoeding die in de kosten is gecalculeerd voor de handenarbeid van de ondernemer.

De bedragen in tabel 34 zijn verkregen door het gemiddelde arbeidsinkomen van de ondernemer(s) per bedrijf te delen door het gemiddelde aantal ondernemers per bedrijf (tabel 3).

(15)

Tabel 35. Arbeidsinkomen van de ondernemer uitgedrukt in procenten van het CAO-loon (incl. soc.lasten) voor werknemers van 23 jaar en ouder over de perioden 1955 t / m 1959, 1960 t / m 1964, 1965 t / m 1970

Voor perspectief biedende bedrijven zal het arbeidsinkomen aanmerkelijk hoger dienen te zijn dan het loon van een arbei-der; bedrijven met een percentage lager dan 100 moeten als grensbedrijven worden aangemerkt.

In tabel 35 zijn deze percentages evenwel gegeven voor gemid-delden van bedrijven, zodat hier het gemiddelde niveau van het arbeidsinkomen per gebied, r e s p . per bedrijfstype, tot uitdruk-king wordt gebracht.

Tabel 36. Ondernemersinkomen x f 1000,-, gemiddeld per ondernemer Een ander bestanddeel van het inkomen van de ondernemer wordt gevormd door de rente over het eigen vermogen dat hij in het bedrijf heeft geïnvesteerd. In het kader van de bij dit rentabiliteitsonderzoek gevolgde berekeningswijze betreft dit de als kosten gecalculeerde rentevergoeding onder aftrek van de door de ondernemer betaalde rente. Voegt men dit verschil toe aan het arbeidsinkomen van de ondernemer dan wordt een bedrag verkregen dat met "ondernemersinkomen" van de on-dernemer wordt aangeduid. Het onon-dernemersinkomen dat per bedrijf wordt verkregen moet voor de berekening van het in-komen per ondernemer worden gedeeld door het aantal onder-nemers per bedrijf (tabel 3).

Tabel 37. Gezinsinkomen uit het bedrijf x f 1000,-.gemiddeld per onder-nemer

Het gezinsinkomen dat uit het bedrijf wordt verkregen betreft het ondernemersinkomen verhoogd met het - als kosten gecal-c u l e e r d e - b e d r a g voor de handenarbeid welke door gezinsleden in het bedrijf i s verricht. Door deling van dit bedrag door de -in tabel 3 vermelde - aantallen ondernemers per bedrijf wordt het gezinsinkomen gemiddeld per ondernemer berekend. Tabel 38. Gezinsinkomen uit het bedrijf gemiddeld per ondernemer per

jaar voor de perioden 1955 t / m 1959, 1960 t / m 1964 en 1965 t / m 1970

De inkomens kunnen van jaar tot jaar meer of minder sterk variëren. In tabel 38 i s het gemiddelde jaarinkomen voor drie perioden r e s p . van 5, 5 en 6 jaar tot uitdrukking gebracht. De ontwikkeling van het gezinsinkomen kan worden vergeleken met de ontwikkeling van de jaarkosten van levensonderhoud in deze drie meerjarige perioden.

(16)

Tabel 39. Bedrijfsuitkomsten glasbedrijven 1971 Geen opmerkingen

Tabel 40. Bedrijfsuitkomsten opengrondsbedrijven 1971

De steekproef van bloembollenbedrijven in het Grootslag is met ingang van het verslagjaar 1971 vervangen door een steek-proef die het bloembollenbedrijf (kwekersbedrijf) op alle klei-gronden van West-Friesland (incl. het Grootslag) vertegen-woordigt.

(17)

TABELLEN 1960 T/M 1970

A. A L G E M E N E G E G E V E N S

Tabel no.

1. Aantal onderzochte bedrijven

2. Aantal onderzochte bedrijven in procenten 3. Aantal ondernemers gemiddeld per bedrijf 4. Aantal are glasoppervlakte gemiddeld per bedrijf 5. Aantal are opengrondstuinbouw gemiddeld per bedrijf 6. Geïnvesteerd vermogen aan begin van het jaar gemiddeld per

bedrijf (x f 1000,-)

7. Arbeidsbezetting in manjaren gemiddeld per bedrijf 8. Arbeid ondernemer + gezinsleden in % van de totale

arbeids-bezetting gemiddeld per bedrijf

9. Arbeidsbezetting in manjaren per 1 000 m2 glas (glasbedrijven), r e s p . per hectare (opengrondsbedrijven)

10. Aantal m2 glastuinbouw, r e s p . aantal are opengrondstuinbouw per manjaar arbeidsbezetting

11. Aantal m2 glastuinbouw, r e s p . aantal are opengrondstuinbouw per 1 000 man-uren

12. Jaarlonen (incl. soc. lasten) voor de groenteteelt in de provincie Zuid-Holland op basis CAO, voor werknemers van 23 jaar en ouder (m.i.v. 1964 tot 65 jaar) over de jaren 1960 t / m 1970

(18)

u •o CU m s ca < W < H CS M •o c Ol ca S ca t i 01 > c o e CU > t l

s

co M T l C crt CD T l

e

ca rS fci > T 3 C CU Cl) •o e ca cu > e o c CU > u 8 « j S CD bo . > , 5 "o > - • S E m 2 "o ._ » « g co C o» ca * ^ m fci Ci) JJ CU > _ > o ca e 3 O) < l-l O PS W U Z O H J W w H OS W CU c 0 N O u CU F co ca co < e •3 S" o a T3 ü a u •a eu CO - a c o u bo c a; a o eu > 'S - a eu j o D 'S

§ 1

Cd h O g1

z a

W c? PM O W a S 0) JJ P " XI TJ J5 W C <B g H J 2 » Z S œ g U « c D os s S o Ü 5 K Ü o z o c >! c a o i H C T l h CU £ o CO c T î L. (U s a 3 "*-* g C cd u <a> c H c .8 rt c c Su _ eu eu > eu — •£, . -• 3 - ' S ' S S « • 'C LO c • " eu _ ca g M •o t< ° g

S i s

§

g g 'S -O W u z H i-l W W H h co c eu o j a S eu « w w 55

S

lu- M lw V,

M

It- eu p J= PS eu c eu TJ eu 10 S eu o J-eu 22

(19)

s

i l

s

« o Ü CD 01 m tr-CO o O 00 C M C D CD r-i C D (M O rH O W O <N O rH O CO o i-t o co o i-l o co o rH O Oï o .H O 00 O c- o <N O O O CO O <M O CO o S S » o o zi h a d cc < O PS w o 2; O H W ^ W o PS §

su

Kl < M o c o o w œ o o ! n c o n o ß ^ o o o o I o o | O O I o o rH I-H o o . T-t tH I rH rH I > > X« <D -Q § 1 RS *-> 5 2 z 8, W o ft O w Q G r- " u S1? «o c .5, J E « o P " "ö -0 JH W c o J S5 E o g C£l T! bß £ ' - ' M e m PS « « a O S PS O

°

Iw \Oa

Is J

I h o I J ja W g 'w S |Hr2 PSPP

a »

53 Q r- „ * •O T3 S-i H g g g « c e s _ 0) O) > es S -i-, .Z! 'S •" 4S "O ! fe •" • u I O C ' S » r- rt Ë • * ^•S3 g S l r 2 g g g 'S J3 Ü

s »

o i> H Jg.» W 'r-( ^ S W' M M * [_, C r-l r^ P Cti CD 0) H —; o XJ 5 Ü 2 I PH Q £ .S 23

(20)

• o s .O IS 'S CU < .8 H I iH rH iH 1-* CD co m I ira o io I i-T CM" I - T ! s I ' M 01 "î- ~ e "s .a o o — h a d < • J ü tó w Q § H w ë w o H £ PH ai g 73 t/5 < rH rH i-H i-H t-H i • a »

§ 1

OS h G g> H ? O W Q < S S c-2 E .2 » E H O B « Z S c5 g ^ m e 0 « " 3 » Ü S DS O iH rH iH iH rH i-H rH i S c

-f

w E

SI

53 D c £ I - t c • n 1* 01 c a. 3 K CO c T l u CU a 3

f

C ai Ï-» CU c S S E 0 > .8 e c g _ 0) Ol > o .ïr -t-, - ? •^ *-' a ^ & • » -'E in c -2 0) •a u. o g g l j S E E 73 SJ8 o z Ü es o •z. W a. Ü w u 55 0) H S r - l H H ÉJ PS ai JQ Ol C Ol Ol .O o> bc o> U Ol Ol Ü e 01 Ol T5 3 7 PH j&H Q , 24

(21)

& ra 4-1 'u m c- I H o i I M oo 00 C CD O 00 t -H [ - t - C î -H I O t > O J i O m (D<n c «* i ^ oo I D ^ CM 1 C M T j * o 3 0 0 D q o i C 0 L r a t> i n c o t - m c o c o m c D CO I ^ t - O J N H t - O ^ CO rH -^ CM 00 00 CO -^ CO t> in CD t— 't CD (Û W CO M I C* ^ lO 03 TJ< 1 | O l > I CM ^ CO « O ! I 1 CD H I ^ ^ N t - C O I I 00 f * i m oo t - CN o i i o t > i I-I c\i o m I M i I oo CM i TJ* r oo t oo i i t -3 1. CO o •o 3 e c a < O PS w o g H i J W W -a w si ö » g CD

ë!

Ü tB es m es s S s-eu c o J 3 eu "^ « ca 5 Ï bô •§ T3 aï C « = S « C 2 - 1 S

'Il'

fa * o > ® ^ h > S eu c S > O CÜ CS CU •g 'C § 5 "o > ™ 2 "O _ «3 <B C <U «

il"

0 eu > S > O Kl (H 55 eu > m o n m t - w' ^ CO CN o n t -to C eu 3 °> C §

SU

S B - » O O S h a s < J Ü (S O

g

H J t . W S W œ H S Cd ë S * en < O*" rH* ID I O l rH CO O ^ I > CM CO Iß co' i-T XJ CD -Q Q » O o Ü g1 z g. W c? P H O w Q o S « o > es e-2 CJ CD g C Q L E m s •S bP-e H H O C O i f l O M C O © . H r H O O C M i - I C O H C O L o n w o w œ O O O O O t M r - t t N m i co co m m o m O O O rH i-H CM I I m i H CM CM oo co o " o O ' H O CM* I H W C N I N H CO I © * o " o " © * rH* o " i i i i i i m i 1 1 1 1 1 1 - ^ 1 I I I I I I I I I I I I I I I I I I I I I o I I I I I I I o . g e g . H « c > m ' c - a> a> > CD J* •!-> .^7 -^ -*-* 45 T3

?Jâ

Ca ni TJ a) a) CU CD . D 55 K g S E "3 O 55 W O CD eu s g * a ' S g T3 1- O g

s i s

§

Ë Ë "3 si >-r C H o hJ si w Ë H .2 PS m CD (5 M et) CO o o u Ü eu Q y, u PS o 55 w PH Ü W Q 55 H W W H H D os CB Jl u is ^ h Q c eu T l eu eu eu Ü eu OJ Ü •a c cd o eu T3 ä 3 « M •?• 25

(22)

O O t D H C3 CO I Ol I 1 I a 3 2, CD S-i • a CD (0 to H M •O G C CD 5 CD •U X !

s e e

< O « w Q

g

H W *"* g £ » Z a)

gS

es "S O SS > ü e — O C4

'M-o •O c« C ca : 3 »<= T3 g .-=• 6 ca £ * " m fc. > S « C S > o ca •o t g

l^t

M »-o ••g-a-S CD c a bc ' 5 — bO Î S » CD > S > o ca E 3 ca O ï O i 0 0 0 0 i - H C i 0 0 i - I C O co CM r H r H C M C M uo C M C O C M e CD bo <D (J ' e M ca c <~ CD « c 5 c 2, à o o — ij a u cc < J O tf w o § w S w S H g tó ca ïï * cc < I co I • * ^ I °o | co ! co I o I "* i - H I co I ^ I C " " -* i — t > CO co co «* co co \n co I C o co OS 0 0 co ^—• eh -"# co c V > SH T i .8 Q CO S -o O o ÖJ tJ o £

gs.

W O ft o H Q z E- 1 <<= w > W C £ CD CD y. -o "a H C 11 H J 2 Z E « W " ^ bc O co c BS .« 3 1 !S"i co i o ! co i o 1 "* 1 l " "* •* ao r> ' "* 1 1 1 1 i t > , t - 1 co 1 t > ' t - 1 co 1 ^r 1 *-< i co * - < 1 o l C O 1 c 1 CD 1 > '" 1 • a CD CG 1

°

U 1 M 1 CD 1 0 . 1 O 1 i i 1 CD 1 ca 1 -° 1 2 CD 1

è\

S CD ' Ü 3 Ca ü | r - t > i o c o u o i H O i ' * t f C M O l C M " 1 * U 0 C M C 0 c D CO rH CM CM CO CO CO C O m o o c ü O C O r -C M O O -C O l O U O O -C O CO CM CM CM CM CO CO C M O O C D U O C O l ß C M l ß i C C - C O U O t r - l O r H t O CO r H CM CM CM CO CO O ^ o O t O C O C O t D ^ r H O C O C O ^ C D O C D CO iH CM CM CM CO CO 05 l> ^ H 00 Tf H © t- OÏ CM «D t- t> CO rH iH CM CM CM CM Tt1 O O CD CO r - l CO CM en m CM t - t en m CM «-I CM Tt« t - t > CM r H CM O CM t - t CO CO eo r H t o r H o C M C M 1 O C M C M 1 O C M en i OS OS 1 OO t - 1 0 0 i en i CD CM 1 CD 1 CD CM i en i i n CM 1 r H 1 CD CM 1 i t I r -e n CD CM 1 OO t r -i o CD CD CD D Z o « O Z U eu U CD a ä w e U CD H « X m W „ to Q c e S _ CD CD > §£-•=;=• 3 è ^ .. t - m c -8 CD 7 c <* £ • " : g-o § | 13 U O g •8-° E C <D g S Ê E « E E « 2 S c à. 3 CD — H » C _ _ c i T3 T3 K CD m C o Z « S M CS CD Ü a Z H c c C Z CD CD ' S "O E- » o •J =•-= "2 t ; tj ^ H K « M « C c — «-f « o o E- — ca -3 E: S r. o ~ ä z ? 2 C -? » CD < « 3 h ° o £ o ^ 2 ^ 26

(23)

CD I 1 I CO ^ Cß ^ t - CO c o t o l O t - 0 0 CO CM io i n n H D-N D-N H D-N D-N ° i *"!. °K. ^ °^. ' ^ H W CO Cn H i H CD T H O Î TJ< c o CM o c o N c o H i n N C J r i H N CM r H r H r H H H t - t - H I r H CO CD O CM r H r H r H CM CM r H r H r H r H O t - O O O O O O O r H C O CM H r + N r H r H r H i H CO I M Q O N C O N H O ^ •<* N N T fi n H H O H r H O t-N O l OON t -( M r H r H CM CM CM r H r H O I CM rH O m rH 1 I CO rH CO CM 00 00 TJ« CO IN O N H OOflJ CD CM H H < N rH rH iß I t- ifi Ci N N I I CO CD | rH CO CD CO i-t 1 I CO O 1 (M O rH t> lO I I Tl* co i ^ eg m ^ o i i t> 00 N O 00 H - * rH CD O CO Q 0 C 1 Ifl CM ' t f 1 N H ffi I N O c o ira c o m c - c o HO 0 0 r H CD 0 0 CO i en cd *= to o -o S S s j > Ü tó w Q O H r J H H S & » o se cd CG ~ * ri M •o a c ca S3 « c »'S § " o F « s * £ 5 i* .o > œ CD a : o rt > O cd ri Q "3).> S "o > ' a ï « « • S — S <•> 13 M -0 Ë m G » *

a s »

(U > ^ > o eö § 3 co m o CM CD r H CM r H CM t - CO 0 0 O r t * 0 0 CM »H i H m T f l r H 0 0 Tj* 0 0 r H r H r H C©" l > r H Cl) f § u ! & « i o S i o. ri < O tf W O z o w S w S ^ Ë S « co < TB—gr c (D 'S •a X! to •a g rn C » a o •a . Q

§ 1

os ^ Z g. PM O W Q M ^ > U r j > ri 3 C-° r H » » Ë ^ T3 T3 S W C 0) g Z Ë O Ë ü Ö tó ü ^ C J C f t t r - O C O t - H c o " o s * CTT C D " - t f " o " CO* t > C O t - C i C O C O t - O O î CO r H r H CM CM ( H CM c D t a i t f t H m t -e n C O C O C D -e n C - ^ C ï «*< Tt^O^cn O O f f ) CM H H O tD lO ^ Tf tD rH t - t > r H t- C5 CO I> CO rH rH CM rH rH rH T f CO ffl^ CJ C O H I 0 0 o CO CO CM CM CO ^ CD O CO CO en 0 0 CM r H CO CM CM ira ^ r H CM r-0 r-0 as co r H r-co m r H CD en ^ r H r H CM CO r H CM ira CM r H m O CM r H ira o CM m m r H OS o CO r H CD "tf co r H r-ira r H r~t on o r H r H CO t-A O r H r-I O 0 0 t- o O 0 0 CM r H CO 1 CO Ci rH t > 1 CO en r H CD 1 • ^ t -r H m i O ' ira r H ^ 1 r H -* i - \ 0 0 1 o CM o CO t > t -r H -r H 1 t > t r -CM r-t 1 O CO CM r H 1 l > C l O r H 1 < # t > r H r H 1 <tf 0 0 O r H 1 CM •* 0 0 1 1 1 1 m co m

s

P. c 5 c C r . ® 6 £• 3 c ï c îœ | r ^ * " -ri W T 3 r- K ^ ^ Ë Ë Ë r i c c g _, œ o > fe « . -s o c - S « _ , CCS g J E g-a | | "O rH 2 S rH-S-S-S S S J U S S Ë ri Xî Ü O 2 O PS Ü z w PH o w o M - P T 3 H .S« L , O - rH P rf O CD H 0) * J Q) tu Q £ . S 27

(24)

1 O ) 1 I I C O K N N P 3 E a E-os o ^ CM" 0 0 en CM •^ CM CO OS O CO b -Ï D C O . H CO co" 1 1 CO o CM r H CM r H O CM CO OS r-i t « 3 CM O CM b b -CM O l CO CM CM O l CM* O l GO CM ^ OS CM »-I O CO 1 1 t -co r H CO C I rH CM CO C M O l t > CM ^ b -CM CM 0 0 CM r H b -C M C O t > CM" C M b -CM b b -CM 0 0 o C M b -O l O l O l 'H CM O CM O l ^ C M 0 0 ^ C M b --^ CM O m CM CM "*. CO* b -CM^ co* o CO b -os CM CM m t CO CO b -0 -0 "tf O l •^ • * * * b --tf CO r-t ^t CO* CO CO CO i H CO CO CM CM CO r H CM 1 CD CO r H CO r H 1 I CO t - t CO CO ° i CO* CO N, CO* r H CO CO i n CO o CM CM CM O CO CM 0 0 m CM m ^1 CO CM CO CD CM b -CD CM* OS 0 0 CM CM CO <N CO* CO CO CO oo CO CO r H O l CO o OS o CM b -° l r H OS ^ CO "% CM CM m O l CM C O 1 OS C M m t O l CM O 1 m CO CO t <tf b -CM 1 O CD CM 1 CD CO CM 1 O l CO CM 1 CO •<** OS. CM CO CO CM OS r> CM CO b -co CO b -co ** b -CM -tf C M " ^ b b -O "*< r H CO b -o CO i-H CO CO CM CO CO -* CM C O C M C M C O C M C O JS •a c : id i « -O -Q e c u cd « > o « w Q § w W T3 Z 0)

ë!

K o

n

Is

>s

O cd cd 8 "a "5b"g T3 cd c cd • S » , « x i ; & s h x i co > co C — o cd ÏS <= CO e u "O'S S S "O > ! « «'S ., CO CD a; > —< > o ed S- « o S Q. cd cc < • J O w Q Z O H w & w 35

SI

s*

co < • O CO X !

§1

ai ** S ï? z 8. W o ft O w Q H S c-? u »> « e z e œ g w CQ r- 0 tó » rt a> Ü £ t f U C O r H C M C M C M C M C M C M CO r H CM CM CM CO CM ' ^ C M C M C M C M C O C M r H • ^ C M C M C M C M C O C M i - H T f CM CM CM CM CO CM CO m ** co • * _ *tf* r H co -^ 0 0 r H -tf C l o <* • t f o •* t— I H CM O co CM OS r H CM b --* CM b --* CM CO co^ CM OS CO r-i 0 0 0 5 r H CS OS r H •* CM CM m CM CM O CO CM OS 1 b -CM CO 1 0 0 CM b - 1 b -CM r H 1 OS CM 0 0 1 0 0 CM " * 1 0 0 CM 1 CO CM CM 1 r H CO CM 1 b -CM CM i m ^t CM* 1 • * • ^ CM 1 C D i n CM 1 1 I l CM O CM b -O l r-t 2 c e c § . X J 3 . Q Z O o

ss-s

T3 -a t. mee r mee r mind e c c S §.&.>:& a s •- u " 3 ^ - O ' S 3 fe •» . "S 3 S ' I S •a h o g ! s- = 8 î e e "« -Q z &< ^ O œ Q to H ? w e t-H.2 « m w m 55Ö Q § (S Ü z w ft o w Q

h l l

•J - - . x i w V » H C — . cd ai

sSs

o- Q £ O l CM CM r H CO CM m r H CM 1 1 1 cr-i n CM CD CO_ CM • ^ m CM CD ^1 CM CO b -CM C (0 > u T J JB QJ T J î -O O X CQ Ü eu a X tu O • o c es 0) T 3 U 2 c o m o CM o os o CM O m r H CM O m i-^ CM O m r~i CM O CO t-H CM m b -r H CM O O CM CM O m CM CM O m co CM O m • f CM U rt rt C rt £ ^ eu a c eu ^ 3 rt £ cd c cd < 28

(25)

m o •a 3 S c s- es es >

t

*

> & b£"2 < u o a w a o H i-l W W -a Z a> W fe O «ts Ü K XJ CS s: h > c o a) > u D es m g IS f-. CD > ri £ fc< a) > c o > S-. <L> X> eu CS Ci) hC.> ta 2 -a > - n ,53 &> 1 - - 8 £ ai es S ^ „, h OJ «J ' » > 3 I > O CS .a e 3 â Q c ai N o h S "> CS J 2 S- ai o 3 a es < u Ü « w Q Z O H U t, w s

s «

CO < •a .8 D .S

Si

os t< 5 g> » a W o ft O W Q > 5 .o H U 3 c-s ~ T3 T3 Ü W B O 2 H ° 3 S Z Ê u g 4 w 8 es PS » 3 » o S « o .S e g. Ü 8 - S ^ • S • " H O C > r- « * ' ^ § S1 3 3 •a -a u 5 S 8 5.2 S 6 S d 03 C 1 B -2 s» œ c ai S u .5.2 g H o J -S w e w » H 5 « « S » co Q Q r7 K> i « I Ü 'z w ft. l u • H lu g H | U H H D ft 0) . ü ert Ü

s

c a X I .2 ai ai U eu ai O XJ B 0) (D XJ

s

3 a 2 9

(26)

S« "Sb CU Ü o co o co CO o l > CO o M • * o CM • * o CM ^ f o i-H • ^ o* CO ** o CO • * o ' •* "* o " œ -* cT J 0 + I j ' is 5 ' M X J C X 3 S 1 « CO S L i (U ï> • o E •2 «1 CU & 'S en T f o m o t r -i o o* 1 l l 1 l l l 1 c CU g CD o 3 c e i > JH cd & C O t f l O 1 CO CO ^ f o o o N O C> 1 CO CO CO o o o T J * CO O I CO CO T F o o o co o o o CO Tj< T? CO o o o o O l CM i H o CO " ^ Tt* T f o o o o G5 N ^ H CO ^ ^ " ^ o o o o O H O O ^ ^* ^ ^ ^ O O O O N •<ƒ H [ -• ^ Tj< l ß -• * O O O O O ï CO O CO O*" O ^ O O ^ 0 " ^ ^ 0 " ^ 0 " 0 0 -* 0 r H I O O t o l ß CO CO " ^ ^ T f I f l T f o o o o oo co m o rt< Tt* l O U0 o o o o o o co co m m w w o o o o co co T i S "Sc 1ca X ! ca "'S a i C ca • e S » •o g 'S-o Ë=-° Ë H ( , H M ca .K e es en „ , S cu > S <* > e — cu e 0 ca > 0 bD c â CD m 0 co l ß O 0 0 l ß O e CD > CD CD "rt 1 0 "*. 0 * 0 "^ 0 * a i co 0 0 "*. 0 * 1 1 1 1 1 1 co J2 "fci - 0 a ci a co £ CD > b f l D . O £ J • O h 2 O "e CD 1 ' 1 O C l . CO CO I 0 0 1 c o 0 0 ! CO CO I 0 0 [ c - 0 0 . co co I 0 0 0 a i , co co I 0 0 ' 1 ^ 1 • * 1 0 1 1 t -* -* 1 0 1 1 0 0 1 ' t

°" 1

1 fc-^ l

°* 1

1 t> 1 "tf 1

°* 1

1 00 I • * 1 0' 1 c 1 CD 1 > 1 : - e 1 i-> CD T 3 > 1 • S:c | S ^ 1 CO flj , » • 8 eu ca . .SP "5, ^ „ ' m eu , > — 0 ca 1 1 I h |( IC f 1 1 1 • \: 11 1 c |i GG < .J G PC: w Q •z O H a W H tó W 5o t > c o 1 0 ! O O 0 5 O CM O H C D c n 0 0 1-4 C l ' O CM O j o i 0 n t>- CM O l . O CM O 1 CM CO t r - 1 OD H C l ! O CM O 1 ^ N O 1 0 0 m 0 1 O N H 1 0 0 O l I C ' 0 0 c o 0 I O CM 1-1 J f-H CD 0 0 1 O l CO O 1 O N H ' CO CM CO J C l 0 0 i H O M H | CM - t f CO 1 O ï • * CM 1 O CM i - l 1 co c - as ' O l " ^ CM | O N H I CC H H 1 O l CO CO 1 O N H ' £ CD b £ » B fc *C CD CD * S Si •a * > ^e * ^ f i r S l a ' s ' S eu 1 c ä si\ S s - » i 0 0 — 1 - a cä. 1 1 1 1 1 1 | u 0 t u . g 1 co 1 « 1 < 1 n z O m o z M P H 0 w u 7, H H M H W H Z M O ta Ü en • a s 0 u cm c a i a 0 0) • o c 0 b en <Ç c 0) 0) a tu ' C c« t n •a B 0 h ï u a 0 S a h CD f CO CD « O T H O O O O O O C O r H O i - l r H O O O C M . - f t - t O r - l O O O C M r H r - I O t H O O O C M O i ß CO t r - 1 ) .-H - ^ 0 0 TJH CD I ß [ > I I 0 0 I i * r f H CO 0 0 ^ I ß r H CM CO 1-H CM ^ ^ CD r f i - l O l CO ^ t o ^r • - t CD 1 .—1 CM 1 m i - t 1 ^ t4 CTl O 1 ^ OO O 1 r^ a> CM i-H j-i T-t r-l O CM .5 c S. o » — 0 S . & 3 C C CU r- ® * > CD — . c ; .z? • 5 *" , 2 T3 !-2 - CD ; g ü £ H to c! . ^ m c P O « Ü Cd ft JE O œ CL) W V< ^ eu H o w g « m w u co Q „ ca : ? ca xi S.s » E g ' S "° CÜ <" S h 8 g » • s = 8 g g la ^ Q 2 : O PS Ü 2 ; M & O U Q g H J H S fc CD en 'C ex C cd J CJ C CD .£ . r ' CD bc CD 3 0 0 ° i 0 * 0 0 CMÄ O t -CM O 1 1 1 0 0 CO 0 0 0 CO 0 0 0 CO 0 * 0 0 CO 0 CM cor 0 c CD > s-• 0 CD . 0 CD T 3 U CD CD tfi rt " ü CD a CO 0 Ü *o CS 1 "^ 1 CD "^ , CD 2 1 c 0 i ß 0 CM O O l O CM O i ß j-t CM O Lß CM O l ß f - t CM O CO i-H CM l ß C -CM O O CM CM O l ß C M C M O l ß CO CM O l ß CM S» CS cet 'c cä CD a c CD 3 C £ c et < 30

(27)

i o m ifl m 0 QO CM CO a s m CO O O I > g N N CO M N O O ira Ld O 00 00 00 fc- Tj< t > f f i o co m N H C O N N l ira i i i o to ira o

ira ci °o ira ira -*H to m ( M ( M CM CM m o m o o i o o i r a o co • * n c i t> C Î C O C D O t- t- Ci t- -tf ^ ira C- CD CM rH CM CM CM CM CM CM CM ira i i r a o o o o o m o • ^ t - ^ ^ t - ^ i r a t r - C D CM C M C M C M C M C M C M C M C M O I l o m o o i r a o i r a i o ffiOWOHOO t - CO i r a - r j * T j * i r a ^ j * T t « ç D i r a C M C M C M C M C M C M C M C M o o o o ira CO 00 t> CM tO ira CO CM •* CM CM CM CM C M C M ira o o o ira oo CM © ira O Î CM CM CM CM CM o o o ira ira oo e s t - rH ira CO CM C i r H C i CM CM r H CM r - t ira o ira o ira Ci ^ oo t o co H W CO H CO CM CM r-t CM r H i i o o ira ira ira C i 0 0 r H C i t O © 0 0 C i t -CM -CM r-t r H r H ira i ira o o ira o

00 iH iH Ci Ci CM rH O O [> 00 t> CM I N N H H H a O en E h J > O « M U Z ü H i-l M w -a H = w iS H m g a> W £ PS » o a 0 JD c ta S m * CD > c o > u CD ce ri S "a bc'g • o CS c es S ^ c »•g S • o f -c i !• c « -o h * « ? " „, h > «J ri qj "2 u oj - • S s » S "o

I

M

-C » es a i c f> OJ > -> C fl -> O CS J 3 g 3 CG < • J Ü H Q £ O H a w w H CH ira o CO r H ira CO CM r H ira CD CM r H O CM CM t-H ira C i r H r H O CO r H r-< ira O r H r H ira t > o ^ ira 0 0 o r H ira c~ ira ira 1 oo ira 1 • ^ o • rH 1 ira ira 1 CD r H l -tf o • r H | ira ira 1 ira c - 1 ""* o | r H i o ira | CD CM | M< O j 1-1 1 o o 1 O O 1 - * o I r H ' o ira ! CM ira 1 • * c i J ira o . CM CO 1 - t f C i | ira ira , ira o o | CO oo j o o , r H C i "tf t - 1 ira ira i o fr-O - f I > 1 r H O c -o . r H CQ U CD ri O \ CD c eu N O u Ut 0) •Ë CO CO < ira ira 1 co co 1 "TH C > J c 1 a> 1 bû 1 C 'u 1 Cl) I m 1 c g « > 1 3 •£? i O U 1 ' S " o S "> CS ^ 1 Cl eu 1 o — a - es 1 CO 1 ira 1 r H C i ira r H CM CD r H t -ira r H O CO r H r H CO r H t -CM r H C i CM r^ r H CO r H CM CM r H C Q) > U T J S O M § s. W o CM o w Q g H J H W £ • § W C H ° O ' S O CQ Ü S Ci j rH^ 1 t> 1 C i ' CM I 0 0 i t - 1 CM 1 rH 1 c - ! CM 1 CM ' t > 1 CM | » ^ — 1 1 j 1 • ira 1 0 0 | r H | CM 1 C i 1 r H 1 _ ' o 1 00 j 1-1

1

CO , CO I t~i 1 -o I > ^ ! T 3 CD 1 C0 • -o 1 o 1 '~ b e l - 1 CD O I ^ r S 1 > ri «•2 ^ Ut 1 S <ü ' ® E 1 C ^ 1 ri CD 1 PH Ü | I C M C - i r a r H C i C D O O C M I C i O O O r H r H r H C O l CD a o ri c OJ _£. i ? 3 • a Q u O g o z u O a» 0} O'S r ^ CD H o i - l • = w e H 5 PE; m W oj B3 D t o cï X 3 Ut CD CD c 3

i

c c« T3 ai • o c S g c (U > "es c g^ OJ -_D. 3 s ë £> •cU Ti u 3 CT 3 c5 m c » rt S"0 • a te œ e œ . 3 e s ho œ o o u Ü 'S X • 2 a) g *

Ji

•° a es J3 o Ü CO o m o Q O PS o z H OH O W Q S ' 3 E l OJ CD w n s, a t-i H ^ - ^i P cS (D OJ H V, » "O H » Ï Ï » 31

(28)

o o o o m H m GO (O co CO 0> ^ CO CM I LO I I I Ti < O LO l O i f l W I O l O m o CO - t f t - f - r H M OS C O N CO C Î " ^ CO CM CM *-* CM CM. I-H i-H r - l i H ï-H r H T H r-t O O U O L O O l O t C t O O t - H t u m m CD t - o o n M CO W ( N H i-l iH CM CM i ß c m m o i o o m t - l O l ß t O ( U Q t - H C M I H W C M I - H T - I C M C M I m o i n o i o o m o O l N N t D C g i f l ^ O O CM rH r-t i-i r-l îH CM 1-H O O O O O t > O m (N U3 iH i H O i H O o m iß m o ^ H tD CO «Û H H O i O O J o o m o o CO TJH Oï iO CT3 O O 00 (31 oo i n i r : uo o i r j c - en co t o CM 31 Ci 00 O) CO o m o o m a> oo c - i o irj 00 00 t - oo t--lO O O i ß o CXI CM CO E- O 00 00 c - c - t > T** M T i , « T3 I to o ' ü 01 O OS w o § E-W W T3 ^ S & » Z <u

g&

Ü X s fcl > c o .O « e •=-s i•=-s ^ b * » ? 9 „, rt co S "O i> J « 3 ts » -s ° * CD

1*3

e • « g.SP M cï (H o > — > o ca S •E z c > i n i n t n CO CO i-i t o N LO m o o tD H X O l O i A m oo CD i n i n O N CU ^ t l f ) H ^ m m m 0 0 ) N m H ^ o o m os t o o • * tH • * o o o oo co m in in o in r> co r f !-H CO O te e ? CD h •S " a i ^ .Q i O 53 < d, cd < J O 05 W Q O w S W co H g PS cö W 3 55 < • o •CD . Q

§ 1

BS ^ S g1 z g. W e t PM O w a • o cu . o CD T3 B O ho e cu a o > CS I C <° œ £ ^ T3 T3 S i W c t g H 2 S » Z E « g ! w T ! CUD-E I w co e m its » S ï ' ü Ses ü SC ~ « c cd O. 3 i ? 5 g S S » H O C S S * •o -a ^ V h# 0» CD g 'S x> Q Z os £ £ 6 'S z w P M •£ O o cu W S Q 'S H o w £ ps « e c g _ co co s tu . s1 .C, . 5 B-S'Zii " S g J =

S ' i l

t- ' S2 s £ £ 'S .c ü 55 o

«I

öi D Z ü PS O z W a. o w u z E-• J E-> H £> OS CU J«! SP rrt -Û fa a c 0) T l CD CD bc +-> 0) CD ü 3 t * — o a> a> O T3 cd Tl CU TJ *F 32

(29)

Tabel 12. Jaarlonen (incl. soc.lasten) voor de groenteteelt in de provincie Zuid-Holland 1) op basis cao voor werknemers van 23 j a a r en ouder (m.i.v. 1964 tot 65 jaar) over de jaren 1960 t / m 1971 J a a r 1 1960 1961 1962 1963 1964 1965 1966 1967 1968 1969 1970 1971 Tijd-loon 3) gld. 2 4 371 4 614 4 834 5105 5 736 6 058 6 652 7 020 7410 8184 9775 10689

Gecalculeerd voor gezinsleden T o e -slagen gld. 3 391 419 430 573 1052 1471 1956 2 230 2 335 2148 2 048 1724 Totaal loon gld. 4 4 762 5 033 5 264 5 678 6 788 7 529 8 608 9 250 9 745 10 332 11823 12 413 Sociale lasten 4) gld. 5 655 717 718 751 960 1096 1368 1536 1777 2 079 2 417 2 707 Sociale lasten in% 6 11,40 12,05 11,50 11,25 12,65 13,60 14,90 15,53 17,10 19,00 19,47 20,75 A r b e i d s -kosten (kol.4+5) gld. 7 5 417 5 750 5 982 6 429 7 748 8 625 9 976 10 786 11522 12 411 14 240 15120 Index 1960 = 100 8 100 106 110 119 143 159 184 199 213 229 263 279 Gecalculeerd voor de onder-n e m e r s Arbeids kosten gld. 9 5 520 6101 6 407 7 021 8 298 9 348 10763 11668 12 424 13 357 15 298 16 220 2) - Index 1960 = 100 10 100 111 116 127 150 169 195 211 225 242 277 294 4)

1960 t / m 1966 gemiddelde van het Westland, de Kring en IJsselmonde. Met minder dan 4 manjaren personeel en/of gezinsleden.

Incl. huurcompensatie en compensatie A OW/AWW.

" spaarregeling in de Kring over de periode 1964 t / m 1966. " duurtetoeslag ad f 100 + 48 weken differentiatietoeslag in 1969. " uitkering ineens ad f 400 + 2% loonindexering ad f 22,11 in 1970. " prestatietoeslag in 1971.

Pensioenpremie en werkgeversaandeel in de sociale lasten.

Toeslagen: voor de ondernemers en de gezinsleden is in alle jaren een w a a r d e r i n g s -toeslag, prestatietoeslag en vakantietoeslag berekend. Differentiatietoe-slag is voor alle groepen gecalculeerd in de periode van 1964 t / m 1969. Voor de ondernemers is in alle jaren een diploma- en een voormanstoe-slag toegevoegd. Voor gezinsleden vanaf 23 j a a r en ouder is m.i.v. 1964 een gedeeltelijke diplomatoeslag berekend.

(30)

TABELLEN 1960 T/M 1970

B. N E T T O - O V E R S C H O T Tabel no.

13. Netto-overschot gemiddeld per bedrijf x f 1000,-14. Netto-overschot per f 100,- kosten (gewogen cijfers) 15. Netto-overschot per f 100,- kosten (ongewogen cijfers)

16. Spreiding van de jaargemiddelden van het netto-overschot per f 100,-kosten van de jaren 1960 t / m 1970

17. Procentuele verdeling van het aantal bedrijven over rentabiliteits-klassen voor de jaren 1960, 1965 en 1970

18. Gemiddelde rentabiliteit van de tuinbouw in de perioden 1955 t / m 1959, 1960 t / m 1964 en 1965 t / m 1970

19. Procentuele verdeling van het aantal bedrijven over rentabiliteits-klassen voor de perioden 1955 t / m 1959, 1960 t / m 1964 en 1965 t / m 1970

20. Percentage winstgevende bedrijven in een vijftal gebieden in elk van de jaren 1960 t / m 1970

21. Procentueel aandeel van de winstgevende bedrijven in de produktie-waarde van alle onderzochte bedrijven (gewogen cijfers)

22. Netto-overschot per f 100,- geïnvesteerd vermogen

23. Rendement van de vermogensinvestering in de perioden 1955 t / m 1959, 1960 t / m 1964 en 1965 t / m 1970

(31)

ci H O H H I N T f N 1 0 0 H A C O l O O CO r H CM m CM ^ t o ao CD t co CM to i - t r H co m CDr H r H -tf °1 ""1 "^i. ^ °* ' °^ CO 3 5 0 N H O < * 1 © * m i m CO 1 CD "*. ' r-t CO 1 OS r H m i to r H O 1 i H r - l CO 1 0 0 ^ . o +_ 58 • Ö c e 2 C3 m • O - Q g e h eu es > 1 * S > £ ) •a c 5 t -*•* S * "S ^ Û O N i f l H O O CM t - CO t - i H <N TP CD CO CM «tf CD Tt< C D C M t - m m H ^ O W H i-\ Cifc i > t > cn^ co* ©** o " •<** i-T CD CO t - O I ß « H t - N H r H r H i H b O H O t -t &g-t; r - l CO ifD O i t H r H © CO t - r H CD m t - CO CM 0 0 r H i J J O O N H m t - o o t > r H cd c« Js co »r* bû j g W 'S "bo's c w es CJ ' O B l ci c ej K d rt « c rwarm d bedrijv e r arm d s t rwarm d bedrijv e > s 5 > © c S u c S o cd > O cd Ö

â

CD 1 CO OS r H •* m *tf CM m i i i i i i m bO T3 ci cd CO cd

t

> M h S g 3 1 T 3 U £ O "c CD 1 1 | OS O 1 m - ^ 1 ^< CD O . • ^ r H 1 OS CD ! •^ -^ 1 r H ^ 1 CO «tf | 1 CO 1 r H 1 1 l O 1 O 1 1 rH 1 00 j 1 © | © | r H | 1 CO 1 co 1 1 co I m 1 G 1 <D 1 > 1 '•F ß T 3 > 1 W Q) 1 ™ M CD tel 1 .3>bi| o « 1 > — O cd ! 1 1 1 | , 1 CO 0 0 0 0 o " o " co" t - oo en os t - m co t> ^ • * • * i - j , CO - t f C0 e f t ^ e D CO^ t o 0 0 CO _cs Js & eu o S o. a a t e < Ü « w Q § w g w S 05 en S * 03 < « I t M i ß T ) CD . Q

B l

5 g> a S. ft o w p CD < CD - O T 3 C O e eu CD or • D . C Ri X ! eu g CQ C O t r - © t - i H l O l O C O r-T •** r-T rH* TP © t>" oo • ^ r H ^ I ß OS^ © ^ C » r-^ CO r n " T l " CM © * u f CM rl t r -© CD 0 0 T f r H -© CM CO ©" TJT TJT o * co" co ©" aî c o c o © c o t - t - L O a o C O r H t - m C D O S C O O S r H CO CD r H CO © CD I i-T rt" ©" CM* rH* CO © * l O f f l O i i n i I CM i CO TJ< I C © " ^ co CD i n en i i m i 0 0 © © CM CD co_ CD^ •<* i n i I t > | © * r H Ca TJ* CD* CM CD r H CM | 1 OS I o * in* CD" t-* co*

d

CM t> ©^ i> i i en CM c- co CD en CD © ^ l > « O N I I ^ CD^ t - m oo in co co c « e g . tu £ r a s CO m o e i ^ ^ «f • -g -g T ) h C3 C3 " Q Q u h ^ - o Z es es S » g eu eu .3 jïï P5 g g g "3 Ü w O eu CD c c g _ eu eu > i> 5 'C * o ^ i ß - ^ i ° ri u in e -S eu

s l a §

g g "3 x) Ü 5 « ü | H o • J - o w g w » H.2 S eu bo ni CQ O o C l Ü eu W o o o eu Ü Q

g

Ü W ft o Q < H eu CD

nil

J 9. .3-a w fi » S P CS CU eu t i -ri eu 1 3 H » U (J ö -° ä g 36

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Grondslag voor de correctie van cijfers per aandeel is steeds - en dit wordt door professionele beleggingsanalisten in binnen- en buitenland algem een erkend - de uitgifte

Grondslag voor de correctie van cijfers per aandeel is steeds - en dit wordt door professionele beleggingsanalisten in binnen- en buitenland algem een erkend - de uitgifte

of what we consider work, the roles of women in guild-organized production and trade remains a key theme in the history of women’s work, although Goldberg calls attention to a

(totaal

bloemkool weg.. In het beginstadium komt aan de onderzijde van de kroppen al een wit schimmelpluis voor, hoofdzakelijk op de nerven en bij de voet van de

Lage bewerkingskosten, aandacht voor installaties Door de gestegen lonen zijn de arbeidskosten iets hoger in 2001.. De arbeidskosten zijn met ruim 10 cent wel 4,5 cent lager dan

Als kind werd mij door m’n vader, Jacobus Janse een éch- te onderwijzer, liefde, kennis en bewondering voor de na- tuur bijgebracht.. Speciale aandacht ging uit naar het ma-

The SDF runoff coefficients were evaluated, calibrated and verified at a quaternary catchment level in SDF basin 9 (primary study area) and in 19 of the other 29 SDF basins